Operation Manual

U kunt gemakkelijk wisselen van 2D- naar 3D-modus. U hebt hierbij twee opties. U
kunt de toetsen Naar boven kantelen, en Naar beneden kantelen (Pagina 32)
gebruiken om de kaart naadloos van 2D naar 3D-weergave te kantelen of u kunt de
schakeloptie in het Snelmenu (Pagina 46) gebruiken om snel tussen beide modi te
wisselen.
Opmerking: de 2D-modus is misschien handiger in de kaartmodus, waarbij het
noorden steeds bovenaan staat, bij het zoeken naar een bepaald deel van de kaart
of wanneer u een bepaald voorwerp wenst te selecteren als bestemming. Anderzijds
is de 3D-modus in de Cockpit-modus Rijrichting boven met Smart Zoom bijzonder
aangenaam tijdens de navigatie. De beschrijving van deze modi volgt later in deze
handleiding.
Opmerking: 3D-weergave is alleen handig voor navigatie. Terwijl u uitzoomt, wordt
de zoomhoek automatisch verhoogd. Uiteindelijk wordt 2D-weergave bereikt. Als u
weer inzoomt, keert de 3D-weergave stapsgewijs terug.
Opmerking: Door gebruik te maken van de instellingen Geavanceerd, kunt u de
Cockpit-modus zo instellen dat steeds wordt gestart in de 3D-modus Rijrichting
boven (Pagina 77). U kunt de kaarten in elke modus nog steeds bijleven draaien en
kantelen, maar de volgende keer u dit scherm opent, zal de vooraf ingestelde
weergave opnieuw verschijnen. U kunt tevens de Kaartmodus zo instellen dat steeds
wordt gestart in de 2D-modus Noorden boven.
4.3.2 Zoomniveaus
Clarion gebruikt vectorkaarten van hoge kwaliteit die de kaart op verschillende
zoomniveaus tonen, altijd met een geoptimaliseerde inhoud (de dichtheid van de
details op de kaart kunnen voor de Kaart- en Cockpitschermen onder
Kaartinstellingen (Pagina 69) worden ingesteld). Straatnamen en andere
tekstobjecten worden altijd weergegeven in hetzelfde lettertype, nooit ondersteboven
en u ziet slechts die straten en objecten die nodig zijn om u op de kaart te kunnen
oriƫnteren. Zoom in en uit om te bekijken hoe de kaarten veranderen in de 2D- of de
3D-weergave.
18