Operating Instructions and Installation Instructions

15
Afb. 6
Afb. 7
Componenten aansluiten (afb. 5)
De cabine is nu compleet gemonteerd.
Schuif eerst de cabine op de juiste plaats,
zodat de volgende componenten kunnen
worden aangesloten:
Koud en warm water op waterleiding
Afvoer
Ventilatieklep
Verlichting
Stoomgenerator
Stoomtoevoerleiding
Temperatuursensor
Bedieningselement
Ventilatieklep aansluiten (afb. 6)
Sluit op de buitenste mof van de
ventilatie een afvoerbuis aan.
Werk deze bijzonder goed af en zorg
dat de buis op afschot naar binnen loopt
(ca. 1 – 2%), zodat het condenswater
de cabine weer in loopt.
Stoom veroorzaakt condenswater, er
kan condensvorming in aangrenzende
ruimten etc. ontstaan. Er dient hier
op te worden gelet en het is absoluut
noodzakelijk dat de ventilatie aan de
voorschriften voldoet.
De leidingen moeten volgens de
voorschriften worden aangesloten en
goed worden afgedicht.
Zorg ervoor dat de ventilatieklep niet
helemaal dicht is! Voor een gelijkmatige
afvoer van de stoom moet de klep
worden ingesteld zoals is te zien op
afb.10.
Advies: opening ca. 1 cm.
Verlichting aansluiten
De elektriciteitsleidingen van de verlichting
moeten op de contactdoos worden aan-
gesloten.
Halogeenlamp 12 V - 20 W
1)
2)
3)
4)
5)
6)
7)
8)
1)
2)
•
•
•
Montagehandleiding