Operation Manual

1 Veiligheid
1.1 Algemene veiligheidsinstructies
Gevaar
Dit apparaat kan worden gebruikt door kinderen van
acht jaar en ouder en mensen met lichamelijke, ge
voelsmatige of geestelijke beperkingen of met gebrek
aan ervaring en kennis als ze begeleiding en instructie
krijgen hoe het apparaat op een veilige manier te ge
bruiken en de eraan verbonden gevaren begrijpen.
Kinderen mogen niet met het apparaat spelen. Zonder
begeleiding mag schoonmaak en gebruikers onder
houd niet door kinderen worden gedaan.
Gevaar
In geval van koudemiddellekkage:
1. Schakel het apparaat uit.
2. Open de ramen.
3. Gebruik geen vuur, rook niet, bedien geen elektri
sche contacten.
4. Vermijd contact met het koudemiddel. Gevaar voor
bevriezingswonden.
5. Ontruim de woning.
6. Neem contact op met een erkend installateur.
Gevaar voor elektrische schok
Maak de warmtepomp spanningsloos voor u met de
werkzaamheden begint.
Opgelet
De installatie van de warmtepomp moet door een er
kende vakman worden uitgevoerd volgens de gelden
de plaatselijke en nationale voorschriften.
Waarschuwing
Raak de koelleidingen niet met blote handen aan
wanneer de warmtepomp werkt. Gevaar voor verbran
dings- of bevriezingswonden.
Waarschuwing
Raak radiatoren niet langdurig aan. Afhankelijk van de
warmtepompinstellingen kan de temperatuur van de
radiatoren hoger dan 60°C worden.
1 Veiligheid
7611975 - v03 - 08092015 AWHP-2 MIV-3 5