Operation Manual

189
4
Rijden
C4-Picasso-II_nl_Chap04_conduite_ed01-2014
Hulp bij uitparkeren na
î‚¿leparkeren
F Druk bij stilstaande auto op deze
toets.
F Druk op " Uitparkeren " op het
touchscreen.
F Schakel de richtingaanwijzer in aan de
zijde van de rijbaan.
F Schakel de achteruit- of vooruitversnelling
in en laat het stuurwiel los.
F De geassisteerde parkeermanoeuvre is
bezig. Rijd niet sneller dan 5 km/h vooruit
of achteruit en volg de waarschuwingen
van de "Parkeerhulp" tot wordt aangegeven
dat de manoeuvre is voltooid.
De manoeuvre is voltooid zodra beide
voorwielen van de auto zich buiten het
parkeervak bevinden.
Als de manoeuvre is voltooid, gaat het
verklikkerlampje van de functie op het
instrumentenpaneel uit en wordt een
melding weergegeven in combinatie met een
geluidssignaal.
De assistentie wordt gedeactiveerd: u kunt het
stuur weer overnemen.
F Start als u vanuit een fileparkeervak wilt
wegrijden eerst de motor.
of
F Selecteer " Park Assist " in het
menu " Rijhulpsysteem " van
het touchscreen om de functie
te activeren.
Op het instrumentenpaneel gaat
dit verklikkerlampje branden om te
bevestigen dat de functie is geactiveerd.