Installation Instructions

Coopra Advanced Heating Technologies b.v. Installatie voorschrift NL 40
27
De venturi (A) en het gasblok zitten aan de luchtinlaat van de
ventilator bevestigd. Tezamen verzorgen ze de juiste gas/lucht
mengverhouding.
Met de venturi stelschroef (B) wordt de juiste gas/lucht
verhouding ingesteld (hooglast).
8.6. Doormeten van de ventilator
Controleer de weerstand van de spoel, de twee buitenste
contacten op de ventilatormotor. De waarde, die de multi-meter
aangeeft, dient bij kamertemperatuur tussen de 115 Ohm en
120 Ohm te liggen.
Bij een defecte ventilator kan mogelijk ook de aansturing op de
automaat beschadigd zijn
8.7. Montageaanwijzing overdrukventiel
Het overdrukventiel dient te worden aangedraaid met een
moment van 10 Nm.
8.8. Montageaanwijzing druksensor
De druksensor dient slechts iets meer als handvast te staan. De
afdichting geschiedt met een dichtmateriaal. Het ringetje dient
ervoor om zorg te dragen dat bij temperatuurveranderingen de
sensor (NTC) niet onder spanning komt te staan.
8.9. Werking gasblok controleren
- Uitlaat drukmeetnippel van het
gasblok openen.
- drukmeter aansluiten op de
uitlaat drukmeetnippel.
- druk meten (moet nul zijn)
- toestel starten.
- het toestel wordt nu
voorgespoeld met 1500 rpm.
- daarna gaat de ventilator
draaien op het starttoerental van
3000 rpm.
- de drukmeter zal nu een onderdruk van ongeveer 3 mbar
aangeven.
- bij openen van het gasblok zal de nuldruk regelaar weer een
druk nul maken.
- is dit niet zo, dan functioneert het gasblok niet.
8.10. STORINGSCODE 'F' (knipperend)
Na drie mislukte startpogingen achter elkaar gaat het toestel in
vergrendeling, knipperende 'F'.
Dit kan zeer verschillende oorzaken hebben:
geen gas
geen ontsteking
geen goede vlamvorming
geen goede ionisatiestroom.
8.10.1. Gasblok opent niet (geen spanning)
(Pas op !!! 210 Volt DC).
Als het gasblok niet is
aangesloten zal dit door de
automaat bij begin van de
warmtevraag als een fout
worden gezien en dus
vergrendelen.
Om de spanning op het gasblok
te meten moet het gasblok
aangesloten blijven.
Gedurende de startperiode krijgt het gasblok een spanning van
210 VDC.
8.10.2. Gasblok opent niet (voordruk te hoog)
Gasdruk in de gasleiding voor het gasblok is te hoog. De
veiligheidskleppen van het gasblok kunnen bij gasdrukken van
>60 mbar niet openen.
inlaat drukmeetnippel van gasblok openen
drukmeter aansluiten
8.10.3. Gasblok opent niet (spoelen defect)
Elektrische spoelen van het
gasblok zijn doorgebrand en
daardoor worden de
veiligheidskleppen van het
gasblok niet geopend.
de twee buitenste contacten op de gaskleppen dienen
te worden doorgemeten op weerstand
de waarde die de multi-meter aangeeft dient bij
omgevingtemperatuur zo'n 4,1 kOhm te bedragen