Users Guide
436 Afdrukken met ColorTrack (externe verificatie)
5
Voer het IP-adres/de hostnaam en het poortadres in bij
IP-adres/hostnaam & poort
van
Kerberos-server (voor
ColorTrack PRO
).
6
Voer de domeinnaam in onder
Domeinnaam
.
7
Klik op
Nieuwe instellingen toepassen
.
8
Schakel de printer uit en opnieuw in om de instellingen toe te kunnen passen.
IP-adres/hostnaam & poort
Geef het IP-adres of de hostnaam en vervolgens het poortadres aan. De wijziging wordt van kracht nadat u de printer
uit en weer in hebt geschakeld.
OPGELET: Gebruik in geen geval hetzelfde poortadres als dat van een andere poort.
OPMERKING: het poortadres moet 88 of een getal tussen 5000 en 65.535 zijn. De standaardwaarde is 88.
OPMERKING: geef het IP-adres in het formaat nnn.nnn.nnn.nnn aan voor IPv4. Ieder gedeelte met “nnn” is een variabele
waarde tussen 0 en 255.
OPMERKING: geef het IP-adres in het xxxx:xxxx:xxxx:xxxx:xxxx:xxxx:xxxx:xxxx formaat aan voor IPv6. Ieder gedeelte met
“xxxx” is een hexadecimale variabele waarde.
Domeinnaam
Geef de domeinnaam van de Active Directory
®
aan onder Domeinnaam (Realm Name). De wijziging wordt van
kracht nadat u de printer uit en weer in hebt geschakeld.
OPMERKING: geef de domeinnaam aan in hoofdletters. Afhankelijk van uw server kan er een fout optreden wanneer de naam
in kleine letters wordt aangegeven.
LDAP-server
Geef de directoryserver en verificatiemethode aan om de LDAP-verificatie uit te voeren of om informatie met
behulp van LDAP te verwerken en geef het bereik en kenmerken voor het zoeken aan.
OPMERKING: bij het gebruik van LDAPS of verificatie van certificaten moet u de LDAP-server instellen of een extern certificaat
importeren. Zie “Gebruik van digitale certificaten” voor meer informatie.
Bij gebruik van de Dell Printer Configuration Web Tool
1
Start de
Dell Printer Configuration Web Tool
.
a
Open de webbrowser.
b
Voer het IP-adres van uw printer in uw webbrowser in.
Zie “Dell™ Printer Configuration Web Tool”.
2
Selecteer
Afdrukserverinstellingen
.
3
Klik op het tabblad
Veiligheid
.
4
Selecteer
LDAP-server
.
Serverinformatie (voor ColorTrack PRO)
:
• Voer het IP-adres of de hostnaam evenals het poortadres in bij
IP-adres/hostnaam & poort
.
• Bevestig de software-informatie voor de
LDAP-server
.
Optionele informatie (voor ColorTrack PRO)
:
• Voer een tekenreeks in onder
Basismap voor zoekopdracht
.
• Voer de inlognaam in onder
Inlognaam
.










