Owners Manual

Verklarende woordenlijst 225
UMA — Unified Memory Allocation — Systeemgeheugen dat op dynamische wijze
aan de grafische kaart wordt toegewezen.
UPS — Uninterruptible Power Supply — Een reservestroomvoorziening die wordt
gebruikt in geval van een stroomstoring of wanneer de stroom onder een acceptabel
niveau valt. Een UPS kan een computer voor een beperkte tijd van stroom voorzien
wanneer er geen netstroom voorradig is. UPS-systemen bieden normaliter
piekonderdrukking en spanningsregeling. Kleine UPS-systemen bieden gedurende een
aantal minuten batterijstroom zodat u de computer kunt uitzetten.
USB — Universal Serial Bus — Een hardware-interface voor apparaten met een lage
snelheid, zoals een voor USB geschikt toetsenbord, muis, joystick, scanner,
luidsprekerset, printer, breedbandapparaaten (ADSL- en kabelmodems), apparatuur
voor het vastleggen van beelden en opslagapparaten. De apparaten worden
rechtstreeks aangesloten op een 4-pins aansluiting op de computer of in een hub met
meerdere poorten die op de computer is aangesloten. USB-apparaten kunnen worden
aangesloten en ontkoppeld terwijl de computer aanstaat en kunnen ook in serie
worden geschakeld.
UTP — Unshielded Twisted Pair — Een type kabel dat in de meeste
telefoonnetwerken en sommige computernetwerken wordt gebruikt. Paren van niet-
afgeschermde draden worden in elkaar gedraaid om ze beschermen tegen
elektromagnetische storing in plaats van een metalen omhulsel te gebruiken rond elk
paar draden om deze tegen storing te beschermen.
UXGA — Ultra Extended Graphics Array — Een standaard voor grafische kaarten en
controllers die ondersteuning biedt voor resoluties tot 1600 x 1200.
V
V — volt — Een meeteenheid voor elektrische lading of elektromotorische kracht.
Eén V gaat door een weerstand van 1 ohm wanneer een lading van 1 ampère door die
weerstand gaat.
Vaste schijf — Een station dat gegevens op een vaste schijf leest en naar de vaste schijf
schrijft. De term vaste schijf en vaste schijf worden vaak door elkaar gebruikt.
Vernieuwingsfrequentie — De frequentie, uitgedrukt in Hz, waarop de horizontale
lijnen op het beeldscherm opnieuw worden geladen (soms de verticale frequentie
genoemd). Hoe hoger de vernieuwingsfrequentie, hoe minder het beeld voor het
menselijk oog zal lijken te knipperen.
Vingerafdruklezer— Een stripsensor die uw unieke vingerafdruk gebruikt om uw
gebruikersidentiteit te verifiëren, met als doel de computer te helpen beveiligen.