Operation Manual

Dell™ Printer Configuration Web Tool 165
LDAP-verificatie
Toepassing:
De verificatiemethode voor de LDAP-server aangeven.
Waarden:
SSL/TLS
Toepassing:
De instellingen aangeven voor de SSL-coderingscommunicatie met de printer en het certificaat dat gebruikt wordt
voor IPsec, LDAPS, of Draadloos LAN activeren of verwijderen.
Waarden:
LDAP-verificatie
(voor ColorTrack PRO)
Verificatiemethode
Geeft de verificatiemethode weer.
Toegevoegde tekenreeks
gebruiken
Stel in of de toegevoegde tekenreeks uit de lijst moet worden gebruikt.
Tekenreeks toegevoegd
aan gebruikersnaam
Voer de toegevoegde tekenreeks in.
Communicatie tussen
HTTP-SSL/TLS
*1
Schakel het selectievakje in om de functie Communicatie tussen HTTP – SSL/TLS in te schakelen.
Poortnummer voor
communicatie tussen
HTTP – SSL/TLS
Stelt het poortnummer in. Dit is niet hetzelfde is als dat van HTTP voor SSL/TLS. Dit moet of
443 zijn of een getal tussen 8000 en 9999.
Communicatie tussen
LDAP-SSL/TLS
*1, 2
Schakel het selectievakje in om de LDAP in te schakelen. De toegang wordt tot stand gebracht met
behulp van SSL/TLS-communicatie.
Certificaat van externe
server controleren
*2
Schakel het selectievakje in om de functie Certificaat van externe server controleren in te schakelen.
Zelfondertekend
certificaat genereren
*3
Klik om de pagina Zelfondertekend certificaat genereren weer te geven en een beveiligingscertificaat
via de pagina aan te maken. De knop Zelfondertekend certificaat genereren is alleen beschikbaar als
het zelfondertekend certificaat nog niet is gegenereerd.
Openbare code-
methode
Selecteer de openbare code-methode van het zelfondertekend certificaat.
Grootte van openbare
code
Selecteer de grootte van de openbare code.
Uitgever Stelt de uitgever van het SSL zelfondertekend certificaat in.
Ondertekend certificaat
genereren
Klik om het SSL zelfondertekend certificaat te genereren.
Ondertekend certificaat
uploaden
*3, 4
Klik om de pagina Ondertekend certificaat uploaden weer te geven en het bestand met het certificaat
vanaf de pagina naar het apparaat te uploaden.
Wachtwoord Voer het wachtwoord in dat nodig is om het bestand met het certificaat te
uploaden.
Wachtwoord opnieuw
invoeren
Voer het wachtwoord ter bevestiging nogmaals in.
Bestandsnaam Klik op Bladeren om de naam van het bestand te zoeken dat naar het
apparaat moet worden geüpload.
Importeren Klik op Importeren om het bestand met het certificaat naar het apparaat te
uploaden.