Uitgebreide handleiding voor de installateur R32 Split-reeks ARXM50N2V1B9 ARXM60N2V1B9 ARXM71N2V1B9 RXM42N2V1B9 RXM50N2V1B9 RXM60N2V1B9 RXM71N2V1B RXP50M2V1B RXP60M2V1B RXP71M2V1B RXA42B2V1B RXA50B2V1B RXF50B2V1B RXF60B2V1B RXF71A2V1B RXJ50N2V1B Uitgebreide handleiding voor de installateur R32 Split-reeks Nederlands
Inhoudsopgave Inhoudsopgave 1 Algemene veiligheidsmaatregelen 1.1 1.2 Over de documentatie ............................................................... 1.1.1 Betekenis van de waarschuwingen en symbolen ....... Voor de installateur ................................................................... 1.2.1 Algemeenheden.......................................................... 1.2.2 Plaats van installatie ................................................... 1.2.3 Koelmiddel ................................
1 Algemene veiligheidsmaatregelen 13 Technische gegevens 13.1 13.2 26 14 Verklarende woordenlijst 1 29 Algemene veiligheidsmaatregelen 1.1 Over de documentatie ▪ De documentatie is oorspronkelijk in het Engels geschreven. Alle andere talen zijn vertalingen. ▪ Alle in dit document vermelde voorzorgen betreffen zeer belangrijke punten en dienen dus steeds nauwgezet te worden nageleefd.
1 Algemene veiligheidsmaatregelen Voorzie ook minstens de volgende informatie op een toegankelijke plaats bij het product: Vereisten voor de installatieruimte OPMERKING ▪ Instructies voor het stilleggen van het systeem in noodgevallen ▪ Bescherm leidingen tegen fysieke schade. ▪ Naam en adres van brandweer, politie en ziekenhuis ▪ Beperk de installatie van de leidingen tot een minimum.
1 Algemene veiligheidsmaatregelen (c) Amin (m2) 430 410 390 370 350 330 310 290 270 250 230 210 190 170 150 130 110 90 70 50 30 10 460 440 400 380 360 340 320 Controleer of de installatie van de koelmiddelleidingen voldoet aan de geldende wetgeving. In Europa geldt EN378 als de van toepassing zijnde norm. OPMERKING Zorg ervoor dat de lokale leidingen en aansluitingen NIET worden belast.
1 Algemene veiligheidsmaatregelen ▪ De unit werd in de fabriek met koelmiddel gevuld en sommige systemen moeten, afhankelijk van de maat en lengte van de leidingen, bijkomend met koelmiddel worden gevuld. ▪ Gebruik uitsluitend gereedschap dat enkel en alleen voor het soort koelmiddel bedoeld is om de vereiste drukweerstand te kunnen garanderen en om te beletten dat vreemde stoffen in het systeem terechtkomen.
2 Over de documentatie VOORZICHTIG Documentatieset Bij het aansluiten van de voedingskabel moet de aarding vóór de stroomvoerende draden worden aangesloten. Bij het losmaken van de voedingskabel moeten de stroomvoerende draden vóór de aarding worden losgemaakt.
3 Over de doos 3 Over de doos 3.1 Overzicht: Over de doos 1 In dit hoofdstuk worden de stappen beschreven die u moet uitvoeren nadat de doos met de buitenunit ter plaatse is geleverd. Houd rekening met de volgende zaken: ▪ De unit MOET bij de levering gecontroleerd worden op beschadigingen. Elke vorm van beschadiging MOET onmiddellijk aan de schadeverantwoordelijke van de transporteur gemeld worden.
4 Over de unit f g h 4 Afvoerdeksel (1) Afvoerdeksel (2) Energielabel VOORZICHTIG ▪ Controleer of de installatieplaats het gewicht van de unit kan dragen. Een slechte installatie kan gevaarlijk zijn. Het kan ook trillingen of ongewone werkingsgeluiden veroorzaken. Over de unit ▪ Voorzie voldoende ruimte voor service. WAARSCHUWING: ONTVLAMBAAR MATERIAAL ▪ Installeer de unit zo dat ze NIET in contact komt met een plafond of een muur; anders kan dit trillingen veroorzaken.
5 Voorbereiding OPMERKING Installeer de buitenunit uit rechtstreekse zeewind. De muur aan de uitlaatzijde van de buitenunit MOET ≤1200 mm hoog zijn. Voorbeeld: Achter het gebouw. b OPMERKING ▪ Stapel de units NIET op elkaar op. a c ▪ Hang de unit NIET aan een plafond. Hevige wind (≥18 km/u) die tegen de luchtuitlaat van de buitenunit blaast, veroorzaakt kortsluiting (luchtaanzuiging of -uitblaas).
5 Voorbereiding Øi Voorzie in ieder geval minstens 300 mm vrije ruimte onder de unit. Zorg daarbij ervoor dat de unit minstens 100 mm boven de maximale sneeuwhoogte staat. Zie "6.3 De buitenunit monteren" op pagina 12 voor meer informatie. Øp In streken met heftige sneeuwval is het belangrijk om een installatieplaats te selecteren waar de sneeuw GEEN invloed heeft op de unit. Wanneer de sneeuw zijwaarts kan vallen, zorg ervoor dat de spoel van de warmtewisselaar NIET door de sneeuw gehinderd kan worden.
6 Installatie Typische werkstroom 6 Installatie 6.1 Overzicht: Installatie In dit hoofdstuk wordt beschreven wat u ter plaatse moet doen en weten om het systeem te installeren.
6 Installatie 6.3.4 Afvoeropeningen afsluiten en de afvoeraansluiting installeren De buitenunit installeren OPMERKING Gebruik in koude streken GEEN afvoeraansluiting, afvoerslang en afvoerdeksels (1, 2) met de buitenunit. Neem de gepaste maatregelen zodat het afgevoerde condensaat NIET kan bevriezen. 4× M8/M10 1 Installeer de afvoerdeksels 1 en 2 (accessoire). Controleer of de randen van de afvoerdeksels de openingen volledig afsluiten. a b a b 2 6.3.
6 Installatie ▪ De koelmiddelleiding isoleren Toestel Installatieperiode Beschermingsmeth ode ▪ Houd rekening met de richtlijnen voor: Buitenunit ▪ Buigen van leidingen >1 maand ▪ Leidinguiteinden optrompen <1 maand ▪ Gebruik van de afsluiters 6.4.
6 Installatie 6.4.5 d Het uiteinde van een buis verbreden Steeldeksel ▪ Houd beide afsluiters open tijdens de werking. VOORZICHTIG ▪ Een onvolledige verbreding kan lekken van koelgas veroorzaken. ▪ Gebruik getrompte buizen NIET opnieuw. Gebruik nieuwe getrompte buizen om ervoor te zorgen dat geen koelgas kan lekken. ▪ Oefen GEEN overmatige kracht uit op de klepsteel. Anders kan de afsluiter afbreken.
6 Installatie Omgaan met de servicedop OPMERKING ▪ Gebruik ALTIJD een vulslang met een drukpen omdat de servicepoort een Schrader-ventiel is. Gebruik een 2-trapsvacuümpomp met een terugslagklep die tot een meterdruk van −100,7 kPa (−1,007 bar) (5 Torr absoluut) kan evacueren. Zorg ervoor dat de olie in de pomp niet in het systeem terugstroomt wanneer de pomp niet draait. ▪ Draai na gebruik van de servicepoort het deksel van de servicepoort vast en controleer op koelmiddellekken.
6 Installatie i j k Servicepoort Gasafsluiter Vloeistofafsluiter 3 Het label voor gefluoreerde broeikasgassen invullen en bevestigen op de binnenkant van de buitenunit. 1 Vacumeer het systeem tot de druk op het verdeelstuk −0,1 MPa (−1 bar) aangeeft. 2 Wacht 4-5 minuten en controleer de druk: Indien de druk… Dan… Niet verandert Er zit geen vocht in het systeem. Deze procedure is voltooid. Stijgt Er zit vocht in het systeem. Ga verder met de volgende stap.
6 Installatie 6.6.3 Voorzorgsmaatregelen bij het bijvullen van koelmiddel INFORMATIE Lees ook de voorzorgsmaatregelen en vereisten in de volgende hoofdstukken: ▪ Algemene voorzorgsmaatregelen met betrekking tot de veiligheid Vul de nodige hoeveelheid koelmiddel bij. 3 Open de gasafsluiter. Als het systeem moet worden afgepompt (wanneer het gedemonteerd of verplaatst moet worden), zie "12.2 Afpompen" op pagina 24 voor meer informatie. 6.6.7 ▪ Voorbereiding 6.6.
6 Installatie 6.7.2 g f Voorzorgsmaatregelen bij het aansluiten van elektrische bedrading INFORMATIE DC P1+ Lees ook de voorzorgsmaatregelen en vereisten in de volgende hoofdstukken: ▪ Algemene voorzorgsmaatregelen met betrekking tot de veiligheid ▪ Voorbereiding DC N1- e d c b GEVAAR: GEVAAR VOOR ELEKTROCUTIE a WAARSCHUWING Gebruik ALTIJD stroomtoevoerkabel.
6 Installatie ▪ Als éénaderige draden worden gebruikt, moet u met het uiteinde van de draad een lus vormen. Anders kan dit verhitting of een brand veroorzaken. ▪ De aardingsdraad tussen de kabelbevestiging en de klem moet langer zijn dan de andere draden. c 1-3 6.7.
7 Configuratie 3× 1 2 ▪ De binnenunit kan intermitterende geluiden produceren door het in en/of uitschakelen van de ventilator van de buitenunit. 2 ▪ Plaats bij gebruik van de faciliteitstand geen luchtbevochtigers of andere dingen die de vochtigheid in de kamer kunnen verhogen. ▪ Wanneer jumper J6 is doorgeknipt, wordt de ventilator van de binnenunit op de hoogste snelheid ingesteld. 2 1 6.9 INFORMATIE ▪ Gebruik deze instelling NIET in woningen of kantoren waar mensen aanwezig zijn.
8 Inbedrijfstelling 8 Inbedrijfstelling De juiste buismaten werden geplaatst en de leidingen zijn goed en op de juiste manier geïsoleerd. 8.1 Overzicht: Inbedrijfstelling De afsluiters (gas en vloeistof) op de buitenunit staan volledig open. Dit hoofdstuk beschrijft wat u moet doen en kennen om het systeem in bedrijf te stellen nadat het werd geconfigureerd.
10 Onderhoud en service ▪ Controleer of de gebruiker de papieren documentatie heeft en vraag hem/haar deze bij te houden om deze later te kunnen raadplegen. Informeer de gebruiker dat hij de volledige documentatie kan vinden op de eerder in deze handleiding beschreven URL. ▪ Leg aan de gebruiker uit hoe het systeem op de juiste manier te bedienen en wat er moet worden gedaan wanneer zich een probleem zou voordoen. ▪ Toon aan de gebruiker wat te doen om de unit te onderhouden.
12 Als afval verwijderen 11.3 GEVAAR: GEVAAR VOOR ELEKTROCUTIE Problemen op basis van symptomen oplossen 11.3.1 ▪ Wanneer de unit niet werkt, worden de leds op de printplaat uitgeschakeld om energie te besparen. ▪ Zelfs wanneer de leds niet branden, kunnen de klemmenstrook en de printplaat nog stroom krijgen. Symptoom: Binnenunits vallen, trillen of maken lawaai Mogelijke oorzaken De binnenunits zijn niet goed vastgemaakt Oplossing Maak de binnenunits goed vast.
12 Als afval verwijderen 4 Controleer op het verdeelstuk of het vacuüm is bereikt. 5 Draai na 2 à 3 minuten de gasafsluiter dicht en stop gedwongen koelen. c b e d a d a b c d e 12.3 Gasafsluiter Sluitrichting Zeskantsleutel Kleppendeksel Vloeistofafsluiter Een gedwongen koeling starten en stoppen Er zijn 2 methodes voor gedwongen koelen: ▪ Methode 1. Met de ON/OFF-schakelaar van de binnenunit (indien voorzien op de binnenunit). ▪ Methode 2. Met de gebruikersinterface van de binnenunit. 12.3.
13 Technische gegevens 13 Technische gegevens Een subset van de meest recente technische gegevens is beschikbaar op de regionale website van Daikin (publiek toegankelijk). De volledige set meest recente technische gegevens is beschikbaar op de Daikin Business Portal (authenticatie vereist). 13.1 Bedradingsschema Het bedradingsschema is bij de unit geleverd en bevindt zich op de binnenkant van de buitenunit (onderkant van de bovenste plaat).
13 Technische gegevens 13.2 Schema van de leidingen 13.2.1 Schema van de leidingen: Buitenunit Van toepassing voor: RXP50M, RXF50B Warmtewisselaar Buitentemperatuurthermistor Thermistor warmtewisselaar Koelmiddelstroom Koelen ·12.7· CuT Verwarmen Capillaire buis ·1· ·4.0· CuT ·7.0· CuT ·7.0· CuT ·7.0· CuT ·7.0· CuT ·6.4· CuT ·6.4· CuT Capillaire buis ·2· ·4.0· CuT Demper met filter Elektronische expansieklep M Filter 4-wegsklep AAN: verwarmen ·12.7· CuT ·12.
13 Technische gegevens Van toepassing voor: RXM71N Warmtewisselaar 7.0· CuT 7.0· CuT 12.7 CuT Koelmiddelstroom Buitentemperatuurthermistor Koelen Thermistor warmtewisselaar Verwarmen Capillaire buis 1 4.0 CuT 7.0· CuT 7.0· CuT Capillaire buis 2 4.0 CuT 7.0· CuT 7.0· CuT 6.4 CuT 6.4 CuT Capillaire buis 3 4.0 CuT Demper met filter Elektronische expansieklep Filter Propellerventilator 12.7 CuT 12.7 CuT Handmatige reset Thermistor persleiding 9.5 CuT Hogedrukschakelaar 12.7 CuT 6.
14 Verklarende woordenlijst Van toepassing voor: ARXM71N Koelmiddelstroom Buitenunit Warmtewisselaar Thermistor warmtewisselaar ·12.7· CuT ·7.0· CuT ·7.0· CuT Koelen Buitentemperatuur-thermistor Verwarmen Capillaire buis ·1· ·4.0· CuT ·7.0· CuT ·7.0· CuT Capillaire buis ·2· ·4.0· CuT ·7.0· CuT ·7.0· CuT ·6.4· CuT ·6.4· CuT Capillaire buis ·3· ·4.0· CuT Demper met filter Elektronische expansieklep M Filter ·12.7· CuT 4-wegsklep AAN: verwarmen ·12.7· CuT Demper ·9.
4P513661-7E 2018.