Operation Manual

296 Problemen oplossen
Als het aan/uit-lampje uit is, is de computer uitgeschakeld of ontvangt
deze geen stroom.
Sluit een uiteinde van het stroomsnoer opnieuw op de
stroomaansluiting aan de achterzijde van de computer aan, en sluit
het andere uiteinde van het stroomsnoer op een stopcontact aan.
Als de computer is aangesloten op een stekkerdoos, moet u
controleren of de stekkerdoos is aangesloten op een stopcontact en of
de stekkerdoos is ingeschakeld.
Vervang stroombeveiligingsvoorzieningen, stekkerdozen en
verleningskabels door vergelijkbare producten waarvan u zeker bent
dat ze naar behoren werken, en ga na of de computer nu wel kan
worden ingeschakeld.
Controleer of het stopcontact naar behoren werkt door er een ander
apparaat, zoals bijvoorbeeld een lamp, op aan te sluiten.
Controleer of de stroomkabel en de kabel voor het voorpaneel stevig
zijn aangesloten op het moederbord (zie voor instructies de
Onderhoudshandleiding
voor uw computer).
Als het aan/uit-lampje oranje knippert, ontvangt de computer wel stroom,
maar is er sprake van een probleem met de interne stroomvoorziening.
Als uw computer voorzien is van een stroomselectieschakelaar, moet u
nagaan of deze is ingesteld op de op uw locatie beschibare netstroom.
Controleer of de stroomkabel voor de processor stevig is aangesloten
op het moederbord (zie voor instructies de
Onderhoudshandleiding
voor uw computer).
Als het aan/uit-lampje oranje brandt, is er een apparaat defect of verkeerd
geïnstalleerd.
Verwijder de geheugenmodules en installeer deze opnieuw. Raadpleeg
voor instructies de documentatie bij uw computer werd geleverd.
Verwijder eventuele kaarten en installeer deze opnieuw. Raadpleeg
voor instructies de documentatie bij uw computer werd geleverd.
Hef mogelijke storingsbronnen op. Mogelijke oorzaken van storing:
Stroom-, toetsenbord- en muisverlengkabels
Er zijn teveel apparaten op een stekkerdoos aangesloten
Er zijn meerdere stekkerdozen op hetzelfde stopcontact aangesloten.