Operation Manual
5
4
1
3
2
C8_03-2_fr_G113.qxd 3/11/03 15:55 Page 125
0
C:\Documentum\Checkout\V3_03_2_T113-NEL.win 15/3/2004 19:34
-page13
125
V V
VERVANGEN VAN DE LAMPEN
KOPLAMPUNIT VOOR
➊
Dimlichten
➋
Grootlicht
➌
Mistlampen
➍
Parkeerlichten
➎
Richtingaanwijzer
N.b.: Onder bepaalde gebruiksom-
standigheden kan zich op het kop-
lampglas een dun laagje condens
vormen.
Indien de koplamp voor-
zien is van dit symbool, is
vanwege het gevaar van
elektrocutie elke ingreep
m.b.t. het vervangen van de xenon
D2R gloeilampen voor de dimlich-
tenvoorbehoudenaaneen
CITROËN-dealer.
Dimlichten
Neem de kunststof beschermkap
los door deze met een kwartslag te
verdraaien.
Maak de stekker los.
Druk op de klemmen en maak de-
ze los.
Trek de gloeilamp naar buiten.
Lamp: H7 Voor auto’s zonder
xenonlampen.
Xenon D2R Voor auto’s uit-
gerust met xenonlampen.
Grootlicht
Neem de kunststof beschermkap
los door deze met een kwartslag te
verdraaien.
Maak de stekker los.
Druk op de klemmen en maak de-
ze los.
Trek de gloeilamp naar buiten.
Lamp: H1
Let op
Vervang de halogeenlampen nadat de koplampen minstens enkele minu-
ten gedoofd zijn (om te voorkomen dat u uw vingers ernstig brandt). Raak
de nieuwe lamp niet met de blote vingers aan, maar gebruik een niet-plui-
zende doek.
Het gebruik van anti U.V.-lampen is essentieel voor het behoud van
de kwaliteit van de koplampen.