Operation Manual
207
Praktische informatie
DS5_nl_Chap08_info-pratiques_ed01-2015
Terugplaatsen van de lier en het
reservewiel
Deze procedure moet worden uitgevoerd met
of zonder het reservewiel. Voer zonder het
reservewiel de stappen A en D uit.
Alleen een noodreservewiel kan met de lier
onder de auto worden bevestigd.
F Berg de krik op in de doos en breng het
deksel weer aan.
F Plaats de gesloten doos plat op de grond,
bij de achterzijde van de auto.
F Zet het reservewiel rechtop en haal het
verbindingsstuk door de naaf van het wiel.
F Steek het verbindingsstuk in de opening
van het deksel van de doos.
F Centreer het reservewiel op de doos met
gereedschap.
F Plaats het wiel met de doos onder het
achterste gedeelte van de auto.
F Monteer het wiel met de doos onder de
auto door de moer van de lier linksom
te draaien met de wielsleutel 1 en het
verlengstuk 7.
F Draai de bout tot de aanslag en controleer
of het wiel goed vlak tegen de bodem
aan ligt.