Users Guide

38 _Faxen
5. Druk op Stoppen/Wissen om terug te keren naar de gereedmodus.
Een fax automatisch verzenden
1. Druk op
Fax
.
2. Plaats originelen met de bedrukte zijde naar boven in de ADI of plaats
een enkel origineel met de bedrukte zijde naar beneden op de glasplaat.
Zie "Originelen plaatsen" op pagina 22 voor meer informatie over het
plaatsen van originelen.
Klaar om te fax. verschijnt op de bovenste regel van het display.
3. Pas de resolutie en tonerdichtheid naar wens aan.
(Zie "De documentinstellingen aanpassen" op pagina 37.)
4. Voer het nummer in van het toestel waarnaar u de fax verstuurt.
U kunt snelkiesnummers of groepskiesnummers gebruiken. Zie
"Adresboek aanmaken" op pagina 43 voor meer informatie over het
opslaan en zoeken van een nummer.
5. Druk op Zwart Start of op Kleur Start.
6. Zodra u klaar bent, selecteert u Nee bij de vraag Nog een pagina?
Nadat het nummer is gekozen, begint het apparaat met het verzenden
van de fax zodra het ontvangende faxapparaat antwoordt.
Een fax handmatig verzenden
1. Druk op
Fax
.
2. Plaats originelen met de bedrukte zijde naar boven in de ADI of plaats
een enkel origineel met de bedrukte zijde naar beneden op de glasplaat.
Zie "Originelen plaatsen" op pagina 22 voor meer informatie over het
plaatsen van originelen .
3. Pas de resolutie en tonerdichtheid naar wens aan.
(Zie "De documentinstellingen aanpassen" op pagina 37.)
4. Druk op Hoorn op de haak. U hoort een kiestoon.
5. Voer het nummer in van het toestel waarnaar u de fax verstuurt.
U kunt snelkiesnummers of groepskiesnummers gebruiken. Zie
"Adresboek aanmaken" op pagina 43 voor meer informatie over het
opslaan en zoeken van een nummer.
6. Druk op Zwart Start of Kleur Start wanneer u een faxtoon van het
ontvangende faxapparaat hoort.
Een verzending bevestigen
Wanneer de laatste pagina van uw origineel correct is verzonden, hoort
u een pieptoon waarna het apparaat terugkeert naar de gereedmodus.
Als er tijdens de verzending van uw fax iets fout gaat, verschijnt een foutbericht
in het display. Zie "Informatie over berichten op het display" op pagina 61 voor
een lijst van foutberichten en hun betekenis. Druk op Stoppen/Wissen om
het weergegeven foutbericht te wissen en probeer de fax opnieuw te
verzenden.
U kunt het apparaat zo instellen dat na elke verzonden fax automatisch een
verzendrapport wordt afgedrukt. Zie "Transm.rapport" op pagina 42 voor
meer informatie.
Automatisch opnieuw kiezen
Als de lijn van het gekozen nummer bezet is of als het faxapparaat van
de ontvanger niet antwoordt, wordt het nummer afhankelijk van de
fabrieksinstellingen automatisch maximaal zeven keer opnieuw gekozen
met tussenpozen van drie minuten.
Wanneer Opnieuw kiezen? op het display verschijnt, drukt u op OK om het
nummer onmiddellijk opnieuw te kiezen. Als u de functie Automatisch opnieuw
kiezen wilt annuleren, drukt u op Stoppen/Wissen.
U kunt ook de wachttijd tussen twee kiespogingen en het maximum aantal
kiespogingen wijzigen. (Zie "Verzending-opties" op pagina 42.)
Het laatste nummer opnieuw kiezen
Om het laatste nummer opnieuw te kiezen:
1. Druk op Opnieuw/Pauze.
2. Het apparaat begint automatisch met verzenden wanneer een origineel
in de ADI wordt geplaatst.
Als een origineel op de glasplaat ligt, selecteert u Ja om een andere pagina
toe te voegen. Plaats een ander origineel en druk op
OK
. Zodra u klaar
bent, selecteert u Nee bij de vraag
Nog een pagina?
Groepsverzenden (een fax naar meerdere
bestemmingen verzenden)
Met de functie Groepsverzenden kunt u een fax naar meerdere bestemmingen
verzenden. Uw documenten worden automatisch opgeslagen in het geheugen
en naar een extern faxapparaat verzonden. Na verzending worden de originelen
automatisch uit het geheugen gewist. U kunt bij gebruik van deze functie
geen kleurenfax verzenden.
1. Druk op Fax.
2. Plaats originelen met de bedrukte zijde naar boven in de ADI of plaats
een enkel origineel met de bedrukte zijde naar beneden op de glasplaat.
Zie "Originelen plaatsen" op pagina 22 voor meer informatie over het
plaatsen van originelen .
3. Pas de resolutie en tonerdichtheid van het document naar wens aan.
(Zie "De documentinstellingen aanpassen" op pagina 37.)
4. Druk op Menu totdat Faxfunctie verschijnt op de onderste regel van het
display en druk vervolgens op
OK
.
5. Druk op pijl-links/rechts totdat Meerdere verz. verschijnt en druk op
OK
.
6. Voer het nummer in van het eerste ontvangende faxapparaat en druk op
OK
.
U kunt snelkiesnummers gebruiken of Group Dial Number selecteren
met de knop Adresboek. Voor details zie "Adresboek aanmaken" op
pagina 43.
7. Voer het tweede faxnummer in en druk op OK.
U wordt gevraagd om het volgende faxnummer waarnaar u het document
wilt verzenden in te voeren.
8. Als u meer faxnummers wilt invoeren, drukt u op OK wanneer Ja verschijnt
en herhaalt u stap 6 en 7. U kunt maximaal 10 bestemmingen toevoegen.
9. Als u met het invoeren van faxnummers klaar bent, drukt u op pijl-links/
rechts om Nee bij de vraag Nog een nummer? te selecteren en drukt u
vervolgens op OK.
Het document wordt in het geheugen opgeslagen voordat het wordt
verzonden. Op het display verschijnt de geheugencapaciteit en het
aantal pagina’s dat in het geheugen is opgeslagen.
10. Als er een origineel op de glasplaat ligt, selecteert u Ja om een andere
pagina toe te voegen. Plaats een ander origineel en druk op OK.
Zodra u klaar bent, selecteert u Nee bij de vraag Nog een pagina?
Het apparaat begint met het verzenden van de fax naar de verschillende
nummers in de volgorde waarin deze zojuist zijn ingevoerd.
De ingestelde tonerdichtheid geldt voor de huidige faxtaak. Zie
"De standaarddocumentinstellingen wijzigen" op pagina 43 om
de standaardinstelling te wijzigen.
Als het origineel op de glasplaat ligt, selecteert u Ja om een andere
pagina toe te voegen. Plaats een ander origineel en druk op OK.
Als u een faxtaak wilt annuleren, kunt u tijdens het verzenden van de
fax op elk moment op Stoppen/Wissen drukken.
Als u een faxtaak wilt annuleren, kunt u tijdens het verzenden van
de fax op elk moment op Stoppen/Wissen drukken.
Nadat u het groepskiesnummer hebt ingevoerd, kunt u geen andere
groepskiesnummers meer invoeren.