Operation Manual

Uw printer aansluiten 65
Netwerkaansluiting
De printer aansluiten op een netwerk:
1
Sluit de Ethernetkabel aan.
U sluit de printer aan op het netwerk door het ene uiteinde van de Ethernetkabel aan te sluiten op de Ethernetpoort
aan de achterzijde van de printer en het andere uiteinde op een LAN-aansluitpunt of -verdeelpunt (hub). Steek voor
een draadloze verbinding de draadloze adapter in de aansluiting voor de draadloze adapter achter op de printer.
Zie “Installeren van de optionele draadloze adapter” voor een draadloze verbinding.
OPMERKING: Als u de draadloze adapter wilt gebruiken, moet de Ethernetkabel absoluut zijn losgekoppeld.
De printer aanzetten
WAARSCHUWING: gebruik geen verlengsnoeren of losse contactdozen.
WAARSCHUWING: de printer mag niet worden aangesloten op een UPS-systeem (Uninterruptible Power Supply,
ononderbreekbare voeding).
1
Sluit het netsnoer aan op de aansluiting achter op de printer en vervolgens op een spanningsbron.
2
Zet de printer aan. Als de printer via een USB (Uninterruptible Power Supply) kabel is aangesloten, wordt het
USB-stuurprogramma automatisch geïnstalleerd.
1 Ethernetpoort
1
1