Users Guide

72
Bedieningspaneel
12
Bedieningspaneel
De knoppen op het bedieningspaneel gebruiken
1
Aanraakkiestoets
Kiest het in het telefoonboek geregistreerde opgeslagen faxnummer. De eerste vier faxnummers in het
telefoonboek zijn in rijvolgorde aan de toetsen toegewezen, te beginnen bij de bovenhoek.
2
Knop
(Copy)
Geeft het menu Kopiëren weer.
3
Knop
(Fax)
Geeft het menu Fax weer.
4
Gegevens-LED
Gaat branden bij inkomende, uitgaande of wachtende faxtaken.
5
Gereed/ Fout-LED
Gaat branden wanneer de printer gereed is. (Gereed-LED)
Gaat branden wanneer er een fout op de printer optreedt. (Fout-LED)
6
Knop
Verplaatst een cursor naar rechts of links.
7
Knop
Verplaatst een cursor omhoog of omlaag.
8
Knop
(Instellen)
Bevestigt het invoeren van waarden.
9
Knop
(Contacts)
Geeft het Adresboekmenu weer voor e-mailadressen.
10
Knop
(Redial / Pause)
Belt het laatst gevormde nummer.
Pauzeert een telefoonnummer.
11
Knop
(Cancel)
Annuleert de huidige verwerking of wachtende taak.
Reset de huidige instelling en keert terug naar het hoofdmenu.