Operation Manual

54 Uw computer installeren en gebruiken
De SpeedStep™-technologie inschakelen
De SpeedStep-technologie bestuurt automatisch de processorprestatie
van uw computer, door het dynamisch aanpassen van de werkingsfrequentie
en het voltage, al naar gelang de taak die voorhanden is. Wanneer er voor
een toepassing niet de volledige prestaties nodig zijn, kan een significante
hoeveelheid stroom worden bespaard. De prestaties zijn zo ontwikkeld
dat de reactietijd gehandhaafd blijft, terwijl waar nodig maximale processor-
prestaties worden geleverd en indien mogelijk automatisch energie wordt
bespaard.
In Windows Vista is de Intel SpeedStep-technologie automatisch ingesteld
in de energiebeheerschema's Aanbevolen door Dell, Gebalanceerd en
Energiebesparing. De Intel SpeedStep-technologie is uitgeschakeld
in het energiebeheerschema Hoge prestaties.
Over RAID-configuraties
N.B.: RAID wordt niet ondersteund op de Inspiron 530sb/530sd.
In dit gedeelte vindt u een overzicht van de RAID-configuratie die u mogelijk
hebt geselecteerd bij de aanschaf van deze computer. Uw computer
ondersteunt RAID-niveau 1. Een configuratie op RAID-niveau 1 wordt
aanbevolen voor de vereisten van digitale fotografie en audio op het gebied
van gegevensintegriteit.
De Intel RAID-controller op uw computer kan alleen een RAID-volume
aanmaken met behulp van twee fysieke schijven. Als er een derde schijf
aanwezig is, kan deze schijf niet als onderdeel van een RAID-volume worden
ingesteld met het Intel RAID-configuratieprogramma. Deze schijf kan wel
als reserveschijf worden gebruikt in een RAID 1-configuratie (zie “Een extra
vaste schijf maken” op pagina 61). Als de computer echter vier schijven bevat,
kunnen beide combinaties van twee schijven als volume met RAID-niveau 1
worden ingesteld. De schijven in een RAID-configuratie moeten van gelijke
grootte zijn om ervoor te zorgen dat de grotere schijf geen niet-toegewezen
(en daardoor onbruikbare) ruimte bevat.