Operation Manual

Table Of Contents
97
3
Ergonomie en comfort
C4-Picasso-II_nl_Chap03_ergonomie-confort_ed01-2016
Automatische airconditioning met gescheiden regeling
Het airconditioningssysteem werkt bij
draaiende motor, maar de aanjager en
bedieningsfuncties zijn ook beschikbaar bij
aangezet contact.
Het inschakelen van de airconditioning,
de temperatuur, de luchtopbrengst en
de luchtverdeling in het interieur worden
automatisch geregeld.
Temperatuurregeling
1. Temperatuurregeling bestuurders-/
passagierszijde.
2. Regeling van de luchtverdeling.
3. Regeling van de luchtopbrengst.
4. Toevoer van buitenlucht/luchtrecirculatie.
5. Airconditioning AAN/UIT.
6. Automatisch programma.
7. Weergave van de secundaire pagina.
De bestuurder en voorpassagier kunnen de
temperatuur afzonderlijk instellen.
F Druk op een van deze
toetsen om de waarde te
verhogen of te verlagen.
De weergegeven waarde heeft betrekking op
een bepaald comfortniveau en niet op een
exacte temperatuur.
Het is raadzaam het verschil tussen de
instellingen links en rechts niet meer dan 3 te
laten bedragen.
Druk op de toets van het menu
Airconditioning om de pagina met de
bedieningsfuncties van de airconditioning op
het scherm weer te geven.
Regeling luchtopbrengst
Vermijd het te lang rijden met een
uitgeschakelde aanjager om te
voorkomen dat de ruiten beslaan of de
luchtkwaliteit vermindert.
F Druk op een van deze toetsen
om de aanjagersnelheid te
verhogen of te verlagen.
Het symbool van de luchtopbrengst
(ventilator) wordt afhankelijk van de ingestelde
luchtopbrengst geleidelijk opgevuld.
Door de luchtopbrengst tot het minimum te
verminderen, schakelt u de aanjager uit.
Op het scherm wordt dan "- - -" weergegeven.