Users Guide

372 Begrip van de Werkset-menu’s
Kopie oorspr.
Toepassing:
Aanmaken van uw eigen standaard kopieerinstellingen.
Waarden:
Resolutie Standaard* Geschikt voor documenten met tekens van normale
grootte.
Fijn Geschikt voor documenten met kleine tekens of
dunne lijnen, of documenten die zijn afgedrukt met
een dot-matrixprinter.
Superfijn Geschikt voor documenten die bijzonder kleine details
bevatten. De modus Superfijn kan alleen worden
ingeschakeld als de externe machine tevens de
resolutie Superfijn ondersteunt.
Ultrafijn Geschikt voor documenten die foto´s bevatten.
Lichter/Donk
erder
Lichter 2 Maakt de fax lichter dan het origineel. Werkt goed
met donkere tekst.
Lichter 1
Normaal* Wekt goed moet normale getikte of gedrukte
documenten.
Donkerder 1 Maakt de fax donkerder dan het origineel. Werkt goed
met licht drukwerk of lichte potloodstrepen.
Donkerder 2
Vertraagde
start
21:00* Stelt de begintijd in waarop een fax verzonden moet
worden.
00:00–23:59
Nieuwe instellingen
toepassen
Druk, na het voltooien van de instellingen, op de knop
Nieuwe instellingen toepassen en voer de wijzigingen
door.
Start de printer opnieuw om
nieuwe instellingen toe te
passen
Voer de wijzigingen door door op de knop Start de
printer opnieuw op om nieuwe instellingen toe te
passen te drukken.
Kleur Zwart-wit Voor afdrukken in zwart-wit of grijstinten.
Kleur* Drukt in kleurmodus af.