Users Guide

34 Uw projector gebruiken
5 Laser
Richt de afstandsbediening op het scherm en houd de
knop Laser ingedrukt om het laserlicht te activeren.
WAARSCHUWING: Kijk niet naar het laserpunt
wanneer deze actief is. Richt het laserlicht niet
naar uw ogen.
6 Beeldverhouding Indrukken om de beeldverhouding van een
weergegeven beeld te wijzigen.
7 Trapeziumcorrectie Druk hierop om de beeldvervorming aan te passen
die door het kantelen van de projector wordt
veroorzaakt (+40/-35 graden).
8
Pagina omhoog
Druk hierop om naar de vorige pagina te gaan.
OPMERKING: De mini-USB-kabel moet
worden aangesloten als u de functie Pagina
omhoog wilt gebruiken.
9
Pagina omlaag
Druk hierop om naar de volgende pagina te gaan.
OPMERKING: De mini-USB-kabel moet
worden aangesloten als u de functie Pagina
omlaag wilt gebruiken.
10
Trapeziumcorrectie
Druk hierop om de beeldvervorming aan te passen
die door het kantelen van de projector wordt
veroorzaakt (+40/-35 graden).
11 S-Video Indrukken om het S-Videosignaal te kiezen.
12 Video Indrukken om de Composiet videobron te kiezen.
13 Videostand De projector heeft vooraf ingestelde configuraties
die zijn geoptimaliseerd op deze knop om gegevens
(presentatiedia's) of video (films, spelletjes, enz.)
weer te geven.
Druk op de knop Videostand om te schakelen tussen
de Presentatiestand, Heldere stand, Filmstand,
sRGB of Aangepaste stand.
Als u eenmaal op de knop Videostand drukt, wordt
de huidige weergavestand weergegeven. Als u
opnieuw op de knop Videostand drukt, schakelt u
tussen de verschillende modi.
14 Leeg scherm Indrukken om het beeld te verbergen/weer te geven.
15
Omhoog
Indrukken om te navigeren door de items van het
OSD-menu.