Users Guide

150 Dell™ Printer Configuration Web Tool
Kopie Geeft weer of de kopieerfunctie met een wachtwoord moet worden
beveiligd.
E-mail Geeft weer of de Scan naar e-mail-functie met een wachtwoord moet
worden beveiligd.
Fax Geeft weer of de faxfunctie met een wachtwoord moet worden beveiligd.
Faxstuurprogramma Geeft weer of de faxstuurgrammafunctie met een wachtwoord moet
worden beveiligd.
Scan naar netwerk Geeft weer of de Scannen naar netwerk-functie met een wachtwoord
moet worden beveiligd.
Scannen naar toepassing Geeft weer of de Scannen naar toepassing-functie met een wachtwoord
moet worden beveiligd.
Scan naar PC Geeft weer of de Scannen naar PC-functie met een wachtwoord moet
worden beveiligd.
Scannen naar USB Geeft weer of de Scannen naar USB-functie met een wachtwoord moet
worden beveiligd.
Afdrukken van USB Geeft weer of de Afdrukken van USB-functie met een wachtwoord moet
worden beveiligd.
ID-kaart kopiëren Geeft weer of de ID-kaart kopiëren functie met een wachtwoord moet
worden beveiligd.
USB-services - Tonen
indien aanwezig
Geeft weer of een scherm met het bericht USB-stick gedetecteerd moet
worden weergegeven wanneer een USB-stick in de printer wordt geplaatst.
USB-services - Verbergen
indien aanwezig
Geeft weer of een smenu’s die betrekking hebben op USB-geheugen
moeten worden verborgen totdat een USB-stick in de printer wordt
geplaatst.
Beveil. ontv.inst. Geeft weer of er een wachtwoord vereist is voor het ontvangen van faxen.
Velden Van in e-mail
bewerken
Geeft weer of het veld afzender bewerkt mag worden als u Scannen naar
E-mail gebruikt.
Ontvangers opnieuw
bevestigen
Geeft aan of er opnieuw moet worden bevestigd voordat een fax
verzonden of een scantaak uitgevoerd mag worden.
Softwaredownload Geeft aan of firmware-updates gedownload mogen worden.
Weergave van
netwerkgegevens
Geeft weer of de netwerkinformatie in het berichtenveld van het
Startscherm moet worden weergegeven.
Codering Geeft aan of de gegevens moeten worden gecodeerd.
Harde schijf
overschrijven*
2
Geeft aan of de harde schijf moet worden overschreven.
Inlogfout Geeft aan hoe vaak een beheerder kan proberen aan te melden bij
Paneelvergrendeling, Functie ingeschakeld en Veilige ontvangst.
Ver valmodus*
3
Geeft aan of de datum moet worden ingesteld waarop de bestanden die
als Veilig afdrukken in het RAM-geheugen of op de harde schijf zijn
opgeslagen, moeten worden gewist.
Ver valtijd*
3
Geeft de tijd aan waarop de bestanden die als Veilig afdrukken in het
RAM-geheugen of op de harde schijf zijn opgeslagen, moeten worden
gewist.
Herhaling*
3
Geeft de periode weer waarna de instelling moet worden herhaald.
Weekinstellingen*
3
Geeft de dag van de week weer waarop de instelling moet worden
herhaald.
Maandinstellingen*
3
Geeft de dag van de maand aan waarop de instelling moet worden
herhaald.