Operation Manual

24
IN EEN OOGOPSLAG
Ring B
Ring D: ruitenwisser achter
Uit.
Intervalwissen achterruit.
Sproeien in combinatie met een
aantal keren wissen.
Stuurwiel met vast middengedeelte
met bedieningstoetsen
Lichtschakelaar
Ring A
95
Schakelaar C: ruitenwisser voor
100
RI
J
DEN
1. Lichten gedoofd
2. Automatisch inschakelen van de
verlichting
3. Parkeerlicht
4. Dimlicht of grootlicht
Mistlampen voor
Mistachterlicht
Ruitenwisserschakelaar
1.
Bedieningsorganen voor optionele functies
2. Bedieningsorganen van snelheids-
regelaar/-begrenzer en de parkeer-
plaatsassistent
3. Bedieningsorganen van het audio-
systeem
4. Bedieningsorganen van het multi-
functionele display
94
Inschakelen "automatisch wissen"
) Beweeg de schakelaar naar beneden
en laat deze vervolgens weer los.
Uitschakelen "automatisch wissen"
) Beweeg de schakelaar omhoog en
breng deze terug naar de stand "0" .
Elke keer na het starten van de motor
moet de automatische stand weer wor-
den ingeschakeld.
Onder bepaalde weersomstandighe-
den (lage temperatuur, hoge vochtig-
heid) is de aanwezigheid van condens
op de binnenzijde van de koplampen
en de achterlichten normaal. De con-
dens verdwijnt als de lampen enkele
minuten hebben gebrand.
160
5. Claxon
126
6. Controlelampjes richtingaanwijzers
en verlichting
33