Operation Manual

6
3
Controle tijdens het rijden
C
ontrolelamp
je
Status Oorzaak Acties / Opmerkin
g
en
Ai
r
b
a
g
s t
ijd
e
lijk
.
H
et
l
amp
j
e
b
ran
d
t
g
e
d
uren
d
e en
k
e
l
e
seco
n
de
n
e
n
doof
t
a
l
s
h
e
t
co
nt
ac
t
wor
d
t aan
g
ezet.
H
et
l
amp
j
e moet
d
oven zo
d
ra
d
e motor wor
d
t
g
estart.
Raadplee
g
het CITRO
Ë
N-netwerk of een
g
ekwali
f
iceerde werkplaats als dit niet het
g
eval is.
p
ermanent. Er is een storin
g
in een van de
airba
g
s of de p
y
rotechnische
g
ordelspanners.
Laat dit controleren door het CITROËN-netwerk o
f
e
en
g
ekwalificeerde werkplaats.
Bochtverlichtin
g
knippert. Er is een storin
g
in de
bochtverlichtin
g
.
Laat dit controleren door het
C
ITR
O
ËN-netwerk o
f
e
en
g
ekwalificeerde werkplaats.
Auto
g
ordel
(
s
)
niet vast
g
emaakt
of weer
l
os
g
emaak
t
permanent
o
f knippert in
co
m
b
in
a
ti
e
m
e
t
ee
n
g
eluidssi
g
naal.
Een van de auto
g
ordels is niet
vast
g
emaakt of weer los
g
emaakt.
Trek aan de
g
ordel en klik de
g
esp vast in de
g
esphouder.