Eigenaarshandleiding voor de Dell™ Inspiron™ 1721 Model PP22X w w w. d e l l . c o m | s u p p o r t . d e l l .
Opmerkingen, kennisgevingen en waarschuwingen OPMERKING: Een OPMERKING duidt belangrijke informatie aan voor een beter gebruik van de computer. KENNISGEVING: Een KENNISGEVING wijst op het risico van beschadiging van de hardware of gegevensverlies aan en geeft aan hoe u dergelijke problemen kunt voorkomen. LET OP: Een WAARSCHUWING duidt het risico aan van schade aan eigendommen, lichamelijk letsel of overlijden.
Inhoud Informatie zoeken 1 . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Over de computer . . . . . . . . . . . . . . . . . . De configuratie van uw computer bepalen . 19 . . . . . . 19 Aanzicht voorzijde . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 20 Aanzicht linkerzijde . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 25 Aanzicht rechterzijde . . . . . . . . . . . . . . . . . . 26 Aanzicht achterzijde . . . . . . . . . . . . . . . . . . 29 . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
3 De monitor gebruiken De helderheid bijstellen . . . . . . . . . . . . . . . . 39 . . . . . . . . . . . . . . . . 39 De beeldschermweergave van uw computer naar een projector overzetten . . . . . . . . . . . . . De schermresolutie en vernieuwingsfrequentie instellen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4 . . . 39 . . . . 39 Het toetsenbord en de touchpad gebruiken . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 41 Numeriek toetsenblok . Toetsencombinaties . . . . . . . . . . . . . . . .
Batterijvermogen sparen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 49 . . . . . . . . . . . . . 49 . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 50 De energiebeheerinstellingen configureren . De slaapstand gebruiken De batterij opladen . . . . . . . . . . . . . . . . . . 50 . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 51 De batterij vervangen Een batterij opslaan 6 Multimedia gebruiken Cd´s en dvd´s afspelen . . . . . . . . . . . . . . . 53 . . . . . . . . . . . . . . . . .
7 ExpressCards gebruiken Dummy-ExpressCards . . . . . . . . . . . . . 77 . . . . . . . . . . . . . . . . . . 78 ExpressCards installeren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 79 . . . . . 81 . . . . . . . . . . . . . . . . 81 Een ExpressCard of dummy-kaart verwijderen . 8 De geheugenkaartlezer gebruiken Dummy-geheugenkaarten Een geheugenkaart installeren . . . . . . . . . . . . . Een (dummy-) geheugenkaart verwijderen 9 . . . . . . . Netwerken instellen en gebruiken 81 82 . . . . .
10 De computer beveiligen . . . . . . . . . . . . . 93 . . . . . . . . . . . . . . . . . 93 . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 94 Beveiligingskabelslot . Wachtwoorden . . . . 95 . . . . . . . . . . . . . . . . 97 Als uw computer zoekraakt of wordt gestolen . 11 Problemen oplossen Dell Technical Update Service Dell Diagnostics . . . . . . . . . . . . . . 97 . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 97 . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 101 . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Een programma is ontwikkeld voor een eerdere versie van Microsoft® Windows® . . . . . . . . 118 . . . . . . . . . . 118 . . . . . . . . . 119 . . . . . . . . . . . . 119 . . . . . . . . . . . . . . . . . . 120 Er verschijnt een blauw scherm Problemen met Dell MediaDirect Andere softwareproblemen Geheugenproblemen Problemen met het netwerk . . . . . . . . . . . . . . . Mobiel breedbandnetwerk (Wireless Wide Area Network [WWAN]) . . . . . . . . . . . . . . 121 . . . . . . . . . 122 . . . .
Het besturingssysteem herstellen . . . . . . . . . . . Windows Vista Systeemherstel gebruiken . . . . 134 134 12 Onderdelen toevoegen en vervangen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 139 Voordat u begint . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . De computer uitzetten 139 . . . . . . . . . . . . . . . 139 . . . 140 . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 142 Voordat u binnen de computer gaat werken Vaste schijf De vaste schijf verwijderen . . . . . . . . . . . .
Draadloze minikaarten . . . . . . . . . . . . . . . . . Een WLAN-kaart verwijderen . . . . . . . . . . . Een WLAN-kaart opnieuw installeren . . . . . . . Een mobiele breedbandkaart of WWAN-kaart verwijderen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 161 164 . . . . . . . . . . . 165 . . . . . . . Ingebouwde kaart met draadloze Bluetooth®technologie . . . . . . . . . . . . . . . . . . 166 . . . . . . . . . . . . . . . . 166 . . . . . . . . . . . 167 . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Problemen met uw bestelling . Productinformatie . . . . . . . . . . . . . 176 . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 176 Items terugsturen voor reparatie of restitutie onder de garantie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Voordat u belt . . 176 . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 177 Contact opnemen met Dell 16 Specificaties 17 Bijlage 179 . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 181 . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
FCC-kennisgeving (alleen V.S.) FCC klasse B . . . . . . . . . . . . . 197 . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 197 Productkennisgeving Macrovision . . . . . . . . . . . 198 Verklarende woordenlijst . . . . . . . . . . . . . . 199 Index 12 Inhoud . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Informatie zoeken OPMERKING: Sommige functies zijn optioneel en mogelijk niet met de computer meegeleverd. Sommige functies zijn in bepaalde landen mogelijk niet beschikbaar. OPMERKING: Mogelijk werd er bij uw computer bijkomende informatie geleverd.
Waar bent u naar op zoek? Hier kunt u het vinden • Garantie-informatie • Algemene voorwaarden (alleen Verenigde Staten) • Veiligheidsinstructies • Informatie over regelgeving • Ergonomische informatie • Gebruiksrechtovereenkomst DELL™ Productinformatiegids • De computer instellen Setupdiagram 14 Informatie zoeken
Waar bent u naar op zoek? Hier kunt u het vinden • Servicelabel en code voor express-service • Productsleutel van Microsoft® Windows® Servicelabel en de productsleutel van Microsoft Windows Deze labels bevinden zich op de computer. • Gebruik het servicelabel om uw computer te identificeren als u gebruikmaakt op support.dell.com of contact opneemt met de technische ondersteuning.
Waar bent u naar op zoek? Hier kunt u het vinden • Klantenservice — Contactgegevens, de status van problemen en bestellingen, en garantie- en reparatiegegevens • Service en ondersteuning — De status van problemen, een ondersteuningshistorie, servicecontracten en online discussies met de technische ondersteuning • Dell Technical Update Service — Proactieve kennisgeving via e-mail van software- en hardwareupdates voor mijn computer • Referentiemateriaal — Computerdocumentatie, details over mijn computerinst
Waar bent u naar op zoek? Hier kunt u het vinden • Software-upgrades en probleemwijzer — FAQ's, nieuws en algemene status van uw computeromgeving Het hulpprogramma Dell Support Het hulpprogramma Dell Support is een automatisch upgrade- en meldingssysteem op uw computer. Dit hulpprogramma biedt real-time scans voor een gezonde computeromgeving, software-upgrades en relevante informatie om zelf problemen op te lossen. Open het hulpprogramma op de Dell Support via het pictogram taakbalk.
Waar bent u naar op zoek? Hier kunt u het vinden • Het besturingssysteem opnieuw De cd Operating System (Besturingssysteem) installeren Het besturingssysteem is reeds op de computer geïnstalleerd. Gebruik een van de volgende methoden om uw besturingssysteem opnieuw te installeren: • Microsoft Windows Systeemherstel — Microsoft Windows Systeemherstel brengt uw computer terug naar een eerdere werkende toestand, zonder invloed op de gegevensbestanden.
Over de computer De configuratie van uw computer bepalen Uw computer heeft op basis van keuzes die u tijdens de aankoop van de computer hebt gemaakt, een uit verscheidene verschillende configuraties voor de videocontroller. U bepaalt als volgt de videocontrollerconfiguratie voor uw computer: 1 Klik op Start en klik vervolgens op Help and Support. 2 Klik bij Kies een taak op Gebruik Hulpprogramma's als u gegevens over deze computer wilt weergeven en problemen wilt onderzoeken.
Aanzicht voorzijde 1 2 4 3 14 5 13 12 6 7 11 20 10 9 8 1 cameralampje (optioneel) 2 camera (optioneel) 3 monitorvergrendeling 4 beeldscherm 5 aan/uit-knop 6 toetsenbord 7 apparaatstatuslampjes 8 touchpad Over de computer
9 infraroodsensor 10 mediaknoppen 11 touchpad-knoppen 12 Dell™ MediaDirect™-knop 13 statuslampjes toetsenbord 14 digital array-microfoons C A M E R A L A M P J E — Geeft aan dat de camera is aangeschakeld. Afhankelijk van uw configuratieinstellingen die u opgaf tijdens de bestelling van uw computers is uw computer mogelijk niet met een camera uitgerust. CAMERA — Ingebouwde camera voor het maken van video-opnamen, vergaderen en chatten.
APPARAATSTATUSLAMPJES De blauwe lampjes aan de rechterzijde van het toetsenbord geven het volgende aan: Aan/uit-lampje – Gaat branden wanneer u de computer aanzet, en knippert wanneer de computer zich in een energiebeheermodus bevindt. Activiteitslampje vaste schijf – Gaat branden als de computer gegevens leest of wegschrijft. KENNISGEVING: Als u gegevensverlies wilt voorkomen, mag u nooit de computer uitzetten wanneer het lampje knippert.
Bluetooth®-statuslampje – Gaat branden wanneer een kaart met draadloze Bluetooth-technologie is geactiveerd. OPMERKING: De kaart met draadloze Bluetooth-technologie is een optionele functie. Het lampje gaat alleen aan als u de kaart met uw computer hebt besteld. Raadpleeg voor meer informatie de documentatie die met de kaart werd geleverd. Om de draadloze Bluetooth-technologie te deactiveren, klikt u met de rechtermuisknop op het pictogram in het systeemvak.
Het volume hoger zetten Stoppen Afspelen of pauzeren D E L L ™ M E D I A D I R E C T ™- K N O P — Druk op de Dell MediaDirect-knop om Dell MediaDirect te starten (zie "Dell MediaDirect™ gebruiken" op pagina 60). STATUSLAMPJES TOETSENBORD De blauwe lampjes bovenin het toetsenbord geven het volgende aan: 9 Gaat branden als het numerieke toetsenblok (Num Lock) is geactiveerd. A Gaat branden als de hoofdletterfunctie (Caps Lock) is geactiveerd. Gaat branden als de scroll lock-functie is geactiveerd.
Aanzicht linkerzijde 1 2 3 4 1 sleuf voor beveiligingskabel 2 luchtgaten 3 vaste schijf 4 ExpressCard-sleuf 5 Draadloze schakelaar 6 Wi-Fi Catcher-lampje 5 6 SLEUF VOOR BEVEILIGINGSKABEL — Hiermee kunt u een antidiefstalvoorziening op de computer aansluiten (zie "Beveiligingskabelslot" op pagina 93. LET OP: Blokkeer de luchtopeningen niet, duw er geen voorwerpen in en zorg dat er zich geen stof in ophoopt.
1 2 3 4 1 uit-stand Deactiveert draadloze apparaten. 2 aan-stand Activeert draadloze apparaten. 3 tijdelijke positie Scant op WLAN-netwerken (zie "Dell Wi-Fi Catcher™ Network Locator" op pagina 92).
5 netwerkaansluiting (RJ-45) 6 videoaansluiting 7 IEEE 1394-aansluiting 8 8-in-1 geheugenkaartlezer 9 eject-knop 10 mediacompartiment 11 audioaansluitingen AUDIOAANSLUITINGEN Sluit koptelefoons op de aansluiting Sluit microfoons op de aansluiting aan. aan. MEDIACOMPARTIMENT — Zie "Multimedia gebruiken" op pagina 53 voor meer informatie over het optisch station. EJECT-KNOP — Druk op de eject-knop om het optisch station te openen.
• Memory Stick PRO-kaarten • xD-Picture-kaarten • Hi Speed-SD-kaarten • Hi Density-SD-kaarten IEEE 1394- A A N S L U I T I N G — Hierop kunt u apparaten aansluiten die ondersteuning bieden voor hoge IEEE 1394-overdrachtssnelheden, zoals bepaalde digitale videocamera's. VIDEOAANSLUITING Hierop kunt u videoapparaten zoals een monitor aansluiten. NETWERKAANSLUITING (RJ-45) KENNISGEVING: De netwerkaansluiting is iets groter dan de modemaansluiting.
Aanzicht achterzijde 1 2 4 3 1 S-video TV-out-aansluiting 2 USB-aansluitingen (2) 3 aansluiting voor netadapter 4 modemaansluiting (RJ-11) 5 USB-aansluiting 5 S - V I D E O TV- O U T - A A N S L U I T I N G Hiermee kunt u de computer aan op een televisie aansluiten. U kunt ook apparaten met digitale audiofunctionaliteit aansluiten met behulp van de televisie-/ digitale audioadapterkabel USB-AANSLUITINGEN Hierop kunt u USB-apparaten zoals een muis, toetsenbord of printer aansluiten.
AANSLUITING VOOR NETADAPTER — Hiermee sluit u een netadapter aan op de computer. De netadapter zet wisselstroom om naar de gelijkstroom die voor de computer nodig is. U kunt de netadapter aansluiten terwijl uw computer aan staat of uit staat. LET OP: De netadapter werkt op elektrische stopcontacten overal ter wereld. Stroomaansluitingen en stroomkabels verschillen echter van land tot land.
Aanzicht onderzijde 1 2 3 4 10 9 8 7 1 3 6 5 2 4 infraroodsensor rechter luidspreker 5 7 linker luidspreker compartiment geheugenmodule/knoopcelbatterij compartiment voor draadloze minikaart batterijlader/statusmeter 6 8 9 luchtgaten 10 batterij batterijontgrendeling vergrendelingen (2) vaste schijf LINKER LUIDSPREKER — Om het volume van de ingebouwde luidspreker te regelen, drukt u op de volumebedieningsknoppen of de dempknop.
COMPARTIMENT GEHEUGENMODULE/KNOOPCELBATTERIJ — Compartiment dat de DIMM B geheugenkaart en de knoopcel bevat. Zie voor meer informatie "Onderdelen toevoegen en vervangen" op pagina 139. RECHTER LUIDSPREKER — Om het volume van de ingebouwde luidspreker te regelen, drukt u op de volumebedieningsknoppen of de dempknop. COMPARTIMENT VOOR DRAADLOZE MINIKAART — Compartiment voor WLAN-, WWAN- of WPAN-minikaarten (zie "Draadloze minikaarten" op pagina 158).
De computer instellen Een internetverbinding maken OPMERKING: Internetproviders en hun aanbod verschillen van land tot land. Als u een internetverbinding wilt maken, hebt u een modem of netwerkverbinding en een internetprovider (ISP) nodig. Uw internetprovider biedt u een of meer van de volgende opties voor internetverbinding: • ADSL-verbindingen die internetverbindingen met hoge snelheid bieden via uw bestaande telefoonlijn of mobiele provider.
De internetverbinding instellen U stelt als volgt een internetverbinding in via een door de internetprovider verstrekte snelkoppeling op het bureaublad: 1 Sla alle open bestanden op en sluit deze en sluit alle open programma's. 2 Dubbelklik op het pictogram van de internetprovider op het bureaublad van Microsoft® Windows®. 3 Volg de aanwijzingen op het scherm om de installatie te voltooien.
Informatie naar een nieuwe computer overzetten U kunt de volgende typen gegevens van een computer naar een andere computer overzetten: • E-mailberichten • Werkbalkinstellingen • Venstergroottes • Internetfavorieten Gebruik een van de volgende methoden om gegevens over te dragen: • De Wizard Bestanden en instellingen overzetten, een Easy Transfer-kabel en een USB-poort • Via een netwerk • Verwijderbare media zoals een beschrijfbare cd Windows Bestanden en instellingen overzetten U kunt als volgt gegevens ov
Printerkabel U sluit de printer aan op uw computer met een USB-kabel. Uw printer wordt mogelijk niet compleet met printerkabel geleverd. Als u een losse kabel koopt, moet u ervoor zorgen dat deze compatibel is met uw printer en computer. Als u een printerkabel bij de computer hebt aangeschaft, bevindt de kabel zich mogelijk in de verpakking van de computer. Een USB-printer aansluiten OPMERKING: U kunt USB-apparaten aansluiten terwijl de computer aan staat.
3 Zet de printer aan en zet vervolgens de computer aan. Als het venster Wizard Hardware toevoegen wordt weergegeven, klikt u op Annuleren. 4 Klik op Start en klik vervolgens op Netwerk. 5 Klik op Een printer toevoegen om de wizard Printer toevoegen te starten. OPMERKING: Zie voor informatie over het installeren van het stuurprogramma voor de printer "Stuur- en hulpprogramma's opnieuw installeren" op pagina 130 en de documentatie die met de printer werd meegeleverd.
Een groot aantal stroomstootbeveilingsapparaten heeft ook een telefooncontact voor modembeveiliging. Zie de documentatie bij de stroomstootbeveiliging voor instructies voor modemverbindingen. KENNISGEVING: Niet alle stroomstootbeveiligingen bieden bescherming voor netwerkkaarten. Verwijder tijdens onweer de stekker van de netwerkkabel uit de netwerkaansluiting. Spanningsstabilisatoren KENNISGEVING: Spanningsstabilisatoren bieden geen bescherming tegen stroomstoringen.
De monitor gebruiken De helderheid bijstellen Als een Dell™-computer op batterijstroom werkt, kunt u energie besparen door de helderheid van het beeldscherm in te stellen op een zo laag mogelijk niveau dat niet storend voor u werkt. • Druk op en de toets pijl-omhoog om de helderheid van de geïntegreerde display (en niet die van een externe monitor) te verhogen. • Druk op en de toets pijl-omlaag om de helderheid van de geïntegreerde display (en niet die van een externe monitor) te verlagen.
U kunt de leesbaarheid van de tekst verbeteren en de weergave van afbeeldingen op het scherm wijzigen door de beeldschermresolutie bij te stellen. Als u de resolutie vergroot, zullen de beeldschermitems kleiner worden weergegeven. Als u de beeldschermresolutie daarentegen verlaagt, zullen de tekst en afbeeldingen op het scherm groter lijken, hetgeen ten goede kan komen van mensen met een visuele handicap.
Het toetsenbord en de touchpad gebruiken Numeriek toetsenblok Het numerieke toetsenblok werkt op dezelfde manier als het numerieke toetsenblok op een extern toetsenbord. • Druk op om het toetsenblok in te schakelen. Het lampje geeft aan dat het toetsenblok is geactiveerd. • Druk opnieuw op om het toetsenblok uit te schakelen. 9 Toetsencombinaties Systeemfuncties Hiermee opent u het venster Taakbeheer.
Batterij Hiermee geeft u de Dell™ QuickSetbatterijmeter weer (zie "Dell QuickSetbatterijmeter" op pagina 46). Energiebeheer Hiermee activeert u een energiebeheermodus. U kunt deze toetsenbordsnelkoppeling opnieuw programmeren zodat een andere energiebeheermodus wordt geactiveerd op het tabblad Geavanceerd in het venster Energiebeheer-instellingen (zie "De energiebeheerinstellingen configureren" op pagina 49).
Toetsencombinaties voor Dell™ QuickSet Als Dell QuickSet is geïnstalleerd, kunt u andere sneltoetsen gebruiken voor functies zoals de batterijmeter of het activeren van energiebeheermodi. Voor meer informatie over de toetsencombinaties van Dell QuickSet klikt u met de rechtermuisknop op het QuickSet-pictogram in het systeemvak en klikt u op Help.
• Om de cursor te bewegen sleept u uw vinger zachtjes over het touchpad. • Om een object te selecteren tipt u het oppervlak van het touchpad zachtjes aan of drukt u met uw duim zachtjes op de linkerknop van het touchpad. • Om een object te verplaatsen of slepen, plaatst u de cursor op het object en tikt u twee keer op de touchpad.
Batterijen gebruiken Batterijprestatie OPMERKING: Zie de Productinformatiegids of het afzonderlijke papieren garantiedocument dat met uw computer is meegeleverd voor informatie over de Dell-garantie voor uw computer. Voor een optimale prestatie van de computer en tevens om te helpen de instellingen van de BIOS te behouden, dient u de draagbare Dell™-computer te allen tijde te gebruiken terwijl de hoofdbatterij geïnstalleerd is.
U kunt de lading van de batterij controleren voordat u deze in de computer plaatst. U kunt de energiebeheeropties ook zo instellen dat u verwittigd wordt wanneer de batterij bijna leeg is. LET OP: Het gebruik van een incompatibele batterij kan de kans op brand of een explosie vergroten. Vervang de batterij uitsluitend met een compatibele batterij die u bij Dell hebt aangeschaft. Deze batterij is speciaal ontworpen voor gebruik in een Dell-computer.
De batterijmeter toont de status, de levensduur, het laadniveau en de laadtijd van de batterij van de computer. Voor meer informatie over QuickSet klikt u met de rechtermuisknop op het QuickSet-pictogram en klikt u vervolgens op Help. Microsoft® Windows® energiemeter De energiemeter geeft de resterende batterijlading aan. Om de batterijmeter te raadplegen dubbelklikt u op het pictogram in het systeemvak.
Om de batterijstatus te controleren met behulp van de ladingmeter, houdt u de statusknop op de batterijladingmeter gedurende ten minste 3 seconden ingedrukt om de statuslampjes aan te zetten. Hoe meer lampjes branden, hoe lager het vermogen. Als er geen lampjes gaan branden, verkeert de batterij in goede toestand, en heeft deze nog meer dan 80 procent van zijn oorspronkelijke oplaadcapaciteit.
De energiebeheerinstellingen configureren U kunt Dell QuickSet of de energie-opties van Windows gebruiken om de energiebeheerinstellingen voor uw computer te configureren. • Voor informatie over het gebruik van de Dell QuickSet Power Management wizard klikt u met de rechterknop op het QuickSetpictogram in het systeemvak. Klik vervolgens op Help en selecteer Power Management (Energiebeheer).
De batterij opladen OPMERKING: De oplaadtijd is langer als de computer aan staat. U kunt de batterij in de computer laten zolang u wil. De interne circuits van de batterij voorkomen dat de batterij wordt overladen. Als u de computer aansluit op een stopcontact of een batterij aanbrengt terwijl de computer op een stopcontact is aangesloten, zal de computer de lading en temperatuur van de batterij controleren. Indien nodig zal de netadapter de batterij opladen en de batterijlading op peil houden.
De batterij verwijdert u als volgt: 1 Als de computer is aangesloten op een dockingstation, koppelt u het dockingstation los. Zie de documentatie bij het dockingstation voor instructies over het loskoppelen. 2 Zorg ervoor dat de computer uitstaat. 3 Zet de computer ondersteboven. 4 Schuif de batterijontgrendelingsmechanismen opzij en zorg dat deze vastklikken, zodat ze open blijven. 5 Schuif de batterij uit het compartiment.
Batterijen gebruiken
Multimedia gebruiken Cd´s en dvd´s afspelen KENNISGEVING: Druk de lade van het optisch station niet naar beneden wanneer u deze opent of sluit. Houd de lade dicht wanneer u het cd- of dvd-station niet gebruikt. KENNISGEVING: Verplaats de computer niet terwijl u een schijf afspeelt. 1 Druk op de uitwerpknop aan de voorzijde van het station. 2 Plaats de schijf met het etiket naar boven in het midden van de lade en druk de schijf op de spil. 3 Duw de lade terug in het station.
Een cd-speler heeft de volgende basisknoppen: Afspelen Terugspoelen binnen de huidige track Pauzeren Vooruitspoelen binnen de huidige track Stoppen Naar de vorige track De schijf uitwerpen Naar de volgende track Een dvd-speler heeft de volgende basisknoppen: Stoppen Het huidige hoofdstuk opnieuw beginnen Afspelen Snel vooruitspoelen Pauzeren Snel achteruitspoelen Ga tijdens de pauzemodus een frame verder Naar volgende titel of hoofdstuk Huidige titel of hoofdstuk continu afspelen Naar vorige titel of hoofd
Cd's en dvd's afspelen met behulp van de Dell Travel-afstandsbediening De Dell Travel-afstandsbediening is bestemd voor het bedienen van Dell Media Direct en Windows Vista™ Media Center. De afstandsbediening werkt alleen in combinatie met de hier vermelde computers. Raadpleeg voor meer informatie de Dell Support-website op support.dell.com. U kunt als volgt cd's en dvd's afspelen met de Dell Travel-afstandsbediening: 1 Breng de CR2106 knoopcelbatterij in de afstandsbediening aan.
1 Inrarode zender 2 Pagina omhoog 3 Pagina omlaag 4 Pijl omhoog 5 OK/Enter/Selecteren 6 Pijl naar rechts 7 Pijl naar beneden 8 Afspelen/pauzeren 9 Vooruit spoelen 10 Track overslaan 11 Stoppen 12 Track terug overslaan 13 Omgekeerde richting 14 Terug 15 Pijl naar links 16 Geluid dempen 17 Volume reduceren 18 Volume verhogen Cd' en dvd's kopiëren Dit gedeelte is alleen van toepassing op computers die zijn voorzien van een dvd+/-rw-station.
3 De cd of dvd kopiëren: • Als uw computer is uitgerust met één optisch station, moet u de bronschijf in het station plaatsen, nagaan of alle instellingen kloppen en vervolgens op de knop Copy Disc (Schijf kopiëren) klikken om verder te gaan. De computer leest uw bronschijf en kopieert de gegevens naar een tijdelijke map op de vaste schijf van de computer. Plaats desgevraagd een lege schijf in het station en klik op OK.
Dvd-branders Mediatype Lezen Schrijven Overschrijfbaar Cd-r Ja Ja Nee Cd-rw Ja Ja Ja Dvd+r Ja Ja Nee Dvd-r Ja Ja Nee Dvd+rw Ja Ja Ja Dvd-rw Ja Ja Ja Dvd+r dl Ja Ja Nee Dvd-r dl Ja Nee Nee Nuttige tips 58 • Gebruik Microsoft® Windows® Verkenner pas op bestanden naar een cd-r- of cd-rw-schijf te verslepen en daarop neer te zetten nadat u Roxio Creator hebt gestart en een Creator-project hebt geopend.
• Commercieel beschikbare dvd-spelers die in thuisbioscoopsystemen worden gebruikt, ondersteunen mogelijk niet alle beschikbare dvd-indelingen. Zie de documentatie bij uw dvd-speler of neem contact op met de fabrikant voor een lijst met de indelingen die door uw dvd-speler worden ondersteund. • Zie de website van Roxio op www.sonic.com. Het volume bijstellen OPMERKING: Als de luidsprekers zijn gedempt, zult u de afgespeelde media niet horen.
Dell MediaDirect™ gebruiken Dell MediaDirect is een direct beschikbare multimedia-afspeelmodus voor digitale media. Druk op de Dell MediaDirect-knop op de scharnierkap om Dell MediaDirect te starten. Als de computer uit staat of zich in de slaapstand bevindt, kunt u op de Dell MediaDirect-knop drukken om de computer op te starten en automatisch de toepassing Dell MediaDirect te starten.
De computer aansluiten op een televisie of audioapparaat OPMERKING: Het is mogelijk dat geen video- en audiokabels bij uw computer zijn geleverd voor het aansluiten van uw computer op een tv of een ander audioapparaat. U kunt kabels en adapters voor tv/digitale audio kopen bij Dell.
1 2 3 4 5 6 1 S-video TV-out-aansluiting 2 composietvideo-adapter 3 S/PDIF digitale audioaansluiting 4 Pr (rood) componentvideouitvoeraansluiting 5 Pb (blauw) componentvideouitvoeraansluiting 6 Y (groen) componentvideouitvoeraansluiting Als u uw computer op een televisie of een audioapparaat wilt aansluiten, wordt u aangeraden om video- en audiokabels in een van de volgende combinaties op uw computer aan te sluiten: • S-video en standaardaudio • Composietvideo en standaardaudio • Componen
S-Video en standaardaudio 1 2 1 audioaansluiting 2 S-video TV-out-aansluiting 1 2 1 standaard S-video-kabel 2 standaardaudiokabel 1 Schakel de computer uit en zet ook de televisie en/of het audioapparaat uit dat u wilt aansluiten. OPMERKING: Als uw televisie- of audioapparaat wel ondersteuning biedt voor S-video maar niet voor digitale S/PDIF-audio, kunt u een S-video-kabel direct op de S-video TV-out-aansluiting van de computer aansluiten (zonder de televisie/digitale audioadapterkabel).
3 Sluit het andere uiteinde van de S-video-kabel aan op de S-videoinvoeraansluiting op de computer. 4 Sluit het uiteinde met de enkele audiokabel aan op de koptelefoonaansluiting op de computer. 5 Sluit de twee RCA-aansluiting op het andere uiteinde van de audiokabel aan op de invoeraansluitingen op de televisie of het andere audioapparaat. 6 Zet de aangesloten televisie en audioapparaat aan (indien van toepassing) en zet vervolgens de computer aan.
1 2 3 1 composietvideo-adapter 3 S/PDIF digitale audiokabel 2 S-video-kabel 1 Schakel de computer uit en zet ook de televisie en/of het audioapparaat uit dat u wilt aansluiten. 2 Sluit de composietvideo-adapter aan op de S-video tv-out-aansluiting op de computer. 3 Sluit een uiteinde van de S-video-kabel aan op de S-videouitvoeraansluiting op de composietvideo-adapter.
1 1 2 composietvideo-adapter 2 S/PDIF digitale audiokabel 6 Sluit het andere uiteinde van de S/PDIF digitale audiokabel aan op de audio-invoeraansluiting op de televisie of het audioapparaat. 7 Zet de aangesloten tv aan, zet het eventueel aangesloten audioapparaat aan (indien van toepassing) en zet vervolgens de computer aan.
1 2 3 1 composietvideo-adapter 3 standaardaudiokabel 2 composietvideo-kabel 1 Schakel de computer uit en zet ook de televisie en/of het audioapparaat uit dat u wilt aansluiten. 2 Sluit de composietvideo-adapter aan op de S-video tv-out-aansluiting op de computer. 3 Sluit een uiteinde van de composietvideo-kabel aan op de composietvideouitvoeraansluiting op de composietvideo-adapter.
5 Sluit het uiteinde met de enkele audiokabel aan op de koptelefoonaansluiting op de computer. 6 Sluit de twee RCA-aansluiting op het andere uiteinde van de audiokabel aan op de invoeraansluitingen op de televisie of het andere audioapparaat. 7 Zet de aangesloten tv aan, zet het eventueel aangesloten audioapparaat aan (indien van toepassing) en zet vervolgens de computer aan.
1 2 3 1 composietvideo-adapter 3 standaardaudiokabel 2 composietvideo-kabel 1 Schakel de computer uit en zet ook de televisie en/of het audioapparaat uit dat u wilt aansluiten. 2 Sluit de composietvideo-adapter aan op de S-video tv-out-aansluiting op de computer. 3 Sluit een uiteinde van de composietvideo-kabel aan op de composietvideoinvoeraansluiting op de composietvideo-adapter.
1 1 2 composietvideo-adapter 2 S/PDIF digitale audiokabel 6 Sluit het andere uiteinde van de digitale audiokabel aan op de S/PDIFinvoeraansluiting op de televisie of het andere audioapparaat. 7 Zet de aangesloten televisie aan, zet het eventueel aangesloten audioapparaat aan (indien van toepassing) en zet vervolgens de computer aan.
1 2 3 1 3 componentvideo-adapter standaardaudiokabel 2 componentvideo-adapter 1 Schakel de computer uit en zet ook de televisie en/of het audioapparaat uit dat u wilt aansluiten. 2 Sluit de componentvideo-adapter aan op de S-video tv-out-aansluiting op de computer. 3 Sluit alle drie de uiteinden van de componentvideokabel aan op de componentvideo-uitvoeraansluitingen op de componentvideo-adapter.
4 Sluit alle drie de uiteinden van de andere kant van de componentvideokabel aan op de componentvideo-invoeraansluitingen op de televisie. Zorg ervoor dat de rode, groene en blauwe kleuren van de kabel op de overeenkomstige kleuren van de televisie-invoeraansluitingen zijn aangesloten. 5 Sluit het uiteinde met de enkele audiokabel aan op de koptelefoonaansluiting op de computer.
1 2 3 1 componentvideo-adapter 3 standaardaudiokabel 2 composietvideo-kabel 1 Schakel de computer uit en zet ook de televisie en/of het audioapparaat uit dat u wilt aansluiten. 2 Sluit de componentvideo-adapter aan op de S-video tv-out-aansluiting op de computer. 3 Sluit alle drie de uiteinden van de componentvideokabel aan op de componentvideo-uitvoeraansluitingen op de componentvideo-adapter.
2 3 1 1 componentvideo-adapter 3 componentvideokabel 2 componentvideo-uitvoeraansluitingen 4 Sluit alle drie de uiteinden van de andere kant van de componentvideokabel aan op de componentvideo-invoeraansluitingen op de televisie. Zorg ervoor dat de rode, groene en blauwe kleuren van de kabel op de overeenkomstige kleuren van de televisie-invoeraansluitingen zijn aangesloten. 5 Sluit een uiteinde van de S/PDIF digitale audiokabel aan op de S/PDIFaudioaansluiting op de componentvideo-adapter.
S/PDIF digitale audio inschakelen 1 Dubbelklik op het luidsprekerpictogram in het systeemvak van Windows. 2 Klik op het menu Opties en klik op Geavanceerde volumeregelingen. 3 Klik op Geavanceerd. 4 Klik op S/PDIF-interface. 5 Klik op Sluiten. 6 Klik op OK. De beeldscherminstellingen voor een televisie activeren OPMERKING: U zorgt ervoor dat de weergaveopties goed worden weergegeven door de televisie op de computer aan te sluiten voordat u de weergave-instellingen inschakelt.
Multimedia gebruiken
ExpressCards gebruiken ExpressCards bieden additioneel geheugen, vaste en draadloze communicatie, multimedia en beveiligingsfunctionaliteit. U kunt bijvoorbeeld een ExpressCard toevoegen om uw computer toegang te geven tot een wireless wireless wide area network (WWAN).
Dummy-ExpressCards Uw computer is verzonden met een plastic dummy-kaart in de sleuf voor de ExpressCard. Dummy-kaarten beschermen ongebruikte sleuven tegen stof en andere vuildeeltjes. Bewaar de dummy-kaart voor gebruik wanneer er geen ExpressCard in de sleuf is geïnstalleerd. Dummy-kaarten uit andere computers passen mogelijk niet in uw computer. Verwijder de dummy-kaart alvorens u een ExpressCard installeert.
1 1 sleuf 2 2 ExpressCard De computer herkent de ExpressCard en laadt automatisch het juiste apparaatstuurprogramma. Als het configuratieprogramma u vraagt om de stuurprogramma's van de fabrikant te laden, moet u de schijf gebruiken die met de ExpressCard werd geleverd. Een ExpressCard of dummy-kaart verwijderen LET OP: Voordat u met een van de procedures in dit gedeelte begint, dient u de veiligheidsinstructies op te volgen die in de Productinformatiegids zijn beschreven.
1 1 80 ExpressCards gebruiken ontgrendelknop
De geheugenkaartlezer gebruiken De geheugenkaartlezer biedt een snelle en eenvoudige manier om digitale foto's, muziek en video's te raadplegen en delen die op een geheugenkaart zijn opgeslagen. OPMERKING: Een geheugenkaart kan niet worden gebruikt om de computer mee op te starten.
LET OP: Voordat u met een van de procedures in dit gedeelte begint, dient u de veiligheidsinstructies op te volgen die in de Productinformatiegids zijn beschreven. Een geheugenkaart installeert u als volgt: 1 Houd de kaart zo dat de bovenkant van de kaart naar boven is gekeerd. 2 Schuif de kaart in de sleuf totdat de kaart volledig in de aansluiting is ingevoerd. Als u teveel weerstand ondervindt, moet u de kaart niet forceren. Controleer of de kaart in de juiste richting wijst en probeer het opnieuw.
Netwerken instellen en gebruiken Door een netwerk in te stellen kunt u computers met elkaar en met internet of een netwerk verbinden. Als u bijvoorbeeld een thuisnetwerk of een klein bedrijfsnetwerk opzet, zult u in staat zijn om af te drukken naar een gedeelde printer, toegang te krijgen tot stuurprogramma's en bestanden op een andere computer, naar andere netwerken te zoeken of een internetverbinding te maken.
Een netwerk instellen 1 2 3 4 Klik op Start en klik vervolgens op Verbinding maken met. Klik op Een verbinding of netwerk instellen. Selecteer een optie onder Kies een verbindingsoptie. Klik op Volgende en volg de instructies van de wizard. Wireless Local Area Network (WLAN) Een wireless local area network (WLAN) bestaat uit een reeks van onderling verbonden computers die met elkaar communiceren via luchtgolven in plaats van een netwerkkabel.
• Een draadloze router of access point • Een draadloze netwerkkaart voor elke computer die u op uw WLAN wilt aansluiten • Een netwerkkabel met een netwerk (RJ-45)-stekker De draadloze netwerkkaart controleren Afhankelijk van uw selectie tijdens de aanschaf van de computer is de computer uitgerust met een verscheidenheid aan configuraties.
Een nieuw WLAN opzetten met behulp van een draadloze router en een breedbandmodem 1 Neem contact op met uw internetprovider (ISP) voor specifieke informatie over de verbindingsvereisten voor uw breedbandmodem. 2 Zorg ervoor dat u over vaste internetverbinding beschikt via uw breedbandmodem voordat u probeert om een draadloze internetverbinding op te zetten (zie "Een netwerk- of breedbandmodemkabel aansluiten" op pagina 83). 3 Installeer alle software die voor uw draadloze router benodigd is.
12 Zet de draadloze router aan en wacht minimaal 2 minuten totdat de draadloze router is gestabiliseerd. Ga na 2 minuten verder met stap 13. 13 Zet de computer aan en wacht totdat het opstartproces is voltooid. 14 Raadpleeg voor de volgorde waarin de draadloze router moet worden ingesteld de documentatie die met de draadloze router werd meegeleverd: • Maak een verbinding tussen de computer en de draadloze router. • Stel de draadloze router in op communicatie met de breedbandrouter.
Als u de computer opstart en er een netwerk in de nabijheid wordt gedetecteerd (waarvoor uw computer niet is geconfigureerd), zal er een pop-upvenster verschijnen naast het netwerkpictogram in het systeemvak van Windows. U maakt als volgt een netwerkverbinding: 1 Klik op Start en klik vervolgens op Netwerk. 2 Klik op Netwerk en delen op de navigatiebalk bovenin de map Netwerk. 3 Klik op Een netwerkverbinding maken onder Taken. 4 Selecteer uw netwerk in de lijst en klik op Verbinden.
Mobiel breedbandnetwerk (of Wireless Wide Area Network) Een mobiel breedbandnetwerk, ook wel een Wireless Wide Area Network (WWAN) genoemd, is een digitaal mobiel netwerk met hoge snelheid die internettoegang biedt voor een veel groter geografisch gebied dan een WLAN, dat normaliter slechts een dekking van 255 tot 2.550 meter biedt. Uw computer kan toegang tot een mobiel breedbandnetwerk onderhouden zolang de computer zich binnen een dekkingsgebied voor mobiele gegevensoverdracht bevindt.
De mobiele breedbandkaart controleren Afhankelijk van uw selectie tijdens de aanschaf van de computer is de computer uitgerust met een verscheidenheid aan configuraties. Zie een van de volgende als u wilt zien welke configuratie uw computer heeft: • Uw orderbevestiging • Microsoft Windows Help en ondersteuning De mobiele breedbandkaart in Windows Help en ondersteuning raadplegen: 1 Klik op Start → Help en ondersteuning→ Gebruik tools om uw computergegevens te raadplegen en problemen te diagnostiseren.
Gebruik de Dell Mobile Broadband Card Utility om een mobiele breedbandnetwerkverbinding met internet te maken en beheren: 1 Klik op het pictogram van de Dell Mobile Broadband Card Utility het systeemvak van Windows om het hulpprogramma uit te voeren. in 2 Klik op Connect. OPMERKING: De knop Connect zal daarop veranderen in de knop Disconnect. 3 Volg de aanwijzingen op het scherm om de netwerkverbinding met behulp van het hulpprogramma te beheren. Of 1 Klik op Start → Alle programma's→ Dell Wireless.
Dell Wi-Fi Catcher™ Network Locator De draadloze schakelaar op uw Dell-computer maakt gebruik van de Dell Wi-Fi Catcher Network Locator om te scannen op draadloze netwerken in uw nabijheid. Om op een draadloos netwerk te scannen, schuift u de schakelaar in de tijdelijke stand (zie "Draadloze schakelaar" op pagina 25) en houdt u deze daar gedurende een aantal seconden.
De computer beveiligen Beveiligingskabelslot OPMERKING: Bij uw computer wordt geen beveiligingskabelslot geleverd. Een beveiliginskabelslot is een in de handel verkrijgbaar antidiefstalvoorziening. Om het slot te gebruiken moet u het bevestigen aan de sleuf voor beveiligingskabelsleuf op uw Dell-computer. Zie de instructies die met het apparaat werden meegeleverd voor meer informatie.
Wachtwoorden Wachtwoorden voorkomen ongeautoriseerde toegang tot uw computer. Wanneer u de computer voor het eerst start, moet u een systeemwachtwoord invoeren. Als u niet binnen twee minuten een wachtwoord opgeeft, zal de computer terugkeren naar zijn vorige werkingstoestand. Wanneer u wachtwoorden gebruikt, dient u zich aan de volgende richtlijnen te houden: • Kies een wachtwoord dat u zich kunt herinneren, maar dat niet makkelijk te raden is.
Als uw computer zoekraakt of wordt gestolen • Neem contact op met een politiebureau om aangifte te doen van het verlies of de diefstal van de computer. Vermeld het servicelabel in uw beschrijving van de computer. Vraag om het proces-verbaalnummer en noteer het, samen met de naam, het adres en telefoonnummer van het politiebureau. Vraag indien mogelijk naar de naam van de dienstdoende agent. OPMERKING: Als u weet waar de computer is verloren of gestolen, moet u een politiebureau in die buurt bellen.
De computer beveiligen
Problemen oplossen Dell Technical Update Service De Dell Technical Update Service biedt proactieve kennisgeving via e-mail over beschikbare software- en hardwareupdates voor uw computer. Deze service is gratis en kan worden aangepast voor inhoud, indeling en hoe vaak u kennisgevingen ontvangt. U kunt zich voor de Dell Technical Update Service aanmelden via support.dell.com/technicalupdate.
Dell Diagnostics starten vanaf vaste schijf Dell Diagnostics bevindt zich op een verborgen partitie op de vaste schijf. OPMERKING: Als uw computer niet in staat is om een beeld op het scherm weer te geven, moet u contact opnemen met Dell (zie "Contact opnemen met Dell" op pagina 179). OPMERKING: Als de computer is aangesloten op een dockingstation, koppelt u het dockingstation los. Raadpleeg de documentatie bij het dockingstation voor instructies over het loskoppelen.
Als de Pre-boot System Assessment (Systeemanalyse) met succes wordt voltooid, ziet u de melding Booting Dell Diagnostic Utility Partition (Opstarten vanaf partitie met Dell Diagnostics). Druk op een willekeurige toets om door te gaan. 4 Druk op een toets om Dell Diagnostics te starten vanaf de partitie met het diagnostische hulpprogramma op de vaste schijf. Dell Diagnostics starten vanaf de cd Drivers and Utilities 1 Plaats de cd Drivers and Utilities in het cd-station.
Hoofdmenu Dell Diagnostics Nadat Dell Diagnostics is geladen en het scherm met het Hoofdmenu wordt weergegeven, klikt u op de knop voor de gewenste optie. OPMERKING: Het wordt aanbevolen om Test System (Test computer) te selecteren om een volledige test op uw computer uit te voeren.
Als er tijdens een test een probleem wordt gedetecteerd, wordt er een bericht weergegeven met de foutcode en een beschrijving van het probleem. Noteer de exacte foutcode en probleembeschrijving en volg de aanwijzingen op het scherm. Als u het probleem niet kunt oplossen, moet u contact met Dell opnemen (zie "Contact opnemen met Dell" op pagina 179). OPMERKING: Het servicelabel voor de computer bevindt zich bovenaan elk testvenster.
Dell Support Center is standaard geïnstalleerd op computers die op 26 juni of later zijn aangeschaft. Voor computers die voor 26 juni zijn aangeschaft en waarop Dell Support Center dientengevolge niet is geïnstalleerd, kunt u de toepassing downloaden via www.support.dell.com/dellsupportcenter. Klik op het pictogram op het bureaublad om de toepassing uit te voeren.
Klik voor meer informatie over Dell Support 3 op het vraagteken (?) bovenin het Dell Support 3-venster. U opent Dell Support 3 als volgt: • Klik op het Dell Support 3-pictogram in het systeemvak. OPMERKING: De opties van het pictogram variëren al naar gelang of u met de linkermuisknop of rechtermuisknop op het pictogram klikt dan wel op het pictogram dubbelklikt. of • → Alle programma's→ Dell Support 3→ Dell Support Klik op Start Settings (Instellingen van Dell Support).
De Dell Network Assistant: • Biedt een integraal configuratieprocedure, berichtgeving en de status van uw systeem • Vereenvoudigt het beheer van netwerkvoorzieningen door een visuele weergave van de netwerkstatus te bieden • Detecteert netwerkproblemen en biedt ondersteuning tijdens het probleemoplossingsproces • Biedt zelfstudiemogelijkheden, installatiewizards en veel gestelde vragen voor een beter begrip van netwerkprincipes U kunt de Dell Network Assistant starten door te klikken op Dell Support
Problemen met stations LET OP: Voordat u met een van de procedures in dit gedeelte begint, moet u de veiligheidsinstructies in de Productinformatiegids raadplegen. Vul de "Diagnostische controlelijst" op pagina 178 in terwijl u deze controles uitvoert. CONTROLEER OF MICROSOFT® WINDOWS® HET STATION HERKENT — • Klik op Start → Computer. Als het station niet wordt vermeld, moet u een volledige scan met uw antivirusprogramma uitvoeren en eventuele virussen verwijderen.
Problemen met het schrijven naar een cd-rw- of dvd+/-rw-schijf S L U I T D E A N D E R E P R O G R A M M A ' S — Cd-rw- en dvd+/-rw-stations moeten tijdens het schrijven een aanhoudende stroom van gegevens ontvangen. Als deze gegevensstroom wordt onderbroken, zal een fout optreden. Probeer alle programma's te sluiten alvorens gegevens naar het station weg te schrijven.
Problemen met e-mail, een modem of internet LET OP: Voordat u met een van de procedures in dit gedeelte begint, moet u de veiligheidsinstructies in de Productinformatiegids raadplegen. OPMERKING: Sluit de modem alleen op een analoge telefoonaansluiting aan. De modem zal niet werken als deze is aangesloten op een digitaal telefoonnetwerk.
CONTROLEER OF DE MODEM MET WINDOWS COMMUNICEERT — 1 Klik op Start en klik vervolgens op Configuratiescherm. 2 Klik op Hardware en geluid. 3 Klik op Telefoon- en modemopties. 4 Klik op het tabblad Modems. 5 Klik op de COM-poort voor uw modem. 6 Klik op Eigenschappen klik op het tabblad Diagnostische gegevens en klik vervolgens op Instellingen opvragen om te controleren of de modem met Windows communiceert. Als alle opdrachten een reactie opleveren, werkt de modem naar behoren.
A U X I L I A R Y D E V I C E F A I L U R E ( S T O R I N G I N R A N D A P P A R A A T ) — Er kan een storing zijn in de touchpad of de externe muis. Controleer de kabelaansluiting als u met een externe muis werkt. Activeer de optie Pointing Device (Aanwijsapparaat) in het systeemsetupprogramma (zie "Het systeemsetupprogramma gebruiken" op pagina 189). Als het probleem zich voor blijft doen, moet u contact met Dell opnemen (zie "Contact opnemen met Dell" op pagina 179).
T H E F I L E B E I N G C O P I E D I S T O O L A R G E F O R T H E D E S T I N A T I O N D R I V E (H E T B E S T A N D D A T U A A N H E T K O P I Ë R E N B E N T , I S T E G R O O T V O O R H E T D O E L S T A T I O N ) — Het bestand dat u probeert te kopiëren is te groot om op de schijf te passen, of de schijf is vol. Probeer het bestand naar een andere schijf te kopiëren of gebruik een schijf met een grotere capaciteit.
H A R D - D I S K D R I V E R E A D F A I L U R E ( K A N D E V A S T E S C H I J F N I E T L E Z E N ) — De vaste schijf is mogelijk defect. Zet de computer uit, verwijder de vaste schijf (zie "Vaste schijf" op pagina 142). Zet de computer uit, installeer de vaste schijf opnieuw en start de computer opnieuw. Probeer een ander station indien het probleem zich blijft voordoen. Voer vaste-schijf-tests uit in Dell Diagnostics (zie "Dell Diagnostics" op pagina 97).
IN LICENTIE GEGEVEN INHOUD KAN NIET WORDEN GEOPEND IN MEDIADIRECT — Dell MediaDirect™ is niet in staat om de Digital Rights Management (DRM)-beperkingen voor het bestand te verifiëren. Om deze reden kan het bestand niet worden afgespeeld (zie "Problemen met Dell MediaDirect" op pagina 119). MEMORY ADDRESS LINE FAILURE AT ADDRESS, READ VALUE EXPECTING VALUE (STORING ADRESLIJN GEHEUGEN OP ADRES, LEESWAARDE VERWACHT WAARDE) — Een geheugenkaart is mogelijk defect of op onjuiste wijze aangebracht.
NO BOOT DEVICE AVAILABLE (ER IS GEEN OPSTARTAPPARAAT BESCHIKBAAR) — De computer kan de vaste schijf niet vinden. Als de vaste schijf uw opstartbron is, moet u controleren of het station aanwezig is, op juiste wijze is geïnstalleerd en als een opstartbron is gepartitioneerd. NO BOOT SECTOR ON HARD DRIVE (DE VASTE SCHIJF BEVAT GEEN O P S T A R T S E C T O R ) — Het besturingssysteem is mogelijk beschadigd geraakt. Neem contact op met Dell (zie "Contact opnemen met Dell" op pagina 179).
S E E K E R R O R ( Z O E K F O U T ) — Het besturingssysteem is niet in staat om een bepaald spoor op de vaste schijf te vinden. S H U T D O W N F A I L U R E ( A F S L U I T F O U T ) — Een chip op het moederbord functioneert mogelijk niet naar behoren. Voer de System Set-tests uit in Dell Diagnostics (zie "Dell Diagnostics" op pagina 97). TI M E - O F - D A Y C L O C K L O S T P O W E R ( I N T E R N E K L O K H E E F T G E E N S T R O O M M E E R ) — De systeemconfiguratieinstellingen zijn beschadigd.
WARNING: BATTERY IS CRITICALLY LOW (WAARSCHUWING, BATTERIJ IS BIJNA L E E G ) — De batterij begint leeg te raken. Vervang de batterij of sluit de computer op het stopcontact aan. Ook kunt u de slaapstand activeren of de computer uitzetten. Problemen met de ExpressCard LET OP: Voordat u met een van de procedures in dit gedeelte begint, moet u de veiligheidsinstructies in de Productinformatiegids raadplegen.
A L S U P R O B L E M E N H E B T M E T E E N D O O R D E L L G E L E V E R D IEEE 1394- A P P A R A A T — Neem contact op met Dell of de fabrikant van het IEEE 1394-apparaat (zie "Contact opnemen met Dell" op pagina 179). A L S U P R O B L E M E N H E B T M E T E E N N I E T D O O R D E L L G E L E V E R D IEEE 1394A P P A R A A T — Neem contact op met Dell of de fabrikant van het IEEE1394- apparaat (zie "Contact opnemen met Dell" op pagina 179).
ALS U WILT CONTROLEREN OF HET PROBLEEM AAN HET EXTERNE TOETSENBORD LIGT, MOET U DE WERKING VAN HET GEÏNTEGREERDE TOETSENBORD CONTROLEREN — 1 Sluit de computer af. 2 Koppel het externe toetsenbord los van de computer. 3 Zet de computer aan. 4 Klik vanaf het bureaublad van Windows op Start programma's→ Accessoires→ Kladblok. → Alle 5 Voer een aantal tekens in met behulp van het interne toetsenbord en kijk of deze tekens op het scherm verschijnen.
De computer reageert niet meer KENNISGEVING: U loopt het risico gegevens te verliezen als u het besturingssysteem niet afsluit. Z E T D E C O M P U T E R U I T — Als de computer niet reageert op het indrukken van een toets op uw toetsenbord of het bewegen van uw muis, moet u de aan/uitknop gedurende ten minste 8 tot 10 seconden ingedrukt houden totdat de computer wordt uitgeschakeld en de computer vervolgens opnieuw opstarten.
Problemen met Dell MediaDirect ZIE HET HELP-BESTAND BIJ DELL MEDIADIRECT VOOR MEER INFORMATIE — Gebruik het menu Help om Dell MediaDirect Help te openen. ALS U FILMS WILT AFSPELEN MET DELL MEDIADIRECT, MOET U BESCHIKKEN OVER E E N D V D - S T A T I O N E N D E D E L L D V D P L A Y E R — Als u een dvd-station hebt gekocht bij uw computer, is deze software al geïnstalleerd.
• • • Controleer of het programma op juiste wijze is geïnstalleerd en geconfigureerd. Controleer of de stuurprogramma's voor het apparaat geen conflict hebben met het programma. Indien nodig maakt u de installatie van het programma ongedaan en installeert u het opnieuw.
ALS U ANDERE GEHEUGENPROBLEMEN ONDERVINDT — • Plaats de geheugenkaarten opnieuw om u ervan te verzekeren dat de computer succesvol met het geheugen communiceert (zie "Geheugen" op pagina 150). • Zorg ervoor dat u de richtlijnen voor het installeren van geheugen volgt (zie "Geheugen" op pagina 150). • Voer Dell Diagnostics uit (zie "Dell Diagnostics" op pagina 97). Problemen met het netwerk Vul de "Diagnostische controlelijst" op pagina 178 in terwijl u deze controles uitvoert.
A C T I V E E R D E M O B I L E B R O A D B A N D E X P R E S S C A R D — U moet de Mobile Broadband ExpressCard activeren alvorens u een netwerkverbinding kunt maken. Plaats de muisaanwijzer op het pictogram in het systeemvak om de verbindingsstatus te raadplegen. Als de kaart niet is geactiveerd, moet u de instructies voor het activeren van de kaart opvolgen. Deze vindt u binnen de Dell Mobile Broadband Card Utility.
OPMERKING: De werkingsduur van de batterij (de tijd gedurende welke de batterij stroom kan bieden) wordt met de tijd minder. Afhankelijk van de frequentie waarmee de batterij wordt gebruikt en de gebruiksomstandigheden, kan het zijn dat u tijdens de levensduur van de computer een nieuwe batterij moet aanschaffen. C O N T R O L E E R H E T S T A T U S L A M P J E V A N D E B A T T E R I J — Als het batterijstatuslampje oranje knippert of aanhoudend oranje brandt, is de batterij leeg dan wel bijna leeg.
Problemen met de printer Vul de "Diagnostische controlelijst" op pagina 178 in terwijl u deze controles uitvoert. LET OP: Voordat u met een van de procedures in dit gedeelte begint, moet u de veiligheidsinstructies in de Productinformatiegids raadplegen. OPMERKING: Neem voor technische ondersteuning voor de printer contact op met de fabrikant van de printer.
Z I E D E D O C U M E N T A T I E V O O R D E S C A N N E R — Raadpleeg de documentatie voor de scanner voor informatie op het gebied van instellingen en probleemoplossing. O N T G R E N D E L D E S C A N N E R — Controleer of de scanner niet is vergrendeld. START DE COMPUTER OPNIEUW EN KIJK OF DE SCANNER NAAR BEHOREN WERKT. CONTROLEER DE KABELAANSLUITINGEN — • • Raadpleeg de documentatie voor de scanner voor informatie over kabelaansluitingen.
Er komt geen geluid uit de externe luidsprekers C O N T R O L E E R O F D E S U B W O O F E R E N D E L U I D S P R E K E R S A A N S T A A N — Zie het instellingsdiagram dat met de luidsprekers is meegeleverd. Als de luidsprekers zijn uitgerust met een volumeregeling, moet u het volume-, bas- of trebleniveau regelen om mogelijke storingen op te heffen. H E T W I N D O W S - V O L U M E B I J S T E L L E N — Klik op dubbelklik op het luidsprekerpictogram rechts onder in het scherm.
Problemen met de touchpad of muis CONTROLEER DE INSTELLINGEN VAN DE TOUCHPAD — 1 Klik op Start → Configuratiescherm→ Hardware en geluid→ Muis. 2 Wijzig waar nodig de instellingen. C O N T R O L E E R D E M U I S K A B E L — Shut down the computer, disconnect the mouse cable and check it for damage, then firmly reconnect the cable.. Als u gebruik maakt van een verlengsnoer voor de muis, moet u deze kabel verwijderen en de muis direct op de computer aansluiten.
Als het beeldscherm leeg is OPMERKING: Als u gebruik maakt van een programma waarvoor een hogere resolutie is vereist dan de resolutie die door uw computer wordt ondersteund, raden wij u aan om een externe monitor op uw computer aan te sluiten. C O N T R O L E E R D E B A T T E R I J — Als u gebruik maakt van een batterij om uw computer van stroom te voorzien, is de batterij mogelijk leeg. Sluit de computer aan op een stopcontact met behulp van de netadapter en zet de computer vervolgens aan.
STEL DE WINDOWS-INSTELLINGEN VOOR HET BEELDSCHERM BIJ — 1 Klik op Start → Configuratiescherm→ Weergave en aanpassing→ Aanpassing→ Instellingen van het beeldscherm. 2 Klik in het gedeelte dat u wilt wijzigen of klik op het pictogram Beeldscherm. Probeer verschillende instellingen uit voor Resolutie en Kleuren.
Op de computers die door Dell worden geleverd zijn de vereiste stuurprogramma's reeds geïnstalleerd — er is geen verdere installatie of configuratie vereist. KENNISGEVING: De optionele cd Drivers and Utilities (Stuur- en hulpprogramma's) bevat mogelijk stuurprogramma's voor besturingssystemen die niet op uw computer zijn geïnstalleerd. Controleer altijd of de software die u installeert geschikt is voor het besturingssysteem op uw computer.
Vorig stuurprogramma van Windows Vista gebruiken Als er een probleem op uw computer optreedt nadat u een stuurprogramma hebt geïnstalleerd of bijgewerkt, moet u Vorig stuurprogramma van Windows Vista gebruiken om het stuurprogramma terug te zetten naar de eerder geïnstalleerde versie. en klik vervolgens met de rechtermuisknop op Computer. 1 Klik op Start 2 Klik op Eigenschappen en klik vervolgens op Apparaatbeheer. OPMERKING: Mogelijk verschijnt het venster Gebruikersaccountbeheer.
4 Als u het bureaublad van Windows ziet, plaatst u de cd Drivers and Utilities opnieuw in het station. 5 Klik in het venster Welcome Dell System Owner (Welkom, eigenaar van een Dell-computer) op Next (Volgende). OPMERKING: Het programma Drivers and Utilities geeft alleen stuurprogramma's weer voor hardware die op het moment van levering binnen de computer was ingebouwd. Als u additionele hardware hebt geïnstalleerd, worden de overeenkomstige stuurprogramma's mogelijk niet weergegeven.
4 Dubbelklik de naam van het bestand waarvoor u het stuurprogramma installeert. 5 Klik op het tabblad Stuurprogarmma en klik vervolgens op Stuurprogramma bijwerken. 6 Klik op Bladeren en blader naar de locatie waarnaar u de bestanden van het stuurprogramma eerder had gekopieerd. 7 Selecteer de naam van het gewenste stuurprogramma en klik vervolgens op OK en Volgende. 8 Klik op Voltooien en start de computer vervolgens opnieuw.
Het besturingssysteem herstellen U kunt het besturingssysteem op een van de volgende manieren terugzetten: • Windows Vista biedt een Backup and Restore Center dat in staat is om back-ups van belangrijke bestanden op uw computer te maken, of zelfs een back-up van de volledige computer. Vervolgens kunt u waar nodig het besturingssysteem of bestanden herstellen. • Dell Factory Image Restore herstelt de vaste schijf naar de stand waarin deze verkeerde toen u de computer aanschafte.
OPMERKING: De in dit document beschreven procedures hebben betrekking op de standaard Windows-weergave en zijn mogelijk niet van toepassing indien uw Dell-computer is ingesteld op de klassieke Windows-weergave. Een herstelpunt maken U kunt op automatische of handmatige wijze een herstelpunt creëren via het Windows Vista Back-upcentrum. Er zijn twee manieren om het Windows Vista Back-upcentrum te openen: 1 Klik op Start → Introductiecentrum.
6 Selecteer een herstelpunt. Probeer om te herstellen vanaf het meest recente herstelpunt. Als het probleem hiermee niet is opgelost, moet u steeds het meest recente tijdstip voorafgaande aan het reeds uitgeprobeerde herstelpunt nemen, totdat het probleem is opgelost. Alle software die na het laatste geselecteerde herstelpunt werd geïnstalleerd, zal opnieuw moeten worden geïnstalleerd. 7 Klik op Volgende→ Voltooien. 8 Klik zodra u hierom wordt gevraagd op Ja.
KENNISGEVING: Als u de computer naar de standaard fabrieksinstellingen herstelt zullen alle gegevens op de C-schijf worden verwijderd. Maak een back-up van uw gegevens voordat u deze procedure uitvoert. Als u geen back-up van uw gegevens maakt, zullen deze gegevens verloren gaan. 1 Start de computer opnieuw op. Klik daartoe op Start Opnieuw starten. → → 2 Druk terwijl de computer opnieuw opstart op totdat het menu Advanced Boot Options op het scherm verschijnt.
Problemen oplossen
Onderdelen toevoegen en vervangen Voordat u begint Dit hoofdstuk beschrijft de procedures voor het verwijderen en installeren van onderdelen voor uw computer. Tenzij anders vermeld, wordt er bij elke procedure van uitgegaan dat er sprake is van de volgende omstandigheden: • U hebt de stappen in "De computer uitzetten" op pagina 139 en "Voordat u binnen de computer gaat werken" op pagina 140 uitgevoerd. • U hebt de veiligheidsinstructies in de Productinformatiegids van Dell™ gelezen.
3 Controleer of de computer en alle daaraan gekoppelde apparaten uit staan. Als de computer en de daarop aangesloten apparaten niet automatisch werden uitgeschakeld toen u het besturingssysteem afsloot, moet u de aan/uit-knop ten minste 8 tot 10 minuten ingedrukt houden totdat de computer wordt uitgeschakeld. Voordat u binnen de computer gaat werken Volg de onderstaande veiligheidsrichtlijnen om uw eigen veiligheid te garanderen en de computer en werkomgeving te beschermen tegen mogelijke schade.
4 Koppel de computer en alle randapparatuur los van het stopcontact. KENNISGEVING: Voorkom schade aan het moederbord door de batterij uit het batterijcompartiment te verwijderen voordat u computeronderhoud pleegt. KENNISGEVING: Voorkom schade aan de computer door alleen de batterij te gebruiken die voor dit specifieke type Dell-computer is ontworpen. Maak geen gebruik van een batterij die voor een ander type Dell-computer is bestemd. 5 Zet de computer ondersteboven.
Vaste schijf Afhankelijk van het door u bestelde computersysteem is uw computer mogelijk voorzien van twee vaste schijven: een primaire vaste schijf en een optionele secundaire vaste schijf. LET OP: Als u de vaste schijf verwijdert terwijl de schijf warm is, moet u de metalen behuizing van de vaste schijf niet aanraken. LET OP: Voordat u aan een van de procedures in deze sectie begint, dient u de veiligheidsinstructies op te volgen die in de Productinformatiegids zijn beschreven.
1 1 2 borgschroeven (2) 2 kap van de vaste schijf KENNISGEVING: Als de vaste schijf zich buiten de computer bevindt, moet u deze bewaren in een beschermende antistatische verpakking (zie "Bescherming tegen elektrostatische ontlading" in de Productinformatiegids). 4 Gebruik het treklipje op de vaste schijf om deze uit zijn compartiment te trekken.
1 4 2 1 3 3 compartiment van tweede vaste schijf primaire vaste schijf 2 4 schroeven (3) treklipje De vaste schijf opnieuw installeren 1 Haal de nieuwe schijf uit de verpakking. Bewaar de oorspronkelijke verpakking voor het opslaan of het transporteren van de vaste schijf. KENNISGEVING: Schuif de schijf op krachtige en gelijkmatige wijze op zijn plaats. Als u teveel kracht zet, kunt u de aansluiting van de vaste schijf beschadigen.
Een vaste schijf aan Dell retourneren Retourneer uw oude vaste schijf naar Dell in zijn oorspronkelijke of een vergelijkbare schuimverpakking. Doet u dit niet, dan kan de vaste schijf beschadigd raken tijdens het verzenden. 2 1 1 piepschuim verpakking 2 vaste schijf Optisch station LET OP: Voordat u met een van de procedures in dit gedeelte begint, moet u de veiligheidsinstructies in de Productinformatiegids raadplegen.
1 2 3 1 mediacompartiment 3 borgschroef 2 inkeping Het optisch station opnieuw installeren 1 Schuif het optisch station in het compartiment. 2 Breng de borgschroef opnieuw aan en zet deze vast. Scharnierkap LET OP: Voordat u met een van de procedures in dit gedeelte begint, moet u de veiligheidsinstructies in de Productinformatiegids raadplegen.
De scharnierkap verwijderen 1 Volg de procedures in "Voordat u begint" op pagina 139. 2 Open het beeldscherm zover mogelijk. KENNISGEVING: Als u schade aan de scharnierkap wilt voorkomen, moet u de kap niet aan beide zijden tegelijk omhoog tillen. 3 Breng een plastic mesje aan in de inkeping om de scharnierkap aan de rechterkant op te tillen. 4 Breng de scharnierkap iets omhoog door deze van rechts naar links te bewegen en verwijder deze.
Toetsenbord Zie voor meer informatie over het toetsenbord "Het toetsenbord en de touchpad gebruiken" op pagina 41. LET OP: Voordat u aan een van de procedures in deze sectie begint, dient u de veiligheidsinstructies op te volgen die in de Productinformatiegids zijn beschreven. KENNISGEVING: Voorkom elektrostatische ontlading door u te aarden met behulp van een aardingspolsband of door zo nu en dan een ongeverfd metalen oppervlak aan de achterzijde van de computer aan te raken.
2 3 1 4 1 toetsenbord 2 schroeven (4) 3 inkeping op het toetsenbord 4 lipje op de computerzuil Het toetsenbord opnieuw installeren 1 Bevestig de lipjes en de toetsenbordaansluiting langs de voorzijde van het toetsenbord aan de polssteun, en plaats de inkeping aan de bovenkant van het toetsenbord op het lipje van de computerzuil.
2 3 1 4 5 1 lipjes (7) 2 toetsenbordaansluiting 3 inkeping op het toetsenbord 4 lipje op de computerzuil 5 polssteun 3 Breng de vier schroeven opnieuw aan de bovenzijde van het toetsenbord aan. Geheugen LET OP: Voordat u aan een van de procedures in deze sectie begint, dient u de veiligheidsinstructies op te volgen die in de Productinformatiegids zijn beschreven. U kunt de geheugencapaciteit van uw computer vergroten door geheugenkaarten op het moederbord aan te brengen.
Uw computer is uitgerust met twee voor gebruikers toegankelijke SODIMMcontacten. Een van de aansluitingen is bereikbaar via de onderzijde van het toetsenbord (DIMM A), en het andere contact is bereikbaar via de onderzijde van de computer (DIMM B). KENNISGEVING: Als uw computer slechts van één geheugenkaart is voorzien, moet u de geheugenmodule aansluiten op de aansluiting die aangeduid is als “DIMMA”.
1 2 1 geheugenmodule (DIMM A) 2 bevestigingsklemmen (2) De DIMM A-geheugenmodule opnieuw installeren KENNISGEVING: Voorkom elektrostatische ontlading door u te aarden met behulp van een aardingspolsband of door zo nu en dan een ongeverfd metalen oppervlak aan de achterzijde van de computer aan te raken. 1 Lijn de inkeping in de van de geheugenkaartaansluiting uit met het lipje in de aansluitingssleuf.
1 2 1 lipje 2 inkeping 3 Breng het toetsenbord en de scharnierkap opnieuw aan. 4 Plaats de batterij in het batterijcompartiment of sluit de netadapter op uw computer en een stopcontact aan. 5 Zet de computer aan. Tijdens het opstarten zal de computer het additionele geheugen detecteren en automatisch de configuratie-informatie van de computer bijwerken. Om de hoeveelheid geheugen die in de computer is geïnstalleerd te → Help en ondersteuning→ Dell System raadplegen, klikt u op Start Information.
1 2 1 compartiment geheugenmodule/knoopcelbatterij 2 borgschroef KENNISGEVING: Om schade aan de aansluiting van de geheugenmodule te voorkomen, mag u geen gereedschappen gebruiken om de bevestigingsklemmen van de geheugenmodule te spreiden. KENNISGEVING: Voorkom elektrostatische ontlading door u te aarden met behulp van een aardingspolsband of door zo nu en dan een ongeverfd metalen oppervlak aan de achterzijde van de computer aan te raken.
1 1 2 bevestigingsklemmen (2) 2 geheugenmodule De DIMM B-geheugenmodule opnieuw installeren KENNISGEVING: Voorkom elektrostatische ontlading door u te aarden met behulp van een aardingspolsband of door zo nu en dan een ongeverfd metalen oppervlak aan de achterzijde van de computer aan te raken. 1 Lijn de inkeping in de van de geheugenmoduleaansluiting uit met het lipje in de aansluitingssleuf.
1 2 1 lipje 2 inkeping KENNISGEVING: Als u moeite hebt om de kap te sluiten, moet u de geheugenmodule verwijderen en opnieuw installeren. Als u de kap forceert, kan de computer beschadigd raken. 3 Vervang de dekplaat van de geheugenkaart. 4 Plaats de batterij in het batterijcompartiment of sluit de netadapter op uw computer en een stopcontact aan. 5 Zet de computer aan.
SIM-kaart Een Subscriber Identity Module (SIM)-kaart identificeert gebruikers op unieke wijze met behulp van een zogenaamde International Mobile Subscriber Identity. LET OP: Voordat u met een van de procedures in dit gedeelte begint, moet u de veiligheidsinstructies in de Productinformatiegids raadplegen. OPMERKING: Allen voor Cingular en Vodafone is een SIM-kaart vereist. Verizon, Sprint en Telus maken geen gebruik van SIM-kaarten.
Draadloze minikaarten LET OP: Voordat u aan een van de procedures in deze sectie begint, dient u de veiligheidsinstructies op te volgen die in de Productinformatiegids zijn beschreven. KENNISGEVING: Voorkom schade aan het moederbord door de batterij uit het batterijcompartiment te verwijderen voordat u binnen de computer aan het werk gaat. Als u een draadloze minikaart bij uw computer hebt besteld, zal de kaart reeds in de computer geïnstalleerd zijn.
4 Verwijder de antennekabels uit de WLAN-kaart. 2 1 1 antennekabelaansluitingen (2) 2 WLAN-kaart 5 Maak de WLAN-kaart los door de metalen borglipjes in de richting van de achterkant van de computer te drukken totdat de kaart iets omhoogkomt. 6 Til de WLAN-kaart uit de aansluiting van het moederbord omhoog.
2 1 1 metalen bevestigingslipjes (2) 2 WLAN-kaart Een WLAN-kaart opnieuw installeren KENNISGEVING: De kaartaansluitingen zijn zodanig ontworpen dat kaarten alleen op de juiste wijze kunnen worden aangebracht. Als u weerstand voelt, moet u de aansluitingen op de kaart en het moederbord controleren en de kaart opnieuw uitlijnen. KENNISGEVING: Om schade aan de WLAN-kaart te voorkomen, mag u nooit kabels onder de kaart plaatsen.
3 Sluit de juiste antennekabels aan op de WLAN-kaart die u aan het installeren bent: Als het label van de WLAN-kaart is voorzien van twee driehoeken (wit en zwart), moet u de witte antennekabel aansluiten op de aansluiting die is aangeduid met "main" (witte driehoek) en de zwarte antennekabel aansluiten op de aansluiting die is aangeduid met "aux" (zwarte driehoek).
3 Maak de borgschroeven op de kap van het minikaart-compartiment los en verwijder de kap.
4 Verwijder de twee antennekabels uit de WWAN-kaart. 2 1 1 antennekabelaansluitingen (2) 2 WWAN-kaart 5 Maak de WWAN-kaart los door de metalen bevestigingslipjes naar de achterzijde van de computer te drukken totdat de kaart iets omhoog komt. 6 Til de WWAN-kaart uit de aansluiting op het moederbord.
2 1 1 metalen bevestigingslipjes (2) 2 WWAN-kaart Een WWAN-kaart opnieuw installeren KENNISGEVING: De kaartaansluitingen zijn zodanig ontworpen dat kaarten alleen op de juiste wijze kunnen worden aangebracht. Als u weerstand voelt, moet u de aansluitingen op de kaart en het moederbord controleren en de kaart opnieuw uitlijnen. KENNISGEVING: Om schade aan de WWAN-kaart te voorkomen moet u nooit kabels onder de kaart plaatsen.
3 Sluit de zwarte antennekabel met een grijze streep aan op de aansluiting die is aangeduid met "aux" (zwarte driehoek) en sluit de witte antennekabel met een grijze streep aan op de aansluiting die is aangeduid met "main" (witte driehoek). 4 Berg ongebruikte antennekabels veilig op in de beschermende hoes van mylar. 5 Breng de kap opnieuw aan en zet de borgschroeven vast. Een WPAN-kaart verwijderen 1 Volg de instructies die zijn beschreven in "Voordat u begint" op pagina 139.
Een WPAN-kaart opnieuw installeren KENNISGEVING: De kaartaansluitingen zijn zodanig ontworpen dat kaarten alleen op de juiste wijze kunnen worden aangebracht. Als u weerstand voelt, moet u de aansluitingen op de kaart en het moederbord controleren en de kaart opnieuw uitlijnen. KENNISGEVING: Om schade aan de WPAN-kaart te voorkomen moet u nooit kabels onder de kaart aanbrengen 1 Sluit de WPAN-kaartstekker met een hoek van 45 graden aan op de aansluiting op het moederbord die is aangeduid met "WPAN".
4 Pak de kaart vast bij zijn aansluitingskant en schuif deze onder de bevestigingslipjes vandaag. 1 3 2 1 3 bevestigingslipjes (2) kaart 2 kabel De kaart opnieuw installeren 1 Breng de kaart opnieuw aan in een hoek van 45 graden om deze onder de bevestigingslipjes in het kaartcompartiment te schuiven. 2 Sluit de kabel op de kaart aan. Knoopcelbatterij LET OP: Voordat u met een van de procedures in dit gedeelte begint, moet u de veiligheidsinstructies in de Productinformatiegids raadplegen.
De knoopcelbatterij verwijderen 1 Volg de instructies die zijn beschreven in "Voordat u begint" op pagina 139. 2 Zet de computer ondersteboven. 3 Maak de borgschroef op de kap van de geheugenmodule/knoopcelbatterij los (zie "Aanzicht onderzijde" op pagina 31), en verwijder de kap. 4 Verwijder de kabel van de knoopcelbatterij uit het moederbord. 1 1 knoopcelbatterij 3 aansluiting voor batterijstekker 2 2 3 hoes van mylar 5 Schuif de batterij uit de hoes van mylar.
Functies van Dell™ QuickSet OPMERKING: Deze functie is mogelijk niet beschikbaar op uw computer.
Functies van Dell™ QuickSet
Reizen met uw computer Uw computer identificeren • Bevestig een naamplaatje of een visitekaartje aan de computer. • Noteer het nummer van uw servicelabel en bewaar deze op een veilige locatie uit de buurt van uw computer of draagtas. Gebruik het servicelabel als u verlies of diefstal moet rapporteren aan vertegenwoordigers van de rechtshandhaving en/of aan Dell. • Maak een bestand aan op het bureaublad van Microsoft® Windows® genaamd indien_gevonden.
• • Bescherm de computer, batterijen en de vaste schijf tegen gevaren zoals extreme temperaturen, overmatige blootstelling aan zonlicht, vuil, stof en vloeistoffen. Verpak de computer op zodanige wijze dat deze niet in de kofferbak van uw auto of in een bagagecompartiment heen en weer wordt geschoven. Reistips KENNISGEVING: Voorkom gegevensverlies door de computer niet te verplaatsen terwijl u gebruik maakt van het optisch station. • • • • • KENNISGEVING: Check de computer niet in als bagage.
Hulp verkrijgen Hulp verkrijgen LET OP: Als u de computerkap moet verwijderen, moet u eerst de stekker van de computer en modem uit het stopcontact halen. Als er een probleem op de computer optreedt, kunt u de volgende stappen voltooien om het probleem te diagnosticeren en op te lossen: 1 Zie voor informatie en procedures die betrekking hebben op het computerprobleem "Problemen oplossen" op pagina 97.
Wanneer het automatische telefoonsysteem van Dell u hierom vraagt, voert u de code voor express-service in om het gesprek rechtstreeks naar de juiste ondersteuningsmedewerker te leiden. Als u geen code voor express-service hebt, dient u de map Dell Accessories te openen. Klik hier op het pictogram Code voor express-service en volg de instructies. Raadpleeg voor instructies over het gebruik van de technische ondersteuning van Dell "Technische ondersteuning en klantenservice" op pagina 174.
Dell Support is beschikbaar via de volgende websites en e-mailadressen: • Dell Support-websites support.dell.com support.jp.dell.com (alleen Japan) support.euro.dell.com (alleen Europa) • E-mailadressen Dell Support mobile_support@us.dell.com support@us.dell.com la-techsupport@dell.com (alleen landen in Latijns-Amerika en het Carribisch gebied) www.dell.com/ap/ (alleen landen in Azië/Stille Oceaan-gebied) • E-mailadressen Dell Marketing en Sales apmarketing@dell.
Geautomatiseerde bestelstatusservice Om de bestellingsstatus van Dell-producten te raadplegen, kunt u terecht op support.dell.com. U kunt ook gebruikmaken van de geautomatiseerde bestellingsstatusdienst. U wordt middels een opname gevraagd de informatie door te geven die nodig is om uw order en de status daarvan te vinden. Zie "Contact opnemen met Dell" op pagina 179 voor het telefoonnummer dat u voor uw regio moet bellen.
4 Stuur ook alle accessoires mee die bij het item/de items horen die worden geretourneerd (stroomsnoeren, diskettes met software, handleidingen etc.) als u aanspraak maakt op restitutie. 5 Verpak de apparatuur die u terugstuurt in de oorspronkelijke verpakking of in equivalente verpakking. De verzendkosten zijn voor uw rekening. U bent verantwoordelijk voor het verzekeren van de geretourneerde producten en aansprakelijk voor het risico van verlies tijdens de verzending naar Dell.
Diagnostische controlelijst Naam: Datum: Adres: Telefoonnummer: Servicelabel (streepjescode aan de achterkant of onderkant van de computer): Code voor express-service: Autorisatienummer voor het retourneren van materiaal (indien verstrekt door een medewerker van de technische ondersteuning van Dell): Besturingssysteem en versie: Apparaten: Uitbreidingskaarten: Bent u op een netwerk aangesloten? Ja Nee Netwerk, versie en netwerkadapter: Programma's en versies: Zie de documentatie bij uw besturingssysteem om
Contact opnemen met Dell OPMERKING: Als u geen internetverbinding hebt, kunt u contactgegevens vinden op de factuur, de pakbon of in de productcatalogus van Dell. Dell biedt verschillende online en telefonische ondersteuningsdiensten en mogelijkheden. De beschikbaarheid hiervan verschilt per land en product. Sommige diensten zijn mogelijk niet in uw regio beschikbaar. Om contact op te nemen met Dell voor zaken op het gebied van verkoop, technische ondersteuning of klantenservice: 1 Ga naar support.dell.com.
Hulp verkrijgen
Specificaties OPMERKING: Het aanbod kan per regio verschillen. Voor meer informatie over de configuratie van uw computer klikt u op Start , Help en ondersteuning en selecteert u vervolgens de optie om informatie over uw computer te raadplegen. Processor Processortype AMD® Turion™ 64 X2 Dual-Core Mobile Technology L1-cache 32 KB per instructie, 32 KB gegevenscache per core L2-cache 512 KB of 1 MB per core, afhankelijk van het model Externe busfrequentie 1.
ExpressCard (vervolg) Ondersteunde kaarten ExpressCard/34 (34 mm) ExpressCard/54 (54 mm) 1.5 V en 3.
Poorten en aansluitingen Audio microfoonaansluiting, aansluiting stereokoptelefoon/luidsprekers IEEE 1394 4-pins seriële aansluiting Infraroodsignaal sensor compatibel met Philips RC6 (alleen ontvangst) Minikaart drie minikaartsleuven van het type IIIA Modem RJ-11-poort Netwerkadapter RJ-45-poort S-video TV-out 7-pins mini-DIN-aansluiting (optionele adapterkabel S-video-naar-composietvideo) USB vijf 4-pins USB 2.0-compliant aansluitingen Video 15-gats connector Communicatie Modem: Type v.
Grafische kaart (vervolg) LCD-interface Low Voltage Differential Signaling (LVDS) TV-ondersteuning NTSC of PAL in S-video-, composiet- en componentmodi Audio Audio-type Tweekanaals audiocodec met hoge definitie Audiocontroller Sigmatel STAC9205 Codec Stereoconversie 24-bits (analoog-naar-digitaal en digitaalnaar-analoog) Interfaces: Intern Intel High Definition Audio Externe Microphone-in-aansluiting, aansluiting stereokoptelefoons/luidsprekers Luidspreker Twee 4-ohm-luidsprekers Interne lui
Beeldscherm (vervolg) Vernieuwingsfrequentie 60 Hz Bedieningshoek 0° (gesloten) tot 155° Gezichtshoeken: Horizontaal ±40° (WXGA+) standaard ±65° (WUXGA+) Verticaal +15°/–30° (WXGA+) +45°/-55° (WUXGA) Pixelpitch: WXGA+ 0,255 mm WUXGA 0,191 mm Bediening De helderheid kan worden ingesteld met behulp van sneltoetsen (zie "De helderheid bijstellen" op pagina 39) Toetsenbord Aantal toetsen 86/103 (Verenigde Staten en Canada); 87/104 (Europa); 90/107 (Japan) Lay-out QWERTY/AZERTY/Kanji Touchpad X
Batterij Type 9-cels "slimme" lithium-ion 6-cels "slimme" lithium-ion Afmetingen: Diepte 67,6 mm (2,66 inch) (9-cels) 47,5 mm (1,87 inch) (6-cels) Hoogte 20,4 mm (0,8 inch) Breedte 209,9 mm (8,26 inch) Gewicht 0,48 kg (9 cellen) 0,33 kg (6 cellen) Spanning 11,1 VDC Oplaadtijd (naar schatting): Computer uit Werkingsduur 4 uur De werkingsduur van de batterij is afhankelijk van de werkomstandigheden en kan aanzienlijk lager uitvallen als gevolg van bepaalde stroomintensieve omstandigheden (zie "Pr
Netadapter (vervolg) Uitvoerstroom 5,62 A (maximaal bij puls van 4 seconden) 4,62 A (90 W) (continu) Uitgangsstroom 90 W Toegekende uitgangsspanning 19,5 +/–1,0 VDC Afmetingen: Hoogte 34,2 mm Breedte 60,87 mm Diepte 153,45 mm Gewicht (met kabels) 0,46 kg Temperatuurbereik: Bedrijfstemperatuur 0° tot 35°C Opslagtemperatuur –40° tot 65°C Fysiek Hoogte 44 mm (1,7 inch) Breedte 394 mm (15,5 inch) Diepte 293 mm (11,3 inch) Gewicht (met een 6-cels batterij): Configureerbaar tot minder dan
Omgevingsvariabelen (vervolg) Schoktolerantie (willekeurig trillingsspectrum dat een gebruikersomgeving nabootst): Bedrijfstemperatuur 0,66 GRMS Opslagtemperatuur 1,3 GRMS Maximale schoktolerantie (gemeten met de vaste schijf in werkende toestand en een halve-sinuspuls van 2-ms tijdens bedrijf. Ook gemeten met vaste schijf in geparkeerde positie en een halve sinuspuls van 2-ms tijdens opslag): Bedrijfstemperatuur 142 G Opslagtemperatuur 163 G Hoogte (maximum): 188 Bedrijfstemperatuur –15,2 tot 3.
Bijlage Het systeemsetupprogramma gebruiken OPMERKING: Uw besturingssysteem kan de meeste opties in het systeemsetupprogramma automatisch configureren, waardoor opties die u via het systeemsetupprogramma hebt ingesteld, worden overschreven. Een uitzondering is de optie External Hot Key (Externe sneltoets), die u alleen kunt activeren of deactiveren via het systeemsetupprogramma.
Het systeemsetupscherm weergeven 1 Start of herstart de computer. 2 Zodra het DELL-logo verschijnt, drukt u meteen op . Als u te lang wacht en het logo van Microsoft Windows verschijnt, moet u blijven wachten totdat u het bureaublad van Windows ziet, de computer uitzetten en het opnieuw proberen. Het systeemsetupscherm OPMERKING: Als u meer informatie wilt over een specifiek item in een systeemsetup-venster, selecteert u het item en raadpleegt u het Help-gedeelte op het scherm.
Op de pagina Boot Order (Opstartvolgorde) wordt een algemene lijst weergegeven met daarin de opstartapparaten die op de computer kunnen worden geïnstalleerd, inclusief maar niet beperkt tot het volgende: • Diskettestation • Interne vaste schijf • USB-opslagapparaat • Cd/dvd-cd-rw-station • Modulair vaste-schijfcompartiment OPMERKING: U kunt alleen opstarten vanaf apparaten die vooraf worden gegaan door een nummer.
Een eenmalige opstartprocedure uitvoeren Het is mogelijk om een eenmalige opstartprocedure in te stellen zonder het systeemsetupprogramma te openen (u kunt deze procedure ook gebruiken om Dell Diagnostics te starten vanaf de diagnostische partitie op uw vaste schijf). 1 Sluit de computer af via het menu Start. 2 Steek de stekker van de computer in het stopcontact. 3 Zet de computer aan. Zodra het DELL-logo verschijnt, drukt u meteen op .
KENNISGEVING: Omdat RAID Level 0-configuraties geen gegevensredundantie bieden, zal in het geval van een storing op de ene schijf de andere schijf evenmin toegankelijk zijn. Daarom moet u regelmatige back-ups van uw gegevens maken als u gebruikmaakt van een RAID Level 0-configuratie. RAID Level 1-configuratie RAID level 1 maakt gebruik van een opslagtechniek die gegevensredundantie biedt. Deze techniek staat bekend als "mirroring".
KENNISGEVING: Voorkom schade aan de computer of het beeldscherm door geen reinigingsmiddel rechtstreeks op het beeldscherm te spuiten. Gebruik alleen producten die specifiek zijn ontwikkeld voor het reinigen van monitors en volg steeds de productaanwijzingen. • Bevochtig een zachte, pluisvrije doek met water of een beeldschermreiniger. Gebruik geen reinigingsmiddel op basis van alcohol of ammoniak. Wrijf het beeldscherm voorzichtig schoon tot dit schoon is en alle vingerafdrukken zijn verwijderd.
Muis KENNISGEVING: Koppel de muis los van de computer alvorens de muis te reinigen. Als de cursor op het scherm knippert of op een vreemde manier beweegt, moet u de muis schoonmaken. Een niet-optische muis reinigen 1 Reinig de buitenbehuizing van de muis met een doek die met een milde reinigingsoplossing is bevochtigd. 2 Draai de borgring aan de onderzijde van de muis tegen de klok in en verwijder de muisbal. 3 Wrijf de muisbal schoon met een zachte, niet-schurende doek.
KENNISGEVING: Voorkom schade aan het oppervlak door niet met een cirkelbeweging rond de schijf te reinigen. 2 Wrijf de onderzijde (de zijde zonder label) van de schijf schoon met een zachte, niet-schurende doek. Wrijf de schijf schoon in een rechte lijn van het midden naar de buitenste rand van de schijf. Probeer in het geval van hardnekkig vuil gebruik te maken van water of een oplossing van water en milde zeep.
Definitie van "Door Dell geïnstalleerde" software en randapparatuur Door Dell geïnstalleerde software omvat het besturingssysteem en sommige van de softwaretoepassingen die tijdens het productieproces op de computer worden geïnstalleerd (Microsoft Office, Norton Antivirus, etc). Door Dell geïnstalleerde randapparatuur omvat alle ingebouwde uitbreidingskaarten, modulecompartimenten van het merk Dell en ExpressCards-accesoires.
Deze grenswaarden zijn opgesteld om een redelijke bescherming te bieden tegen schadelijke storing in een woonomgeving. Er wordt echter niet gegarandeerd dat een bepaalde installatie geen storing veroorzaakt. Als deze apparatuur interfereert met de radio- of televisieontvangst (hetgeen men kan bepalen door de apparatuur aan en uit te zetten), kan de gebruiker het beste proberen om de storing te verhelpen door een of meer van de volgende maatregelen te treffen: • Richt de ontvangstantenne een andere kant op.
Verklarende woordenlijst De termen in deze woordenlijst worden alleen verstrekt ter informatie en kunnen al dan niet functies beschrijven die op uw specifieke computer van toepassing zijn. A AC — Alternating Current (wisselstroom) — Het type elektriciteit dat uw computer van stroom voorziet wanneer u de netadapter aansluit op een stopcontact.
Apparaat — Hardware zoals een diskettestation, printer of toetsenbord die wordt geïnstalleerd of aangesloten op de computer. Apparaatstuurprogramma — Zie stuurprogramma. ASF — Alert Standards Format — Een standaard voor het definiëren van een mechanisme voor de rapportage van hardware- en softwarewaarschuwingen aan een beheerconsole. ASF is ontwikkeld om besturingssysteem- en platformonafhankelijk te zijn.
L1-cache — Primair cachegeheugen dat binnen de processor is opgeslagen. L2-cache — Secundair cachegeheugen dat zich buiten de processor kan bevinden of in de processorarchitectuur liggen besloten. Carnet — Een internationaal douanedocument dat de tijdelijke import naar andere landen vereenvoudigt. Ook wel een goederenpaspoort genoemd. Cd-r — Cd Recordable — Een beschrijfbare versie van een cd. Gegevens kunnen slechts één maal op een cd-r-schijf worden opgeslagen.
Cursor — Een markeringspunt op het beeldscherm dat aangeeft waar de volgende handeling van het toetsenbord, de touchpad of de muis zal plaatsvinden. Vaak heeft de cursor de vorm van een knipperende regel, een liggend streepje of een kleine pijl. D DDR SDRAM — Double-Data-Rate SDRAM — Een type SDRAM dat de gegevenssaldocyclus verdubbelt, waardoor de systeemprestatie wordt verbeterd.
Dual-core — Een Intel®-technologie waarin twee fysieke rekeneenheden bestaan in een enkel processorpakket, waardoor de rekenefficiëntie en het vermogen tot multitasking wordt vergroot. Dvd-r — DVD Recordable — Een beschrijfbare versie van een dvd. Gegevens kunnen slechts één maal naar een dvd-r worden geschreven. Eenmaal opgenomen kunnen de gegevens niet meer worden gewist of overschreven. Dvd+rw — DVD Rewritable — Een overschrijfbare versie van een dvd.
Extended display-modus — Een beeldscherminstelling die u in staat stelt om een tweede monitor te gebruiken als uitbreiding op het bestaande beeldscherm. Wordt ook wel dubbele display-modus genoemd. Extended PC Card — Een pc-kaart die eenmaal aangebracht in de pc-kaartsleuf, uit sleuf uitsteekt. F Fahrenheit — Een temperatuurmetingsschaal waarbij 32° overeenkomt met het vriespunt en 212° met het kookpunt van water.
Geheugenadres — Een specifieke locatie waarbinnen tijdelijk informatie in het RAM-geheugen wordt opgeslagen. Geheugenkaart — Een kleine printplaat die geheugenchips bevat en wordt aangesloten op het moederbord. Geheugentoewijzing — Het proces waarbij de computer tijdens het opstarten geheugencapaciteit toewijst aan fysieke locaties. Apparaten en software kunnen vervolgens informatie identificeren waarnaar de processor toegang heeft.
I IC — Integrated Circuit — Een halfgeleidende wafer of chip waarop duizenden of miljoenen uiterst kleine elektronische onderdelen worden geproduceerd voor gebruik in computer-, audio- en videoapparatuur. IDE — Integrated Device Electronics — Een interface voor massaopslagapparaten waarbij de controller is geïntegreerd in de vaste schijf of het cd-station.
KB — kilobyte — Een gegevenseenheid die overeenkomt met 1.024 bytes maar vaak wordt gebruikt om 1.000 bytes aan te duiden. kHz — kilohertz — Een frequentiemeeteenheid die overeenkomt met 1.000 Hz. Kloksnelheid — De snelheid, uitgedrukt in MHz, die aangeeft met welke snelheid computeronderdelen die op de systeembus zijn aangesloten kunnen werken. Koelplaat — Een metalen plaat op sommige processors die helpt om hitte weg te voeren.
MB — megabyte — Een meeteenheid voor gegevensopslag die overeenkomt met 1.048.576 bytes. 1 MB komt overeen moet 1.024 KB. Wanneer de term wordt gebruikt om naar opslagcapaciteit op de vaste schijf te verwijzen, wordt 1 MB vaak afgerond op 1.000.000 bytes. MB/sec — megabytes per seconde — Een miljoen bytes per seconde. Deze meeteenheid wordt vaak gebruikt om de gegevensoverdracht uit te drukken.
NIC — Zie netwerkadapter. Ns — nanoseconde — Een tijdseenheid die overeenkomt met een miljardste van een seconde. NVRAM — Non-Volatile Random Access Memory — Een type geheugen dat gegevens opslaat wanneer de computer uitstaat of niet langer is aangesloten op de externe stroomvoorziening. NVRAM wordt gebruikt om de configuratieinformatie van de computer te behouden, zoals de datum, tijd en andere systeemconfiguratieopties die u kunt instellen.
PCI Express — Een wijziging van de PCI-interface die de snelheid van gegevensoverdracht tussen de processor en de apparaten die daaraan zijn gekoppeld, vergroot. PCI Express kan gegevens overdragen bij snelheden van 250 MB/sec tot 4 GB/sec. Als de PCI Express-chipset en het apparaat in staat zijn om verschillende snelheden te werken, zullen ze op de laagste van deze snelheden werken. Pc-kaart — Een verwijderbare I/O-kaart die voldoet aan de PCMCIA-standaard.
R RAID — Redundant Array of Independent Disks — Een methode die gegevensredundantie biedt. Veel voorkomende implementaties van RAID zijn onder meer RAID 0, RAID 1, RAID 5, RAID 10 en RAID 50. RAM — Random Access Memory — Het primaire opslaggebied voor programmaopdrachten en -gegevens. Informatie die in het RAM-geheugen wordt opgeslagen zal verloren gaan wanneer u de computer uitzet.
SCSI — Small Computer System Interface — Een uiterst snelle interface die wordt gebruikt om apparaten op een computer aan te sluiten, zoals vaste schijven, cdstations, printers en scanners. De SCSI kan een groot aantal apparaten aansluiten met één enkele controller. Toegang tot elk apparaat wordt geregeld via een individueel identificatienummer op de SCSI-controllerbus. SDRAM — Synchronous Dynamic Random Access Memory — Een type DRAM dat wordt gesynchroniseerd met de optimale kloksnelheid van de processor.
Strike Zone™ — Verstevigd gebied van het vaste-schijfcompartiment dat de vaste schijf beschermt door te fungeren als een resonantiedemper wanneer een computer trillingen als gevolg van een schok ondervindt of valt (ongeacht of de computer aanstaat of uitstaat). Stuurprogramma — Software die het besturingssysteem in staat stelt om apparaten zoals een printer te bedienen. Veel apparaten zullen niet naar behoren kunnen werken als het juiste stuurprogramma niet op de computer is geïnstalleerd.
Tekstverwerker — Een programma dat wordt gebruikt om bestanden te maken en bewerken die alleen tekst bevatten. Het Kladblok van Windows maakt bijvoorbeeld gebruik van een tekstverwerker. Tekstverwerkers bieden doorgaans geen woordomslagof opmaakfunctionaliteit (de optie voor onderlijnen, het wijzigen van lettertypes etc). Toetsencombinatie — Een opdracht waarvoor meerdere toetsen tegelijkertijd moeten worden ingedrukt.
USB — Universal Serial Bus — Een hardware-interface voor apparaten met een lage snelheid, zoals een voor USB geschikt toetsenbord, muis, joystick, scanner, luidsprekers, printer, breedbandapparaaten (ADSL- en kabelmodems), apparatuur voor het vastleggen van beelden en opslagapparaten. De apparaten worden rechtstreeks aangesloten op een 4-pins aansluiting op de computer of in een hub met meerdere poorten die op de computer is aangesloten.
Virus — Een programma dat ten doel heeft om computergebruikers overlast te bezorgen of om gegevens te vernietigen die op computers zijn opgeslagen. Een virusprogramma verplaatst zich van de ene computer op de andere via een geïnfecteerde diskette of schijf, software die van internet wordt gedownload of emailbijlagen. Als een geïnfecteerd programma wordt uitgevoerd, zal het ingebedde virus eveneens worden uitgevoerd.
X XGA — eXtended Graphics Array — Een standaard voor grafische kaarten en controllers die ondersteuning biedt voor resoluties tot 1.024 x 768. Z ZIF — Zero Insertion Force — Een type contact of aansluiting dat het mogelijk maakt om een computerchip te installeren of verwijderen zonder dat er kracht wordt uitgeoefend op de chip of het contact/de uitgang. Zip — Een populair formaat voor gegevenscompressie.
Verklarende woordenlijst
Index 8-in-1 geheugenkaartlezer, 81 beeldscherm beschrijving, 21 van beeld wisselen, 39 A aan/uit-knop beschrijving, 21 C aansluiten audioapparaat, 61 tv, 61 carnet, 172 apparaatstatuslampjes beschrijving, 22 audio.
D De cd Drivers and Utilities, 13 over, 131 draadloze Bluetooth-technologie kaart apparaatstatuslampje, 23 Dell contact opnemen, 179 dummy-kaarten ExpressCards, 78 geheugenkaarten, 81 Dell Diagnostics over, 97 starten vanaf de cd drivers and Utilities, 99 starten vanaf vaste schijf, 98 dvd's kopiëren algemene informatie, 56 instructies, 56 nuttige tips, 58 Dell MediaDirect over, 24 problemen, 119 dvd’s instructies, 56 problemen met stations, 105 Dell Support-website, 15 DellConnect, 174 E diagnost
G I garantie-informatie, 14 IEEE 1394-aansluiting beschrijving, 28 problemen, 115 geheugen DIMM A, 152 DIMM B, 153 installeren, 150 verwijderen, 151 informatie naar een nieuwe computer overzetten, 35 installeren, 158 geheugenkaart, 81 dummy-kaarten, 82 geheugenkaartlezer, 27 installeren, 81 types, 81 verwijderen, 82 internetverbinding instellen, 34 meer informatie, 33 opties, 33 geheugenkaarten dummy-kaarten, 81 K geheugenkaartlezer, 81 geluid problemen, 125 volume, 125 gestolen computer, 95 grafi
luidspreker beschrijving, 31-32 problemen, 125 volume, 125 O M opstartvolgorde, 190 mediabedieningsknoppen Dell MediaDirect-knop, 60 mediaknoppen beschrijving, 23 meldingen foutmeldingen, 108 minikaart installeren, 158 mobiel breedbandnetwerk netwerkverbindingen, 89 problemen, 121 modemaansluiting beschrijving, 29 monitor helderheid bijstellen, 39 N netwerk minikaart installeren, 158 mobiel breedband, 121 problemen, 121 QuickSet, 169 netwerkaansluiting beschrijving, 28 222 Index ontgrendelingsschuif
grafische kaart en monitor, 127 het besturingsysteem naar de vorige werkende staat herstellen, 134 IEEE 1394-aansluiting, 115 luidsprekers, 125 netwerk, 121 printer, 124 programma crasht herhaaldelijk, 118 programma reageert niet meer, 118 programma's en hun compatibiliteit met Windows, 118 scanner, 124 software, 117-119 spyware, 108, 120 stations, 105 statussen stroomlampje, 122 stroom, 122 toetsenbord, 116 trage computerprestatie, 108, 120 vaste schijf, 106 vergrendelingen, 117 problemen oplossen de compu
opnieuw installeren, 130 over, 129 scherm resolutie, 39 Schijven afspelen, 53 Subscriber Identity Module, 157 servicelabel, 15 S-video TV-out-aansluiting beschrijving, 29 SIM.
tv aansluiten, 61 U UPS, 37 USB-aansluiting beschrijving, 29 V vaste schijf aan Dell retourneren, 145 beschrijving, 25, 32 problemen, 106 vervangen, 142 veiligheidsinstructies, 14 verbinden mobiel breedbandnetwerk, 89 volume bijstellen, 126 Vorig stuurprogramma van Windows Vista, 131 W weergave de grootte van pictogrammen aanpassen, 169 de grootte van werkbalken aanpassen, 169 werkbalken grootte aanpassen, 169 Windows Vorig stuurprogramma van Windows Vista, 131 Windows Vista opnieuw installeren, 134 Sys
Index