Installation Instructions

9 Nederlands
De binnenunit installeren
4. Bedrading
1) Strip de bedradingsuiteinden (15 mm).
2) Zorg dat de kleuren van de draden overeenstemmen met die op de klemmenstrook van de binnen- en buitenunit
en schroef de draden goed vast op de overeenkomstige klemmen.
3) Sluit de aardingsdraden aan op de overeenkomstige klemmen.
4) Trek aan de draden om zeker te zijn dat ze goed vastzitten en plaats er vervolgens een draadhouder op.
5) Leid de bedrading zo dat het afsluitdeksel goed dicht kan en sluit vervolgens het afsluitdeksel.
WAARSCHUWING
Gebruik geen kabels met stopcontacten, geslagen draden, verlengsnoeren of gekruiste aansluitingen, omdat deze
oververhitting, elektrische schokken of brand kunnen veroorzaken.
Gebruik geen ter plaatse aangekochte elektrische onderdelen in het product. (Vertak niet de stroomtoevoer voor de
afvoerpomp enz., vanuit het aansluitingenblok.) Anders kan dit een elektrische schok of brand veroorzaken.
Sluit de stroomtoevoerdraad niet aan op de binnenunit. Anders kan dit een elektrische schok of brand veroorzaken.
5. Afvoerleidingen
1) Sluit de afvoerslang aan zoals rechts beschreven.
2) Verwijder de luchtfilters en giet een beetje water in de afvoerbak om te controleren
of het water vlot wegvloeit.
3) Als er een langere afvoerslang of ingebouwde afvoerleiding nodig is, gebruik
dan geschikte onderdelen die passen op het voorste uiteinde van de slang.
[Afbeelding van voorste uiteinde slang]
4) Wanneer u de afvoerslang langer maakt, gebruik
daarvoor dan in de handel verkrijgbare verlengslangen
met een binnendiameter van 16 mm. Zorg voor
thermische isolatie van het binnengedeelte van
de verlengslang.
5) Wanneer u een PVC-leiding (met nominale
diameter 13 mm) gebruikt op de afvoerslang die
verbonden is met de binnenunit (bijvoorbeeld voor
in een muur verwerkte leidingen enz.), kunt u een
normaal in de handel verkrijgbare afvoermof
(met nominale diameter 13 mm) gebruiken
als verbinding.
Aansluitingenblok
Elektrische componentenkast
Draadhouder
Gebruik het
opgegeven type draad.
Leg de kabels zo dat het
afsluitdeksel goed afsluit.
Gebruik draden met een
diameter van 2,0 mm.
H05RN
Maak de draden stevig vast
met de schroeven van de
aansluitklemmen.
Buitenunit
Binnenunit
Maak de draden stevig
vast met de schroeven
van de aansluitklemmen.
Maak de draadhouder stevig vast
en zorg er hierbij voor dat de draden
niet van buitenaf worden belast.
De afvoerslang moet
naar beneden aflopen.
Er mag geen sifon
worden gebruikt.
Plaats het uiteinde van
de slang niet in water.
1816
16
Afvoerslang meegeleverd
met de binnenunit
Afvoerslang
binnenunit
16
Verlengafvoerslang
Warmte-isolatiebuis
(ter plaatse te voorzien)
In de handel verkrijgbare
afvoermof
(nominale diameter 13 mm)
In de handel verkrijgbare
harde PVC-leiding
(nominale diameter 13 mm)
Afvoerslang meegeleverd
met de binnenunit
18