Inspiron 7591 Onderhoudshandleiding Regelgevingsmodel: P83F Regelgevingstype: P83F001
Opmerkingen, voorzorgsmaatregelen,en waarschuwingen OPMERKING: Een OPMERKING duidt belangrijke informatie aan voor een beter gebruik van het product. WAARSCHUWING: WAARSCHUWINGEN duiden potentiële schade aan hardware of potentieel gegevensverlies aan en vertellen u hoe het probleem kan worden vermeden. GEVAAR: LET OP duidt het risico van schade aan eigendommen, lichamelijk letsel of overlijden aan. © 2019 Dell Inc. of haar dochtermaatschappijen. Alle rechten voorbehouden.
Inhoudsopgave 1 Veiligheidsinstructies....................................................................................................................6 Voordat u in de computer gaat werken.............................................................................................................................. 6 Voordat u begint..............................................................................................................................................................
De CPU-ventilator plaatsen..........................................................................................................................................32 Warmteafleider.................................................................................................................................................................... 33 De warmteafleider verwijderen (UMA).......................................................................................................................
Het wissen van BIOS (System Setup)- en systeemwachtwoorden.............................................................................68 5 Problemen oplossen................................................................................................................... 69 Diagnostische Enhanced Pre-Boot System Assessment (ePSA).................................................................................69 ePSA-diagnose uitvoeren........................................................................
1 Veiligheidsinstructies Volg de onderstaande veiligheidsrichtlijnen om uw persoonlijke veiligheid te garanderen en de computer te beschermen tegen mogelijke schade. Tenzij anders aangegeven, wordt er bij elke procedure in dit document van de volgende veronderstellingen uitgegaan: • • U hebt de veiligheidsinformatie geraadpleegd die bij uw computer is geleverd.
OPMERKING: Voorkom elektrostatische ontlading door uzelf te aarden met een aardingspolsbandje of door regelmatig zowel een ongeverfd metalen oppervlak als een connector aan de achterkant van de computer tegelijkertijd aan te raken. Voordat u begint 1. Sla alle geopende bestanden op en sluit deze, en sluit alle geopende applicaties af. 2. Sluit de computer af. Klik op Start > Aan/uit > Afsluiten.
Onderdelen van een ESD-buitendienstkit De componenten van een ESD-buitendienstkit zijn: • • • • • • • Anti-statische mat – De anti-statische mat is dissipatief en onderdelen kunnen worden geplaatst tijdens serviceprocedures. Bij gebruik van een anti-statische mat, moet uw polsband stevig zijn en de vereffeningsdraad moet worden aangesloten op de mat en op elk blank metaal op het systeem waaraan wordt gewerkt.
4. Houd de last dicht bij uw lichaam. Hoe dichter deze bij uw rug is, des te minder wordt uw rug belast. 5. Houd uw rug recht, zowel bij het optillen als het neerzetten van de last. Voeg het gewicht van uw lichaam niet toe aan de last. Draai uw lichaam en rug niet. 6. Volg dezelfde technieken in omgekeerde volgorde om de last neer te zetten. Nadat u aan de computer heeft gewerkt Nadat u de onderdelen hebt vervangen of teruggeplaatst, moet u controleren of u alle externe apparaten, kaarten, kabels etc.
2 Onderdelen verwijderen en plaatsen Aanbevolen hulpmiddelen Bij de procedures in dit document heeft u mogelijk de volgende hulpmiddelen nodig: • • • Kruiskopschroevendraaier nr. 1 Platte schroevendraaier Plastic pennetje Lijst van schroeven OPMERKING: Bij het verwijderen van de schroeven van een onderdeel, is het raadzaam om het schroeftype en de hoeveelheid schroeven te noteren en deze dan in de schoefopbergdoos te plaatsen.
Onderdeel Vast aan Type schroef Aantal CPU-ventilator Polssteun- en toetsenbordeenheid M2x4 2 Netadapterpoort Polssteun- en toetsenbordeenheid M1.2x2 1 Aan-/uitknop met Polssteun- en optionele vingerafdruklezer toetsenbordeenheid M1.6x2 2 GPU-ventilator Polssteun- en toetsenbordeenheid M2x4 2 M.2 2280 Solid Stateschijf Moederbord M2x4 2 M.
1. Verwijder de vijf schroeven (M2x5) waarmee de onderplaat aan de polssteun- en toetsenbordeenheid is bevestigd. 2. Draai de drie borgschroeven los waarmee de onderplaat aan de polssteun- en toetsenbordeenheid is bevestigd. 3. Maak de onderplaat open vanaf het midden van de bovenkant van de palmsteun en toetsenbordassemblage en volg de richtlijn aangeduid in de afbeelding om de onderplaat te verwijderen. 4. Til de onderplaat weg van de polssteun- en toetsenbordeenheid.
De onderplaat plaatsen Als u een onderdeel vervangt, dient u het bestaande onderdeel te verwijderen alvorens de installatieprocedure uit te voeren. De afbeelding geeft de locatie van de onderplaat aan en biedt een visuele weergave van de plaatsingsprocedure. 1. Plaats de onderplaat op de polssteun- en toetsenbordeenheid en klik de onderplaat vast op zijn plaats. 2. Draai de drie borgschroeven vast waarmee de onderplaat aan de polssteun- en toetsenbordeenheid wordt bevestigd. 3.
• Zorg dat er tijdens het onderhoud van dit product geen schroeven zoekraken of verloren gaan om te voorkomen dat de batterij en andere systeemonderdelen per ongeluk worden doorboord of schade oplopen. • Als de batterij vast komt te zitten in de computer als gevolg van zwellen, moet u niet proberen deze los te maken omdat het doorboren, buigen of pletten van een lithium-ionbatterij gevaarlijk kan zijn. Neem in een dergelijk geval contact op met de technische support van Dell voor hulp. Ga naar www.dell.
1. Plaats de batterij op de polssteun- en toetsenbordeenheid en lijn de schroefgaten in de batterij uit met de schroefgaten in de polssteun- en toetsenbordeenheid. 2. Plaats de vier schroeven (M2x4) waarmee de batterij aan het moederbord en de polssteun- en toetsenbordeenheid wordt bevestigd. 3. Sluit de batterijkabel aan op het moederbord. 1. Plaats de onderplaat. 2. Volg de procedure in Nadat u in de computer hebt gewerkt.
1. Trek de batterijkabel los van het moederbord. 2. Verwijder de zeven schroeven (M2x4) waarmee de batterij aan de polssteun- en toetsenbordeenheid is bevestigd. 3. Til de batterij weg van de polssteun- en toetsenbordeenheid. De 6-cels batterij plaatsen Als u een onderdeel vervangt, dient u het bestaande onderdeel te verwijderen alvorens de installatieprocedure uit te voeren. De afbeelding geeft de locatie van de batterij aan en biedt een visuele weergave van de plaatsingsprocedure.
1. Plaats de batterij op de polssteun- en toetsenbordeenheid en lijn de schroefgaten in de batterij uit met de schroefgaten in de polssteun- en toetsenbordeenheid. 2. Plaats de zeven schroeven (M2x4) terug waarmee de batterij aan het moederbord en de polssteun- en toetsenbordeenheid wordt bevestigd. 3. Sluit de batterijkabel aan op het moederbord. 1. Plaats de onderplaat. 2. Volg de procedure in Nadat u in de computer hebt gewerkt. Geheugenmodules De geheugenmodules verwijderen 1.
1. Til de mylar omhoog en gebruik uw vingertoppen om de bevestigingsklemmetjes aan weerszijden van de sleuf van de geheugenmodule voorzichtig uit elkaar te duwen totdat de module omhoog komt. 2. Schuif en verwijder de geheugenmodule uit de sleuf van de geheugenmodule op het moederbord. De geheugenmodules plaatsen Als u een onderdeel vervangt, dient u het bestaande onderdeel te verwijderen alvorens de installatieprocedure uit te voeren.
3. Druk de geheugenmodule naar beneden totdat deze vastklikt. OPMERKING: Als u geen klik hoort, verwijdert u de geheugenmodule en plaatst u deze nogmaals. 1. Sluit de batterijkabel aan. 2. Plaats de onderplaat. 3. Volg de procedure in Nadat u in de computer hebt gewerkt. WLAN-kaart De WLAN-kaart verwijderen 1. Volg de procedure in Voordat u in de computer gaat werken. 2. Verwijder de onderplaat. 3. Verwijder de batterij.
1. Lijn de inkeping op de WLAN-kaart uit met het lipje op de sleuf voor de WLAN-kaart en plaats de WLAN-kaart onder een hoek in de sleuf. 2. Sluit de antennekabels aan op de WLAN-kaart. 3. Lijn de WLAN-kaartbeugel uit en plaats deze op de WLAN-kaart. 4. Plaats de schroef (M2x4) terug waarmee de WLAN-kaartbeugel aan de WLAN-kaart wordt bevestigd. 1. Plaats de batterij. 2. Plaats de onderplaat. 3. Volg de procedure in Nadat u in de computer hebt gewerkt. Solid State-station De M.
1. Verwijder de twee schroeven (M2x4) waarmee het moduleschild van de Solid State-schijf aan de polssteun- en toetsenbordeenheid is bevestigd. 2. Schuif het moduleschild van de Solid State-schijf uit de sleuf van de Solid State-schijf en verwijder deze. 3. Schuif de module van de Solid State-schijf uit de sleuf van de Solid State-schijf en verwijder deze. De M.
De afbeelding geeft de locatie van de Solid State-schijf aan en biedt een visuele weergave van de plaatsingsprocedure: 1. Lijn indien nodig de beugel van de Solid State-schijf uit om de M.2 2280 Solid State-schijf te kunnen plaatsen. 2. Lijn de inkeping op de module van de Solid State-schijf uit met het lipje op de sleuf van de Solid State-schijf. 3. Schuif de module van de Solid State-schijf onder een hoek stevig in de sleuf van de Solid State-schijf. 4.
De M.2 2230 Solid State-schijf verwijderen 1. Volg de procedure in Voordat u in de computer gaat werken. 2. Verwijder de onderplaat. 3. Koppel de batterijkabel los. De afbeelding geeft de locatie van de M.2 2230 Solid State-schijf aan en biedt een visuele weergave van de verwijderingsprocedure. 1. Verwijder de schroef (M2x4) waarmee de Solid State-schijf aan de polssteun- en toetsenbordeenheid is bevestigd. 2. Schuif de Solid State-schijfmodule uit de sleuf op het moederbord om deze te verwijderen. De M.
De afbeelding geeft de locatie van de M.2 2230 Solid State-schijf aan en biedt een visuele weergave van de plaatsingsprocedure. 1. Lijn indien nodig de beugel van de Solid State-schijf uit om de M.2 2230 Solid State-schijf te kunnen plaatsen. 2. Lijn de inkeping op de module van de Solid State-schijf uit met het lipje op de sleuf van de Solid State-schijf. 3. Schuif de module van de Solid State-schijf onder een hoek stevig in de sleuf van de Solid State-schijf. 4.
De M.2 2280 PCIe Solid State-schijf verwijderen 1. Volg de procedure in Voordat u in de computer gaat werken. 2. Verwijder de onderplaat. 3. Koppel de batterijkabel los. De afbeelding geeft de locatie van de M.2 2280 PCIe Solid State-schijf aan en biedt een visuele weergave van de verwijderingsprocedure. 1. Verwijder de schroef (M2x4) waarmee de Solid State-schijff aan het moederbord is bevestigd. 2. Schuif de Solid State-schijfmodule uit de sleuf op het moederbord om deze te verwijderen. De M.
1. Lijn de inkeping op de module van de Solid State-schijf uit met het lipje op de sleuf van de Solid State-schijf. 2. Schuif de module van de Solid State-schijf onder een hoek stevig in de sleuf van de Solid State-schijf. 3. Plaats de schroef (M2x4) terug waarmee de module van de Solid State-schijf aan het moederbord wordt bevestigd. 1. Sluit de batterijkabel aan. 2. Plaats de onderplaat. 3. Volg de procedure in Nadat u in de computer hebt gewerkt. Harde schijf De harde schijf verwijderen 1.
1. Open de vergrendeling en koppel de kabel van de harde schijf los van het moederbord. 2. Verwijder de drie schroeven (M2x4) waarmee de beugel van de harde schijf aan de polssteun- en toetsenbordeenheid is bevestigd. 3. Til de hardeschijfeenheid samen met de bijbehorende kabel weg van de polssteun- en toetsenbordeenheid. 4. Koppel de interposer los van de harde schijf. 5. Verwijder de vier schroeven (M3x3) waarmee de bracket aan de harde schijf is bevestigd. 6.
1. Plaats de harde schijf in de beugel. 2. Lijn de schroefgaten op de beugel van de harde schijf uit met de schroefgaten op de harde schijf en plaats de vier schroeven (M3x3) terug waarmee de beugel aan de harde schijf wordt bevestigd. 3. Sluit de interposer aan op de harde schijf-eenheid. 4. Lijn de schroefgaten op de harde schijf-eenheid uit met de schroefgaten op de polssteun- en toetsenbordeenheid. 5.
Luidsprekers De luidsprekers verwijderen 1. Volg de procedure in Voordat u in de computer gaat werken. 2. Verwijder de onderplaat. 3. Verwijder de batterij. De afbeelding geeft de locatie van de luidsprekers aan en biedt een visuele weergave van de verwijderingsprocedure. 1. Maak de luidsprekerkabel los van het moederbord. 2. Noteer hoe de luidsprekerkabel loopt en verwijder de luidsprekerkabel uit de geleiders op de polssteun- en toetsenbordeenheid.
1. Gebruik de uitlijningspunten en rubberen dichtingsringen om de luidsprekers in de sleuven op de polssteun- en toetsenbordeenheid te plaatsen. 2. Leid de luidsprekerkabel door de kabelgeleiders op de polssteun- en toetsenbordeenheid. 3. Sluit de luidsprekerkabel aan op het moederbord. 1. Plaats de batterij. 2. Plaats de onderplaat. 3. Volg de procedure in Nadat u in de computer hebt gewerkt. Ventilator van de Graphics Processing Unit (GPU) De GPU-ventilator verwijderen 1.
1. Verwijder de twee schroeven (M2x4) waarmee de GPU-ventilator op de polssteun- en toetsenbordeenheid is bevestigd. 2. Ontkoppel de GPU-ventilatorkabel van het moederbord. 3. Schuif en verwijder de GPU-ventilator van de polssteun- en toetsenbordeenheid. De GPU-ventilator plaatsen Als u een onderdeel vervangt, dient u het bestaande onderdeel te verwijderen alvorens de installatieprocedure uit te voeren.
3. Plaats de twee schroeven (M2x4) terug waarmee de GPU-ventilator op de polssteun- en toetsenbordeenheid wordt bevestigd. 4. Sluit de kabel van de GPU-ventilator aan op het moederbord. 1. Plaats de batterij. 2. Plaats de onderplaat. 3. Volg de procedure in Nadat u in de computer hebt gewerkt. CPU-ventilator De CPU-ventilator verwijderen 1. Volg de procedure in Voordat u in de computer gaat werken. 2. Verwijder de onderplaat. 3. Verwijder de batterij.
1. Schuif en plaats de CPU-ventilator op de polssteun- en toetsenbordeenheid. 2. Lijn de schroefgaten op de CPU-ventilator uit met de schroefgaten op de polssteun- en toetsenbordeenheid. 3. Plaats de twee schroeven (M2x4) terug waarmee de CPU-ventilator op de polssteun- en toetsenbordeenheid is bevestigd. 4. Sluit de kabel van de CPU-ventilator aan op het moederbord. 1. Plaats de batterij. 2. Plaats de onderplaat. 3. Volg de procedure in Nadat u in de computer hebt gewerkt.
1. Maak in de juiste volgorde (aangegeven op de warmteafleider) de vier geborgde schroeven los waarmee de warmteafleider op het moederbord is bevestigd. 2. Til en verwijder de warmteafleider uit de polssteun- en toetsenbordeenheid. De warmteafleider plaatsen (UMA) Als u een onderdeel vervangt, dient u het bestaande onderdeel te verwijderen alvorens de installatieprocedure uit te voeren. De afbeelding geeft de locatie van de warmteafleider aan en biedt een visuele weergave van de plaatsingsprocedure. 1.
1. 2. 3. 4. 5. Plaats de CPU-ventilator. Plaats de GPU-ventilator. Plaats de batterij. Plaats de onderplaat. Volg de procedure in Nadat u in de computer hebt gewerkt. De warmteafleider verwijderen (afzonderlijk) OPMERKING: Het type warmteafleider op uw computer varieert afhankelijk van de bestelde configuratie. 1. 2. 3. 4. 5. Volg de procedure in Voordat u in de computer gaat werken. Verwijder de onderplaat. Verwijder de batterij. Verwijder de GPU-ventilator. Verwijder de CPU-ventilator.
1. Plaats de warmteafleider op het moederbord en lijn de schroefgaten in de warmteafleider uit met de schroefgaten op het moederbord. 2. Maak in de juiste volgorde (aangegeven op de warmteafleider) de zeven geborgde schroeven vast waarmee de warmteafleider op het moederbord is bevestigd. 1. 2. 3. 4. 5. Plaats de CPU-ventilator. Plaats de GPU-ventilator. Plaats de batterij. Plaats de onderplaat. Volg de procedure in Nadat u in de computer hebt gewerkt. Knoopbatterij De knoopbatterij verwijderen 1.
1. Koppel de kabel van de knoopbatterij los van de I/O-kaart. 2. Trek de knoopcelbatterij los van de polssteun- en toetsenbordeenheid. De knoopcelbatterij plaatsen Als u een onderdeel vervangt, dient u het bestaande onderdeel te verwijderen alvorens de installatieprocedure uit te voeren. De afbeelding geeft de locatie van de knoopcelbatterij aan en biedt een visuele weergave van de plaatsingsprocedure.
1. Bevestig de knoopcelbatterij aan de sleuf van de polssteun- en toetsenbordeenheid. 2. Koppel de kabel van de knoopcelbatterij los op de weergegeven manier en sluit deze aan op de I/O-kaart. 1. Plaats de batterij. 2. Plaats de onderplaat. 3. Volg de procedure in Nadat u in de computer hebt gewerkt. I/O-kaart de I/O-kaart verwijderen 1. 2. 3. 4. Volg de procedure in Voordat u in de computer gaat werken. Verwijder de onderplaat. Verwijder de batterij. Verwijder de GPU-ventilator.
1. Open de vergrendeling en koppel de kabel van de I/O-kaart los van de I/O-kaart. 2. Open de vergrendeling en koppel de kabel van de vingerafdruklezer los van de I/O-kaart. 3. Koppel de kabel van de knoopbatterij los van de I/O-kaart. 4. Verwijder de drie schroeven (M2x3) waarmee de I/O-kaart op de polssteun- en toetsenbordeenheid is bevestigd. 5. Til de I/O-kaart weg van de polssteun- en toetsenbordeenheid.
1. Plaats de I/O-kaart op de polssteun- en toetsenbordeenheid. 2. Lijn de schroefgaten op de I/O-kaart uit met de schroefgaten op de polssteun- en toetsenbordeenheid. 3. Plaats de drie schroeven (M2x3) terug waarmee de I/O-kaart op de polssteun- en toetsenbordeenheid is bevestigd. 4. Sluit de kabel van de knoopbatterij op de I/O-kaart aan. 5. Sluit de kabel van de vingerafdruklezer aan op de I/O-kaart en sluit de vergrendeling om de kabel te vergrendelen. 6.
Aan/uit-knop met de optionele vingerafdruklezer De aan-/uitknop met optionele vingerafdruklezer verwijderen 1. 2. 3. 4. 5. 6. Volg de procedure in Voordat u in de computer gaat werken. Verwijder de onderplaat. Verwijder de batterij. Verwijder de WLAN-kaart. Verwijder de GPU-ventilator. Verwijder de I/O-kaart. De afbeelding geeft de locatie van de aan-/uitknop met optionele vingerafdruklezer aan en biedt een visuele weergave van de verwijderingsprocedure. 1. Verwijder de twee schroeven (M1.
1. Gebruik de uitlijnpunten om de aan-/uitknop met optionele vingerafdruklezer op de polssteun- en toetsenbordeenheid te plaatsen. 2. Plaats de twee schroeven (M1.2x2) terug waarmee de aan-/uitknop met optionele vingerafdruklezer aan de polssteun- en toetsenbordeenheid wordt bevestigd. 1. 2. 3. 4. 5. 6. Plaats de I/O-kaart. Plaats de GPU-ventilator. Plaats de WLAN-kaart. Plaats de batterij. Plaats de onderplaat. Volg de procedure in Nadat u in de computer hebt gewerkt.
1. Verwijder de drie schroeven (M2.5x5) waarmee het linker beeldschermscharnier aan de polssteun- en toetsenbordeenheid is bevestigd. 2. Open de beeldschermscharnieren onder een hoek van 90 graden. 3. Verwijder de schroef (M2x4) waarmee de voedingsadapterpoort aan de polssteun- en toetsenbordeenheid is bevestigd. 4. Trek de kabel van de netstroomadapterpoort los uit het moederbord. 5. Til de voedingsadapterpoort, samen met de kabel, uit de polssteun- en toetsenbordeenheid.
1. Sluit de kabel van de netstroomadapterpoort aan op het moederbord. 2. Plaats de schroef (M2x4) terug waarmee de voedingsadapterpoort op de polssteun- en toetsenbordeenheid wordt bevestigd. 3. Gebruik de uitlijningspunten om de beeldschermscharnieren te sluiten. 4. Plaats de drie schroeven (M2.5x5) terug waarmee het linkerscharnier aan het moederbord wordt bevestigd. 1. Plaats de batterij. 2. Plaats de onderplaat. 3. Volg de procedure in Nadat u in de computer hebt gewerkt.
1. Verwijder de drie schroeven (M2x3) waarmee de beugel van de touchpad aan de polssteun- en toetsenbordeenheid is bevestigd. 2. Til de touchpadbeugel weg van de polssteun- en toetsenbordeenheid. 3. Open de vergrendeling en koppel de touchpadkabel los van het moederbord. 4. Verwijder de twee schroeven (M1.6x2) waarmee de touchpad aan de polssteun- en toetsenbordeenheid is bevestigd. 5. Til de touchpad samen met de kabel uit de polssteun- en toetsenbordeenheid.
1. Lijn de touchpad uit en plaats die in de sleuf op de polssteun- en toetsenbordeenheid. 2. Plaats de twee (M1.6x2) schroeven terug waarmee de touchpad aan de polssteun- en toetsenbordeenheid is bevestigd. 3. Schuif de touchpadkabel in de connector op het moederbord en sluit de vergrendeling om de kabel vast te zetten. 4. Lijn de beugel van de touchpad uit en plaats die in de sleuf op de polssteun- en toetsenbordeenheid. 5.
De afbeelding geeft de locatie van de beeldschermeenheid aan en biedt een visuele weergave van de verwijderingsprocedure.
1. Zoek de beeldschermkabel en -scharnieren op uw computer. 2. Verwijder de tape waarmee de beeldschermkabel aan het moederbord is bevestigd. 3. Open de vergrendeling en koppel de beeldschermkabel los van het moederbord. 4. Verwijder de drie schroeven (M2.5x5) waarmee het linkerbeeldschermscharnier aan het moederbord is bevestigd. 5. Verwijder de drie schroeven (M2.5x5) waarmee het rechterbeeldschermscharnier aan het moederbord is bevestigd. 6. Open de beeldschermscharnieren onder een hoek van 90 graden. 7.
De beeldschermeenheid plaatsen Als u een onderdeel vervangt, dient u het bestaande onderdeel te verwijderen alvorens de installatieprocedure uit te voeren. De afbeelding geeft de locatie van het onderdeel aan en biedt een visuele voorstelling van de plaatsingsprocedure.
1. Plaats de beeldschermassemblage op een schoon en vlak oppervlak. 2. Lijn de polssteun- en toetsenbordeenheid uit en plaats deze op de beeldschermeenheid. 3. Gebruik de uitlijningspunten om de beeldschermscharnieren te sluiten. 4. Plaats de drie schroeven (M2.5x5) terug waarmee het linkerscharnier van het beeldscherm aan het moederbord wordt bevestigd. 5. Plaats de drie schroeven (M2.5x5) terug waarmee het rechterscharnier van het beeldscherm aan het moederbord wordt bevestigd. 6.
5. Verwijder de beeldschermassemblage. De afbeelding geeft de locatie van het montagekader van het beeldscherm aan en biedt een visuele weergave van de verwijderingsprocedure. 1. Wrik de randen van het montagekader van het beeldscherm voorzichtig los van de achterplaat van het beeldscherm en de antenneeenheid. 2. Verwijder het montagekader van het beeldscherm uit de achterplaat van het beeldscherm en de antenne.
Lijn de schermrand uit met de achterplaat van het beeldscherm en de antenne, en klik de schermrand voorzichtig op zijn plaats. 1. 2. 3. 4. 5. Plaats de beeldschermeenheid. Plaats de WLAN-kaart. Plaats de batterij. Plaats de onderplaat. Volg de procedure in Nadat u in de computer hebt gewerkt. Moederbord Het moederbord verwijderen 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10. 11. 52 Volg de procedure in Voordat u in de computer gaat werken. Verwijder de onderplaat. Verwijder de batterij. Verwijder de M.
De afbeelding geeft de locatie van het moederbord aan en biedt een visuele weergave van de verwijderingsprocedure.
Onderdelen verwijderen en plaatsen
1. Open de vergrendeling en koppel de kabel van de I/O-kaart los van het moederbord. 2. Koppel de kabel van de voedingsadapter los van de systeemkaart. 3. Maak de luidsprekerkabel los van het moederbord. 4. Open de vergrendeling en koppel de touchpadkabel los van de systeemkaart. 5. Open de vergrendeling en koppel de kabel van de toetsenbordverlichting los van het moederbord. 6. Verwijder de Mylar op de toetsenbordconnector. 7.
Onderdelen verwijderen en plaatsen
Onderdelen verwijderen en plaatsen 57
1. Schuif de poorten op de systeemkaart in de sleuven in de polssteun- en toetsenbordeenheid en lijn de schroefgaten in de systeemkaart uit met de schroefgaten in de polssteun- en toetsenbordeenheid. 2. Plaats de zes schroeven (M2x4) terug waarmee het moederbord op de polssteun- en toetsenbordeenheid wordt bevestigd. 3. Sluit de beeldschermkabel aan op de connector op het moederbord. 4. Bevestig de beeldschermkabel met de tape op het moederbord. 5.
Polssteun- en toetsenbordeenheid De polssteun- en toetsenbordeenheid verwijderen 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10. 11. 12. 13. 14. Volg de procedure in Voordat u in de computer gaat werken. Verwijder de onderplaat. Verwijder de batterij. Verwijder de WLAN-kaart. Verwijder de harde schijf. Verwijder de GPU-ventilator. Verwijder de CPU-ventilator. Verwijder de luidsprekers. Verwijder de beeldschermassemblage. Verwijder de I/O-kaart. Verwijder de aan-/uitknop met de vingerafdruklezer.
Plaats de polssteun- en toetsenbordeenheid op een vlak oppervlak. 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10. 11. 12. 13. 14. 60 Plaats het moederbord. Plaats de touchpad. Plaats de voedingsadapterpoort. Plaats de aan-/uitknop met vingerafdruklezer. Plaats de I/O-kaart. Plaats de beeldschermeenheid. De luidsprekers plaatsen. Plaats de CPU-ventilator. Plaats de GPU-ventilator. Plaats de harde schijf. Plaats de WLAN-kaart. Plaats de batterij. Plaats de onderplaat.
3 Apparaatstuurprogramma's Installatieprogramma voor Intel chipset-software Controleer in Apparaatbeheer of het chipsetstuurprogramma is geïnstalleerd. Installeer de updates voor de Intel chipset via www.dell.com/support. Videostuurprogramma's Controleer in Apparaatbeheer of het videostuurprogramma is geïnstalleerd. Installeer de update van het videostuurprogramma via www.dell.com/support. Stuurprogramma Intel Serial IO Controleer in Apparaatbeheer of het Intel Serial IO-stuurprogramma is geïnstalleerd.
4 Systeemsetup OPMERKING: Afhankelijk van de computer en de geïnstalleerde apparaten kunnen de onderdelen die in dit gedeelte worden vermeld wel of niet worden weergegeven. Systeeminstallatie WAARSCHUWING: Tenzij u een computerexpert bent, dient u de instellingen voor dit programma niet te wijzigen. Door bepaalde wijzigingen is het mogelijk dat de computer niet goed meer werkt.
Opstartvolgorde Via Boot Sequence kunnen gebruikers de door System Setup gedefinieerde volgorde van het opstartapparaat omzeilen en direct op een specifiek apparaat opstarten (bijvoorbeeld een optische schijf of harde schijf). U kunt het volgende doen tijdens de Power-on Self Test (POST), zodra het Dell logo verschijnt: • • System Setup openen door op de F2-toets te drukken; het eenmalige opstartmenu openen door op de F12-toets te drukken.
Algemene systeeminformatie Current Clock Speed Toont de huidige kloksnelheid van de processor. Minimum Clock Speed Toont de minimale kloksnelheid van de processor. Maximum Clock Speed Toont de maximale kloksnelheid van de processor. Processor L2 Cache Toont de L2 cache-grootte van de processor. Processor L3 Cache Toont de L3 cache-grootte van de processor. HT Capable Toont of de processor geschikt is voor HyperThreading (HT). 64-Bit Technology Toont of 64-bits technologie wordt gebruikt.
Systeemconfiguratie Enable External USB Port Hiermee kunt u opstarten vanaf USB-opslagapparaten die zijn aangesloten op de externe USB-poort in- of uitschakelen. Audio Hiermee kunt u de geïntegreerde audiocontroller in- of uitschakelen. Keyboard Illumination Hiermee kunt u de bewerkingsmodus van de functie voor toetsenbordverlichting configureren.
Tabel 7. Opties van System Setup - menu Intel Software Guard Extensions (Extensies van Intel Software Guard) Extensies van Intel Software Guard Intel SGX Enable Hiermee kunt u Extensies van Intel Software Guard in- of uitschakelen. Enclave Memory Size Hiermee kunt u de geheugengrootte voor de Enclave-reserve van Extensies van Intel Software Guard instellen. Prestaties Multi Core-ondersteuning Hiermee kunt u meerdere cores inschakelen. Standaard: Enabled (Ingeschakeld).
Extensies van Intel Software Guard Logo op volledig scherm Hiermee kunt u het logo voor de volledige schermweergave in- of uitschakelen. Warnings and Errors Hiermee kunt u de opties voor waarschuwingen en fouten configureren die ervoor zorgen dat het opstartproces wordt gepauzeerd wanneer waarschuwingen of foutmeldingen worden gedetecteerd, in plaats van dat het opstartproces stopt, een vraag stelt en wacht op input van de gebruiker.
CMOS-instellingen wissen WAARSCHUWING: Met het wissen van de CMOS-instellingen worden de standaardinstellingen van het BIOS op uw computer hersteld. 1. Verwijder de onderplaat. 2. Trek de batterijkabel los van het moederbord. 3. Verwijder de knoopbatterij. 4. Wacht één minuut. 5. Plaats de knoopbatterij terug. 6. Sluit de batterijkabel aan op het moederbord. 7. Plaats de onderplaat terug.
5 Problemen oplossen Diagnostische Enhanced Pre-Boot System Assessment (ePSA) De ePSA-diagnose (ook bekend als systeemdiagnose) voert een volledige controle van uw hardware. ePSA maakt deel uit van het BIOS en wordt door het BIOS intern gestart.
De volgende tabel bevat de verschillende lichtpatronen voor de stroom- en batterijstatus en bijbehorende problemen. Tabel 13.
OPMERKING: Toepassingen duurt maximaal drie opeenvolgende gestart nadat enablement te zien over de volledige prestaties voordelen. Intel Optane geheugen uitschakelen WAARSCHUWING: Na het uitschakelen van Intel Optane geheugen, niet het stuurprogramma voor Intel Rapid Storage Technologie zoals dat zal resulteren in een fout met blauw scherm. De Intel Rapid Storage Technologie user interface kan worden verwijderd zonder de installatie van het stuurprogramma.
Reststroomafgifte Reststroom is de resterende statische elektriciteit die in de computer overblijft zelfs wanneer die is uitgezet en de batterij is verwijderd. De volgende procedure bevat de instructies voor de afgifte van reststroom: 1. Zet de computer uit. 2. Verwijder de onderplaat. 3. Verwijder de batterij. 4. Houd de aan/uit-knop 15 seconden ingedrukt om de reststroom af te voeren. 5. Plaats de batterij terug. 6. Plaats de onderplaat terug. 7. Zet de computer aan.
6 Hulp verkrijgen en contact opnemen met Dell Bronnen voor zelfhulp U kunt informatie en hulp bij Dell-producten en services krijgen door middel van deze bronnen voor zelfhulp. Tabel 14. Bronnen voor zelfhulp Bronnen voor zelfhulp Bronlocatie Informatie over producten en services van Dell www.dell.com Mijn Dell Tips Contact opnemen met de ondersteuning In Windows Zoeken typt u Contact Support en drukt u op Enter. Online help voor besturingssysteem www.dell.com/support/windows www.dell.