Gebruikershandleiding Dell B1165nfw BASIS BASIS Deze handleiding geeft informatie met betrekking tot de installatie, normaal gebruik en het oplossen van problemen in Windows. GEAVANCEERD Deze handleiding geeft informatie over de installatie, geavanceerde instelling, gebruik en het oplossen van problemen in verschillende besturingssystemen. Afhankelijk van het model of land zijn enkele functies mogelijk niet beschikbaar.
BASIS 1.
BASIS 4. Problemen oplossen Tips om papierstoringen te voorkomen 87 Vastgelopen originelen verwijderen 88 Papierstoringen verhelpen 91 Informatie over de status-LED 94 Informatie over displaymeldingen 96 5.
1. Inleiding In dit hoofdstuk staat informatie die u nodig heeft om het apparaat te gebruiken.
Belangrijkste voordelen Milieuvriendelijk Gemak • Dit apparaat beschikt over een Eco-functie waarmee u toner en papier kunt sparen (zie "Eco-afdruk" op pagina 52). • Met Easy Capture Manager kunt u gemakkelijk bewerken en afdrukken wat u met de toets Print Screen op het toetsenbord hebt vastgelegd (zie "Managementhulpmiddelen gebruiken" op pagina 244). • U kunt meerdere pagina's op één vel afdrukken om papier te besparen (zie "Geavanceerde afdrukfuncties gebruiken" op pagina 208).
Belangrijkste voordelen Grote functionaliteit en brede ondersteuning van toepassingen. Ondersteund verschillende instellingsmethoden voor draadloze netwerken. • Ondersteuning voor verschillende papierformaten (zie "Specificaties van de afdrukmedia" op pagina 104). • De WPS (Wi-Fi Protected Setup™)-knop gebruiken • Watermerken afdrukken:U kunt uw documenten aanpassen met woorden zoals "Vertrouwelijk" (zie "Geavanceerde afdrukfuncties gebruiken" op pagina 208).
Functies per model Sommige functies en optionele onderdelen zijn mogelijk niet beschikbaar afhankelijk van model of land. Dell Easy Printer Manager Besturingssysteem Besturingssysteem Software B1165nfw Windows ● Mac ● Linux ● (●: beschikbaar. Leeg:Niet beschikbaar) B1165nfw Instellingen voor scannen naar pc ● Instellingen voor faxen naar pc ● Apparaatinstellingen ● Dell Easy Document Creator ● Dell Printer Status ● Smart Panel ● Easy Eco Driver ● Fax ● Dell Network PC Fax a.
Functies per model Verschillende functies functies Fax functies B1165nfw Hi-Speed USB 2.0 ● Netwerkinterface Ethernet 10/100 Base TX bedraad LAN ● Netwerkinterface 802.11b/g/n draadloos LANa ● Eco-afdrukken (bedieningspaneel) ● Dubbelzijdig afdrukken (handmatig)b ● Meerdere verz. ● Uitgest. verz. ● Prior. verz. ● Dubbelzijdig verzenden Veilige ontv. ● Dubbelz. afdr. Naar ander nr./ Ontv. en doorst.
Functies per model Kopiëren functies B1165nfw Identiteitskaarten kopiëren ● Verkleinend of vergrotend kopiëren ● Sorteren ● Posters afdrukken ● Klonen ● Boek 2 pagina's/vel, 4 pagina's/vel ● Achtergrond wijzigen ● Marge versch. Rand wissen Grijs verbeteren Dubbelzijdig kopiëren a. Draadloze netwerkinterfacekaarten (LAN-kaarten) zijn niet in alle landen verkrijgbaar.In sommige landen kan alleen 802.11 b/g worden gebruikt.
Nuttig om te weten Het apparaat drukt niet af. Er is papier vastgelopen. • Open de afdruklijst en verwijder het document uit de lijst (zie "Een afdruktaak annuleren" op pagina 50). • Open en sluit de scaneenheid (zie "Voorkant" op pagina 19). • Verwijder het stuurprogramma en installeer deze opnieuw (zie "Lokaal installeren van het stuurprogramma" op pagina 25).
Informatie over deze gebruikershandleiding Deze gebruikershandleiding bevat basisinformatie over het apparaat en biedt tevens gedetailleerde informatie over de verschillende procedures die doorlopen moeten worden bij het gebruik van het apparaat. • Lees de veiligheidsinformatie voor u het apparaat in gebruik neemt. • Raadpleeg het hoofdstuk over probleemoplossing als u problemen ondervindt bij gebruik van het apparaat.
Veiligheidsinformatie Deze waarschuwingen en voorzorgen moeten eventuele beschadigingen aan uw apparaat en verwondingen aan uzelf of anderen voorkomen.Lees deze instructies aandachtig voor u het apparaat in gebruik neemt.Bewaar dit document goed nadat u het hebt gelezen. 4 Bedrijfsomgeving Waarschuwing 3 Belangrijke veiligheidssymbolen Verklaring van alle pictogrammen en symbolen in dit hoofdstuk Waarschuwing Opgepast NIET proberen.
Veiligheidsinformatie 5 Voorzichtig Haal de stekker uit het stopcontact tijdens onweer of als u het apparaat niet gebruikt. Bedieningswijze Voorzichtig Dit kan een elektrische schok of brand veroorzaken. Opgelet, het papieruitvoergebied is heet. Trek het papier niet uit de printer tijdens het afdrukken. U kunt brandwonden oplopen. Dit kan het apparaat beschadigen.
Veiligheidsinformatie Blokkeer de ventilatieopening niet of duw er geen voorwerpen in. Hierdoor kunnen onderdelen warm worden en kan er brand ontstaan of kan het apparaat beschadigd raken. Het gebruik van sturingen of instellingen of het uitvoeren van procedures die afwijken van deze hier vermeld kan resulteren in gevaarlijke blootstelling aan straling. Het apparaat wordt gevoed via het netsnoer. Om de stroom uit te schakelen, trekt u het netsnoer uit het stopcontact.
Veiligheidsinformatie Wanneer u het apparaat langdurig gebruikt of een groot aantal pagina's in een niet-geventileerde ruimte afdrukt, kan de lucht vervuild raken en schadelijk worden voor uw gezondheid.Plaats het apparaat in een goed geventileerde ruimte of open regelmatig een raam om schonen lucht binnen te laten. Sluit niet te veel apparaten op hetzelfde stopcontact of verlengsnoer aan. Dit kan de prestaties verminderen en een elektrische schok of brand veroorzaken.
Veiligheidsinformatie Zorg ervoor dat het apparaat niet werkt als u verbruiksartikelen in het apparaat vervangt of de binnenkant schoonmaakt. • Verwijder geen kleppen of beveiligingselementen die vastgeschroefd zijn. • Fixeereenheden mogen alleen worden hersteld door een gekwalificeerde servicemedewerker.Reparatie door nietgekwalificeerde technici kan brand of elektrische schokken veroorzaken. U kunt letsel oplopen. Houd reinigingsproducten uit de buurt van kinderen. Kinderen kunnen letsel oplopen.
Veiligheidsinformatie Het gebruik van gerecycleerde verbruiksartikelen, zoals toner, kan het apparaat beschadigen. Bij schade als gevolg van het gebruik van gerecyclede verbruiksartikelen zullen reparatiekosten in rekening worden gebracht. Volg de onderstaande instructies voor verbruiksartikelen die tonerstof bevatten (tonercartridge, cassette voor gebruikte toner, beeldeenheid, enzovoort). • Volg de instructies voor verwijdering wanneer u de verbruiksartikelen weggooit.
Apparaatoverzicht 9 Toebehoren Netsnoer Beknopte installatiehandleiding Software-cda Telefoonhoornb Div. accessoiresc a. De software-cd bevat de stuurprogramma's van de printer, de gebruikershandleiding en softwaretoepassingen. b. Alleen voor model met telefoonhoorn (zie "Functies per model" op pagina 7) c. Diverse, bij uw printer geleverde accessoires kunnen verschillen per land van aankoop en specifiek model. 1.
Apparaatoverzicht 10 Voorkant Type A 1 • Deze afbeelding kan afhankelijk van het model afwijken van uw apparaat.Er zijn verschillende apparaattypes. • Sommige functies en optionele onderdelen zijn mogelijk niet beschikbaar afhankelijk van model of land (zie "Functies per model" op pagina 7).
Apparaatoverzicht Type B 1 Documentinvoerklep 11 Scannerdeksel 2 Klep van documentinvoergeleider 12 Glasplaat van de scanner 3 Documentuitvoerlade 13 4 Steun voor documentuitvoer 14 Steun voor documentinvoer 10 5 Bedieningspaneel 15 Documentinvoerlade 9 8 6 Greep 16 Telefoonhoorna 7 Lade 17 Scannereenheidb c 8 Ladegreep 18 Binnendeksel 9 Papieruitvoersteun 19 Tonercassette 1 2 Papierbreedtegeleiders op een documentinvoer 3 4 5 6 7 10 Uitvoerlade 11 13 14 12 16 a.
Apparaatoverzicht Type B 11 Achterkant • Deze afbeelding kan afhankelijk van het model afwijken van uw apparaat.Er zijn verschillende apparaattypes. • Sommige functies en optionele onderdelen zijn mogelijk niet beschikbaar afhankelijk van model of land (zie "Functies per model" op pagina 7). 1 2 Type A 3 4 5 1 2 1 USB-poort 2 1 USB-poort 2 Netwerkpoort 3 Uitgang voor extra telefoontoestel (EXT.) 4 Telefoonkabelaansluiting (LINE) 5 Aansluiting netsnoer Aansluiting netsnoer 1.
Overzicht van het bedieningspaneel ID Copy Hiermee kunt u beide zijden van een identiteitskaart of een rijbewijs op één zijde van een vel papier kopiëren (zie "Identiteitskaarten kopiëren" op pagina 58). 4 Power/ Wakeup Het apparaat in- of uitschakelen of het apparaat activeren vanuit de energiebesparingsmodus.Druk langer dan drie seconden op deze knop om het apparaat uit te schakelen.
Overzicht van het bedieningspaneel 12 12 Start 13 Stop/ Clear Hiermee start u een taak. Hiermee kunt u op elk moment een taak onderbreken. 14 Status-LED De functie geeft de status van uw printer weer (zie "Informatie over de status-LED" op pagina 94). Numeriek 15 toetsenblok Hiermee kiest u een nummer of voert u alfanumerieke tekens in (zie "Letters en cijfers op het toetsenblok" op pagina 203). On Hook Dial Wanneer u op deze knop drukt, kunt u een kiestoon horen.Voer vervolgens een faxnummer in.
Het apparaat inschakelen 1 Sluit de printer eerst op de netvoeding aan. Als het apparaat een aan/uit-schakelaar heeft, zet u de schakelaar aan. De afbeeldingen in deze gebruikershandleiding zijn afhankelijk van de opties en het model, en komen mogelijk niet helemaal overeen met uw apparaat.Controleer het type apparaat (zie "Voorkant" op pagina 19). 2 Druk op (Power/Wakeup) op het bedieningspaneel. Als u het apparaat wilt uitschakelen, houdt u (Power/Wakeup) ongeveer 3 seconden ingedrukt. 1.
Lokaal installeren van het stuurprogramma Typ X:\Setup.exe, waarbij u "X" vervangt door de letter van uw cd/ dvd-station en klik op OK. Een lokale printer is een printer die via een kabel rechtstreeks op uw computer is aangesloten.Als uw apparaat met een netwerk is verbonden, slaat u de onderstaande stappen over en gaat u verder met de installatie van het stuurprogramma voor een netwerkapparaat (zie "Installeren van een stuurprogramma over het netwerk" op pagina 140).
Lokaal installeren van het stuurprogramma 4 Kies USB. Vanaf het Startscherm van Windows 8 • De app Dell Printer Experience kan alleen worden gebruikt in het Startscherm wanneer het V4-stuurprogramma is geïnstalleerd.Het V4-stuurprogramma wordt automatisch gedownload van Windows Update als uw computer verbinding heeft met internetAls dit niet het geval is, kunt u het V4-stuurprogramma handmatig downloaden van de Dell-website, www.Dell.com > zoek uw product > Ondersteuning of Downloads.
Lokaal installeren van het stuurprogramma 1 Zorg ervoor dat uw computer is ingeschakeld en verbonden met internet. 2 3 Zorg ervoor dat het apparaat is ingeschakeld. Sluit de computer en het apparaat aan met een USB-kabel. Het stuurprogramma wordt automatisch geïnstalleerd via Windows Update. • Als u de managementhulpmiddelen voor printers van Dell wilt installeren, moet u deze installeren met de meegeleverde softwarecd. • U kunt de app Dell Printer Experience downloaden van de Windows Store.
Het stuurprogramma opnieuw installeren Als het printerstuurprogramma niet naar behoren werkt, volg dan de onderstaande stappen om het stuurprogramma opnieuw te installeren. 14 Windows 1 Selecteer in het menu Start achtereenvolgens Programma’s of Alle programma's > Dell Printers > naam van uw printerstuurprogramma> Deïnstalleren. • Voor Windows 8: 1 Selecteer vanuit de balk Charms de optie Zoeken > Apps(App). 2 Zoek naar en klik op Configuratiescherm.
2. Menuoverzicht en basisinstellingen Dit hoofdstuk levert informatie over de algemene menustructuur en de opties voor de basisinstellingen.
Menuoverzicht Het bedieningspaneel biedt toegang tot verschillende menu's voor de instelling en het gebruik van het apparaat. 6 Druk op (Stop/Clear) om terug te keren naar de gereedmodus. Items • Afhankelijk van de opties of het model zullen sommige menu's mogelijk niet op het display verschijnen.Als dit het geval is, zijn deze opties niet van toepassing op uw apparaat. • Afhankelijk van het model kunnen sommige menu-onderdelen op uw apparaat een andere naam hebben.
Menuoverzicht Items Faxfunctie (vervolg) Opties Veilige ontv. Items Uit Faxinstel. (vervolg) Aan Opties St.inst. wijz. Tonersterkte Afdrukken Contrast Scanformaat Pag. toevoegen Autom. rapport Taak annuleren Faxinstel. Verzending Handmatig V/O Kopieerfunctie Transm.rapport TCR voor afb. Kiesmodus Aan Uit Kenget. kiezen ECM-modus Aan Uit Aant. kiespog. Opn. kiezen na Ontvangst Resolutie Scanformaat Verkl./vergr. Tonersterkte a Normaal Donker+1- Donker+5 Ontvangstmodus Opn. na bels.
Menuoverzicht Items Kopieerfunctie Opties Lay-out (vervolg) Achtergrondkl. Kopieerinstel. St.inst. wijz. Normaal Items Systeeminst. Opties Apparaatinst. Apparaat-id 2 pagina's/vel Faxnummer 4 pagina's/vel Datum en tijd ID kopie Klokmodus Poster kopier. Taal Meer op 1 vel Energ.spaarst. Uit Ontw.gebeurt. Auto Time-out syst. Versterk.nv.1 Luchtdrukcorr. Versterk.nv.2 Aut. doorgaanb Vervag.niv. 1 - Vervag.niv. 4 Verkeerd papier Scanformaat Verv.
Menuoverzicht Items Systeeminst. (vervolg) Opties Geluid/Volume Items Toetsgeluid Waarsch.geluid Rapport Systeeminst. (vervolg) Opties Instel. wissen Faxinstel. Luidspreker Kopieerinstel. Belsignaal Systeeminst. Alle rapporten Netwerkinstel.c Configuratie Adresboek Info verb.art. Fax verzonden Adresboek Fax ontvangen Fax verzenden Netwerk c TCP/IP (IPv4) DHCP Fax verzonden BOOTP Fax ontvangen Statisch Geplande taken TCP/IP (IPv6) Ongewenste fax Netwerkconf.
Menuoverzicht Items Netwerk c (Vervolg) Opties Draadloos Wi-Fi AAN/UIT Wi-Fi Direct WPS-inst. WLAN-inst. WLAN Standaard WLAN-signaal Instel. wissen Netwerkconf. a. Deze optie is niet in alle landen beschikbaar. b. Deze optie verschijnt alleen als Verkeerd papier is ingeschakeld. c. Deze optie verschijnt alleen als de tonercassette nog een kleine hoeveelheid toner bevat. 2.
De standaardinstellingen van het apparaat U kunt de hoogte instellen via Apparaatinstellingen in Dell Printer Manager of de sectie Machine in Hulpprogramma printerinstellingen. • Voor gebruikers van Windows en Mac, zie "Apparaatinstellingen" op pagina 251. Voer de juiste tijd en datum in, met behulp van de pijltoetsen of het numeriek toetsenblok (zie "Letters en cijfers op het toetsenblok" op pagina 203).
De standaardinstellingen van het apparaat • Wanneer u op de aan/uit-knop drukt, begint met afdrukken, of wanneer een fax wordt ontvangen, zal het apparaat uit de energiespaarstand ontwaken. • Druk op (Menu) > Systeeminst. > Apparaatinst. > Ontw.gebeurt. > Druk op knop > Aan op het bedieningspaneel.Als u op een willekeurige knop drukt, uitgezonderd de aan/uitknop, wordt het apparaat wakker uit sluimerstand.
Afdrukmateriaal en lade In dit hoofdstuk wordt uitgelegd hoe u afdrukmedia in uw apparaat plaatst. 2 Lade overzicht • Wanneer u afdrukmateriaal gebruikt dat niet voldoet aan deze specificaties, kan dit problemen veroorzaken waarvoor reparatie vereist is.Zulke reparaties worden niet gedekt door de garantie of serviceovereenkomst van Dell. Om het formaat te wijzigen, moet u de papiergeleiders aanpassen. • Zorg ervoor dat u geen fotopapier voor inkjetprinters gebruikt.Dit kan uw apparaat beschadigen.
Afdrukmateriaal en lade 3 Papier in de lade plaatsen 2 Buig de papierstapel of waaier het papier uit, om de pagina's van elkaar te scheiden voor u het papier in het apparaat plaatst. 3 Plaats het papier in de lade met de te bedrukken zijde naar boven. De afbeeldingen in deze gebruikershandleiding zijn afhankelijk van de opties en het model, en komen mogelijk niet helemaal overeen met uw apparaat.Controleer het type apparaat (zie "Voorkant" op pagina 19). 1 Open de lade.
Afdrukmateriaal en lade • Druk de papierbreedtegeleider niet te hard tegen de rand van het papier, omdat het papier daardoor kan buigen. • Gebruik geen papier waarvan de voorste rand opgekruld is. Hierdoor kan het papier vastlopen of kreukelen. • Als u de breedtegeleider niet aanpast, kan het papier vastlopen. 4 Houd de breedtegeleider ingedrukt en schuif deze tegen de stapel papier, zonder het papier te buigen.
Afdrukmateriaal en lade 4 5 Handmatige invoer in de lade In de lade kunnen speciale soorten en formaten afdrukmateriaal worden geplaatst, zoals briefkaarten, notitiekaarten en enveloppen (zie "Specificaties van de afdrukmedia" op pagina 104). Voor handmatig invoeren in de lade, klik hieronder: Zie "Papier in de lade plaatsen" op pagina 38.
Afdrukmateriaal en lade Types Lade a Enveloppen Normaal papier ● Of enveloppen goed worden bedrukt, is afhankelijk van de kwaliteit. Dik papier ● Plaats een envelop op de volgende manier om deze te bedrukken.
Afdrukmateriaal en lade • Gebruik geen enveloppen met sluithaakjes, knipsluitingen, vensters, gecoate binnenbekleding, zelfklevende sluitingen of andere synthetische materialen. • Gebruik geen beschadigde enveloppen of enveloppen van slechte kwaliteit. • Controleer of de naad aan beide uiteinden van de envelop helemaal doorloopt tot in de hoek.
Afdrukmateriaal en lade • Let op dat er tussen de etiketten geen zelfklevend materiaal blootligt.Blootliggende delen kunnen ervoor zorgen dat etiketten tijdens het afdrukken loskomen, waardoor het papier kan vastlopen.Ook kunnen hierdoor onderdelen van het apparaat beschadigd raken. • Plaats geen gebruikte etiketvellen in het apparaat.De klevende achterzijde mag slechts een keer door het apparaat worden gevoerd.
Afdrukmateriaal en lade 6 Papierformaat en -type instellen Nadat u het papier in de lade hebt geplaatst moet u het papierformaat en type instellen met behulp van de knoppen op het bedieningspaneel. U kunt de hoogte instellen via Apparaatinstellingen in Dell Printer Manager of de sectie Machine in Hulpprogramma printerinstellingen. • Voor gebruikers van Windows en Mac, zie "Apparaatinstellingen" op pagina 251.
Afdrukmateriaal en lade 7 8 De uitvoersteun gebruiken Het oppervlak van de uitvoerlade kan warm worden wanneer u veel pagina's tegelijk afdrukt.Let erop dat u het oppervlak niet aanraakt en houd kinderen uit de buurt. Originelen voorbereiden • Plaats geen papier dat kleiner is dan 142 × 148 mm of groter dan 216 × 356 mm. • Vermijd het gebruik van de volgende papiertypen om papierstoringen, een slechte afdrukkwaliteit of schade aan het apparaat te voorkomen.
Afdrukmateriaal en lade 9 Originelen plaatsen 1 Til het deksel van de scanner op. 2 Plaats de originelen met de bedrukte zijde naar beneden op de glasplaat van de scanner.Plaats het document zorgvuldig in het verlengde van de markering linksboven op de glasplaat. U kunt de glasplaat van de scanner gebruiken om een document te kopiëren, te scannen of als fax verzenden.
Afdrukmateriaal en lade 3 Sluit het deksel van de scanner. • Als u het deksel van de scanner tijdens het kopiëren niet sluit, kan dat een nadelig effect hebben op de kopieerkwaliteit en het tonerverbruik. • Stof op de glasplaat kan leiden tot zwarte vlekken op de afdruk.Houd de glasplaat schoon (zie "Het apparaat reinigen" op pagina 80). In de automatische documentinvoer In de documentinvoer kunt u tot 40 vellen papier (80 g/m2, 20 lbs bankpostpapier) voor één taak plaatsen.
Afdrukmateriaal en lade 3 Plaats de originelen in de documentinvoerlade met de bedrukte zijde naar boven.Zorg ervoor dat de onderkant van de stapel originelen samenvalt met de markering voor het papierformaat op de invoerlade. 4 Stel de ADI in overeenkomstig het papierformaat. Stof op de glasplaat van de ADI kan zwarte strepen op de afdruk veroorzaken.Houd de glasplaat schoon (zie "Het apparaat reinigen" op pagina 80). 2.
Eenvoudige afdruktaken Raadpleeg de Handleiding Geavanceerd (zie "Geavanceerde afdrukfuncties gebruiken" op pagina 208) voor speciale afdrukfuncties. 3 Selecteer uw printer in de lijst Printer selecteren. 4 De basisafdrukinstellingen, inclusief het aantal kopieën en het afdrukbereik, worden geselecteerd in het venster Afdrukken. 10 Afdrukken • Wanneer u gebruik maakt van Mac of Linux, raadpleegt u handleiding Geavanceerd(zie "Afdrukken in Mac" op pagina 218 of "Afdrukken in Linux" op pagina 220).
Eenvoudige afdruktaken 11 12 Een afdruktaak annuleren Voorkeursinstellingen openen Een afdruktaak die in een afdrukrij of afdrukspooler wacht om afgedrukt te worden, annuleert u op de volgende manier: • U kunt toegang krijgen tot dit venster door te dubbelklikken op het pictogram van het apparaat ( • • Het venster Voorkeursinstellingen in deze gebruikshandleiding verschilt mogelijk van het venster dat u ziet omdat dit afhankelijk is van de gebruikte printer.
Eenvoudige afdruktaken 4 Klik op Eigenschappen of op Voorkeuren. Voorkeursinstellingen gebruiken Met de optie Favorieten die op elk tabblad maar niet op het tabblad Dell verschijnt, kunt u de huidige voorkeursinstellingen opslaan voor toekomstig gebruik. Volg deze stappen om een Favorieten-item op te slaan. U kunt de huidige status van het apparaat controleren door op de knop Printerstatus te drukken (zie "Dell Printer Status gebruiken" op pagina 252).
Eenvoudige afdruktaken 14 Selecteer meer opties en klik op (Wijzigen). De instellingen worden toegevoegd aan de voorinstellingen die u hebt opgegeven.Om de bewaarde instelling te gebruiken kiest u deze in de vervolgkeuzelijst Favorieten.Het apparaat is nu ingesteld om afdrukken te maken met de gekozen instellingen. Om de opgeslagen instellingen te wissen kiest u deze uit de vervolgkeuzelijst Favorieten en klikt u op (Verwijderen).
Eenvoudige afdruktaken 1 Selecteer (Menu) > Systeeminst. > Apparaatinst. > Ecoinstel. op het bedieningsscherm. 2 Selecteer de gewenste optie en druk op OK. • Standaardmodus: In deze modus is de eco-modus uitgeschakeld.(Tonerbesparing/2 op 1 vel) - Uit:Zet de eco-modus uit. - Aan:Zet de eco-modus aan. Wanneer u de eco-modus inschakelt met een wachtwoord via Dell Printer Manager (Apparaatinstellingen > Eco), verschijnt de melding Geforc..U moet het wachtwoord invoeren om de eco-modus te wijzigen.
Eenvoudige afdruktaken Resultaatsimulator De Resultaatsimulator toont de resultaten van verlaagde kooldioxideemissies, elektriciteitsverbruik en de hoeveelheid uitgespaard papier, naargelang de door u gekozen instellingen. • De resultaten worden berekend op basis van een totaal aantal van honderd pagina's zonder blanco pagina, als de Eco-modus is uitgeschakeld.
Normaal kopiëren 16 Raadpleeg de Handleiding Geavanceerd (zie "Menu Kopiëren" op pagina 176) voor speciale afdrukfuncties. De instellingen per kopie wijzigen Het apparaat beschikt over standaardinstellingen voor kopiëren zodat u snel en gemakkelijk een kopie kunt maken. 15 Normaal kopiëren 1 2 3 Selecteer (Kopiëren) op het bedieningspaneel.
Normaal kopiëren Tonersterkte Origineel Als er vlekken en donkere afbeeldingen op uw origineel staan, kunt u de helderheid aanpassen om de kopie beter leesbaar te maken. Met de oorspronkelijke instelling kunt u de kwaliteit van de kopie verbeteren door het documenttype voor de huidige kopieertaak te selecteren. 1 Selecteer (kopiëren) > (Menu) > Kopieerfunctie > Tonersterkte op het bedieningspaneel. 1 Selecteer (kopiëren) > (Menu) > Kopieerfunctie > Oorspr. type op het bedieningspaneel.
Normaal kopiëren Verkleinde of vergrote kopie U kunt het formaat van een gekopieerde afbeelding verkleinen of vergroten van 25% tot 400%, wanneer u originelen kopieert via de documentinvoer of de glasplaat. • Deze functie is mogelijk niet beschikbaar, afhankelijk van het model of de optionele onderdelen (zie "Verschillende functies" op pagina 8). • Wanneer het apparaat is ingesteld op Eco-modus, zijn de vergrooten verkleinfuncties niet beschikbaar.
Normaal kopiëren 17 Identiteitskaarten kopiëren 1 2 Druk op ID Copy op het bedieningspaneel. 3 4 Plaats voorzijde en druk [Start] verschijnt op het scherm. Uw apparaat kan dubbelzijdige originelen afdrukken op één vel. Plaats een origineel op de glasplaat met de voorzijde naar onder zoals aangegeven door de pijlen.Sluit vervolgens het deksel van de scanner.
Normaal kopiëren 5 Keer het origineel om en leg het op de glasplaat zoals wordt aangegeven door de pijlen.Sluit vervolgens het deksel van de scanner. 6 Druk op de knop • Als u niet op (Start). (Start) drukt, wordt alleen de voorzijde gekopieerd. • Als het origineel groter is dan het afdrukgebied, worden sommige gedeelten mogelijk niet afgedrukt. 2.
Basisfuncties voor scannen Raadpleeg de handleiding Handleiding Geavanceerd (zie "Scanfuncties" op pagina 222), voor speciale scanfuncties. Als het bericht Niet beschikbaar wordt weergegeven, controleert u de poortverbinding, of selecteert u Scannen vanaf paneel op apparaat inschakelen in Dell Printer Manager > Geavanceerde modus inschakelen > Instellingen voor scannen naar pc. 18 Basisfuncties voor scannen 3 Selecteer de gewenste scanbestemming en druk op OK.
Basisfuncties voor faxen 19 • Raadpleeg de handleiding Handleiding Geavanceerd (zie "Faxfuncties" op pagina 230), voor speciale faxfuncties. • U kunt dit apparaat niet als faxapparaat gebruiken via een internettelefoon.Raadpleeg uw internetprovider voor meer informatie. • Wij raden het gebruik van traditionele analoge telefoondiensten (PSTN:Public Switched Telephone Network) wanneer u telefoonlijnen aansluit om de fax te gebruiken.
Basisfuncties voor faxen 4 Voer het faxnummer van de ontvanger in (zie "Letters en cijfers op het toetsenblok" op pagina 203). 1 Plaats originelen in de documentinvoer met de bedrukte zijde naar boven of plaats een enkel document met de bedrukte zijde naar onder op de glasplaat van de scanner (zie "Originelen plaatsen" op pagina 46). 5 Druk op (Start) op het bedieningspaneel.Het document wordt gescand en naar de bestemmingen gefaxt.
Basisfuncties voor faxen • U kunt maximaal 10 bestemmingen ingeven. U kunt geen faxen verzenden met deze functie wanneer u hebt gekozen voor superfijn of wanneer de fax in kleur is. 1 2 3 • Na het invoeren van een groepskiesnummer kunt u geen ander groepskiesnummer invoeren. Plaats originelen in de documentinvoer met de bedrukte zijde naar boven of plaats een enkel document met de bedrukte zijde naar onder op de glasplaat van de scanner (zie "Originelen plaatsen" op pagina 46).
Basisfuncties voor faxen • Verzenden vanuit het geheugen is niet mogelijk in de modus Superfijn.De resolutie-instelling wordt automatisch gewijzigd in Fijn. Voor bepaalde modellen moet u mogelijk op OK drukken om naar menu's op lagere niveaus te gaan. • Als het apparaat ingesteld is op de resolutie Superfijn, maar het ontvangende faxapparaat de resolutie Superfijn niet ondersteunt, wordt de fax verzonden in de hoogste resolutie die het ontvangende faxapparaat ondersteunt.
Basisfuncties voor faxen Tonersterkte U kunt de helderheid van het originele document selecteren. De ingestelde helderheid geldt voor de huidige faxtaak.Voor het aanpassen van de standaardinstellingen (zie"Menu Faxen" op pagina 183). 1 Selecteer (faxen) > het bedieningspaneel. 2 3 Selecteer de gewenste tonerinstelling. Druk op (Menu) > Faxfunctie > Tonersterkte op (Stop/Clear) om terug te keren naar de gereedmodus. 2.
3. Onderhoud In dit hoofdstuk wordt beschreven hoe u verbruiksartikelen, accessoires en onderdelen voor het onderhoud van uw apparaat kunt aankopen.
Verbruiksartikelen en toebehoren bestellen De verkrijgbare accessoires kunnen verschillen van land tot land.Neem contact op met uw verkoper voor de lijst met beschikbare verbruiksartikelen en onderdelen. Als u door Dell goedgekeurde verbruiksartikelen, accessoires of reserveonderdelen wilt bestellen, neemt u contact op met de lokale Dell-dealer of de winkel waar u het apparaat hebt gekocht.Of ga naar www.Dell.com/supplies en selecteer uw land/regio voor de contactgegevens van de klantenservice. 3.
Beschikbare verbruiksartikelen Als de verbruiksartikelen het einde van hun gebruiksduur naderen, kunt u de volgende verbruiksartikelen voor uw apparaat bestellen: Type Tonercassette Gemiddeld aantal afdrukkena Ong. 1.500 pagina's Benaming van onderdeel YK1PM (Alle landen behalve China) 15RRN (Alleen voor China) a. Opgegeven gebruiksduur overeenkomstig ISO/IEC 19752.
Verkrijgbare onderdelen voor onderhoud Neem contact op met de winkel waar u het apparaat hebt gekocht om reserveonderdelen te bestellen.Laat onderhoudsonderdelen alleen vervangen door een erkende servicemedewerker, de leverancier of personeel van de winkel waar u het apparaat hebt gekocht.De vervanging van onderdelen waarvan de gemiddelde levensduur is verstreken, valt niet onder de garantie.
Accessoires installeren Wanneer u optionele apparaten installeert, zoals een extra lade, geheugen enzovoort, detecteert dit apparaat automatisch de optionele apparaten en stelt het deze in.Als u de optionele apparaten die u in dit stuurprogramma hebt geïnstalleerd, niet kunt gebruiken, kunt u de optionele apparaten instellen in Apparaatinstellingen. 1 3 In Windows 8: selecteer in Charms(charms) achtereenvolgens Zoeken > Instellingen. In Windows XP/2003 selecteert u Printers en faxapparaten.
Accessoires installeren 7 • Printerconfiguratie:Selecteer de printertaal voor de afdrukopdracht. • Beheerdersinstellingen:U kunt de Printerstatus en EMFspooling selecteren. • Instellingen aangepast papierformaat:U kunt een aangepast papierformaat opgeven. Klik op OK tot u het Eigenschappen van printer venster verlaat. 3.
De tonercassette bewaren Tonercassettes bevatten componenten die gevoelig zijn voor licht, temperatuur en vochtigheid.Dell raadt u aan deze aanbevelingen te volgen met het oog op optimale prestaties, de hoogste kwaliteit en de langste gebruiksduur van uw nieuwe Dell-tonercassette. Bewaar deze cassette op de plaats waar de printer wordt gebruikt.Idealiter in een omgeving met gecontroleerde temperatuur en vochtigheid.
De tonercassette bewaren 3 Geschatte levensduur van tonercassette De geschatte levensduur van een cassette is afhankelijk van de hoeveelheid toner die afdruktaken vereisen.De eigenlijke capaciteit kan variëren afhankelijk van de afdrukdichtheid van de pagina's waarop u afdrukt, de omgeving, percentage afbeeldingen, de tijd tussen de afdruktaken, het type media en het mediaformaat.
Toner herverdelen Als de tonercassette bijna leeg is: • Witte strepen, onduidelijke afdruk en/of verschillende dichtheid aan beide kanten. • De Status-LED knippert rood.Bij apparaten met een Toner-LED, gaat de LED oranje knipperen. In dat geval kunt u de afdrukkwaliteit tijdelijk verbeteren door de resterende toner in de tonercassette opnieuw te verdelen.Soms blijven die witte strepen of lichtere gebieden voorkomen, ook nadat de toner opnieuw is verdeeld.
Toner herverdelen 2 1 3.
De tonercassette vervangen • Schud de tonercassette grondig. Dit verhoogt de afdrukkwaliteit in het begin. • De afbeeldingen in deze gebruikershandleiding zijn afhankelijk van de opties en het model, en komen mogelijk niet helemaal overeen met uw apparaat.Controleer het type apparaat (zie "Voorkant" op pagina 19). • Om schade aan de tonercassette te voorkomen, moet u ervoor zorgen dat deze niet langer dan enkele minuten wordt blootgesteld aan licht.Dek de cassette zo nodig af met een stuk papier.
De tonercassette vervangen 3.
De gebruiksduur van de verbruiksartikelen controleren Als u regelmatig geconfronteerd wordt met papierstoringen of afdrukproblemen, controleert u het aantal pagina's dat het apparaat heeft afgedrukt of gescand.Vervang indien nodig de betrokken onderdelen. • Houd in de standby-modus de knop (Stop/Clear) ca. 6 seconden ingedrukt en laat deze vervolgens los.Er wordt een rapport met geleverde informatie afgedrukt.
Instellen van de waarschuwing "Toner bijna op" Als de tonercassette bijna leeg is, verschijnt een bericht of gaat er een LED branden die aangeeft dat u de tonercassette moet vervangen.U kunt instellen of u wenst dat dit bericht of deze LED verschijnt of niet. U kunt de hoogte instellen via Apparaatinstellingen in Dell Printer Manager of de sectie Machine in Hulpprogramma printerinstellingen. • Voor gebruikers van Windows en Mac, zie "Apparaatinstellingen" op pagina 251.
Het apparaat reinigen Als er zich problemen voordoen met de afdrukkwaliteit of als u uw apparaat in een stofrijke omgeving gebruikt, moet u uw apparaat regelmatig schoonmaken om de beste afdrukkwaliteit te blijven garanderen en de gebruiksduur van uw apparaat te verlengen. • Als u de behuizing van het apparaat reinigt met reinigingsmiddelen die veel alcohol, oplosmiddelen of andere agressieve substanties bevatten, kan de behuizing verkleuren of vervormen.
Het apparaat reinigen 5 De binnenkant reinigen Tijdens het afdrukken kunnen zich in het apparaat papierresten, toner en stof verzamelen.Dit kan op een gegeven moment problemen met de afdrukkwaliteit veroorzaken, zoals tonervlekken of vegen.Deze problemen kunnen worden gereduceerd en verholpen door de binnenkant van het apparaat te reinigen. • Om schade aan de tonercassette te voorkomen, moet u ervoor zorgen dat deze niet langer dan enkele minuten wordt blootgesteld aan licht.
Het apparaat reinigen 2 1 3.
Het apparaat reinigen 6 Reinigen van de opneemrol • Schakel het apparaat uit en haal de stekker uit het stopcontact.Wacht totdat het apparaat is afgekoeld.Als uw apparaat een aan/uit-schakelaar heeft, zet u de aan/uit-schakelaar uit voordat u het apparaat reinigt. • De afbeeldingen in deze gebruikershandleiding zijn afhankelijk van de opties en het model, en komen mogelijk niet helemaal overeen met uw apparaat.Controleer het type apparaat (zie "Voorkant" op pagina 19). 3.
Het apparaat reinigen 7 Scannereenheid reinigen Houd de scannereenheid goed schoon. Dat komt de kwaliteit van de kopieën ten goede.Wij raden u aan de scannereenheid aan het begin van elke dag te reinigen en dit zo nodig in de loop van de dag te herhalen. • Schakel het apparaat uit en haal de stekker uit het stopcontact.Wacht totdat het apparaat is afgekoeld.Als uw apparaat een aan/uit-schakelaar heeft, zet u de aan/uit-schakelaar uit voordat u het apparaat reinigt.
Tips voor het verplaatsen en opbergen van uw apparaat • U mag het apparaat bij het verplaatsen niet ondersteboven of op zijn kant houden.Er kan immers toner vrijkomen binnenin het apparaat waardoor er schade aan het apparaat kan ontstaan of de afdrukkwaliteit kan verslechteren. • Als u het apparaat verplaatst, moet u ervoor zorgen dat ten minste twee mensen het apparaat goed vasthouden. 3.
4. Problemen oplossen In dit hoofdstuk vindt u nuttige informatie over wat u moet doen als er een probleem optreedt. • Tips om papierstoringen te voorkomen 87 • Vastgelopen originelen verwijderen 88 • Papierstoringen verhelpen 91 • Informatie over de status-LED 94 • Informatie over displaymeldingen 96 In dit hoofdstuk vindt u nuttige informatie over wat u moet doen als er een probleem optreedt.Als uw apparaat beschikt over een displayscherm, moet u eerst hierop kijken om de fout op te lossen.
Tips om papierstoringen te voorkomen U kunt de meeste papierstoringen voorkomen door het juiste type afdrukmedia te gebruiken.Zie de volgende tips om storingen met vastzittend papier te voorkomen: • Zorg ervoor dat de verstelbare geleiders correct zijn ingesteld (zie "Lade overzicht" op pagina 37). • Verwijder geen papier uit de papierlade tijdens het afdrukken. • Buig het papier, waaier het uit en maak er een rechte stapel van voordat u het in de lade plaatst.
Vastgelopen originelen verwijderen Als een origineel vastloopt in de ADI verschijnt er een waarschuwingsbericht op het display. Trek het vastgelopen papier voorzichtig en langzaam naar buiten om te voorkomen dat het scheurt. Gebruik de glasplaat van de scanner voor originelen van dik, dun of gemengd papier om papierstoringen te voorkomen.
Vastgelopen originelen verwijderen 2 Het origineel is in de scanner vastgelopen • De afbeeldingen in deze gebruikershandleiding zijn afhankelijk van de opties en het model, en komen mogelijk niet helemaal overeen met uw apparaat.Controleer het type apparaat (zie "Voorkant" op pagina 19). • Deze probleemoplossing is mogelijk niet beschikbaar afhankelijk van model of optionele onderdelen (zie "Verschillende functies" op pagina 8). 4.
Vastgelopen originelen verwijderen 3 Het origineel is vastgelopen in het uitvoergebied van de scanner. • De afbeeldingen in deze gebruikershandleiding zijn afhankelijk van de opties en het model, en komen mogelijk niet helemaal overeen met uw apparaat.Controleer het type apparaat (zie "Voorkant" op pagina 19). • Deze probleemoplossing is mogelijk niet beschikbaar afhankelijk van model of optionele onderdelen (zie "Voorkant" op pagina 19). 1 2 Verwijder alle resterende pagina's uit de ADI.
Papierstoringen verhelpen Trek het vastgelopen papier voorzichtig en langzaam naar buiten om te voorkomen dat het scheurt. 4 In de papierlade De afbeeldingen in deze gebruikershandleiding zijn afhankelijk van de opties en het model, en komen mogelijk niet helemaal overeen met uw apparaat.Controleer het type apparaat (zie "Voorkant" op pagina 19). 4.
Papierstoringen verhelpen 5 Binnenin het apparaat • Het gebied rond de fixeereenheid is heet.Wees voorzichtig wanneer u papier uit het apparaat verwijdert. • De afbeeldingen in deze gebruikershandleiding zijn afhankelijk van de opties en het model, en komen mogelijk niet helemaal overeen met uw apparaat.Controleer het type apparaat (zie "Voorkant" op pagina 19). 2 1 4.
Papierstoringen verhelpen Ga naar de volgende stap als u geen papier ziet in dit gebied: 4.
Informatie over de status-LED De kleur van de LED geeft de huidige status van het apparaat aan. • Afhankelijk van het model of land zijn enkele LED´s mogelijk niet beschikbaar (zie "Overzicht van het bedieningspaneel" op pagina 22). • Zie de foutmelding en de bijbehorende instructies om de fout op te lossen (zie "Informatie over displaymeldingen" op pagina 96).
Informatie over de status-LED LED ( ( ) WPSb Status Blauw )Power/Wakeup Blauw Eco Tonerb Omschrijving Knippert Het apparaat maakt verbinding met een draadloos netwerk. Aan Het apparaat maakt verbinding met een draadloos netwerk (zie "Draadloos netwerk instellen" op pagina 147). Uit De verbinding tussen het apparaat en het draadloze netwerk is verbroken. Aan Het apparaat bevindt zich in energiebesparende modus. Uit Het apparaat staat in de gereedmodus of het apparaat is uitgeschakeld.
Informatie over displaymeldingen Er verschijnen berichten op het display van het bedieningspaneel om de status van het apparaat of fouten te melden.Raadpleeg de onderstaande tabellen voor de betekenis van de berichten en verhelp indien nodig het probleem. • U kunt de fout ook oplossen met de tips in het programmavenster Afdrukstatus of Smart Panel (zie "Dell Printer Status gebruiken" op pagina 252).
Informatie over displaymeldingen 7 Meldingen over de tonercassette Melding Tonercassette Betekenis Voorgestelde oplossing Er is geen tonercassette geplaatst. Plaats een tonercassette. De tonercassette die u hebt geplaatst, is niet geschikt voor uw apparaat. Installeer tonercassettes van Dell die speciaal bedoeld zijn voor uw apparaat. De tonercassette bevat nog een kleine hoeveelheid toner.De tonercassette heeft de geschatte levensduur bijna bereikt.
Informatie over displaymeldingen Melding Plaats nieuwe cass. Betekenis Voorgestelde oplossing De aangegeven tonercassette is bijna aan het einde van de geschatte levensduur. • U kunt kiezen tussen Stop of Doorgaan, zoals weergegeven op het bedieningspaneel.Als u Stop selecteert, stopt de printer met afdrukken en kunt u niet meer afdrukken zolang u de cassette niet hebt vervangen.Als u Doorgaan kiest, gaat de printer door met afdrukken maar kan de afdrukkwaliteit niet worden gegarandeerd.
Informatie over displaymeldingen 8 Meldingen over de papierlade Melding Betekenis Voorgestelde oplossing Storing of leeg • Er is papier vastgelopen bij de papierinvoer. • Verwijder het vastgelopen papier (zie "In de papierlade" op pagina 91). Open/sluit deur • De lade is leeg. • Plaats papier in de lade (zie "Papier in de lade plaatsen" op pagina 38). 9 Meldingen over het netwerk Melding Netw.probl.
Informatie over displaymeldingen 10 Div. meldingen Melding Klep open Betekenis Voorgestelde oplossing De klep is niet goed gesloten. Sluit de klep goed. Deze moet vastklikken. Klep van scanner staat open. De klep van de documentinvoer is niet goed vergrendeld. Sluit de klep goed. Deze moet vastklikken. Fout [foutnummer] Het apparaat kan niet bestuurd worden. Start het apparaat opnieuw op en probeer nogmaals af te drukken.
5. Bijlage In dit hoofdstuk staan productspecificaties en informatie met betrekking tot toepasbare regelgeving.
Specificaties 1 Algemene specificaties De specificaties hieronder kunnen zonder voorafgaande kennisgeving worden gewijzigd.Zie www.Dell.com voor eventuele wijzigingen.
Specificaties Items Nominaal vermogenb Stroomverbruik Draadloos Omschrijving Modellen op 110 volt AC 110 – 127 V Modellen op 220 volt AC 220 – 240 V Gemiddeld vermogen minder dan 310 Watt Stand-bymodus minder dan 30 Watt Energiebesparende modusc Minder dan 3,1 :DWW Uitgeschakelde toestandd Minder dan 0,3 Watt Network Standby-modus (Activering alle poorten) Minder dan 4,0 Watt Module SPW-B4319S a. Geluidsdrukniveau, ISO 7779.
Specificaties 2 Specificaties van de afdrukmedia Type Normaal papier Enveloppen Formaat Gewicht/capaciteit afdrukmediaa Afmetingen Lade Handmatige invoer in de ladeb Letter 216 x 279 mm 71 tot 85 g/m2 (bankpostpapier) 71 tot 85 g/m2 (bankpostpapier) Legal 216 x 356 mm • 1 vel US Folio 216 x 330 mm • 150 vellen van 80 g/m2 (bankpostpapier) A4 210 x 297 mm Oficio 216 x 343 mm JIS B5 182 x 257 mm ISO B5 176 x 250 mm Executive 184 x 267 mm A5 148 x 210 mm Monarch-envelop 98 x 19
Specificaties Type Formaat Afmetingen Gewicht/capaciteit afdrukmediaa Lade Dik papier Dun papier Zie Normaal papier 86 tot 120 g/m2 (bankpostpapier) 86 tot 120 g/m2 (bankpostpapier) • 50 vellen van 120 g/m2 • 1 vel (bankpostpapier) Zie Normaal papier 60 tot 70 g/m2 (bankpostpapier) 60 tot 70 g/m2 (bankpostpapier) • 160 vellen van 60 g/m2 • 1 vel 75 tot 90 g/m2 (bankpostpapier) 75 tot 90 g/m2 (bankpostpapier) • 150 vellen van 80 g/m2 (bankpostpapier) • 1 vel 75 tot 90 g/m2 (bankpostpapier)
Specificaties Type Formaat Gewicht/capaciteit afdrukmediaa Afmetingen Lade Etikettenc Kartonpapier Letter, Legal, US Folio, A4, JIS B5, ISO B5, Executive, A5 Letter, Legal, US Folio, A4, JIS B5, ISO B5, Executive, A5 Zie Normaal papier Zie Normaal papier Briefkaart 4x6 Handmatige invoer in de ladeb 120 tot 150 g/m2 (bankpostpapier) 120 tot 150 g/m2 (bankpostpapier) • 10 vellen • 1 vel 121 tot 163 g/m2 (bankpostpapier) 121 tot 163 g/m2 (bankpostpapier) • 10 vellen • 1 vel Bankpostpapier
Specificaties 3 Systeemvereisten Microsoft® Windows® Vereisten (aanbevolen) Besturingssysteem Processor RAM Vrije schijfruimte Windows® 2000 Intel® Pentium® II 400 MHz (Pentium III 933 MHz) 64 MB (128 MB) 600 MB Windows® XP Intel® Pentium® III 933 MHz (Pentium IV 1 GHz) 128 MB (256 MB) 1,5 GB Windows Server® 2003 Intel® Pentium® III 933 MHz (Pentium IV 1 GHz) 128 MB (512 MB) 1,25 GB tot 2 GB Windows Server® 2008 Intel® Pentium® IV 1 GHz (Pentium IV 2 GHz) 512 MB (2 GB) 10 GB Windows V
Specificaties Mac Vereisten (aanbevolen) Besturingssysteem Mac OS X 10,5 Processor • Intel®-processoren RAM Vrije schijfruimte 512 MB (1 GB) 1 GB • 867 MHz of sneller Power PC G4/G5 Mac OS X 10.6 • Intel®-processoren 1 GB (2 GB) 1 GB Mac OS X 10,7 • Intel®-processoren 2 GB 4 GB Linux Items Besturingssysteem Vereisten Redhat® Enterprise Linux WS 4, 5, 6 (32-/64-bit) Fedora 5 ~ 15 (32/64 bits) OpenSuSE® 10.2, 10.3, 11.0, 11.1, 11.2, 11.3, 11.4 (32/64 bit) Mandriva 2007, 2008, 2009, 2009.
Specificaties 4 Netwerkomgeving Alleen voor draadloze en netwerkmodellen (zie "Functies per model" op pagina 7). U moet de netwerkprotocollen installeren op het apparaat om het als netwerkprinter te kunnen gebruiken.In de volgende tabel worden de netwerkomgevingen vermeld die door het apparaat worden ondersteund. Items Netwerkinterface Specificaties • Ethernet 10/100 Base-TX bedraad LAN • 802.
Informatie over wettelijke voorschriften Dit apparaat is ontworpen voor een normale werkomgeving en is gecertificeerd conform verschillende veiligheidsvoorschriften. Neem bij het gebruik van dit apparaat altijd deze elementaire veiligheidsmaatregelen in acht om het risico op brand, elektrische schokken en letsels te beperken.
Informatie over wettelijke voorschriften 6 8 Veiligheid in verband met ozon Energiebesparingsmodus De ozonemissie van dit apparaat ligt onder 0,1 ppm.Ozon is zwaarder dan lucht. Zet dit apparaat dus op een plaats met goede ventilatie. Deze printer is uitgerust met een geavanceerde energiebesparende technologie die het stroomverbruik vermindert wanneer het apparaat niet wordt gebruikt. Als de printer gedurende enige tijd geen gegevens ontvangt, wordt het stroomverbruik automatisch verlaagd.
Informatie over wettelijke voorschriften 10 11 Correcte verwijdering van dit product (afgedankte elektrische en elektronische apparatuur) Alleen voor China (Van toepassing in landen met afzonderlijke verzamelsystemen) % QIZ 2000m Dan hab yungh youq gij digih haijbaz 2000 m doxroengz haenx ancienz sawjyungh. Deze aanduiding op het product, op de accessoires of in de documentatie geeft aan dat het product en zijn elektronische accessoires (bijv.
Informatie over wettelijke voorschriften (Alleen voor de Verenigde Staten) Verwijder elektronica door deze naar een goedgekeurd recyclingbedrijf te brengen.Vind recyclingbedrijven bij u in de buurt op onze website:www.Dell.com/recyclingdirect Or bel (877) 278 - 0799 12 Proposition 65 van de Staat Californië, Waarschuwing (Alleen V.S.) 13 Alleen voor Taiwan 14 Radiofrequentiestraling FCC-normen (VS) Dit apparaat is conform Deel 15 van de FCC-voorschriften.
Informatie over wettelijke voorschriften 15 Wijzigingen of modificaties die niet uitdrukkelijk zijn goedgekeurd door de fabrikant (die ervoor moet zorgen dat het apparaat aan de normen voldoet) kunnen ertoe leiden dat de toestemming aan de gebruiker om het apparaat te gebruiken vervalt.
Informatie over wettelijke voorschriften Het gebruik van dit apparaat is onderworpen aan de volgende twee voorwaarden:(1) Dit apparaat mag geen schadelijke interferentie veroorzaken en (2) dit apparaat moet alle ontvangen interferentie accepteren, inclusief interferentie die een ongewenste werking van het apparaat kan veroorzaken. 16 Alleen voor Rusland Draadloze apparaten mogen niet door de gebruiker zelf worden hersteld.Ze mogen onder geen enkel beding gewijzigd worden.
Informatie over wettelijke voorschriften 19 21 Alleen in Thailand 20 Alleen Canada Dit product voldoet aan de geldende technische specificaties van Industry Canada./ Le present materiel est conforme aux specifications techniques applicables d'Industrie Canada. Het REN (Ringer Equivalence Number) is een indicatie van het maximum aantal apparaten dat mag worden aangesloten op een telefooninterface.
Informatie over wettelijke voorschriften 22 REN-nummer (Ringer Equivalence Number) Volgens de voorschriften van de FCC (Federal Communication Commission) kunnen wijzigingen of modificaties aan dit apparaat die niet uitdrukkelijk zijn goedgekeurd door de fabrikant ertoe leiden dat de gebruiker het recht verliest om het apparaat te gebruiken.Wanneer randapparatuur schade aan het telefoonnet veroorzaakt, moet de telefoonmaatschappij de klant waarschuwen dat de dienst kan worden onderbroken.
Informatie over wettelijke voorschriften • • Als u zich in een gebied bevindt waar veel onweer voorkomt of regelmatig spanningspieken optreden in het lichtnet, raden we u aan om zowel voor het lichtnet als de telefoonlijn een piekspanningsbeveiliging te installeren.Piekspanningsbeveiligingen kunt u aanschaffen bij uw dealer of bij een elektronica speciaalzaak.
Informatie over wettelijke voorschriften Belangrijke waarschuwing: Dit apparaat moet op een geaard stopcontact worden aangesloten. De aders van het netsnoer hebben de volgende kleurcodering: 24 Verklaring van overeenstemming (Europese landen) Goedkeuringen en certificeringen • Groen/geel: aarding • Blauw: neutraal • Bruin: fase Ga als volgt te werk als de kleuren van de aders in het netsnoer niet overeenstemmen met die van de stekker.
Informatie over wettelijke voorschriften 9 maart 1999: Richtlijn 1999/5/EC van de Raad inzake radioapparatuur en eindapparatuur voor telecommunicatie en de onderlinge herkenning van hun conformiteit.U kunt bij uw vertegenwoordiger van Dell Inc. een volledige verklaring krijgen waarin de relevante richtlijnen en de normen waarnaar wordt verwezen, zijn gedefinieerd.
Informatie over wettelijke voorschriften Europese landen met gebruiksbeperkingen: EU In Frankrijk is het frequentiebereik beperkt tot 2454-2483,5 MHz voor apparaten met een zendvermogen van meer dan 10 mW, zoals draadloze apparaten EEA/EFTA-landen Geen beperkingen op dit ogenblik.
Informatie over wettelijke voorschriften Het afgegeven vermogen van het draadloze apparaat of de draadloze apparaten die mogelijk in uw printer zijn ingebouwd, ligt ruimschoots onder de tot dusver bekende RF-blootstellingsgrenzen.Omdat de draadlozen apparaten (die mogelijk in uw printer zijn ingebouwd) minder energie afgeven dan conform de veiligheidsnormen en aanbevelingen inzake radiofrequentie is toegestaan, is de producent ervan overtuigd dat deze apparaten veilig zijn in het gebruik.
Informatie over wettelijke voorschriften Als uw systeem uitgerust is met een ingebouwd draadloos apparaat, mag u het draadloos apparaat niet gebruiken tenzij alle kleppen en schermen op hun plaats zitten en het systeem compleet is. Draadloze apparaten mogen niet door de gebruiker zelf worden hersteld.Ze mogen onder geen enkel beding gewijzigd worden.Wanneer u wijzigingen aanbrengt aan een draadloos apparaat, vervalt de gebruikerslicentie.Neem voor ondersteuning contact op met de fabrikant.
Informatie over wettelijke voorschriften 27 Alleen voor China 5.
Copyright Informatie in dit document kan zonder voorafgaande kennisgeving worden gewijzigd. ©2013 Dell Inc. Alle rechten voorbehouden. Reproductie van deze materialen in welke vorm dan ook zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van Dell Inc. is uitdrukkelijk verboden. Handelsmerken die in deze tekst worden gebruikt:Dell, het Dell-logo en Dell Toner Management System zijn handelsmerken van Dell Inc.
Gebruikershandleiding Dell B1165nfw GEAVANCEERD GEAVANCEERD Deze handleiding geeft informatie over de installatie, geavanceerde instelling, gebruik en het oplossen van problemen in verschillende besturingssystemen. Afhankelijk van het model of land zijn enkele functies mogelijk niet beschikbaar. BASIS Deze handleiding geeft informatie met betrekking tot de installatie, normaal gebruik en het oplossen van problemen in Windows.
GEAVANCEERD 1. Installatie van de software Installatie voor Mac 130 Opnieuw installeren voor Mac 131 Installatie voor Linux 132 Opnieuw installeren voor Linux 134 2. Een via een netwerk aangesloten apparaat gebruiken Menu Faxen 183 Menu Scannen 187 Systeeminstallatie 189 4.
GEAVANCEERD Dell Printer Manager gebruiken 249 Dell Printer Status gebruiken 252 Dell Printer Experience gebruiken 254 De Linux Unified Driver Configurator gebruiken 259 6.
1. Installatie van de software Dit hoofdstuk levert instructies voor het installeren van essentiële en nuttige software voor gebruik in een opstelling waarbij het apparaat via een kabel aangesloten is.Een lokale printer is een printer die via een kabel rechtstreeks op uw computer is aangesloten.
Installatie voor Mac 1 Controleer of de printer op uw computer is aangesloten en ingeschakeld is. 2 Plaats de meegeleverde software-cd in uw cd/dvd-station. 3 Dubbelklik op het pictogram voor cd/dvd op het bureaublad van uw Macintosh-computer. • 4 8 Als u klikt op Aanpassen, kunt u aangeven welke afzonderlijke onderdelen u wilt installeren. 9 10 Voer het wachtwoord in en klik op OK. 11 Klik op de knop Printer toevoegen om uw printer te selecteren en deze aan je lijst met printers toe te voegen.
Opnieuw installeren voor Mac Als het printerstuurprogramma niet correct werkt, maakt u de installatie van het stuurprogramma ongedaan en installeert u het opnieuw. 1 2 3 Open de map Programma's > Dell > Printer Software Uninstaller. 4 5 Voer het wachtwoord in en klik op OK. Klik op Ga door om de printersoftware te deïnstalleren. Selecteer het programma dat u wilt verwijderen en klik op Installatie ongedaan maken. Klik na het deïnstalleren op Sluiten.
Installatie voor Linux U moet Linux-softwarepakketten downloaden van de website van Dell om de printersoftware te installeren (http://www.Dell.com > zoek uw product > Ondersteuning of Downloads). 1 Het Unified Linux-stuurprogramma installeren Het installatieprogramma heeft het pictogram Unified Driver Configurator op het bureaublad geplaatst en de groep Unified Driver aan het systeemmenu toegevoegd.
Installatie voor Linux 3 Printer Settings Utility installeren 1 Controleer of de printer op uw computer is aangesloten en ingeschakeld is. 2 Wanneer het venster Administrator Login verschijnt, typt u "root" in het veld Login en voert u het systeemwachtwoord in. U moet zich aanmelden als supergebruiker (root) om de printersoftware te installeren.Als u geen supergebruiker bent, neemt u contact op met uw systeembeheerder. 3 Download het pakket Printer Settings Utility vanaf de website van Dell.
Opnieuw installeren voor Linux Als het printerstuurprogramma niet correct werkt, maakt u de installatie van het stuurprogramma ongedaan en installeert u het opnieuw. 1 Controleer of de printer op uw computer is aangesloten en ingeschakeld is. 2 Wanneer het venster Administrator Login verschijnt, typt u "root" in het veld Login en voert u het systeemwachtwoord in. U moet zich aanmelden als supergebruiker (root) om de installatie van het printerstuurprogramma ongedaan te maken.
2. Een via een netwerk aangesloten apparaat gebruiken In dit hoofdstuk wordt stap voor stap uitgelegd hoe u een apparaat instelt dat via het netwerk aangesloten is en hoe u de software instelt. • Nuttige netwerkprogramma's 136 • Instelling bekabeld netwerk 137 • Installeren van een stuurprogramma over het netwerk 140 • IPv6-configuratie 145 • Draadloos netwerk instellen 147 De ondersteunde optionele apparaten en functies kunnen van model tot model verschillen (zie "Functies per model" op pagina 7).
Nuttige netwerkprogramma's Er zijn verschillende programma's voorhanden om in een netwerkomgeving de netwerkinstellingen op een eenvoudige manier in te voeren.Zo kan de netwerkbeheerder diverse apparaten in het netwerk beheren. • Voordat u onderstaande programma's gaat gebruiken moet u het IPadres instellen. • Sommige functies en optionele onderdelen zijn mogelijk niet beschikbaar afhankelijk van model of land (zie "Functies per model" op pagina 7).
Instelling bekabeld netwerk 2 3 Een netwerkconfiguratierapport afdrukken Het IP-adres instellen U kunt een netwerkconfiguratierapport afdrukken vanaf het bedieningspaneel van het apparaat, waarin de huidige netwerkinstellingen van uw apparaat worden weergegeven.Dit zal u helpen bij de installatie van een netwerk. • De machine heeft een displayscherm: Druk op de knop (Menu) op het bedieningspaneel en kies Netwerk > Netwerkconf.(Netwerkconfiguratie).
Instelling bekabeld netwerk 5 In het menu Start van Windows selecteert u Alle programma's > Dell Printers > SetIP > SetIP. IPv4-configuratie met het programma SetIP (Mac) 6 Klik op het pictogram (derde van links) in het scherm SetIP om het TCP/IP-configuratievenster te openen. Voordat u het programma SetIP gebruikt, moet u de firewall van de computer uitschakelen via Systeemvoorkeuren > Beveiliging > Firewall. 7 Voer als volgt de nieuwe apparaatgegevens in in het configuratievenster.
Instelling bekabeld netwerk 8 Klik op Installeer.Alle onderdelen die noodzakelijk zijn voor apparaatbewerkingen worden geïnstalleerd. Als u klikt op Aanpassen, kunt u aangeven welke afzonderlijke onderdelen u wilt installeren. 9 10 Voer het wachtwoord in en klik op OK. 11 Klik op het pictogram (derde van links) in het scherm SetIP om het TCP/IP-configuratievenster te openen. 12 Voer de nieuwe apparaatgegevens in het configuratievenster in.
Installeren van een stuurprogramma over het netwerk • Sommige functies en optionele onderdelen zijn mogelijk niet beschikbaar afhankelijk van model of land (zie "Functies per model" op pagina 7). 2 Klik op Nieuwe printer. 3 Kies Ethernet. • Wanneer het apparaat de netwerkinterface niet ondersteunt, kunt u deze functie niet gebruiken (zie "Achterkant" op pagina 21). 4 Windows 1 Plaats de meegeleverde software-cd in uw cd/dvd-station.
Installeren van een stuurprogramma over het 4 Controleer of het apparaat met het netwerk is verbonden en ingeschakeld is.Het IP-adres van uw apparaat moet bovendien zijn ingesteld. Klik op Volgende. 6 Volg de instructies in het installatievenster. Vanaf het Startscherm van Windows 8 • De app Dell Printer Experience kan alleen worden gebruikt in het Startscherm wanneer het V4-stuurprogramma is geïnstalleerd.
Installeren van een stuurprogramma over het 1 Controleer of het apparaat met het netwerk is verbonden en ingeschakeld is.Het IP-adres van uw apparaat moet reeds ingesteld zijn (zie "Het IP-adres instellen" op pagina 137). 2 Ga naar Charms(charms), selecteer Instellingen > Pcinstellingen wijzigen > Apparaten. 3 Klik op Een apparaat toevoegen. 5 Mac 1 Controleer of het apparaat met uw netwerk is verbonden en ingeschakeld is. 2 Plaats de meegeleverde software-cd in uw cd/dvd-station.
Installeren van een stuurprogramma over het 8 Klik op Installeer.Alle onderdelen die noodzakelijk zijn voor apparaatbewerkingen worden geïnstalleerd. Als u klikt op Aanpassen, kunt u aangeven welke afzonderlijke onderdelen u wilt installeren. 9 10 Voer het wachtwoord in en klik op OK. 11 Klik op de knop Printer toevoegen om uw printer te selecteren en deze aan je lijst met printers toe te voegen. 12 13 14 Klik op IP en selecteer HP Jetdirect - Socket in Protocol.
Installeren van een stuurprogramma over het 24 25 26 27 28 29 Selecteer Netwerkprinter en klik op de knop Search. Het IP-adres en het model van de printer verschijnen in de lijst. Selecteer uw apparaat en klik op Next. Voer de beschrijving van de printer in en klik op Next. Nadat de software is toegevoegd klikt u op Finish. Nadat de installatie is voltooid, klikt u op Finish. Een netwerkprinter toevoegen 1 2 3 4 5 Dubbelklik op Unified Driver Configurator. 6 7 8 Selecteer uw apparaat en klik op Next.
IPv6-configuratie IPv6 wordt alleen juist ondersteund in Windows Vista of latere versies. • Sommige functies en optionele onderdelen zijn mogelijk niet beschikbaar afhankelijk van model of land (zie "Functies per model" op pagina 7 of "Menuoverzicht" op pagina 30). 5 Klik op Een printer toevoegen in het linkerdeelvenster van Printers en faxapparaten. 6 Kies Een lokale printer toevoegen op het venster Printer toevoegen. 7 Het venster Wizard Printer toevoegen wordt geopend.
IPv6-configuratie IPv6-adressen instellen Het apparaat ondersteunt de volgende IPv6-adressen voor het afdrukken vanaf het netwerk en voor netwerkbeheer. • Link-local Address:zelfgeconfigureerde lokale IPv6-adressen (adres begint met FE80). • Stateless Address:automatisch door een netwerkrouter geconfigureerd IPv6-adres. • Stateful Address:Door een DHCPv6-server geconfigureerd IPv6adres. • Manual Address:Door de gebruiker handmatig geconfigureerd IPv6adres.
Draadloos netwerk instellen • Controleer of uw apparaat een draadloos netwerk ondersteunt.Afhankelijk van het model is een draadloos netwerk mogelijk niet beschikbaar (zie "Functies per model" op pagina 7). • Als het IPv6-netwerk niet lijkt te werken, zet u alle netwerkinstellingen terug naar de fabrieksinstellingen en probeert u het opnieuw met behulp van Instel. wissen. Naam van draadloos netwerk en Netwerkwachtwoord Draadloze netwerken vereisen een hoger beveiligingsniveau.
Draadloos netwerk instellen 9 Methoden voor het instellen van een draadloos netwerk U kunt de instellingen van uw draadloze netwerk configureren vanaf het apparaat of de computer.Kies de instellingsmethode uit de onderstaande tabel. Sommige installatiemethoden voor het draadloze netwerk zijn mogelijk niet beschikbaar afhankelijk van het model of land.
Draadloos netwerk instellen 10 De knop WPS gebruiken Als uw printer en een toegangspunt (of draadloze router) Wi-Fi Protected Setup™ (WPS) ondersteunen, kunt u de instellingen voor het draadloze netwerk eenvoudig en zonder computer configureren door op het bedieningspaneel op de knop (WPS) te drukken. • Als u het draadloze netwerk wilt gebruiken in de infrastructuurmodus, koppelt u de netwerkkabel los van het apparaat.
Draadloos netwerk instellen Apparaten met een display Verbinding maken in PIN-modus Aansluiten in PBC-modus 1 Druk meer dan twee seconden op de knop bedieningspaneel. (WPS) op het 1 Druk meer dan twee seconden op de knop bedieningspaneel. 2 De achtcijferige PIN-code verschijnt op het display. U moet binnen twee minuten de achtcijferige PIN-code invoeren op de computer die is aangesloten op het toegangspunt (of de draadloze router).
Draadloos netwerk instellen Apparaten zonder een display Aansluiten in PBC-modus 1 1 Houd de knop (WPS) op het configuratiescherm ingedrukt totdat de status-LED snel begint te knipperen (na ongeveer 2 - 4 seconden). Er wordt verbinding gemaakt met het draadloze netwerk.De LED knippert maximaal twee minuten langzaam tot u op de PBC-knop op een toegangspunt (of draadloze router) drukt. 2 Verbinding maken in PIN-modus Druk op de knop WPS (PBC) op het toegangspunt (of de draadloze router).
Draadloos netwerk instellen Opnieuw verbinding maken met een netwerk Verbinding met een netwerk verbreken Wanneer de draadloze netwerkfunctie is uitgeschakeld, wordt automatisch opnieuw geprobeerd een verbinding tot stand te brengen met het toegangspunt (of de draadloze router) met behulp van de eerder gebruikte instellingen voor de draadloze verbinding en het adres.
Draadloos netwerk instellen 12 1 2 3 Instellen met Windows Nadat de verbinding met het draadloze netwerk is gemaakt, moet u een apparaatstuurprogramma installeren om vanuit een toepassing te kunnen afdrukken (zie "Installeren van een stuurprogramma over het netwerk" op pagina 140). Dell Printer Easy Wi-Fi Install Druk op de knop Voordat u Dell Printer Easy Wi-Fi Install gebruikt, moet u controleren of uw besturingssysteem Windows 7 of hoger is. (Menu) op het bedieningspaneel.
Draadloos netwerk instellen • Voor Windows 8: Als het installatievenster niet wordt weergegeven, gaat u naar Charms en selecteert u Zoeken > Apps en zoekt u Uitvoeren.Typ in X:\Setup.exe, waarbij u "X" vervangt door de letter van uw cd/dvd-station en klik op OK. 5 Kies Draadloos. 6 De software zoekt naar printers. Als het pop-upvenster Tik om te kiezen wat met deze schijf moet gebeuren. wordt weergegeven, klikt u op het venster en selecteert u Run Setup.exe. 4 Klik op Nieuwe printer. 2.
Draadloos netwerk instellen 7 Stel de printernaam in en klik op Volgende. 9 Wanneer de installatie is voltooid, verschijnt er een venster met de vraag of u een testpagina wilt afdrukken. Als u een testpagina wilt afdrukken klikt u op Een testpagina afdrukken. In het andere geval klikt u op Volgende en gaat u door met stap 10. 10 8 Klik op Voltooien. Setup installeert de printersoftware. 2.
Draadloos netwerk instellen Toegangspunt via USB-kabel in Windows • • Als het installatievenster niet wordt weergegeven, gaat u naar Charms en selecteert u Zoeken > Apps en zoekt u Uitvoeren.Typ in X:\Setup.exe, waarbij u "X" vervangt door de letter van uw cd/dvd-station en klik op OK.
Draadloos netwerk instellen 5 Kies Draadloos. 7 De software zoekt het draadloos netwerk. Als het draadloze netwerk niet wordt gevonden, controleert u of de USB-kabel tussen de computer en de printer goed is aangesloten en volgt u de instructies in het venster. 8 Na de zoekactie toont het venster de draadloze netwerkapparaten.Selecteer de naam (SSID) van het toegangspunt dat u gebruikt en klik op Volgende. Als u de netwerknaam van uw keuze niet kunt vinden of als u de 6 Klik op Volgende.
Draadloos netwerk instellen • Codering: Selecteer de codering (Geen, WEP64, WEP128, TKIP, AES, TKIP AES). 9 • Netwerksleutel: geef de sleutelwaarde van de netwerkcodering in. Als de instelling van het draadloos netwerk is voltooid, koppelt u de USB-kabel tussen de computer en het apparaat los.Klik op Volgende. • Netwerksleutel bevestigen:: bevestig de sleutelwaarde van de netwerkcodering. 10 Klik op Volgende wanneer het venster Printerstuurprogramma installeren verschijnt.
Draadloos netwerk instellen Ad-hoc via USB-kabel in Windows 4 Selecteer Nieuwe printer. 5 Selecteer Draadloos. Als u geen toegangspunt hebt, kunt u de printer alsnog draadloos met uw computer verbinden door een draadloos ad-hocnetwerk in te stellen. Volg hiervoor de volgende eenvoudige stappen.
Draadloos netwerk instellen 6 De software zoekt het draadloos netwerk. Als het netwerk niet kan worden gevonden, controleert u of de USBkabel tussen de computer en de printer op de juiste manier is aangesloten. Volg verder de instructies in het venster. 7 Er verschijnt een lijst met de draadloze netwerken die het apparaat heeft gevonden. Klik op de knop 8 (Plus). Er verschijnt een venster met de instellingen van het draadloze netwerk.Controleer de instellingen en klik op Volgende.
Draadloos netwerk instellen 9 Het venster Instellingen draadloos netwerk bevestigen wordt geopend. Controleer de instellingen en klik op Volgende. Als de toewijzingsmethode voor het IP-adres DHCP is, controleert u of DHCP wordt vermeld in het venster Instellingen draadloos netwerk bevestigen.Indien Statisch wordt vermeld, klikt u op TCP/ IP wijzigen om de toewijzingsmethode te wijzigen in IP-adres automatisch ontvangen (DHCP).
Draadloos netwerk instellen 12 13 14 Selecteer de onderdelen die u wilt installeren.Klik op Volgende. Nadat u de onderdelen hebt geselecteerd, kunt u ook de naam van het apparaat wijzigen, het apparaat instellen om in het netwerk te worden gedeeld, het apparaat instellen als standaardapparaat en de poortnaam van elk apparaat wijzigen.Klik op Volgende. Wanneer de installatie is voltooid, verschijnt er een venster met de vraag of u een testpagina wilt afdrukken.
Draadloos netwerk instellen 6 7 8 9 Klik op Ga door. Lees de gebruiksrechtovereenkomst en klik op Ga door. Klik op Akkoord als u akkoord gaat met de gebruiksrechtovereenkomst. Op het computerscherm verschijnt een waarschuwing dat alle toepassingen worden afgesloten. Klik op Ga door. 10 Klik op Instelling van draadloos netwerk in het paneel Gebruikersopties. 11 Na de zoekactie toont het venster de draadloze netwerkapparaten.
Draadloos netwerk instellen 12 13 Als de instellingen van het draadloze netwerk voltooid zijn, koppelt u de USB-kabel tussen de computer en de printer los. Het instellen van het draadloze netwerk is voltooid.Nadat de installatie is voltooid, klikt u op Afsluiten. Nadat de verbinding met het draadloze netwerk is gemaakt, moet u een apparaatstuurprogramma installeren om vanuit een toepassing te kunnen afdrukken (zie "Installatie voor Mac" op pagina 130).
Draadloos netwerk instellen 11 Er verschijnt een lijst met de draadloze netwerken die het apparaat heeft gevonden.Klik op de knop Geavanceerde instellingen. • Voer de naam van het draadloze netwerk in: Voer de SSID in (de SSID is hoofdlettergevoelig). • Werkingsmodus: Selecteer Ad-hoc. • Kanaal: Selecteer het kanaal (Auto-inst. of 2412 MHz tot 2467 MHz). • Verificatie: selecteer een verificatietype. Open syst.
Draadloos netwerk instellen Dan zijn dit de netwerkgegevens van het apparaat: 14 Een netwerkkabel gebruiken - IP-adres: 169.254.133.43 - Subnetmasker:255.255.0.0 (gebruik het subnetmasker van de computer). - Gateway: 169.254.133.1 13 Als het venster verschijnt dat aangeeft dat de verbinding met de netwerkkabel is bevestigd, verwijder dan de netwerkkabel en klik op Volgende. Wanneer apparaten de netwerkpoort niet ondersteunen, kunt u deze functie niet gebruiken (zie "Achterkant" op pagina 21).
Draadloos netwerk instellen Een netwerkconfiguratierapport afdrukken U kunt bepalen welke netwerkinstellingen voor uw apparaat worden gebruikt door een netwerkconfiguratierapport af te drukken. Zie "Een netwerkconfiguratierapport afdrukken" op pagina 137. IP-adres instellen via het programma SetIP (Windows) Dit programma wordt gebruikt om het IP-adres van uw apparaat handmatig in te stellen met behulp van het MAC-adres, om te communiceren met het apparaat.
Draadloos netwerk instellen Via een computer die verbonden is met een USB-kabel (aanbevolen) • ▪ Wanneer de installatie van het stuurprogramma compleet is, kan de Dell Printer Manager gebruikt worden om de Wi-Fi Direct-modus in te stellen en te configureren. Dell Printer Manager is alleen beschikbaar voor gebruikers van Windows en Mac OS. - Selecteer in het menu Start Programma’s of Alle programma's > Dell Printers > Dell Printer Manager > Apparaatinstellingen > Netwerk.
Draadloos netwerk instellen 16 17 Wat is Dell MobilePrint? Dell MobilePrint is een gratis toepassing waarmee gebruikers foto's, documenten en webpagina's direct van hun smartphone of tablet kunnen afdrukken.Dell MobilePrint is niet alleen compatibel met uw Android-, Windows- en iOS-smartphones maar ook met uw iPod Touch en tabletpc.Het verbindt uw mobiele apparaat met een printer van Dell die met het netwerk is verbonden of met een draadloze printer via een Wi-Fitoegangspunt.
Draadloos netwerk instellen 19 Ondersteunde apparaten Verbindingsprobleem - SSID niet gevonden • De printer kan de door u geselecteerde of ingevoerde netwerknaam (SSID) niet vinden.Controleer de netwerknaam (SSID) op uw toegangspunt en probeer opnieuw verbinding te maken. Uw toegangspunt is uitgeschakeld.Zet het toegangspunt aan. • iOS 4.0 of hoger: iPod Touch, iPhone, iPad • Android 2.
Draadloos netwerk instellen - Voor een statische netwerkomgeving De printer gebruikt het statische adres als de toewijzingsmethode voor het IP-adres op de computer is ingesteld op Statisch. Voorbeeld: Andere problemen Als zich tijdens het gebruik van de printer in een netwerk problemen voordoen, controleert u de volgende punten: Als de netwerkgegevens van de computer als volgt zijn: ▪ IP-adres: 169.254.133.42 ▪ Subnetmasker: 255.255.0.
Draadloos netwerk instellen • • Controleer of het toegangspunt (of de draadloze router) met een wachtwoord beveiligd is.Als er een wachtwoord is ingesteld, neemt u contact op met de beheerder van het toegangspunt (of de draadloze router). Het apparaat moet zich binnen het bereik van het draadloos netwerk bevinden. • De printer mag niet in de buurt staan van obstakels die het draadloze signaal kunnen blokkeren. Controleer het IP-adres van de printer.
3. Menu´s met nuttige instellingen In dit hoofdstuk leest u hoe u de huidige status van het apparaat controleert en hoe u geavanceerde apparaatinstellingen instelt.
Voordat u een hoofdstuk gaat lezen In dit hoofdstuk worden alle beschikbare functies voor dit model beschreven om gebruikers te helpen deze functies te begrijpen. U kunt controleren welke functies beschikbaar zijn voor ieder model in de Basishandleiding (zie "Menuoverzicht" op pagina 30). Hier volgen een aantal tips voor het gebruiken van dit hoofdstuk • Het bedieningspaneel biedt toegang tot verschillende menu's voor de instelling en het gebruik van het apparaat.Druk op krijgen tot deze menu's.
Menu Afdrukken Afhankelijk van de opties of het model verschijnen sommige menu's mogelijk niet op het display.Als dit het geval is, zijn deze opties niet van toepassing op uw apparaat (zie "Menuoverzicht" op pagina 30). Om de menuopties te wijzigen: • Druk op • Of druk op Instelling > Apparaatinst. > Printerinstelling. Item (Menu) > Afdrukinst. op het configuratiescherm. Omschrijving Afdrukstand Selecteert de richting waarin informatie wordt afgedrukt op een pagina.
Menu Kopiëren 1 Item Kopieerfunctie Afhankelijk van de opties of het model verschijnen sommige menu's mogelijk niet op het display.Als dit het geval is, zijn deze opties niet van toepassing op uw apparaat (zie "Menuoverzicht" op pagina 30). Hiermee verkleint of vergroot u een gekopieerde afbeelding (zie "Verkleinde of vergrote kopie" op pagina 57). Verkl./vergr. Wanneer het apparaat is ingesteld op Ecomodus, zijn de vergroot- en verkleinfuncties niet beschikbaar.
Menu Kopiëren • Sortering kopiëren Item Omschrijving Hiermee stel u het apparaat zo in dat de kopieën worden gesorteerd.Als u bijvoorbeeld 2 kopieën wilt maken van een document met 3 pagina's, krijgt u eerst één volledige kopie van het 3 pagina's tellende document en vervolgens een tweede volledige kopie. • 2 pagina's/vel of 4 pagina's/vel verkleinde originelen per vel Hiermee worden de originele afbeeldingen verkleind en worden 2 of 4 pagina's afgedrukt op één vel papier.
Menu Kopiëren Item Omschrijving Item U kunt een document van één enkele pagina op 4 (poster van 2x2), 9 (poster van 3x3) of 16 vellen (poster van 4x4) papier drukken om ze aan elkaar te plakken en er een poster van te maken. Omschrijving Hiermee wordt de originele afbeelding meerdere keren afgedrukt op één pagina.Het aantal afbeeldingen per vel wordt automatisch bepaald op basis van de grootte van het origineel en het papierformaat.
Menu Kopiëren Item Omschrijving Item Met deze functie kunt u een volledig boek kopiëren.Als het boek te dik is, opent u het deksel tot de scharnieren niet verder kunnen en sluit u het deksel weer.Als het boek of tijdschrift dikker is dan 30 mm, laat u tijdens het kopiëren het deksel open. Het apparaat drukt automatisch af op een of beide zijden van het papier, waarna het wordt gevouwen zodat u een boekje met alle pagina's in de juiste volgorde krijgt.
Menu Kopiëren Item Omschrijving Item Omschrijving Hiermee kunt u vlekken, perforatie-openingen, vouwen en nietafdrukken langs een van de vier randen van een document wissen. Hiermee kunt u een bindmarge maken voor het document.Het beeld kan op de pagina naar boven of naar onder worden bijgesteld en/of naar links of naar rechts worden verschoven. • Uit: deze functie wordt niet gebruikt. Marge versch. bij kopiëren • Uit: deze functie wordt niet gebruikt. • Aut.
Menu Kopiëren Item Watermerk kopiëren Omschrijving Item Omschrijving • 2 -> 1-zijdig Met de optie Watermerk kunt u tekst afdrukken over een bestaand document,U gebruikt de optie bijvoorbeeld om in grote grijze letters "CONCEPT" of "VERTROUWELIJK" diagonaal op de eerste pagina of op alle pagina's afdrukken. • 2 -> 2-zijdig Dubbelzijdig (vervolg) • 2->1-zijd. ROT 2 U kunt uw apparaat instellen om kopieën op beide zijden van het papier af te drukken. • Uit: hiermee kunt u afdrukken in modus Normaal.
Menu Kopiëren 2 Kopieerinstel. Afhankelijk van de opties of het model verschijnen sommige menu's mogelijk niet op het display.Als dit het geval is, zijn deze opties niet van toepassing op uw apparaat (zie "Menuoverzicht" op pagina 30). Om de menuopties te wijzigen: Druk op (kopiëren) > (Menu) > Kopieerinstel. op het configuratiescherm. Item St.inst. wijz. Omschrijving Hiermee herstelt u de waarde of instelling opnieuw in op de beginwaarde. 3.
Menu Faxen 3 Item Faxfunctie Tonersterkte Hiermee kunt u de helderheid aanpassen voor een origineel met onduidelijke markeringen en donkere afbeeldingen zodat de gescande kopie beter leesbaar is (zie "Tonersterkte" op pagina 65). Resolutie De standaard documentinstellingen leveren goede resultaten voor een normaal tekstdocument.
Menu Faxen Item Omschrijving Hiermee kunt u het apparaat zo instellen dat een fax op een later tijdstip (tijdens uw afwezigheid) wordt verzonden (zie "Uitgestelde faxverzending" op pagina 232). Item Veilige ontv. Hiermee wordt de ontvangen fax opgeslagen in het geheugen zonder dat deze wordt afgedrukt.Als u ontvangen documenten wilt afdrukken, moet u het wachtwoord invoeren.
Menu Faxen 4 Item Verzendinstellingen ECM-modus Hiermee kunt u de foutcorrectiemodus (ECM) inschakelen om faxen zonder fouten te verzenden.Als u deze modus inschakelt, kan het verzenden van faxen langer duren. Transm.rapport Hiermee stelt u het apparaat in om een rapport te verzenden, ongeacht of the faxverzending geslaagd is of niet.Wanneer u Aan-Fout selecteert, drukt het apparaat alleen een rapport af wanneer de verzending niet geslaagd is. TCR voor afb.
Menu Faxen 5 Item Ontvangstinstellingen Startc. ontv. Hiermee kunt u een fax ontvangen vanaf een telefoontoestel dat aangesloten is op de EXTuitgang aan de achterkant van het apparaat.Als u de hoorn van het telefoontoestel neemt en faxtonen hoort, voert u de code in.De code is voorgeprogrammeerd op *9*. Aut. verklein. Hiermee kunt u een binnenkomende fax automatisch verkleinen zodat de fax op het papier past dat in het apparaat is geplaatst. Grootte neger.
Menu Scannen 6 Item Scanfunctie • FTP-standaard • FTP Afhankelijk van de opties of het model verschijnen sommige menu's mogelijk niet op het display.Als dit het geval is, zijn deze opties niet van toepassing op uw apparaat (zie "Menuoverzicht" op pagina 30). • SMB-standaard Druk op (scannen) > configuratiescherm. • Of druk op Instelling > Apparaatinst. > Standaardinstelling > Standaard scannen. • Of druk op Scan > selecteer het menu-item.
Menu Scannen 7 Item Scaninstellingen Afhankelijk van de opties of het model verschijnen sommige menu's mogelijk niet op het display.Als dit het geval is, zijn deze opties niet van toepassing op uw apparaat (zie "Menuoverzicht" op pagina 30). Om de menuopties te wijzigen: • Druk op (scannen) > configuratiescherm. • Of druk op Instelling > Apparaatinst. > Standaardinstelling > Standaard scannen. Item • Scanformaat (Menu) > Scaninstel. op het Omschrijving Bestandsind.
Systeeminstallatie 8 Item Apparaatinstellingen Stel in na welke wachttijd de printer overschakelt naar de energiebesparende modus. Afhankelijk van de opties of het model verschijnen sommige menu's mogelijk niet op het display.Als dit het geval is, zijn deze opties niet van toepassing op uw apparaat (zie "Menuoverzicht" op pagina 30). • Energ.spaarst. Time-out syst. Om de menuopties te wijzigen: • Druk op (Menu) > Systeeminst. > Apparaatinst. op het configuratiescherm.
Systeeminstallatie Item Omschrijving Bepaalt of de printer door moet gaan met afdrukken als waargenomen wordt dat het gebruikte papier niet overeenkomt met de instellingen. Aut. doorgaan • Luchtdrukcorr. Afdrukkwaliteit optimaliseren naargelang de hoogte • Hoogtecorrectie boven zeeniveau. Papier vervangen Verkeerd papier Tonerbesparing • Uit: Als het type of formaat papier niet overeenkomt, wacht het apparaat tot u de juiste papiersoort invoert.
Systeeminstallatie 9 10 Papierinstellingen Geluid/Volume Afhankelijk van de opties of het model verschijnen sommige menu's mogelijk niet op het display.Als dit het geval is, zijn deze opties niet van toepassing op uw apparaat (zie "Menuoverzicht" op pagina 30). Afhankelijk van de opties of het model verschijnen sommige menu's mogelijk niet op het display.Als dit het geval is, zijn deze opties niet van toepassing op uw apparaat (zie "Menuoverzicht" op pagina 30).
Systeeminstallatie 11 Item Omschrijving Rapporten Schakelt geluiden van de telefoonlijn via de luidspreker (bijvoorbeeld een kiestoon of een faxsignaal) aan of uit.Als deze optie is ingesteld op Communicatie, staat de luidspreker aan tot het externe apparaat reageert. Luidspreker U kunt het volume regelen met behulp van On Hook Dial.U kunt het volume van de luidspreker alleen wijzigen als de telefoonlijn open is. a Druk op (faxen) op het configuratiescherm. b Druk op On Hook Dial.
Systeeminstallatie Item Omschrijving Demopagina Druk de demopagina af om te controleren of uw apparaat goed werkt. Fax verzenden Hiermee drukt u voor een faxtaak een rapport af met het faxnummer, het aantal pagina's, de verzendduur, de communicatiemodus en het resultaat van de communicatie.U kunt uw apparaat zodanig instellen dat het automatisch een verzendrapport afdrukt na elke faxtaak. Item • Gebr.verific.
Systeeminstallatie 12 Item Onderhoud Ws tr bijna op Afhankelijk van de opties of het model verschijnen sommige menu's mogelijk niet op het display.Als dit het geval is, zijn deze opties niet van toepassing op uw apparaat (zie "Menuoverzicht" op pagina 30). • Serienummer • Druk op (Menu) > Systeeminst. > Onderhoud op het configuratiescherm. • Serienummer Papier stapel. Hiermee schakelt u de automatische koppelingsfunctie voor laden in.
Systeeminstallatie 13 Item Instellingen wissen • Kopieerinstel. Omschrijving Herstelt alle standaard kopieeropties. • Standaard kopiëren Afhankelijk van de opties of het model verschijnen sommige menu's mogelijk niet op het display.Als dit het geval is, zijn deze opties niet van toepassing op uw apparaat (zie "Menuoverzicht" op pagina 30). • Herstelt alle standaard scanopties. • Standaard scannen Systeeminst. Herstelt alle standaard systeemopties. Netwerkinstel.
Systeeminstallatie 14 15 Taakbeheer Afbeeldingen overschrijven Afhankelijk van de opties of het model verschijnen sommige menu's mogelijk niet op het display.Als dit het geval is, zijn deze opties niet van toepassing op uw apparaat (zie "Menuoverzicht" op pagina 30). • Om de menuopties te wijzigen: • Druk op (Menu) > Systeeminst. > Taakbeheer op het configuratiescherm. Item Afhankelijk van de opties of het model verschijnen sommige menu's mogelijk niet op het display.
Systeeminstallatie 16 17 USB-instellingen Emulatie-instellingen Afhankelijk van de opties of het model verschijnen sommige menu's mogelijk niet op het display.Als dit het geval is, zijn deze opties niet van toepassing op uw apparaat (zie "Menuoverzicht" op pagina 30). • Druk op USB. Optie Afdrukken vanaf Naar USB scan. Afhankelijk van de opties of het model verschijnen sommige menu's mogelijk niet op het display.
Systeeminstallatie 18 19 E-mailinst. Adresboekinstellingen Afhankelijk van de opties of het model verschijnen sommige menu's mogelijk niet op het display.Als dit het geval is, zijn deze opties niet van toepassing op uw apparaat (zie "Menuoverzicht" op pagina 30). • Druk op Instelling > Apparaatinst. > E-mailinstel. . Optie Afhankelijk van de opties of het model verschijnen sommige menu's mogelijk niet op het display.
Systeeminstallatie 20 Instellingen van documentenvak Instell. Documentvak • Afhankelijk van de opties of het model verschijnen sommige menu's mogelijk niet op het display.Als dit het geval is, zijn deze opties niet van toepassing op uw apparaat (zie "Menuoverzicht" op pagina 30). Functie Documentvak • Druk op (Menu) > Doc vak > Instell. Documentvak op het configuratiescherm. Optie Omschrijving Toev. vanaf scan Hiermee stelt u de standaardopties in voor het opslaan van een document in een vak.
Systeeminstallatie 21 Optie Netwerkinstallatie Afhankelijk van de opties of het model verschijnen sommige menu's mogelijk niet op het display.Als dit het geval is, zijn deze opties niet van toepassing op uw apparaat (zie "Menuoverzicht" op pagina 30). • Druk op • Of druk op Instelling > Apparaatinst. > Netwerkinstellingen . Optie (Menu) > Netwerk op het configuratiescherm. Omschrijving Selecteer het passende protocol en de configuratieparameters voor gebruik in de netwerkomgeving.
4. Speciale functies In dit hoofdstuk worden de speciale functies voor kopiëren, scannen, faxen en afdrukken besproken. • Aanpassing aan luchtdruk of hoogte 202 • Verschillende tekens invoeren 203 • Het faxadresboek instellen 204 • Afdrukfuncties 207 • Scanfuncties 222 • Faxfuncties 230 • Gebruik van geheugen-/harde schijffuncties 242 • De procedures in dit hoofdstuk zijn voornamelijk gebaseerd op Windows 7.
Aanpassing aan luchtdruk of hoogte De afdrukkwaliteit wordt beïnvloed door de atmosferische druk, die wordt bepaald door de hoogte boven zeeniveau waar het apparaat staat.De volgende informatie zal u helpen bij de instelling van uw apparaat voor de beste afdrukkwaliteit. U kunt de hoogte instellen via Apparaatinstellingen in Dell Printer Manager of de sectie Machine in Hulpprogramma Printerinstellingen. • Voor gebruikers van Windows en Mac, zie "Apparaatinstellingen" op pagina 251.
Verschillende tekens invoeren U zult voor verschillende taken namen en nummers moeten invoeren.Bij de installatie van uw apparaat moet u bijvoorbeeld uw naam of de naam van uw bedrijf en het faxnummer invoeren.Wanneer u faxnummers of emailadressen in het geheugen opslaat, kunt u ook de bijbehorende namen invoeren. 1 Alfanumerieke tekens invoeren Druk een aantal keren op deze toets tot de gewenste letter op het display verschijnt.
Het faxadresboek instellen 3 4 Een snelkiesnummer vastleggen 1 Snelkiesnummers gebruiken Selecteer (faxen) > (Address Book) > Nieuw en bew. > Snelkiesnummer op het bedieningspaneel. Of selecteer Instelling > Apparaatinst. > Volg. > Adresboek > Telefoonlijst > Lijst bekijken > Individueel > Toevoeg.. 2 (opties) > • In het geval van een snelkiesnummer dat uit één cijfer (0-9) bestaat, houdt u de cijfertoets op het numeriek klavier langer dan 2 seconden ingedrukt.
Het faxadresboek instellen 5 Snelkiesnummers bewerken 1 2 3 4 5 Als een item reeds is opgeslagen in het door u gekozen nummer, toont het display het bericht dat u het kunt wijzigen.Als u opnieuw wilt beginnen met een ander snelkiesnummer, drukt u op (Back). Selecteer (faxen) > (Address Book) > Nieuw en bew. > Snelkiesnummer op het bedieningspaneel. Of selecteer Instelling > Apparaatinst. > Volg. > Adresboek > Telefoonlijst > Lijst bekijken > Individueel op het aanraakscherm.
Het faxadresboek instellen 7 8 Groepsnummers bewerken 1 Selecteer (faxen) > (Address Book) > Nieuw en bew. > Groepsnummer op het bedieningspaneel. Een item in het adresboek zoeken U kunt op twee manieren een nummer in het geheugen opzoeken.U doorzoekt het adresboek alfabetisch of u voert de eerste letters in van de naam die aan dat nummer is gekoppeld. Of selecteer Instelling > Apparaatinst. > Volg. > Adresboek > Telefoonlijst > Lijst bekijken > Groep op het aanraakscherm.
Afdrukfuncties 11 • Voor basisfuncties voor het afdrukken, raadpleeg de Basishandleiding (zie "Eenvoudige afdruktaken" op pagina 49). • Deze functie is mogelijk niet beschikbaar, afhankelijk van het model of de optionele onderdelen (zie "Functies per model" op pagina 7). 10 De standaardafdrukinstellingen wijzigen 1 2 3 4 Klik op het menu Start van Windows. Selecteer Configuratiescherm > Apparaten en printers. Klik met de rechtermuisknop op uw apparaat.
Afdrukfuncties 12 Geavanceerde afdrukfuncties gebruiken 1 Kruis het selectievak Afdrukken Afdrukken naar bestand in het venster Afdrukken aan. 2 3 Klik op Afdrukken. XPS-printerstuurprogramma:wordt gebruikt om af te drukken in een XPS-bestandsindeling • Zie "Functies per model" op pagina 7. • Het XPS-printerstuurprogramma kan alleen geïnstalleerd worden op Windows Vista OS of een recentere versie.
Afdrukfuncties Speciale afdrukfuncties verklaard U kunt geavanceerde afdrukfuncties gebruiken voor uw printer. Om de printerfuncties van uw printerstuurprogramma te gebruiken, klikt u op Eigenschappen of Voorkeuren in het venster Afdrukken van de toepassing om de afdrukinstellingen te wijzigen.De apparaatnaam die in het printereigenschappenvenster wordt weergegeven is afhankelijk van het gebruikte apparaat.
Afdrukfuncties Item Poster afdrukken Omschrijving U kunt een document van één enkele pagina op 4 (poster van 2x2), 9 (poster van 3x3) of 16 vellen (poster van 4x4) papier drukken om ze aan elkaar te plakken en er een poster van te maken. Selecteer de waarde Posteroverlap.Geef de Posteroverlap op in millimeters of inches door het keuzerondje bovenaan rechts op het tabblad Basis te selecteren om de vellen gemakkelijker aan elkaar te kunnen plakken.
Afdrukfuncties Item • Dubbelzijdig afdrukken • Dubbelzijdig afdrukken (handmatig)a Omschrijving U kunt op beide zijden van een vel papier afdrukken (dubbelzijdig).Voor u afdrukt, moet u de gewenste afdrukstand van het document opgeven. • U kunt deze functie gebruiken met papier van het formaat Letter, Legal, A4, US Folio of Oficio. • Als uw printer geen duplexeenheid heeft, moet u de afdruktaak handmatig uitvoeren.De printer drukt eerst elke andere pagina van het document af.
Afdrukfuncties Item Omschrijving Papieropties Wijzigt de afmetingen van een document zodat deze kleiner of groter op het vel afgedrukt wordt, door een percentage in te voeren waarmee het document vergroot of verkleind wordt. Watermerk Met de optie Watermerk kunt u tekst afdrukken over een bestaand document,U gebruikt de optie bijvoorbeeld om in grote grijze letters "DRAFT" of "CONFIDENTIAL" diagonaal op de eerste pagina of op alle pagina's van een document af te drukken.
Afdrukfuncties Item Watermerk (Een watermerk verwijderen) Omschrijving a Als u de afdrukinstellingen vanuit de softwaretoepassing wilt wijzigen, opent u Voorkeursinstellingen. b Klik op het tabblad Geavanceerd en selecteer Bewerken in de vervolgkeuzelijst Watermerk.Het venster Watermerken bewerken wordt geopend. c Selecteer in het vak Huidige watermerken het watermerk dat u wilt verwijderen en klik op de knop Verwijderen. d Klik op OK of Afdrukken tot het venster Afdruk wordt afgesloten.
Afdrukfuncties Item Overlaya (Een paginaoverlay gebruiken) Overlaya (Een paginaoverlay verwijderen) Omschrijving a Klik op het tabblad Geavanceerd. b Selecteer de gewenste overlay in de vervolgkeuzelijst Tekst. c Als het overlaybestand dat u zoekt niet in de vervolgkeuzelijst Tekst voorkomt, selecteert u Bewerken... in de lijst en klikt u op Laden.Selecteer het overlaybestand dat u wilt gebruiken.
Afdrukfuncties Item Omschrijving • Deze functie is alleen beschikbaar als u het optionele geheugen of optionele massaopslagapparaat (HDD) hebt geïnstalleerd (zie "Verschillende functies" op pagina 8). • Afhankelijk van de opties of het model zullen sommige menu's mogelijk niet op het display verschijnen.Als dit het geval is, zijn deze opties niet van toepassing op uw apparaat.
Afdrukfuncties Item Omschrijving Hiermee worden afdrukgegevens eerst gecodeerd en vervolgens verzonden naar het apparaat.Met deze functie blijven de afdrukgegevens beveiligd, zelfs als de gegevens worden onderschept op een netwerk. Taakcodering De functie Taakcodering is alleen beschikbaar als het massaopslagapparaat (HDD) is geïnstalleerd.Het massaopslagapparaat (HDD) wordt gebruikt om afdrukgegevens te decoderen (zie "Verschillende functies" op pagina 8). a.
Afdrukfuncties • U kunt geen PDF-bestanden afdrukken die met een wachtwoord worden beschermd.Schakel de wachtwoordfunctie uit en probeer opnieuw af te drukken. 13 Werken met Hulpprogramma Direct afdrukken • Of een PDF-bestand al dan niet afgedrukt kan worden met het Hulpprogramma Direct afdrukken is afhankelijk van de manier waarop het PDF-bestand is gemaakt. • Hulpprogramma direct afdrukken is mogelijk niet beschikbaar afhankelijk van model of optionele onderdelen (zie "Software" op pagina 7).
Afdrukfuncties 4 5 Pas de printerinstellingen naar wens aan. Klik op Afdruk.Het geselecteerde PDF-bestand wordt naar de printer verzonden. 14 Afdrukken in Mac Afhankelijk van het model of opties zijn enkele functies mogelijk niet beschikbaar.Dit betekent dat de functies niet worden ondersteund. Via het contextmenu 1 Klik met de rechtermuisknop op het PDF-bestand dat u wilt afdrukken en kies Direct afdrukken. Het venster Hulpprogramma Direct afdrukken wordt geopend.
Afdrukfuncties Printerinstellingen wijzigen Dubbelzijdig afdrukken U kunt geavanceerde afdrukfuncties gebruiken voor uw printer. Afhankelijk van het model of opties zijn enkele functies mogelijk niet beschikbaar.Dit betekent dat de functies niet worden ondersteund (zie "Verschillende functies" op pagina 8). Open een toepassing en selecteer Druk af in het menu Bestand.De printernaam die in het printereigenschappenvenster wordt weergegeven is afhankelijk van de gebruikte printer.
Afdrukfuncties Help gebruiken 15 Afdrukken in Linux Klik op het vraagteken in de linkeronderhoek van het venster en klik op het onderwerp waarover u meer wilt weten.Er verschijnt een pop-upvenster met informatie over de functie van die optie waarover het stuurprogramma beschikt. Afhankelijk van het model of opties zijn enkele functies mogelijk niet beschikbaar.Dit betekent dat de functies niet worden ondersteund.
Afdrukfuncties 7 8 Wijzig indien nodig andere afdrukopties in elk tabblad. 1 Schakel indien nodig over naar Printers configuration. Klik op Print. Automatisch/handmatig dubbelzijdig afdrukken kan mogelijk niet beschikbaar zijn, afhankelijk van het model.Als alternatief kunt u het lprafdruksysteem of andere programma's gebruiken voor het afdrukken van even en oneven pagina's. Open Unified Driver Configurator. 2 Selecteer uw apparaat in de lijst met beschikbare printers en klik op Properties.
Scanfuncties • Voor basisfuncties voor het scannen, raadpleeg de Basishandleiding (zie "Basisfuncties voor scannen" op pagina 60). U kunt de originelen met uw apparaat scannen via een USB-kabel of via het netwerk.De volgende methodologieën kunnen worden gebruikt voor het scannen van uw documenten: • Deze functie is mogelijk niet beschikbaar, afhankelijk van het model of de optionele onderdelen (zie "Functies per model" op pagina 7).
Scanfuncties 17 18 De scaninstellingen in de computer configureren Scannen vanaf een apparaat dat is aangesloten op een netwerk Deze functie is mogelijk niet beschikbaar, afhankelijk van het model of de optionele onderdelen (zie "Functies per model" op pagina 7). 1 Open Dell Printer Manager (zie "Dell Printer Manager gebruiken" op pagina 249). 2 3 4 Selecteer het juiste apparaat in de Lijst met printers.
Scanfuncties 3 Selecteer uw geregistreerd computer-Id en voer indien nodig het Wachtwoord in. 19 Scannen vanuit een programma voor het bewerken van afbeeldingen • ID is hetzelfde ID als het geregistreerde scan-ID voor de Dell Printer Manager > Geavanceerde modus activeren > Instellingen voor scannen naar pc. • Wachtwoord is het geregistreerde wachtwoord van vier cijfers voor de Dell Printer Manager > Geavanceerde modus activeren > Instellingen voor scannen naar pc.
Scanfuncties 20 Scannen met het WIA-stuurprogramma Uw apparaat ondersteunt ook het WIA-stuurprogramma (Windows Image Acquisition) voor het scannen van afbeeldingen.WIA is een van de standaardonderdelen van Microsoft Windows 7 en werkt met digitale camera's en scanners.In tegenstelling tot het TWAIN-stuurprogramma kunt u met het WIA-stuurprogramma zonder aanvullende software moeiteloos afbeeldingen scannen en bewerken: 1 De toepassing Nieuwe scan wordt gestart. 7 Scan uw afbeelding en sla deze op.
Scanfuncties 3 Plaats originelen in de documentinvoer met de bedrukte zijde naar boven of plaats een enkel document met de bedrukte zijde naar onder op de glasplaat van de scanner (zie "Originelen plaatsen" op pagina 46). 4 Klik op Start > Alle programma's > Dell Printers en start Dell Scanassistent. Selecteer het menu Help in het venster en klik op de optie waar u meer over wilt weten.
Scanfuncties 5 6 Scannen vanaf een apparaat dat is aangesloten op een netwerk Stel de scanopties in dit programma in. Scan uw afbeelding en sla deze op. • Als u niet kunt scannen met Fotolader, moet u Mac OS bijwerken met de nieuwste versie. Alleen voor draadloze of netwerkmodellen (zie "Functies per model" op pagina 7). • Raadpleeg de Help bij Fotolader voor meer informatie. 1 2 3 4 • U kunt ook TWAIN-compatibele software gebruiken, zoals Adobe Photoshop.
Scanfuncties 4 Selecteer de scanner in de lijst. 8 Het document wordt gescand en er verschijnt een voorbeeld van de afbeelding in het Preview Pane. 5 6 Klik op Properties. 9 Sleep met de muisaanwijzer over het gedeelte dat u wilt scannen in het Preview Pane. 7 Plaats originelen in de documentinvoer met de bedrukte zijde naar boven of plaats een enkel document met de bedrukte zijde naar onder op de glasplaat van de scanner (zie "Originelen plaatsen" op pagina 46).
Scanfuncties Een afbeelding bewerken met Image Manager In de toepassing Image Manager (Afbeeldingen beheren) vindt u menuopties en knoppen voor de bewerking van gescande afbeeldingen. 4.
Faxfuncties 25 • Voor basisfuncties voor het faxen, raadpleeg de Basishandleiding (zie "Basisfuncties voor faxen" op pagina 61). Faxnummer opnieuw kiezen 1 2 24 Automatisch opnieuw kiezen om het nummer onmiddellijk opnieuw te kiezen.Druk op 2 3 Druk op (faxen) > configuratiescherm. (Menu) > Faxinstel. > Verzending op het Selecteer Aant. kiespog. of Opn. kiezen na. Selecteer de gewenste optie. Selecteer het gewenste faxnummer.
Faxfuncties U kunt het apparaat zo instellen dat er na elke verzonden fax automatisch een verzendrapport wordt afgedrukt.Druk op (faxen) > (Menu) > Faxinstel. > Verzending > Transm.rapport op het bedieningspaneel. 3 4 5 Selecteer Dell Network PC Fax uit het venster Afdrukken Klik op Afdrukken of OK.
Faxfuncties 28 • U kunt maximaal 10 bestemmingen ingeven. Uitgestelde faxverzending U kunt het apparaat zo instellen dat een fax op een later tijdstip (tijdens uw afwezigheid) wordt verzonden.U kunt met deze functie geen kleurenfax verzenden. 1 Plaats originelen in de documentinvoer met de bedrukte zijde naar boven of plaats een enkel document met de bedrukte zijde naar onder op de glasplaat van de scanner. 2 3 4 Druk op (faxen) op het configuratiescherm.
Faxfuncties Documenten toevoegen aan een gereserveerde fax 29 Een fax verzenden met een hoge prioriteit U gebruikt deze functie als u een fax met hoge prioriteit moet verzenden voorafgaand aan andere geplande taken.Het origineel wordt naar het geheugen gescand en onmiddellijk verzonden zodra de lopende taak is voltooid. 1 Plaats originelen in de documentinvoer met de bedrukte zijde naar boven of plaats een enkel document met de bedrukte zijde naar onder op de glasplaat van de scanner.
Faxfuncties 4 30 Een verzonden fax doorsturen naar een andere bestemming U kunt het apparaat instellen om een ontvangen of verzonden fax naar een andere bestemming te verzenden per fax.Deze functie is nuttig als u een fax wilt ontvangen wanneer u niet op kantoor bent. • Ongeacht of u een kleurenfax hebt verzonden of ontvangen, worden de gegevens doorgestuurd in grijstinten.
Faxfuncties 2 Voer het ontvangende faxnummer, e-mailadres of serveradres in en druk op OK. 3 4 Voer de starttijd en de eindtijd in, en druk vervolgens op OK. 32 Faxen dubbelzijdig verzenden. • Deze functie is alleen beschikbaar als u originelen in de ADI plaatst. Druk op (Cancel of Stop/Clear) om terug te keren naar de gereedmodus. • Afhankelijk van de opties of het model zullen sommige menu's mogelijk niet op het display verschijnen.
Faxfuncties • Ontvangen fax afdrukken: stelt na ontvangst van de fax de afdrukgegevens in voor het ontvangen faxbericht. • Waarschuwen bij voltooiing: Als een fax wordt ontvangen, wordt een pop-upvenster geopend met een melding. • Deze functie is mogelijk niet beschikbaar, afhankelijk van het model of de optionele onderdelen (zie "Functies per model" op pagina 7).
Faxfuncties • Ant/Fax: wordt gebruikt als er een antwoordapparaat is aangesloten op uw apparaat.Inkomende oproepen worden beantwoord door het antwoordapparaat en de beller kan een boodschap op het antwoordapparaat achterlaten.Als het faxapparaat een faxtoon op de lijn opvangt, schakelt het automatisch over naar faxmodus om de fax te ontvangen.
Faxfuncties • Als u het apparaat in deze modus hebt ingesteld en het antwoordapparaat is uitgeschakeld of er is geen antwoordapparaat op de EXT-uitgang aangesloten, wordt na een vooraf ingesteld aantal belsignalen automatisch overgeschakeld naar de faxmodus. • Als uw antwoordapparaat een door de gebruiker instelbare teller voor beltonen heeft, stelt u het apparaat zo in dat het inkomende oproepen binnen de eerste beltoon aanneemt.
Faxfuncties 3 Als het apparaat begint te rinkelen, beantwoordt u de oproep niet.Het apparaat heeft enkele belsignalen nodig om het patroon te "leren" herkennen. Als het patroon is herkend voor later gebruik, verschijnt voltooid voltooid op het display.Als de instelling van DRPD mislukt, verschijnt Fout DRPD-belsignaal. 4 Mogelijk wilt u niet dat faxberichten die tijdens uw afwezigheid binnenkomen door anderen worden bekeken.
Faxfuncties • 40 Faxen op beide zijden van het papier afdrukken Korte zijde: drukt de pagina's zo af dat ze gelezen kunnen worden als een notitieblok. 2 • Afhankelijk van de opties of het model zullen sommige menu's mogelijk niet op het display verschijnen.Als dit het geval is, zijn deze opties niet van toepassing op uw apparaat. • Deze functie is mogelijk niet beschikbaar, afhankelijk van het model of de optionele onderdelen (zie "Functies per model" op pagina 7).
Faxfuncties 42 Automatisch een verzendrapport afdrukken U kunt het apparaat zo instellen dat een rapport wordt afgedrukt met gedetailleerde informatie over de 50 laatste faxen (zowel verzonden als ontvangen), met vermelding van datum en tijd. 1 Druk op (faxen) > (Menu) > Faxinstel. > Autom. rapport > Aan op het bedieningspaneel. 2 Druk op (Cancel of Stop/Clear) om terug te keren naar de gereedmodus. 4.
Gebruik van geheugen-/harde schijffuncties U kunt deze functie gebruiken bij de modellen die over een massaopslagapparaat (HDD) of geheugen beschikken (zie "Verschillende functies" op pagina 8). Via het bedieningspaneel Als uw apparaat beschikt over een optioneel geheugen of een optionele harde schijf, dan kunt u deze functies gebruiken via de knop (Menu) > Systeeminst. > Taakbeheer.
5. Nuttige beheerprogramma's Dit hoofdstuk introduceert beheerprogramma's waarmee u de mogelijkheden van uw apparaat maximaal kunt benutten.
Managementhulpmiddelen gebruiken Dell biedt verschillende managementhulpmiddelen voor Dell-printers. 1 2 Controleer of de printer op uw computer is aangesloten en ingeschakeld is. Selecteer in het menu Start Programma’s of Alle programma's. • 3 4 5 Als u Windows 8 gebruikt, gaat u naar Charms(charms) en selecteert u Zoeken > Apps(App). Zoek naar Dell Printers. Onder Dell-printers ziet u geïnstalleerde managementhulpmiddelen. Klik op de managementhulpmiddelen die u wilt gebruiken.
Hulpprogramma Firmware Update gebruiken Met het Hulpprogramma Firmware Update kunt u uw apparaat onderhouden door de firmware bij te werken. 1 Selecteer in het menu Start Programma’s of Alle programma's > Dell > Dell Printers > naam van uw printerstuurprogramma > Hulpprogramma Firmware Update. 2 3 Download de nieuwste firmware.Klik op http://www.dell.com/support. 4 5 Klik op Bladeren en selecteer het gedownloade firmwarebestand.
Hulpprogramma voor het bestellen van Dell-printerbenodigdheden gebruiken Vervangende tonercassettes of verbruiksartikelen van Dell bestellen: 2 Het venster Hulpprogramma voor het bestellen van Dellprinterbenodigdheden opent. Alleen beschikbaar voor gebruikers met Windows- of Macbesturingssystemen. 1 Dubbelklik op het pictogram Hulpprogramma voor het bestellen van Dell-printerbenodigdheden op uw bureaublad.
Embedded Web Service gebruiken • Voor Embedded Web Service is minimaal Internet Explorer 6.0 of hoger vereist. • De uitleg over Embedded Web Service in deze gebruikershandleiding kan afhankelijk zijn van de opties en het model, en komt mogelijk niet helemaal overeen met uw apparaat. • Alleen voor netwerkmodel (zie "Software" op pagina 7). 1 1 Klik op Aanmelding rechtsboven op de website Embedded Web Service. 2 Typ de juiste gegevens bij ID en Wachtwoord en klik vervolgens op Aanmelding.
Embedded Web Service gebruiken Het tabblad Informatie Het tabblad Beveiliging Op dit tabblad wordt algemene informatie over het apparaat weergegeven.U kunt diverse gegevens controleren, waaronder de resterende hoeveelheid toner.U kunt ook rapporten afdrukken, zoals een foutenrapport. Op dit tabblad kunt u de beveiligingsgegevens van uw systeem en van het netwerk instellen.U moet zich aanmelden als beheerder om dit tabblad weer te geven.
Dell Printer Manager gebruiken • Deze functie is alleen beschikbaar voor gebruikers met een Windows- of Macintosh-besturingssysteem (zie "Software" op pagina 7). De schermafbeelding kan verschillen, afhankelijk van het besturingssysteem dat u gebruikt. • Voor Dell Printer Manager met Windows is minimaal Internet Explorer 6.0 of hoger vereist. Dell Printer Manager is een programma waarbinnen alle printerinstellingen van Dell op een enkele plaats samengebracht zijn.
Dell Printer Manager gebruiken 2 Printerinformatie In dit kader staat algemene informatie over uw apparaat.U kunt deze informatie controleren, zoals de naam van het printermodel, het IP-adres (of poortnummer) en de printerstatus. U kunt de Handleiding bekijken. Bevat koppelingen voor overschakelen naar geavanceerde instellingen, voorkeursinstellingen, hulp en informatie over het programma.
Dell Printer Manager gebruiken Apparaatinstellingen Instellingen voor faxen naar pc U kunt verschillende apparaatinstellingen zoals papier, indeling, emulatie, netwerk en afdrukinformatie instellen. Dit menu bevat instellingen voor de basisfaxfunctie van het geselecteerde apparaat. • Uitschakelen: Als Uitschakelen is ingesteld op Aan, worden binnenkomende faxen niet ontvangen op dit apparaat.
Dell Printer Status gebruiken Dell Printer Status is een programma dat de status van de printer controleert en u daarvan op de hoogte houdt. • Het venster Dell Printer Status en de inhoud die in deze gebruikershandleiding worden getoond, kunnen verschillen afhankelijk van de gebruikte printer of het gebruikte besturingssysteem. • Controleer welke besturingssystemen compatibel zijn met uw apparaat (zie "Specificaties" op pagina 102).
Dell Printer Status gebruiken 1 Tonerniveau Hier wordt het resterende tonerniveau in de cassette(s) weergegeven.Het apparaat en het aantal tonercassette(s) in het bovenstaande venster kunnen verschillen afhankelijk van de gebruikte printer.Niet alle apparaten beschikken over deze functie. 2 Optie U kunt instellingen voor waarschuwingen gerelateerd aan afdruktaken opgeven. 3 Benod. bestellen U kunt online reservetonercassette(s) bestellen. 4 User’s Guide U kunt de Gebruikershandleiding bekijken.
Dell Printer Experience gebruiken Dell Printer Experience is een Dell-toepassing die beheer en instellingen van Dell-apparaten in één locatie combineert.U kunt apparaatinstellingen instellen, verbruiksartikelen bestellen, handleidingen voor probleemoplossing bestellen, de website van Dell bezoeken en informatie over aangesloten systemen controleren.Deze toepassing wordt automatisch gedownload vanaf de Windows Store(Store) als het apparaat is aangesloten op een computer met een internetverbinding.
Dell Printer Experience gebruiken 7 3 4 5 Benodigdheden bestellen Klik op deze knop om nieuwe tonercassettes online te bestellen.U moet verbinding hebben met internet om deze functie te gebruiken. Ga naar Dell Koppelingen naar de Dell-printerwebsite.U moet verbinding hebben met internet om deze functie te gebruiken. Apparatenlijst en Laatst gescande afbeelding In de scannerlijst worden apparaten weergegeven die Dell Printer Experience ondersteunen.
Dell Printer Experience gebruiken 5 Klik op Afdruk om de afdruktaak te starten. Een afdruktaak annuleren U kunt als volgt een afdruktaak annuleren in een afdrukwachtrij of afdrukspooler: • U kunt toegang krijgen tot dit venster door te dubbelklikken op het pictogram van het apparaat ( • ) in de taakbalk van Windows. U kunt de huidige taak annuleren door te drukken op de knop (Cancel of Stop/Clear) op het bedieningspaneel.
Dell Printer Experience gebruiken Het tabblad Basis Het tabblad Geavanceerd Basis Papierinstellingen Met deze optie kunt u de basisinstellingen voor afdrukken kiezen, zoals het aantal exemplaren, de afdrukstand en het documenttype. Met deze optie kunt u de basisspecificaties voor het verwerken van papier instellen. Eco-instellingen Lay-outinstellingen Met deze optie kunt u meerdere pagina's per kant afdrukken om materiaal te besparen.
Dell Printer Experience gebruiken 8 Scannen vanuit Windows 8 6 Pas de voorgescande afbeelding aan met functies voor scanbewerking, zoals draaien en spiegelen. 7 Klik op Scannen ( ) en sla de afbeelding op. Dit gedeelte is voor gebruikers met multifunctionele printers. • Wanneer u de originelen in de ADF (of DADF) plaatst, is Met de scanfunctie zet u tekst en afbeeldingen om in digitale bestanden die u op de computer kunt opslaan. Voorbeeldscan ( ) niet beschikbaar.
De Linux Unified Driver Configurator gebruiken Unified Linux Driver Configurator is een hulpprogramma dat hoofdzakelijk bestemd is voor de configuratie van apparaten.U moet Unified Linux Driver installeren om Unified Driver Configurator te kunnen gebruiken (zie "Installatie voor Linux" op pagina 132). Na de installatie van het stuurprogramma op uw Linux-systeem wordt automatisch het pictogram voor Unified Driver Configurator op uw bureaublad geplaatst.
De Linux Unified Driver Configurator gebruiken 10 Printers configuration 1 Schakelt naar Printers configuration. 2 Hier worden alle geïnstalleerde apparaten weergegeven. 3 Hiermee worden de status, modelnaam en URI van uw apparaat weergegeven. Printers configuration bevat twee tabbladen:Printers en Classes. Het tabblad Printers Klik op het pictogram van het apparaat links in het venster Unified Driver Configurator om de printerconfiguratie van het huidige systeem weer te geven.
De Linux Unified Driver Configurator gebruiken Het tabblad Classes Op het tabblad Classes wordt een lijst met beschikbare apparaatklassen weergegeven. 1 Hiermee geeft u alle apparaatklassen weer. 2 Hiermee geeft u de status van de klasse en het aantal apparaten in de klasse aan. • Refresh: vernieuwt de lijst met klassen. • Add Class: hiermee kunt u een nieuwe apparaatklasse toevoegen. • Remove Class: hiermee verwijdert u de geselecteerde apparaatklasse.
6. Problemen oplossen In dit hoofdstuk vindt u nuttige informatie over wat u moet doen als er een probleem optreedt.
Problemen met papierinvoer Toestand Voorgestelde oplossing Het papier loopt vast tijdens het afdrukken. Verwijder het vastgelopen papier. Papier kleeft aan elkaar. • Controleer de maximale papiercapaciteit van de lade. • Zorg dat u een geschikte papiersoort gebruikt. • Haal het papier uit de lade en buig het of waaier het uit. • In vochtige omstandigheden kunnen bepaalde papiersoorten aan elkaar blijven kleven. Invoerprobleem met een aantal vellen tegelijk.
Problemen met de voeding en het netsnoer Toestand Het apparaat krijgt geen stroom, of de verbindingskabel tussen de computer en het apparaat is niet goed aangesloten. Voorgestelde oplossing • Sluit de printer eerst op de netvoeding aan.Als het bedieningspaneel van het apparaat een (Power/ Wakeup)-knop heeft, moet u hierop drukken. • Maak de kabel van het apparaat los en sluit deze opnieuw aan. 6.
Afdrukproblemen Toestand Het apparaat drukt niet af. Mogelijke oorzaak Het apparaat krijgt geen stroom. Voorgestelde oplossing Sluit de printer eerst op de netvoeding aan.Als het bedieningspaneel van het apparaat een Het apparaat is niet als standaardprinter geselecteerd. (Power/Wakeup)-knop heeft, moet u hierop drukken. Selecteer uw printer als standaardprinter in Windows. Controleer het volgende: • De klep is niet gesloten.Sluit de klep. • Er is een papierstoring opgetreden.
Afdrukproblemen Toestand Het apparaat drukt niet af. Mogelijke oorzaak Voorgestelde oplossing Het apparaat is mogelijk niet goed geconfigureerd. Controleer de Voorkeursinstellingen om na te gaan of alle afdrukinstellingen correct zijn. Mogelijk is het printerstuurprogramma niet goed geïnstalleerd. Deïnstalleer het stuurprogramma van uw printer en installeer het programma opnieuw. Het apparaat werkt niet goed. Kijk of het display van het bedieningspaneel een systeemfout aangeeft.
Afdrukproblemen Toestand De helft van de pagina is blanco. Het apparaat drukt wel af, maar de tekst is niet correct, vervormd of niet volledig. Mogelijke oorzaak Voorgestelde oplossing Mogelijk is de afdrukstand verkeerd ingesteld. Wijzig de afdrukstand in het desbetreffende programma (zie "Voorkeursinstellingen openen" op pagina 50).Raadpleeg Help bij het printerstuurprogramma (zie "Help gebruiken" op pagina 52). Het ingestelde papierformaat stemt niet overeen met het formaat van het papier in de lade.
Afdrukproblemen Toestand Er worden blanco pagina's afgedrukt. Mogelijke oorzaak De tonercassette is leeg of beschadigd. Voorgestelde oplossing Herverdeel indien nodig het tonerpoeder.Vervang indien nodig de tonercassette. • Zie "Toner herverdelen" op pagina 74. • Zie "De tonercassette vervangen" op pagina 76. Mogelijk bevat het bestand blanco pagina's. Controleer of het bestand blanco pagina's bevat. Mogelijk is een onderdeel van het apparaat defect (bijvoorbeeld de controller of het moederbord).
Afdrukproblemen Toestand Mogelijke oorzaak Voorgestelde oplossing Het afgedrukte papier krult op. De instelling voor de papiersoort klopt niet. Wijzig de instelling van de printer en probeer het opnieuw.Ga naar de Voorkeursinstellingen, klik op het tabblad Papier en stel de papiersoort in op Dik papier (zie "Voorkeursinstellingen openen" op pagina 50). Apparaatgegevens worden niet weergegeven wanneer u op het apparaat in Apparaten en printers klikt.
Problemen met de afdrukkwaliteit Vuil aan de binnenkant van het apparaat of verkeerd geplaatst papier kan leiden tot een verminderde afdrukkwaliteit.Raadpleeg de onderstaande tabel om het probleem te verhelpen. Toestand Lichte of vage afdrukken Voorgestelde oplossing • Als u een verticale witte strook of vaag gedeelte op de afdruk ziet, is de toner bijna op.Plaats een nieuwe tonercassette (zie "De tonercassette vervangen" op pagina 76). • Mogelijk voldoet het papier niet aan de papierspecificaties.
Problemen met de afdrukkwaliteit Toestand Tonervlekken Voorgestelde oplossing • Mogelijk voldoet het papier niet aan de specificaties. Het papier kan bijvoorbeeld te vochtig of te ruw zijn. • Mogelijk is de transportrol vuil.Reinig de binnenkant van het apparaat (zie "Het apparaat reinigen" op pagina 80). A aB bC c A aB bC c A aB bC c A aB bC c A aB bC c • Het papierpad is mogelijk aan een reinigingsbeurt toe.
Problemen met de afdrukkwaliteit Toestand Verticale strepen Voorgestelde oplossing Als de pagina zwarte, verticale strepen vertoont: • Er zitten mogelijk krassen op het oppervlak (drumgedeelte) van de tonercassette in het apparaat.Verwijder de tonercassette en plaats een nieuwe (zie "De tonercassette vervangen" op pagina 76). Als de pagina witte verticale strepen vertoont: • Het oppervlak van het LSU-gedeelte in het apparaat kan vuil zijn.
Problemen met de afdrukkwaliteit Toestand Verticaal terugkerende afwijkingen Voorgestelde oplossing Als de bedrukte zijde van de pagina met gelijke intervallen afwijkingen vertoont: • De tonercassette is mogelijk beschadigd.Als de problemen zich na het afdrukken blijven voordoen, vervangt u de oude tonercassette door een nieuwe (zie "De tonercassette vervangen" op pagina 76). • Er zit mogelijk toner op sommige onderdelen van het apparaat.
Problemen met de afdrukkwaliteit Toestand Er blijven tonerdeeltjes hangen rond vetgedrukte tekens of donkere foto's. Voorgestelde oplossing De toner hecht mogelijk niet goed aan dit papiertype. • Wijzig de instelling van de printer en probeer het opnieuw.Ga naar Voorkeursinstellingen, klik op het tabblad Papier en stel het papiertype in op Kringlooppapier (zie "Voorkeursinstellingen openen" op pagina 50). • Controleer of u het juiste papiertype hebt geselecteerd.
Problemen met de afdrukkwaliteit Toestand Gekruld of gegolfd Voorgestelde oplossing • Plaats het papier op de juiste manier in de lade. • Controleer de papiersoort en de kwaliteit van het papier.Papier kan krullen als de temperatuur of de vochtigheid te hoog is. • Draai de stapel papier in de lade om.Probeer ook eens om het papier 180° te draaien in de lade. Vouwen of kreuken • Plaats het papier op de juiste manier in de lade. • Controleer de papiersoort en de kwaliteit van het papier.
Problemen met de afdrukkwaliteit Toestand Volledig gekleurde of zwarte pagina's A Losse toner Voorgestelde oplossing • Mogelijk is de tonercassette niet goed geplaatst.Verwijder de cassette en plaats deze opnieuw. • Mogelijk is de tonercassette defect.Verwijder de tonercassette en plaats een nieuwe (zie "De tonercassette vervangen" op pagina 76). • Het apparaat moet mogelijk worden gerepareerd.Neem contact op met een medewerker van de klantenservice.
Problemen met de afdrukkwaliteit Toestand Horizontale strepen Voorgestelde oplossing Controleer bij horizontale zwarte strepen of vegen het volgende: • De tonercassette is mogelijk verkeerd geplaatst.Verwijder de cassette en plaats deze opnieuw. • Mogelijk is de tonercassette defect.Verwijder de tonercassette en plaats een nieuwe (zie "De tonercassette vervangen" op pagina 76). Lost dit het probleem niet op, dan moet het apparaat waarschijnlijk worden hersteld.
Problemen met kopiëren Toestand Voorgestelde oplossing Kopieën zijn te licht of te donker. Pas de tonersterkte in de kopieerfunctie aan om de achtergrond van kopieën lichter of donkerder te maken (zie "De instellingen per kopie wijzigen" op pagina 55). Er verschijnen vegen, strepen, vlekken of stippen op kopieën. • Gebruik Tonersterkte in Kopieerfunctie om de achtergrond van uw kopieën lichter te maken als de onregelmatigheden zich op het origineel bevinden. Kopie staat scheef.
Problemen met scannen Toestand De scanner doet het niet. Voorgestelde oplossing • Zorg ervoor dat u het te scannen origineel op de glasplaat plaatst met de bedrukte zijde naar onder en in de automatische documentinvoer met de bedrukte zijde naar boven (zie "Originelen plaatsen" op pagina 46). • Er is mogelijk niet voldoende geheugen beschikbaar voor het document dat u wilt scannen.Ga na of de prescanfunctie werkt.Probeer een lagere scanresolutie.
Problemen met scannen Toestand Voorgestelde oplossing Het volgende bericht verschijnt op het computerscherm: • Er wordt mogelijk een kopieer- of afdruktaak uitgevoerd.Probeer uw taak opnieuw uit te voeren nadat de voorgaande taak is voltooid. • Apparaat kan niet in de gewenste H/W-modus staan. • De kabel van uw apparaat is wellicht niet goed aangesloten of het apparaat is niet ingeschakeld. • Poort wordt gebruikt door een ander programma. • De geselecteerde poort is momenteel in gebruik.
Problemen met faxen Toestand Voorgestelde oplossing Het apparaat werkt niet, het display blijft leeg of de toetsen reageren niet. • Trek de stekker van het netsnoer uit het stopcontact en steek deze er weer in. Geen kiestoon. • Controleer of het telefoonsnoer op de juiste wijze is aangesloten (zie "Achterkant" op pagina 21). • Controleer of er stroom staat op het stopcontact. • Controleer of de stroom aan staat.
Problemen met faxen Toestand Een ontvangen faxbericht is gedeeltelijk blanco of is van slechte kwaliteit. Voorgestelde oplossing • Er is mogelijk een probleem met het faxapparaat van de verzender. • Een slechte telefoonlijn kan verbindingsproblemen veroorzaken. • Controleer het apparaat door een kopie te maken. • De tonercassette heeft de geschatte levensduur bijna bereikt.Vervang de tonercassette (zie "De tonercassette vervangen" op pagina 76). Sommige woorden van een ontvangen faxbericht zijn uitgerekt.
Problemen met het besturingssysteem 1 Algemene Windows-problemen Toestand Voorgestelde oplossing Tijdens de installatie verschijnt het bericht "Bestand in gebruik". Sluit alle softwaretoepassingen af.Verwijder alle software uit de opstartgroep en start vervolgens Windows weer op.Installeer het printerstuurprogramma opnieuw. Het bericht "Algemene beschermingsfout", "OEuitzondering", "Spool 32" of "Ongeldige bewerking" verschijnt.
Problemen met het besturingssysteem 2 Veelvoorkomende problemen op de Mac-computer Toestand Het apparaat drukt het PDF-bestand niet juist af.Sommige delen van afbeeldingen, tekst of illustraties ontbreken. Voorgestelde oplossing Het bestand kan worden afgedrukt door het PDF-bestand af te drukken als een afbeelding.Schakel Afdrukken als afbeelding uit de afdrukopties van Acrobat in. Een PDF-bestand als afbeelding afdrukken neemt meer tijd in beslag.
Problemen met het besturingssysteem 3 Algemene Linux-problemen Toestand Het apparaat drukt niet af. Voorgestelde oplossing • Controleer of het printerstuurprogramma is geïnstalleerd.Open Unified Driver Configurator en selecteer het tabblad Printers in Printers configuration om de lijst met beschikbare printers weer te geven.Controleer of uw apparaat in de lijst staat.Als dit niet zo is, opent u Add new printer wizard om uw apparaat in te stellen. • Controleer of het apparaat is ingeschakeld.
Problemen met het besturingssysteem Toestand Voorgestelde oplossing Ik kan niet scannen via mijn Gimp front-end. Controleer of u in Gimp Front-end het venster Xsane:Device dialog. kunt openen via het menu Acquire.Als dat niet het geval is, moet u de Xsane-plug-in voor Gimp installeren op de computer.U vindt de Xsane-plug-in voor Gimp op de cd van uw Linuxdistributie of op de homepage van Gimp.
Problemen met het besturingssysteem Toestand Het apparaat scant niet. Voorgestelde oplossing • Zorg ervoor dat het document in het apparaat is geladen en dat uw apparaat met de computer is verbonden. • Mogelijk treedt er een I/O-fout op tijdens het scannen. Raadpleeg de gebruikershandleiding van Linux die bij uw computer werd geleverd voor meer informatie over Linux-foutberichten. 6.
Problemen met het besturingssysteem 4 Veelvoorkomende PostScript-problemen De volgende problemen hebben specifiek betrekking op de PS-taal en kunnen optreden als er meerdere printertalen worden gebruikt. Probleem Het PostScript-bestand kan niet worden afgedrukt Mogelijke oorzaak Mogelijk is het PostScript-stuurprogramma niet correct geïnstalleerd. Oplossing • Installeer het PostScript-stuurprogramma (zie "Installatie van de software" op pagina 129).
Verklarende woordenlijst De onderstaande woordenlijst helpt u vertrouwd te raken met het product en de terminologie die in deze gebruikershandleiding wordt gebruikt en verband houdt met afdrukken. 802.11 802.11 bevat een reeks standaarden voor draadloze-netwerkcommunicatie (WLAN) ontwikkeld door het IEEE LAN/MAN-Standards Committee (IEEE 802). 802.11b/g/n 802.11b/g/n kan dezelfde hardware delen over een bandbreedte van 2.4 GHz.802.11b ondersteunt een bandbreedte tot maximaal 11 Mbps, 802.
Verklarende woordenlijst BOOTP Configuratiescherm Bootstrap-protocol.Een netwerkprotocol dat wordt gebruikt door een netwerkclient om automatisch het IP-adres op te halen.Dit gebeurt doorgaans in het bootstrapproces van computers of de daarop uitgevoerde besturingssystemen.De BOOTP-servers wijzen aan iedere client een IPadres toe uit een pool van adressen.Met BOOTP kunnen computers met een "schijfloos werkstation" een IP-adres ophalen voordat een geavanceerd besturingssysteem wordt geladen.
Verklarende woordenlijst Standaard DNS De waarde of instelling die van kracht is wanneer de printer uit de verpakking wordt gehaald, opnieuw wordt ingesteld of wordt geïnitialiseerd. DNS (Domain Name Server) is een systeem dat domeinnaaminformatie opslaat in een gedistribueerde database op netwerken, zoals het internet. DHCP Matrixprinter Een DHCP (Dynamic Host Configuration Protocol) is een client/ servernetwerkprotocol.
Verklarende woordenlijst Duplex Emulatie Een mechanisme dat een vel papier automatisch omkeert zodat het apparaat beide zijden van het vel kan bedrukken (of scannen).Een printer met een duplexeenheid kan afdrukken op beide zijden van een vel papier tijdens één printcyclus. Emulatie is een techniek waarbij met één apparaat dezelfde resultaten worden behaald als met een ander. Afdrukvolume Het afdrukvolume bestaat uit de hoeveelheid afgedrukte pagina's per maand die de printerprestaties niet beïnvloedt.
Verklarende woordenlijst FDI Grijswaarden Interface extern apparaat (FDI) is een kaart die in het apparaat is geïnstalleerd zodat andere apparaten van derden, bijvoorbeeld een muntautomaat of een kaartlezer, kunnen worden aangesloten.Met deze apparaten kunt u laten betalen voor afdrukservices die worden uitgevoerd met uw apparaat. Grijstinten die de lichte en donkere delen van een afbeelding weergeven worden omgezet in grijswaarden; kleuren worden door verschillende grijstinten weergegeven.
Verklarende woordenlijst IEEE 1284 IPP De 1284-norm voor de parallelle poort is ontwikkeld door het IEEE (Institute of Electrical and Electronics Engineers).De term "1284-B" verwijst naar een bepaald type connector aan het uiteinde van de parallelle kabel die kan worden aangesloten op het randapparaat (bijvoorbeeld een printer). IPP (Internet Printing Protocol) is een standaardprotocol voor zowel afdrukken als het beheren van afdruktaken, mediaformaat, resolutie, enzovoort.
Verklarende woordenlijst ITU-T LDAP De Internationale Telecommunicatie Unie is een internationale organisatie die is opgericht voor de standaardisering en regulering van internationale radio- en telecommunicatie.De belangrijkste taken omvatten standaardisering, de toewijzing van het radiospectrum en de organisatie van onderlinge verbindingen tussen verschillende landen waarmee internationale telefoongesprekken mogelijk worden gemaakt.De -T in ITUT duidt op telecommunicatie.
Verklarende woordenlijst MH NetWare MH (Modified Huffman) is een compressiemethode voor het beperken van de hoeveelheid gegevens die tussen faxapparaten worden verzonden om een afbeelding te versturen. MH wordt aanbevolen door ITU-T T.4.MH is een op een codeboek gebaseerd lengtecoderingsschema dat geoptimaliseerd werd om op een doeltreffende wijze witruimtes te comprimeren.
Verklarende woordenlijst OSI PostScript OSI (Open Systems Interconnection) is een communicatiemodel dat is ontwikkeld door de ISO (International Organization for Standardization).OSI biedt een standaard modulaire benadering van netwerkontwerp waarmee de vereiste set complexe functies wordt opgesplitst in hanteerbare, op zichzelf staande, functionele lagen.De lagen zijn van boven naar onder: applicatie, presentatie, sessie, transport, netwerk, gegevenskoppeling en fysiek.
Verklarende woordenlijst Protocol SMB Een conventie of standaard die de verbinding, communicatie en het gegevensverkeer tussen twee computers inschakelt of controleert. SMB (Server Message Block) is een netwerkprotocol dat hoofdzakelijk wordt toegepast op gedeelde bestanden, printers, seriële poorten en diverse verbindingen tussen de knooppunten in een netwerk.Het biedt tevens een geverifieerd communicatiemechanisme voor processen onderling. PS Zie PostScript.
Verklarende woordenlijst TCP/IP Tonercassette TCP (Transmission Control Protocol) en IP (Internet Protocol): de set communicatieprotocollen die de protocolstack implementeren waarop het internet en de meeste commerciële netwerken draaien. Een soort fles of container die in apparaten zoals printers wordt gebruikt en die toner bevat.Toner is een poeder dat in laserprinters en kopieerapparaten wordt gebruikt voor het vormen van tekst en afbeeldingen op afdrukpapier.
Verklarende woordenlijst URL WEP URL (Uniform Resource Locator) is het internationale adres van documenten en informatiebronnen op internet.Het eerste deel van het adres geeft aan welk protocol moet worden gebruikt en het tweede deel geeft het IP-adres of de domeinnaam aan waar de informatiebron zich bevindt. WEP (Wired Equivalent Privacy) is een beveiligingsprotocol dat gespecificeerd wordt in IEEE 802.11 om eenzelfde beveiligingsniveau als een bedraad LAN te garanderen.
Verklarende woordenlijst WPA-PSK WPA-PSK (vooraf gedeelde WPA-sleutel) is een speciale WPA-modus voor kleine ondernemingen en thuisgebruikers.Een gedeelde sleutel of een gedeeld wachtwoord wordt geconfigureerd in het draadloze toegangspunt (WAP) en draadloze laptop- of desktopapparaten.WPA-PSK genereert een unieke sleutel voor elke sessie tussen een draadloze client en de daarmee geassocieerde WAP voor een betere veiligheid.
Index A Macintosh achterkant 21 adresboek algemene instellingen 198 bewerken 205 groep bewerken 204 werken met 204 adresboekinstellingen 204 afdrukfunctie 207 afdrukken 208, 175 de standaardafdrukinstellingen wijzigen 207 219 Macintosh een document afdrukken Windows 49 het hulpprogramma Direct afdrukken gebruiken 217 instellen als standaardapparaat 207 Linux 220 Macintosh 218 meerdere pagina's afdrukken op n vel papier Dell Printer Status 252 169 documentenvak 199 209 afdrukm
Index F fax verzenden groepsverzending 62 faxen algemene instellingen 183 Automatisch een verzendrapport afdrukken 241 automatisch ontvangen in antwoordapparaatmodus 237, 230 de ontvangstmodus wijzigen 236 uitgestelde faxverzending 232 voorbereiden om te faxen 61 faxfunctie foutmelding 5 eigenschappen van afdrukmateriaal 104 functies van het apparaat 173 G geheugenharde schijffuncties H Een fax in de computer verzenden 231 handmatige invoer 40 help gebruiken 52, 220 137, 167 een ont
Index besturingsbestand opnieuw installeren voor een via een USBkabel verbonden apparaat 134 installatie van het stuurprogramma voor het verbonden netwerk 143 printereigenschappen 221 scannen 227 SetIP gebruiken 139 stuurprogramma van een met een USBkabel verbonden apparaat installeren 132 unified driver configurator 259 veelvoorkomende problemen onder Macintosh 284 meerdere pagina's op n vel afdrukken nup Macintosh 219 menu Afdrukken 175 menuoverzicht 40 speciale afdrukmedia gebruiken 40
Index problemen met het besturingssysteem 283 problemen afdrukproblemen 265 problemen met betrekking tot netvoeding 264, 270, 281, 278, 263, 279 basisinformatie Scannen in Linux 227, 226, 225, 223, 224 reinigen 201 uitvoersteun gebruiken specificaties 102 Unix instellingen voor lade status tekens invoeren scannereenheid 84 toetsen scanfunctie 225 222 Scannen Scannen met Dell scanassistent 225 scannen algemene instellingen 187 systeemvereisten 104 108 usb 23 197 algemene instelli
Index geschatte levensduur van tonercassette 73 tonercassette vervangen verklarende woordenlijst voorkant 76 289 19 W watermerk bewerken 212 maken 212 verwijderen 213 Windows installatie van het stuurprogramma voor het verbonden netwerk 140 SetIP gebruiken 137, 167 stuurprogramma van een met een USBkabel verbonden apparaat installeren 25, 28, 107 veelvoorkomende problemen onder Windows 283 Index 306