Service Manual
Table Of Contents
- Alienware Aurora R12 Onderhoudshandleiding
- Inhoudsopgave
- Werken binnenin de computer
- Onderdelen verwijderen en plaatsen
- De binnenkant van uw computer
- Onderdelen van de systeemkaart
- Aanbevolen hulpmiddelen
- Lijst van schroeven
- Kap links
- Bovenkap
- Rechterplaat
- Rechter tron-lichtkaart
- 2,5-inch harde schijf
- 3,5-inch harde schijf
- 2,5-inch harde-schijfkooi
- 3,5-inch harde-schijfkooi
- Voedingseenheid van 550 W
- Voedingseenheid van 1000 W
- Knoopbatterij
- Geheugenmodules
- Enkele grafische kaart
- Solid State-station
- Voorklep
- Bovenste montagekader
- Onderkap
- Processorventilator en warmteafleider
- Thermische koeleenheid van de processor
- Processor
- Draadloze kaart
- Antennes
- I/O-panel voorzijde
- Chassisventilator aan de voorzijde
- Bovenste chassisventilator
- AlienFX LED-kaarten aan de voorzijde
- Aan-uitknopkaart
- Systeemkaart
- Apparaatstuurprogramma's
- Systeemsetup
- Problemen oplossen
Stappen
1. Lijn de poorten op de systeemkaarteenheid uit met de slots in het chassis en zet de systeemkaarteenheid op de juiste plaats.
2. Schuif de systeemkaarteenheid om de lipjes waarmee deze aan het chassis is bevestigd te vergrendelen.
3. Plaats de acht schroeven (#6-32) terug waarmee de systeemkaarteenheid aan het chassis is bevestigd.
4. Plaats de kabels die u hebt losgekoppeld van de systeemkaarteenheid en bevestig deze.
OPMERKING: Voor informatie over sytsteemkaartconnectoren, zie "onderdelen van de systeemkaart".
Vervolgstappen
1. Plaats de processor.
2. Plaats de enkele grafische kaart
3. Plaats de
koelvloeistof van de processor of de processorventilator en de warmteafleider, welke van toepassing is.
4. Plaats de draadloze kaart.
5. Plaats de SSD.
6. Plaats de geheugenmodules.
7. Plaats de linkerplaat.
8. Volg de procedure in Nadat u in de computer hebt gewerkt.
OPMERKING: Het serviceplaatje van uw computer bevindt zich op het moederbord. U moet het serviceplaatje invoeren in
het BIOS-setupprogramma als u het moederbord hebt teruggeplaatst.
OPMERKING: Wanneer het moederbord wordt vervangen, worden alle wijzigingen die u hebt aangebracht in het BIOS
met behulp van het BIOS Setup-programma ongedaan gemaakt. U moet de gewenste wijzigingen nogmaals aanbrengen
nadat u het moederbord hebt vervangen.
De servicetag invoeren in het BIOS-setup-programma
Stappen
1. Zet uw computer aan of start de computer opnieuw op.
91