Owners Manual
Bijlage 221
1
Als u opstart vanaf een USB-apparaat, sluit u het USB-apparaat aan 
op een USB-connector.
2
Zet de computer aan of start deze opnieuw op.
3
Wanneer in de rechterbovenhoek van het scherm
 F2 = Setup, 
F12 = Boot Menu 
verschijnt, drukt u op F12.
Als u te lang wacht en het logo van het besturingssysteem wordt 
weergegeven, moet u blijven wachten tot u het bureaublad van 
Microsoft Windows ziet. Sluit vervolgens de computer af en probeer 
het opnieuw.
Het menu 
Boot Device
 verschijnt. Dit menu bevat alle beschikbare 
opstartbronnen. Naast elk apparaat staat een nummer. 
4
Onderaan het menu voert u het nummer in van het apparaat 
dat alleen voor de huidige opstartpoging moet worden gebruikt.
Wanneer u bijvoorbeeld start vanaf een USB-geheugenstick, selecteert u 
USB Flash Device
 (USB flash-apparaat) en drukt op <Enter>.
  N.B.: Om te kunnen opstarten vanaf een USB-apparaat, moet het apparaat 
opstartbaar zijn. Raadpleeg de documentatie bij het apparaat als u zeker wilt 
weten of een apparaat opstartbaar is.
De opstartvolgorde permanent wijzigen voor toekomstige opstartprocedures
1
Open System Setup (zie “System Setup openen” op pagina 215).
2
Gebruik de pijltoetsen om het menu 
Boot Sequence
 (Opstartvolgorde) 
te markeren en druk vervolgens op Enter om het menu te openen.
  N.B.: Noteer de huidige opstartvolgorde voor het geval u deze nadien wilt 
herstellen.
3
Druk op de pijl-omhoog en pijl-omlaag om door de lijst met apparaten 
te gaan.
4
Druk op de toets plus (+) of minus (–) om de opstartprioriteit 
van het apparaat te wijzigen.










