Operation Manual
141
Zicht
DS4_nl_Chap05_visibilite_ed03-2015
B. Ring voor de selectie van de ruitenwisser
achter: draai de ring tot het symbooltje
tegenover de markering staat.
Schakel de automatische werking van
de ruitenwisser achter uit bij sneeuwval
of strenge vorst en bij montage van
een fietsendrager op de achterklep.
Dit kan worden uitgevoerd via het
configuratiemenu van de auto.
Uit.
Interval.
Sproeien en wissen.
Draai de ring tot deze niet verder kan;
de ruitensproeier achter werkt en
vervolgens zal de wisser gedurende
enige tijd wissen.
Achteruitversnelling
Als de ruitenwissers vóór zijn geactiveerd
op het moment dat u de achteruitversnelling
inschakelt, treedt automatisch ook de
ruitenwisser achter in werking.
Programmeren
Ruitenwisser achter
Deze functie kan worden
geactiveerd of gedeactiveerd via het
configuratiemenu van de auto.
Deze functie is standaard
geactiveerd.