Operation Manual

2
4
9
Praktische informatie
2. Op spannin
g
bren
g
en
)
Bren
g
de band met behulp van de
c
ompressor op de voor
g
eschreven
s
pannin
g
(
spannin
g
verho
g
en:
sc
h
a
k
e
l
aa
r
B
in
s
t
a
n
d
"I
"; spannin
g
verla
g
en: schakelaar
B
in
s
t
a
n
d
"
O"
e
n knop
C
indrukken
)
, zoals vermeld
op de bandenspannin
g
ssticker in de
p
ortieropenin
g
aan bestuurderszi
j
de.
Als de bandenspannin
g
sterk daalt, is het lek
n
iet
g
oed
g
edicht; neem contact op met het
C
ITROËN-netwerk of een
g
ekwalificeerde
werkplaats om u verder te helpen.
)
Verwi
j
der de set en ber
g
deze op.
)
Ri
j
d niet harder dan 80 km/h en niet verder
dan 2
00
km.
)
Z
e
t
de
sc
h
a
k
e
l
aa
r
A
in
de
s
t
a
n
d
"B
an
d
enspann
i
n
g"
.
)
R
o
l
d
e zwarte s
l
an
g
H
vo
ll
e
dig
ui
t.
)
S
luit de zwarte slang aan op het ventiel van
de
g
erepareerde band.
)
Sluit de stekker van de compressor weer
aan op de 12V-aansluitin
g
in de auto.
)
S
tart de motor opnieuw en laat de moto
r
d
r
aaie
n.
)
N
eem zo sne
l
mo
g
e
lijk
contact op
m
et het
C
ITR
O
ËN-netwerk of een
g
ekwali
f
iceerde werkplaats.
V
e
rt
e
l
de
t
ec
hni
cus
d
ir
ec
t
da
t
u
g
e
b
ru
ik
h
e
b
t
g
emaa
k
t van
d
e
bandenre
p
aratieset. Na nadere
i
nspectie kan de technicus u vertellen
o
f
de band gerepareerd kan worden
of dient te worden vervan
g
en.