Operation Manual
104
CyberLink PowerDirector
Opmerking: de beschikbare instellingen en schuifbalken in het venster
Sleutelframe instellingen, hangen volledig af van het soort effect dat u bewerkt.
Fragmentkenmerken
In het gedeelte Fragmentkenmerken kunt u de opaciteit, grootte, vrije vorm en
meer aanpassen voor mediafragmenten in uw videoproductie.
Doorzichtigheid: gebruik de schuifbalk om de opaciteit van afbeeldingen en
videofragmenten op verschillende momenten (sleutelframes) in uw
videoproductie aan te passen.
H-schaal: stel de hoogte van mediafragmenten in op verschillende
momenten (sleutelframes) binnen uw video-productie.
B-schaal: stel de breedte van mediafragmenten in op verschillende
momenten (sleutelframes) binnen uw video-productie.
Rotatie: stel de gewenste rotatie in graden in voor uw mediafragmenten op
verschillende momenten (sleutelframes) binnen uw video-productie.
Centreren: geef in de opgegeven velden de positie van de X and Y-positie op
van het midden van het geselecteerde mediafragment op verschillende
momenten (sleutelframes) in uw videoproductie.
Opmerking: CyberLink PowerDirector stelt de waarde van de linkerbovenhoek
van de media in als de 0-as, en de rechteronderhoek heeft een waarde van 1,0,
1,0. De middelste positie van het videoframe is 0,500, 0,500.
Vrije positie: in de acht beschikbare velden voor vrijevorm positie kunt u de
vorm van het gekozen mediafragment bepalen door de X-en de Y-posities
voor de vier hoeken van het videoframe vast te leggen. Door verschillende
waarden in te geven op verschillende momenten (sleutelframes) in uw
videoproductie, kan de vrijevrom van uw videoclip tijdens de clip veranderen.
ZieDe vorm van het medium wijzigen voor meer informatie over vrijevorm
mediafragmenten.
Schakel 3D-diepte in op de PiP media: indien u een 3D-videoproductie maakt,
selecteert u deze optie om de PiP-media een 3D*-effect te geven. Na het
inschakelen gebruikt u de schuifknop om de 3D-diepte voor uw PiP-media in
te stellen. Wanneer u de schuifknop naar links sleept, zal het 3D PiP-object
dichter bij het publiek lijken (op de voorgrond), terwijl het object verder weg
zal lijken (op de achtergrond) indien u deze naar rechts sleept.