Users Guide

Bedieningspaneel
75
Tekens invoeren met het numerieke toetsenblok
Tijdens het uitvoeren van verschillende taken is het mogelijk dat u namen en nummers moet invoeren. Wanneer u
bijvoorbeeld uw printer instelt, voert u uw naam of de naam van uw bedrijf en het telefoonnummer in. Als u
snelkies- of groepskiesnummers opslaat, moet u ook de bijbehorende namen invoeren.
Als u een letter wilt invoeren, drukt u op de bijbehorende knop tot de gewenste letter op het scherm verschijnt.
Voor de letter O drukt u bijvoorbeeld op 6.
Elke keer dat u op 6 drukt, geeft het scherm een andere letter weer: M, N, O en uiteindelijk 6.
Voor het invoeren van andere letters herhaalt u de eerste stap.
Druk op de knop
(Instellen)
als u klaar bent.
Letters en cijfers op het toetsenblok
Cijfers of namen wijzigen
Als u een onjuiste naam of een onjuist cijfer hebt ingevoerd, drukt u op de knop (Backspace) om het laatste
cijfer of teken te verwijderen. Voer vervolgens het correcte cijfer of teken in.
Een pauze inlassen
Bij sommige telefoonsystemen is het nodig om een toegangscode in te voeren en naar een tweede kiestoon te
luisteren. Er moet een pauze worden ingevoerd, anders werkt de toegangscode niet. Voer bijvoorbeeld de
toegangscode 9 in en druk dan op de knop (Redial / Pause) voordat u het telefoonnummer invoert. "-" verschijnt
op het display wanneer een pauze is ingevoerd.
Toets Toegewezen cijfers, letters of tekens
1 @ . _ ! " # $ % & ' ~^ | ` ; : ? , (spatie) + - * / = ( ) [ ] { } < > 1
2 a b c A B C 2
3 d e f D E F 3
4 g h i G H I 4
5 j k l J K L 5
6 m n o M N O 6
7 p q r s P Q R S 7
8 t u v T U V 8
9 w x y z W X Y Z 9
0 0
* - _ ~
# @ . ' #