Users Guide

132 Bedieningspaneel
Het toetsenbord gebruiken dat op het touch-paneel wordt weergegeven
Als de printer in gebruik is verschijnt soms een toetsenbord voor het invoeren van tekst. Hieronder wordt beschreven
hoe tekst moet worden ingevoerd.
U kunt onderstaande tekens invoeren: cijfers, letters en symbolen.
De numerieke toetsen gebruiken
Tijdens het uitvoeren van verschillende taken is het mogelijk dat u nummers moet invoeren. Bijvoorbeeld wanneer u
het aantal kopieën of een faxnummer rechtstreeks in moet voeren.
Numerieke toetsen
Onderdeel Beschrijving
Toetsenborden wijzigen Selecteer om de lay-out van het toetsenbord dat op het touch-paneel wordt
weergegeven te wijzigen. Maak een keuze uit
QWERTY, AZERTY of QWERTZ.
Letters invoeren Om hoofdletters in te kunnen voeren moet u selecteren. Om terug te keren
naar onderkast (kleine letters) moet u opnieuw selecteren.
Cijfers en symbolen invoeren. Selecteer .
Een spatie invoeren Selecteer Spatie of .
Tekens wissen Selecteer om tekens één voor één te wissen.
1
2
3
4
5
6
7
8
QWERTY AZERTY QWERTZ