Operation Manual
Dit veld doet ook dienst als toets. Als u erop tikt, krijgt u gesproken aanwijzingen
herhalen. In het scherm Kaart verschijnt hier een toets met de naam Route, wanneer
een route actief is; hiermee kunt u naar het menu Route schakelen.
4.5.2 In- en uitzoomen (nr. 2 & 3)
Deze halfdoorzichtige toetsen worden alleen weergegeven op voorwaarde dat
‘Zoomen & Kantelen’ in het Snelmenu is geactiveerd (Pagina 46).
Door te zoomen wordt de schaal van de kaart aangepast. Uitzoomen biedt een
groter gedeelte van de kaart, terwijl inzoomen een kleiner deel van de kaart met
meer detail weergeeft.
De automatische functie Smart Zoom neemt de noodzakelijke zoomfunctie van u
over tijdens het navigeren (zoomt uit wanneer de volgende afslag nog op een
afstand is om u verder weg te laten kijken, en zoomt in bij het naderen van een
afslag om u een beter overzicht te geven van het komende manoeuvre). Indien u het
zoomniveau manueel wijzigt, zal Smart Zoom de kaart niet automatisch vergroten of
verkleinen (het automatisch kantelen en draaien van de kaart blijft wel actief).
U moet op de toets Volg (Pagina 33) tikken om de zoomfunctie opnieuw als Smart
Zoom te activeren. U kunt Clarion ook zo instellen dat dit na een paar seconden
automatisch gebeurt voor het scherm Cockpit (Pagina 80).
4.5.3 Naar boven en naar beneden kantelen (nr. 4 & 5)
Deze halfdoorzichtige toetsen worden alleen weergegeven op voorwaarde dat
‘Zoomen & Kantelen’ in het Snelmenu is geactiveerd (Pagina 46).
Deze functie verandert de verticale kijkhoek van de kaart in 3D-modus. U kunt de
kijkhoek instellen in een brede kijk, vertrekkende van het bovenaanzicht (2D-
32










