Operation Manual
1
55
Controle tijdens het rijden
Hi
ermee
k
unt u
d
e
li
c
h
tster
k
te van
d
e ver
li
c
h
t
i
n
g
van
h
et
d
as
hb
oar
d
en
h
et touc
h
screen
h
an
d
mat
ig
aanpassen aan
h
et
li
c
h
t van
d
e om
g
ev
i
n
g
.
De dimmer kan alleen worden bediend als de verlichtin
g
van de auto is in
g
eschakeld
(
niet als alleen
de da
g
ri
j
verlichtin
g
brandt
)
.
Twee knoppen
Druk, als de verlichtin
g
brandt, op de
knop
A
om de dashboardverlichtin
g
en de
s
feerverlichtin
g
sterker te laten branden of op
de knop
B
om de verlichtin
g
te dimmen.
L
aat
d
e
k
nop
l
os zo
d
ra
d
e
g
ewenste
li
c
h
tster
k
te
is
be
r
eik
t.
Touchscreen
)
Druk op het menu "Confi
g
uratie" .
)
Stel de lichtsterkte in door te drukken op de
t
oe
t
se
n "
+
"
o
f "
-
".