Operation Manual

1
29
Controle tijdens het rijden
T
oets
D
esbetreffende functi
e
Aanwi
j
zin
g
en
C
onfi
g
uratie aut
o
Toe
g
an
g
tot de te con
f
i
g
ureren
f
uncties. De
f
uncties zi
j
n verdeeld over drie tabbladen:
-
"
Rijh
u
l
ps
y
stee
m
"
"Automatisch inschakelen achterruitenwisser bi
j
inschakelen achteruitversnellin
g
"
(
Activeren van de
f
unctie "automatisch inschakelen van de achterruitenwisser bij het
inschakelen van de achteruitversnellin
g
"; zie de rubriek "Zicht"
)
,
"Automatische a
f
stellin
g
buitenspie
g
el bi
j
inschakelen achteruitversnellin
g
"
(
Automatisch kantelen van het spie
g
el
g
las van de buitenspie
g
els bi
j
het inschakelen
van de achteruitversnellin
g
; zie de rubriek "Comfort"
)
.
- "
V
erlichtin
g
"
"Follow me home-verlichtin
g
"
(
Automatische
f
ollow me home-verlichtin
g
; zie de rubriek
"Zicht"
)
,
"Instapverlichting"
(
Instapverlichting buitenzijde; zie de rubriek "Zicht"
)
,
"Adaptieve verlichtin
g
"
(
Statische bochtverlichtin
g
/meedraaiende koplampen; zie de
rubriek "Zicht"
)
,
"
Sf
eerverlichtin
g
"
(Sf
eerverlichtin
g
; zie de rubriek "Zicht"
)
.
-
"
T
oe
g
an
g
auto
"
"Elektrisch bedienbare achterklep"
(
Werkin
g
van de elektrisch bedienbare achterklep;
zie de rubriek "Toe
g
an
g
tot de auto"
)
,
"Indrukken afstandsbedienin
g
bestuurder"
(
Selectieve ont
g
rendelin
g
van het
bestuurdersportier; zie de rubriek "Toegang tot de auto"
)
.