Operation Manual

169
4
Rijden
)
Draai de rolkno
p
1 in
de
s
t
a
n
d
"
LIMIT" :
de
s
nelheidsbe
g
renzer is
g
eselecteerd, maa
r
n
o
g
niet in
g
eschakeld
(
Pause
)
.
)
Schakel de snelheidsbe
g
renzer in door
op de toets 4 te drukken, als de
g
ewenste
s
nelheid wordt weer
g
e
g
even
(
standaard de
laatste
g
epro
g
rammeerde snelheid
)
.
)
U
k
unt
d
e wer
ki
n
g
van
d
e
s
ne
lh
e
id
s
b
e
g
renzer t
ijd
e
lijk
on
d
er
b
re
k
en
door nogmaals op de toets 4 t
e
d
r
u
kk
e
n:
h
et onderbreken wordt bevesti
g
d op het
displa
y
(
Pause
)
.
Er kan een snelheid worden in
g
esteld zonde
r
de be
g
renzer in te schakelen.
Als de functie is
g
eselecteerd, kunt u als vol
g
t
de waarde van de snelheid wi
j
zi
g
en:
- druk op de toets
2
o
f
3
om de weer
g
e
g
even
s
nelheid te verho
g
en o
f
te verla
g
en:
)
h
er
h
aa
ld
e
lijk
k
ort
i
n
d
ru
kk
en om te
wi
j
zi
g
en in stappen van + o
f
- 1 km
/
h,
)
ingedrukt houden om te wijzigen in
s
tappen van + o
f
- 5 km
/
h.
Instellen van de
m
aximumsnelheid
(
instellin
g)
- door op de toets 5 t
e
d
r
u
kk
e
n:
)
de zes op
g
esla
g
en snelheden worden
weer
g
e
g
even op het touchscreen,
)
selecteer een waarde: deze verschi
j
nt op
h
et instrumentenpaneel.
He
t
selec
t
iesche
rm w
o
r
d
t n
a
e
n
kele
s
econ
d
en
g
es
l
oten.