Users Guide

Afdrukken
185
De functie Veilige afdruk gebruiken
U kunt in het geheugen opgeslagen afdruktaken beveiligen met een wachtwoord. Gebruikers met het juiste
wachtwoord kunnen deze dan afdrukken via het bedieningspaneel. U kunt deze functie gebruiken om vertrouwelijke
documenten af te drukken.
OPMERKING:
De functie Beveiligde afdruk is uitsluitend beschikbaar wanneer de optie
RAM-schijf
in de
Systeeminstellingen
is geactiveerd.
OPMERKING:
als een afdruktaak te groot is voor het beschikbare geheugen, is het mogelijk dat de printer een foutbericht geeft.
OPMERKING:
De functie Beveiligde afdruk is alleen beschikbaar wanneer de PCL- of PostScript 3 Compatible-driver wordt
gebruikt.
Procedures voor Beveiligde afdruk
Wanneer u een taak naar de printer stuurt, kunt u de informatie, zoals gebruikers-ID, wachtwoord en taaknaam, in
de printerdriver opgeven waarvan u wilt dat de printer de taak in het geheugen opslaat. Selecteer nadat de taak is
afgedrukt via het bedieningspaneel de gewenste taaknaam in het geheugen.
Onderstaand vindt u de procedures voor het opslaan en afdrukken van taken.
Opslag van afdruktaken
Om de functie Beveiligde afdruk te gebruiken, selecteert u Beveiligde afdruk bij Taa kt y pe en specificeert u het
gebruikers-ID, het wachtwoord en de documentnaam door te klikken op Instelling op het tabblad Algemeen of
Papier/uitvoer van de afdrukdriver.
OPMERKING:
Als er geen documentnaam is toegekend aan uw afdruktaak in de printerdriver, dan zullen de tijd en datum
waarop de taak werd verzonden, gebruikt worden om de taak aan te duiden en zo te onderscheiden van andere taken die u
onder uw naam hebt opgeslagen.
Opgeslagen taken afdrukken
1
Druk op de knop
(Menu)
.
2
Druk op de knop totdat
Taakstatus
is gemarkeerd en druk vervolgens op de knop (
Instellen
).
3
Druk op de knop totdat
Menu Afdrukken
is gemarkeerd en druk dan op de knop
(Instellen)
.
Selecteer
Beveiligd afdrukken
en druk dan op de knop
(Instellen)
.
4
Druk op de knop tot de gebruikersnaam die u opgegeven hebt in de afdrukdriver is gemarkeerd. Druk daarna
op de knop
(Instellen)
.
5
Voer het wachtwoord dat u opgegeven hebt in de afdrukdriver in met behulp van het numerieke toetsenblok en
druk vervolgens op de knop (
Instelling
).
Het wachtwoord wordt weergegeven als een reeks sterretjes (*******), zodat de vertrouwelijkheid bewaard blijft.
De lijst met opgeslagen documenten wordt weergegeven.
OPMERKING:
Als u een ongeldig wachtwoord invoert, verschijnt het bericht
Wachtwoord onjuist
. Druk op de
knop
(Instellen) of (Terug) om terug te keren naar het scherm waar u het wachtwoord kunt invoeren.
6
Druk op de knop tot het af te drukken document gemarkeerd is en druk dan op de knop
(Instellen)
.
Vertrouwelijke gegevens
verzenden.
Voer het wachtwoord in
op het bedieningspaneel.
Afdrukgegevens.
Vertrouwelijk