Operation Manual

1
67
Rijden
W
a
nn
ee
r
u
de
se
l
ec
ti
e
h
e
n
de
l
doo
r h
e
t
s
c
h
a
k
e
l
patroon
b
ewee
g
t, versc
hij
nt
h
et
desbetreffende picto
g
ram op het instrumentenpaneel.
P.
Parkin
g
(
parkeerstand
)
R
.
Reverse
(
achteruitversnellin
g)
N
.
Neutral
(
neutraalstand
)
D.
Drive
(
automatisch schakelen
)
S
.
Pro
g
ramma S
p
or
t
7
.
P
ro
g
ramma Sneeu
w
1
2 3
4
. In
g
eschakelde versnellin
g
bi
j
h
an
d
mat
ig
sc
h
a
k
e
l
en
-.
O
n
g
eldi
g
e waarde bi
j
handmati
g
schakelen
Weer
g
ave op het
i
nstrumenten
p
anee
l
I
ntra
pp
en van
h
et rem
p
e
d
aa
l
)
Als dit picto
g
ram op het
instrumentenpaneel verschi
j
nt,
trap dan het rempedaal in
(
bi
j
v.:
s
tarten van de motor
)
.
We
g
ri
j
den
A
ls ti
j
dens het ri
j
den per on
g
eluk de
s
t
a
n
d
N
wordt
g
eselecteerd, laat het
mo
t
o
rt
oe
r
e
nt
a
l
da
n z
a
kk
e
n t
o
t
s
t
a
ti
o
n
a
ir
toerental
,
zet de selectiehendel in de
s
t
a
n
d
D
en trap het
g
aspedaal weer in.
Als de motor stationair draait, het
rempedaal is los
g
elaten en de stand
R
,
D
of
M
i
s
g
ese
l
ecteer
d
, zet
d
e auto z
i
c
h
z
el
f
s al in bewe
g
in
g
als het
g
aspedaal
n
i
et
i
s
i
n
g
etrapt.
Laat bij draaiende motor daarom geen
k
in
de
r
e
n
a
ll
ee
n in
de
au
t
o
ac
ht
e
r.
Tr
e
k
de
h
a
n
d
r
e
m
aa
n
e
n
se
l
ec
t
ee
r
de
s
t
a
n
d
P
in
d
i
e
n
er
o
n
de
rh
ouds
w
e
rkz
aa
mh
ede
n m
oe
t
e
n
worden uit
g
evoerd bi
j
draaiende motor.
)
Tr
e
k
de
h
a
n
d
r
e
m
aa
n.
)
S
electeer de stand
P
o
f
N
.
)
S
tart de motor.
Als
n
ie
t
aa
n
de
bo
v
e
n
s
t
aa
n
de
v
oo
rw
aa
r
de
n
w
or
d
t vo
ld
aan,
kli
n
k
t een
g
e
l
u
id
ss
ig
naa
l
en
verschijnt een melding op het multi
f
unctionele
displa
y
.
)
Trap bi
j
draaiende motor het rempedaal in.
)
Z
e
t
de
h
a
n
d
r
e
m l
os
.
)
S
electeer de stand R
,
D
o
f
M
.
)
Laat het rempedaal
g
eleideli
j
k los.
D
e auto
b
e
gi
nt te r
ijd
en.