Operation Manual

72 Navigatieapparaten (muizen, toetsenborden en touchpads)
Toetsenbord
Het toetsenbord van uw computer bevat verschillende toetsenreeksen
waarmee u verschillende soorten functies kunt uitvoeren:
Alfanumerieke toetsen voor het invoeren van letters, getallen,
interpunctietekens en symbolen
Controletoetsen voor het uitvoeren van bepaalde bewerkingen: <Ctrl>,
<Alt>, <Esc> en de toets met het Windows-logo
Functietoetsen die zijn aangeduid met <F1>,< F2>, <F3> enzovoort
en specifieke taken uitvoerenFunctietoetsen die zijn aangeduid met
<F1>,< F2>, <F3> enzovoort en specifieke taken uitvoeren
Navigatietoetsen voor het bewegen van de cursor binnen documenten of
vensters: <Home>, <End>, <Page Up>, <Page Down>, <Delete>,
<Insert > en de pijltoetsen
Een numeriek toetsenblok met toetsen die net zoals een traditionele
rekenmachine zijn gegroepeerd (Het numerieke toetsenbord op de meeste
draagbare computers is onder de alfanumerieke toetsen ondergebracht.)
Uw toetsenbord aanpassen
U kunt de instellingen voor het toetsenboord wijzigen om:
De vertraging van toetsaanslagen wijzigen.
De herhalingssnelheid voor tekens wijzigen.
De knippersnelheid van de cursor wijzigen.
De toetsenvolgorde aanpassen aan de invoertaal.