Operation Manual
Presentatie van het Hybrid4-systeem
De Hybrid4-technologie combineert twee
aandrijfconcepten: een HDi-dieselmotor die de
voorwielen aandrijft en een elektromotor die
zorgt voor de aandrijving van de achterwielen.
Deze twee motoren kunnen afzonderlijk
of gelijktijdig werken, afhankelijk van de
geselecteerde stand van het Hybrid4-systeem
en de rijomstandigheden.
De auto wordt door alleen de elektromotor
aangedreven in de stand ZEV (Zero Emission
Vehicle) en, bij lage snelheden en wanneer
weinig vermogen wordt gevraagd, in de stand
AUTO . Bij wegrijden vanuit stilstand, bij
accelereren en tijdens het schakelen assisteert
de elektromotor de HDi-dieselmotor.
De tractiebatterij die voor de voeding van
de elektromotor zorgt, wordt tijdens het
decelereren en, tot een bepaalde limiet, door
de HDi-dieselmotor weer bijgeladen.
1. HDi-dieselmotor (aandrijving van de
voorwielen).
2. Elektromotor (aandrijving van de
achterwielen).
3. Tractiebatterij (200 V).
4. Elektronische controle-eenheid vermogen.
5. Dynamo/startmotor (Stop & Start-systeem).
6. Elektronisch gestuurde versnellingsbak
(ETG6).
7. Elektrische stromen.
8. Keuzeschakelaar.