Operation Manual

30 Uw computer installeren en gebruiken
4 line-inconnector/
surround out
Gebruik de blauwe line-inconnector om een opname/
afspeelapparaat zoals een cassettespeler, cd-speler
of videorecorder aan te sluiten.
Gebruik op computers met een geluidskaart de connector
op de kaart.
N.B.: Zie “De geluidsconnectoren configureren voor 5.1-
kanalen” op pagina 37 als u deze connector voor 5.1 kanalen
wilt configureren.
5 line-outconnector
L/R voor
Gebruik de groene line-outconnector (beschikbaar op
computers met geïntegreerde geluidskaart) om kop-
telefoons en de meeste type speakers met geïntegreerde
versterkers aan te sluiten.
Gebruik op computers met een geluidskaart de connector
op de kaart.
6 microfoon-
connector/
midden/uitgaand
subwoofer-
luidspreker
Gebruik de roze connector om een pc-microfoon aan
te sluiten voor spraak- of muziekinvoer in een geluids-
of telefonieprogramma.
Op computers met een geluidskaart moet u de connector
op de kaart gebruiken.
N.B.: Zie “De geluidsconnectoren configureren voor 5.1-
kanalen” op pagina 37 als u deze connector voor 5.1 kanalen
wilt configureren.
7 USB 2.0-
connectoren (4)
Gebruik de USB-connectoren aan de achterzijde voor
apparaten die normaal gesproken altijd aangesloten zijn,
zoals printers en toetsenborden.
Het is raadzaam om de voorste USB-connectoren
te gebruiken voor apparaten die u af en toe aansluit,
zoals joysticks en camera's.
8 VGA-video-
connector
Sluit de VGA-kabel van de monitor aan op de VGA-
connector op de computer.
Gebruik op computers met een videokaart de connector
op de kaart.