Dell Command | Integration Suite for System Center Versie 5.5 Gebruikershandleiding Juni 2021 Ver.
Opmerkingen, voorzorgsmaatregelen,en waarschuwingen OPMERKING: Een OPMERKING duidt belangrijke informatie aan voor een beter gebruik van het product. WAARSCHUWING: WAARSCHUWINGEN duiden potentiële schade aan hardware of potentieel gegevensverlies aan en vertellen u hoe het probleem kan worden vermeden. GEVAAR: LET OP duidt het risico van schade aan eigendommen, lichamelijk letsel of overlijden aan. © 2021 Dell Inc. of zijn dochtermaatschappijen. Alle rechten voorbehouden.
Inhoudsopgave Hoofdstuk 1: Inleiding......................................................................................................................5 Nieuw in deze release........................................................................................................................................................... 5 De belangrijkste functies.......................................................................................................................................................
Externe provisioning............................................................................................................................................................23 Vereisten voor externe provisioning............................................................................................................................23 Externe Provisioning-licentieverlening........................................................................................................................
1 Inleiding Dit document beschrijft de activiteiten die u kunt uitvoeren met Dell Command | Integration Suite for System Center op systemen waarop Microsoft System Center Configuration Manager wordt uitgevoerd.
status van het besturingssysteem. Voor meer informatie over Intel vPro Out Of Band Management, zie Dell Intel vPro Out Of Band Plugin. Dell Command | Warranty Verzamelt informatie over de garantie van Dell clientsystemen van de Dell supportwebsite. Zie Dell Command | Warranty gebruikershandleiding op dell.com/support voor meer informatie over de Dell Warranty Information Utility.
● Windows 7 Ondersteunde serverbesturingssystemen ● ● ● ● Windows Server 2019 Windows Server 2016 Windows Server 2012 R2 Windows Server 2012 Inleiding 7
2 Dell Command | Integration Suite for Microsoft System Center installeren, verwijderen en upgraden Beheer het installeren, verwijderen en upgraden van Dell Command | Integration Suite for Microsoft System Center. Controleer voordat u een van de hieronder beschreven procedures uitvoert, de lijst met Ondersteunde clientbesturingssystemen.
Een netwerktoegangsaccount configureren Het netwerktoegangsaccount is vereist wanneer voor Configuration Manager-clients van werkgroepen of niet-vertrouwde domeinen toegang tot bronnen binnen het domein van de siteserver vereist is. Het netwerktoegangsaccount configureren: 1. Start de Configuration Manager console. 2. Klik in de Configuration Manager console op Beheer. 3. Vouw Overzicht > Siteconfiguratie uit en klik op Sites. 4.
Programma-opties wijzigen of herstellen in het installatieprogramma Met de optie Aanpassen of Wijzigen in het Dell Command | Integration Suite for System Center installatieprogramma kunnen de programmafuncties die zijn geïnstalleerd worden gewijzigd. Met deze optie kunt u de volgende acties uitvoeren: ● Een functie installeren die u nog niet hebt geïnstalleerd. ● Een functie verwijderen die u eerder hebt geïnstalleerd.
3 Dell Command | Integration Suite for System Center gebruiken Voordat u begint met Dell Command | Integration Suite for System Center, zorgt u dat de Dell doelclientsystemen zijn geregistreerd als Configure Manager-clients en worden vermeld onder Alle systemen op de Configuration Manager-console. Voor meer informatie over het configureren van clients via Configuration Manager raadpleegt u het Microsoft TechNet-artikel op technet.microsoft.com/en-us/ library/gg682144.
gebruikt om driverbibliotheken in een WinPE-pakket te importeren, moet u het driverbibliotheekbestand downloaden voordat u aan het hieronder beschreven proces begint. OPMERKING: Zorg ervoor dat Microsoft Windows Deployment Kit is geïnstalleerd voordat u verdergaat met deze functie. 1. Start de Configuration Manager console. 2. Klik op Softwarebibliotheek. 3. Vouw Overzicht > Besturingssystemen uit. 4. Klik met de rechtermuisknop op Opstartimages en klik op Dell Command | WinPE-driverbibliotheek importeren.
2. Klik op Softwarebibliotheek. 3. Vouw Overzicht > Besturingssystemen uit. 4. Klik met de rechtermuisknop op Driverpakketten en klik op Dell Command | Systeemdriverbibliotheek importeren. De wizard Systeemdriverbibliotheek importeren wordt geopend. 5. Selecteer een bron voor de driverbibliotheek: ● Dell Update/Support-site: selecteer de optie Huidige internetproxy-instellingen gebruiken of de optie Aangepaste proxyinstellingen gebruiken .
De Wizard Dell Command | Configure-pakket importeren wordt weergegeven. 5. Klik op Bladeren en navigeer naar de locatie van het Dell Command | Configure SCE-bestand. OPMERKING: Het Dell Command | Configure SCE-bestand wordt gegenereerd door het exporteren van aangepaste instellingen vanaf Dell Command | Configure. Voor meer informatie, zie Dell Command | Configure gebruikshandleiding op Dell.com/support. 6.
4. Klik met de rechtermuisknop op Taakreeksen en klik vervolgens op Dell Command | Integration Suite > Operating System Deployment-taakreeks maken. Het venster Client Operating System Deployment-taakreeks wordt weergegeven. 5. Typ de naam van de taakreeks in het veld Naam taakreeks. 6. Selecteer onder Clienthardwareconfiguratie de hardware-items die u wilt configureren in deze taakreeks.
Het dialoogvenster Validatiewachtwoord wordt weergegeven waarin de gebruiker een wachtwoord kan invoeren (optioneel). Als u het systeem- of installatiewachtwoord hebt geconfigureerd in het doelsysteem, typt u hetzelfde systeem- of installatiewachtwoord in het dialoogvenster Validatiewachtwoord. ● Rapport: Klik op Rapport exporteren om de configuratie-instellingen als een alleen-lezen *.html-bestand te exporteren.
C:\Windows\DCC\SCE>""--valsyspwd= Een image van een besturingssysteem toepassen OPMERKING: Voordat u met deze taak begint, zorgt u ervoor dat u beschikt over het vereiste imagebestand voor het besturingssysteem (.wim-bestand) onder de structuur Besturingssysteembeelden in Configuration Manager. Een image van een besturingssysteem toepassen: 1. Vanaf de linkerkant van de Taakreekseditor, onder Besturingssysteem implementeren, klikt u op Image van een besturingssysteem toepassen.
8. U kunt ook in het venster Software selecteren een filter maken met behulp van de criteria Besturingssysteem, Architectuur en Titel en vervolgens op Pagina filteren klikken om het filter toe te passen. Er wordt een lijst weergegeven met applicatiepakketten die aan uw criteria voldoen. 9. Selecteer een of meer applicatiepakketten die u wilt importeren en klik op Volgende. OPMERKING: Als u een applicatie selecteert die al is gemaakt, wordt de bestaande applicatie opnieuw gemaakt. 10.
4 De Dell Command | Intel vPro Out of Bandapplicatie De Dell Command | Intel vPro Out of Band-applicatie biedt een out-of-band beheeroplossing via een stand-alone applicatie op het systeem waarop Dell Command | Integration Suite for System Center wordt uitgevoerd. Met de applicatie kunt u op afstand clientsystemen beheren, ongeacht de staat van het systeem en of deze is ingeschakeld.
WinRM configureren op clientsystemen Als WinRM niet is geconfigureerd op clientsystemen die niet zijn ingericht via de functie Externe provisioning, voert u de volgende opdracht uit bij een admin-opdrachtprompt: OPMERKING: Configureer de firewall van clientsystemen zodat WinRM-opdrachten geaccepteerd worden. OPMERKING: Om de huidige WinRM-instellingen op te halen, gebruikt u de volgende opdracht: winrm get winrm/config.
OPMERKING: Alle Dell clientsystemen die terechtkomen in de apparaatverzameling vPro-AMT Provisioned - Compliant worden ook weergegeven in de lijst Beschikbare clients voor de bewerkingen in de Dell Command | Intel vPro Out of Band applicatie.
Alle abonnementen opzeggen Gebruik de knop Alles opzeggen om alle abonnementen van alle clients te verwijderen in gevallen waarin indicatiebewerkingen de prestaties van het netwerk negatief beïnvloeden en u wilt zorgen dat er minder verkeer is. 1. Start de Dell Command | Intel vPro Out of Band applicatie. 2. Klik op het instellingenpictogram in de rechterbovenhoek van het scherm. Op het scherm Instellingen wordt het tabblad Indicaties weergegeven. 3. Klik op Alles opzeggen.
6. Om bestaande logbestanden weer te geven, klik op Map weergeven. 7. Klik op OK. Externe provisioning Externe provisioning biedt u de mogelijkheid AMT provisioning van Intel vPro clients op afstand uit te voeren. OPMERKING: Lees de documentatie over de Externe provisioning-functie volledig door voordat u Externe provisioning gaat gebruiken.
c. Klik op CSR-bestand maken. 2. Geef het CSR-bestand aan een vertrouwde certificeringsinstantie en verkrijg van een servercertificaatbestand van de CA. OPMERKING: Het kan een paar dagen duren voordat u uw servercertificaatbestand van de CA ontvangt. 3. Wanneer u het bestand hebt ontvangen van de CA, kunt u het importeren door te klikken op PFX-bestand maken. 4.
1. Implementeer de vPro-AMT Client Configure taakreeks op de vPro-AMT Capable apparaatverzameling of een aangepaste apparaatverzameling. De taakreeks wordt uitgevoerd op alle clientsystemen in de doelapparaatverzameling en er wordt een poging gedaan de clientsystemen in te richten voor AMT. Nadat de AMT-clients zijn ingericht, worden ze uiteindelijk weergegeven onder de vPro-AMT Provisioned-Compliant apparaatverzameling.
Indicaties De Dell Command | Intel vPro Out Of Band applicatie biedt een indicatiefunctie waarmee u op afstand clients kunt bewaken, diagnosticeren en beheren met behulp van DMTF-filters (Distributed Management Task Force) (indicaties) voor elke client. OPMERKING: Meer informatie over DMTF-filters kunt u vinden op de DMTF-website: www.dmtf.org.
2. Klik op Nieuw. Het scherm Beleid maken verschijnt. 3. Voer een naam in voor het beleid. De naam mag niet hetzelfde zijn als een bestaande beleidsnaam, mag alleen alfanumerieke tekens en spaties bevatten en kan maximaal 64 tekens lang zijn. 4. Selecteer de filter(s) die u wilt opnemen in uw beleid. U moet ten minste één filter selecteren om een nieuw beleid te maken, maar niet meer dan twee filters, bestaande uit het filter CorePlatform (aanbevolen) en één van de optionele filters.
● ● ● ● ● ● In behandeling Actief Bezig met stoppen Voltooid Voltooid met fout(en) Gestopt U kunt de abonnemententabel sorteren in oplopende of aflopende volgorde door te klikken op de gewenste kolomtitel. Kolommen in de tabel Abonnementen zijn: ● ● ● ● Abonnementnaam Bewerking Modifier - wijzigt de bewerking. Op dit moment is Stoppen de enige modifier.
1. Klik op Indicaties > Abonnementen configureren. OPMERKING: U kunt een actief abonnement niet verwijderen. 2. Selecteer het abonnement dat u wilt verwijderen. 3. Klik op de knop Verwijderen. Een abonnement toepassen OPMERKING: U kunt geen nieuw abonnement toepassen als het listener-IP-adres niet is ingesteld. Klik op Instellingen > Indicaties voor het instellen van een IP-adres listener.
● Status ● Client ● Beleidsfilter Klik op Vernieuwen om de Abonnementenstatustabel te vernieuwen. Een abonnement stoppen Als één of meer rijen van een abonnement de status Gereed, Bezig met verwerken of Wacht op nieuwe poging hebben, kunt u het abonnement stoppen. Stoppen van een abonnement heeft geen invloed op de rijen van een abonnement die de status Geslaagd of Mislukt hebben.
Gebeurtenissen toevoegen aan de blokkeerlijst U kunt voorkomen dat specifieke soorten gebeurtenissen (bericht-ID's) in de gebeurtenissenlijst worden vermeld, door ze toe te voegen aan de blokkeerlijst: 1. Klik op Indicaties > Gebeurtenissen in het linkerdeelvenster. 2. Selecteer de bericht-ID's die u wilt toevoegen aan de blokkeerlijst door een vinkje te zetten in de betreffende vakken. 3. Klik op TOEVOEGEN AAN BLOKKEERLIJST.
Het tabblad Taak inplannen wordt weergegeven. 7. U kunt kiezen of de wijzigingen meteen of later wilt laten uitvoeren. Afhankelijk van uw schema, selecteert u een van de volgende opties: ● Nu uitvoeren - de veranderingen in de Energieprofielen worden onmiddellijk toegepast. ● Uitvoeren om - de wijzigingen in de Energieprofielen worden geplaatst in de Takenwachtrij. OPMERKING: U kunt de Takenwachtrij starten om de lijst met afgeronde en wachtende taken in te zien.
Het venster Takenwachtrij wordt geopend en afhankelijk van hoe u de taak gepland heeft, wordt deze onmiddellijk uitgevoerd of in de wachtrij geplaatst. BIOS-instellingen configureren Met deze functie kunt u op afstand BIOS-instellingen op één of meerdere clientsystemen configureren, wijzigen en resetten. OPMERKING: De ondersteunde BIOS-configuratie-opties variëren per clientsysteem. 1. Start de Intel vPro OOB Management-extensies. 2. Klik op Clientconfiguratie > BIOS-instellingen. 3.
4. Als u wilt dat de taakuitvoering doorgaat naar verdere clientsystemen wanneer er een fout optreedt, selecteer dan de optie Doorgaan bij fout. Anders stopt de taakuitvoering bij het eerste clientsysteem waarbij een fout is opgetreden. 5. Als u opnieuw wilt opstarten nadat wijzigingen zijn toegepast, kiest u de optie Opnieuw opstarten na het aanbrengen van wijzigingen. 6. Klik op Volgende. Het tabblad Clientselectie wordt weergegeven. 7. Zoek naar clientsystemen waarop u opstartvolgorde-wijziging wilt toepassen.
2. Klik op Bewerkingen > Energiebeheer. Het tabblad Energiebeheer wordt weergegeven. 3. Selecteer de energiebeheer-optie die u wilt toepassen op de clientsystemen in de vervolgkeuzelijst. 4. Klik op Volgende. Het tabblad Clientselectie wordt weergegeven. 5. Zoek naar clientsystemen waarop u de Energiebeheer-wijzigingen wilt toepassen. 6.
OPMERKING: Als de clientsystemen niet zijn verbonden met het netwerk, voert u de taak opnieuw uit. ● Uitvoeren om - De bewerkingen voor het wissen van clientdata worden in de wachtrij gezet. OPMERKING: U kunt de Takenwachtrij starten om de lijst met afgeronde en wachtende taken in te zien. 7. Geef een korte beschrijving van de taak die u toepast en klik op Volgende.
Rapporten inplannen Genereer rapporten voor de geselecteerde clientsystemen op het netwerk. Een rapport plannen: 1. Klik op Plannen. Het tabblad Clientselectie wordt weergegeven. 2. Zoek naar de lijst met clientsystemen waarover u rapporten wilt weergeven. 3. In de lijst Beschikbare clients selecteert u de clientsystemen die u wilt beheren en klikt u op de knop om de geselecteerde systemen naar de lijst Geselecteerde clients te verplaatsen.
Takenwachtrij Het venster Takenwachtrij geeft geplande en voltooide taken weer. U kunt ook klikken op: ● Vernieuwen - hiermee vernieuwt u de takenwachtrij. ● Weergeven - als u gedetailleerde informatie over een afzonderlijke taak in de takenwachtrij wilt verkrijgen. Klik op Exporteren - om de informatie te exporteren naar een Excel-bestand.
5 Probleemoplossing Dit gedeelte bevat informatie over probleemoplossing voor Dell Command | Integration Suite for System Center.
Om de KVM-link te behouden, krijgt ME eerst controle over de draadloze verbinding. De time-out is standaard ingesteld op 10 minuten om het systeem voldoende tijd te bieden om het herstartproces uit te voeren. ME behoudt ook de controle nadat het besturingssysteem opnieuw is opgestart als het opstarten is voltooid in minder dan 10 minuten. Om onmiddellijk de controle aan het besturingssysteem terug te geven, moet de gebruiker Tools > Linkvoorkeur > OS is eigenaar van draadloos selecteren.
9. Klik op het tabblad Opties. 10. Schakel de optie Deze stap uitschakelen uit. 11. Klik op Toepassen.
6 Verwante informatie Behalve deze handleiding zijn er ook andere producthandleidingen die u als naslagwerk bij de hand moet houden. U kunt de volgende handleidingen vinden op de Dell Support website op dell.com/support. ● De Dell Command | Configure gebruikershandleiding beschrijft de installatie en het gebruik van de Dell Command | Configure voor het configureren van diverse BIOS-functies voor zakelijke Dell clientplatforms.