Operation Manual

Verklarende woordenlijst 199
Verklarende woordenlijst
De termen in deze woordenlijst worden alleen verstrekt ter informatie en
kunnen al dan niet functies beschrijven die op uw specifieke computer van
toepassing zijn.
A
AC — Alternating Current (wisselstroom) — Het type elektriciteit dat uw computer
van stroom voorziet wanneer u de netadapter aansluit op een stopcontact.
ACPI — Advanced Configuration and Power Interface — Een
energiebeheerspecificatie die Microsoft
®
Windows
®
-besturingssystemen in staat stelt
om een computer in standby-modus of een slaapstand te zetten om de hoeveelheid
stroom te besparen die is toegewezen aan elk apparaat dat op de computer is
aangesloten.
ADSL — Asymmetrical Digital Subscriber Line — Een technologie die een constante
verbinding met hoge snelheid biedt via een analoge telefoonlijn.
AGP — Accelerated Graphics Port — Een speciaal daartoe aangewezen grafische
poort die ervoor zorgt dat systeemgeheugen kan worden gebruikt voor grafisch
gerelateerde taken. AGP kan een vloeiend grafisch beeld in ware kleuren bieden
vanwege de snellere interface tussen de videobedrading en het computergeheugen.
AHCI — Advanced Host Controller Interface — Een interface voor een hostcontroller
voor een SATA-vaste schijf, die het opslagstuurprogramma ertoe in staat stelt
technologieën in te schakelen als Native Command Queuing (NCQ) en hot plug.
Alleen-lezen — Gegevens en/of bestanden die u kunt weergeven, maar niet bewerken
of verwijderen. Een bestand kan het kenmerk alleen-lezen hebben als:
Het bestand is opgeslagen op een fysieke tegen overschrijven beveiligde diskette,
cd of dvd.
Het bestand zich bevindt in een map in een netwerk en de systeembeheerder
alleen aan speciale personen rechten op het bestand heeft toegewezen.
ALS — Ambient Light Sensor (omgevingslichtsensor) — Functie voor het regelen van
de helderheid van het scherm.
Antivirus-software — Een programma dat ten doel heeft om computervirussen te
detecteren, in quarantaine te zetten en/of van de computer te verwijderen.