Operation Manual
5
HYbrid4-systeem
Belangrijkste onderdelen van het Hybrid4-systeem
De voorin geplaatste HDi-dieselmotor (1)
zorgt in de meeste rijsituaties voor de
aandrijving van de auto door het vermogen
over te brengen op de voorwielen.
Afhankelijk van de geselecteerde stand van
het Hybrid4-systeem en de rijomstandigheden
zorgt de achterin geplaatste elektromotor (2)
voor de aandrijving van alleen de achterwielen
of ondersteunt hij de HDi-dieselmotor.
Deze elektromotor zorgt ook voor het
terugwinnen van energie en het opladen van de
tractiebatterij tijdens het snelheid minderen. De
motor wordt boven een snelheid van 120 km/h
uitgeschakeld.
In de 200V-tractiebatterij (3) van het type
NI-MH wordt de energie opgeslagen voor de
achterin geplaatste elektromotor.
De laadtoestand wordt automatisch op peil
gehouden door de elektromotor wanneer de
auto snelheid mindert. Wordt het laadniveau
te laag, dan wordt de tractiebatterij tot
een bepaald niveau opgeladen door de
verbrandingsmotor.
De tractiebatterij bevindt zich in een
compartiment van de bagageruimte dat alleen
toegankelijk is voor technici van het CITROËN-
netwerk of een gekwalificeerde werkplaats.
De laadtoestand van de tractiebatterij wordt
aangegeven aan de hand van segmenten.
Zie de rubriek "Weergave van de
energiestromen".
Uw Hybrid4-auto is voorzien van
geperfectioneerde emissieregelsystemen,
waaronder het roetfilter (FAP) .
Tijdens de regeneratiefases van het roetfilter is
de HDi-dieselmotor nodig om de temperatuur
van het roetfilter zodanig te verhogen dat de
roetdeeltjes verbrand kunnen worden.
Het is dan niet mogelijk volledig elektrisch te
rijden. Dit wordt aangegeven door de melding
"Elektrische stand niet beschikbaar:
Regeneratie roetfilter bezig" .