Dell™ Systeembeheerhandleiding Informatie over Intel® Active Management Technology Toewijzing Overzicht van de installatie en configuratie van Intel AMT Intel Management Engine BIOS Extension (MEBx) Provisionering: Installatie en configuratie voltooien De Intel AMT WebGUI gebruiken Seriële en IDE-verbindingen omleiden Problemen oplossen Opmerkingen, kennisgevingen en waarschuwingen OPMERKING: Een OPMERKING geeft belangrijke informatie weer waardoor u de pc beter benut.
Terug naar inhoudsopgave Toewijzing Dell™ Systeembeheerhandleiding Wanneer een computer aan een gebruiker kan worden toegewezen, sluit u de computer aan op een voedingsbron en vervolgens op een netwerk. Gebruik de ingebouwde Intel® 82566MM NIC. Intel Active Management Technology (iAMT®) werkt bij geen andere NIC-oplossing. Wanneer de computer wordt ingeschakeld, gaat deze onmiddellijk op zoek naar een installatie- en configuratieserver (SCS).
Terug naar inhoudsopgave Intel® Management Engine BIOS Extension (MEBx) Dell™ Systeembeheerhandleiding Overzicht van Intel MEBx De Intel Management Engine (ME) configureren De computer configureren om de Intel AMT-functies te ondersteunen Standaardinstellingen van MEBx Overzicht van MEBx De Intel® Management Engine BIOS Extension (MEBx) geeft configuratieopties op platformniveau waarmee u de werking van het Management Engine (ME) platform kunt configureren.
Het nieuwe wachtwoord moet de volgende elementen bevatten: l l l l l Acht tekens Eén hoofdletter Eén kleine letter Een cijfer Een speciaal (niet alfanumeriek) teken, zoals !, $ of ;, behalve de tekens :, " en ,. Het liggend streepje ( _ ) en de spatie zijn geldige wachtwoordtekens, maar voegen niets toe aan de complexiteit van het wachtwoord.
Wanneer de optie ME State Control (regeling ME-toestand) is ingeschakeld, kunt u de ME uitschakelen om de ME-computer te isoleren van het hoofdplatform terwijl er een veldfout wordt opgespoord. De onderstaande tabel geeft de gegevens van de opties.
De optie ME Firmware Local Update (lokale update ME-firmware) Optie Omschrijving Always Open (altijd geopend) Het kanaal voor het lokaal updaten van ME firmware is altijd ingeschakeld. Bij een opstartcyclus verandert 'ingeschakeld' niet in 'uitgeschakeld'. De optie ME FW Local Update (lokale update MEfirmware) kunt u negeren. Never (nooit) Het kanaal voor het lokaal updaten van ME firmware wordt beheerd door de optie ME FW Local Update (lokale update ME-firmware), die kan worden in- of uitgeschakeld.
Intel ME Features Control (regeling Intel ME-functies) Het menu ME Features Control (regeling Intel ME-functies) bevat de volgende configuratieselectie. Manageability Feature Selection (beheerfunctie selecteren) Wanneer u de optie Manageability Feature Selection (beheerfunctie selecteren) selecteert in het menu ME Features Control (regeling Intel ME-functies), verschijnt het menu ME Manageability Feature (ME-beheerfunctie).
Wanneer u de optie verandert van Intel AMT in None (geen), verschijnt er een waarschuwing dat Intel AMT automatisch wordt gedeprovisioneerd als u de wijziging accepteert. De optie None (geen) heeft geen beheerbaarheidfunctie van de ME-computer. In dit geval is de firmware geladen (ME is nog steeds ingeschakeld), maar blijven de beheertoepassingen uitgeschakeld.
De pagina Intel AMT Configuration (configuratie Intel AMT) bevat de onderstaande door gebruikers configureerbare opties. Zie Enterprise-modus en SMB-modus voor afbeeldingen van deze menuopties.
l Provisioning Mode (provisioneringsmodus) – Enterprise** / Small Business Hiermee kunt u kiezen tussen de modus voor kleinbedrijf en grootbedrijf. De Enterprise-modus heeft mogelijk andere beveiligingsinstellingen dan de modus voor kleinbedrijf. Vanwege de verschillende beveiligingsinstellingen vereist elke modus een ander proces om het installatie- en configuratieproces te voltooien.
l l l Username and Password (gebruikersnaam en wachtwoord) – DISABLED** (uitgeschakeld) / ENABLED (ingeschakeld) Deze optie geeft de verificatie van de gebruiker voor de SOL/IDER-sessie. Als het Kerberos-protocol wordt gebruikt, stelt u deze optie in op Disabled (uitgeschakeld) en stelt u de verificatie van de gebruiker in via Kerberos. Als Kerberos niet wordt gebruikt, kunt u kiezen of u de verificatie van de gebruiker voor de SOL/IDER-sessie wilt in- of uitschakelen.
Idle Timeout (time-out bij inactiviteit) Gebruik deze instelling om de time-out bij inactiviteit van ME WoL te definiëren. Wanneer deze timer verloopt, wordt de ME in een energiebesparende stand gezet. Deze time-out wordt pas van kracht wanneer er een ME WoL-energiebeleid wordt geselecteerd. Voer de waarde in minuten in.
Intel AMT 2.6 Mode (Intel AMT 2.6-modus) Small Business l l Provision Model (provisioneringsmodel) Schakel SOL in Schakel IDE-R in l l SOL/IDE-R Remote FW Update (externe firmware-update) Enabled (ingeschakeld) Sla MEBx op en sluit deze af en start de computer met het Microsoft® Windows®-besturingssysteem op.
AMT 2.
Terug naar inhoudsopgave Informatie over Intel® Active Management Technology Dell™ Systeembeheerhandleiding Met Intel® Active Management Technology (Intel AMT of iAMT®) kunnen bedrijven eenvoudig hun netwerkcomputers beheren. IT-beheer kan: l Computeractiva ontdekken op een netwerk, ongeacht of de computer is in- of uitgeschakeld. Intel AMT gebruikt informatie die is opgeslagen op nietvluchtig computergeheugen om de computer te bereiken.
Terug naar inhoudsopgave Seriële en IDE-verbindingen omleiden Dell™ Systeembeheerhandleiding Met Intel® AMT is het mogelijk om seriële en IDE-verbindingen om te leiden van een beheerde client naar een beheerconsole, ongeacht de opstart- en energiestatus van de beheerde client. De client hoeft alleen maar geschikt te zijn voor Intel AMT en over een verbinding naar een energiebron en een netwerkverbinding te beschikken.
Terug naar inhoudsopgave Overzicht van de installatie en configuratie van Intel® AMT Dell™ Systeembeheerhandleiding Termen Installatie- en configuratietoestanden Termen Hieronder volgt een lijst met belangrijke termen die betrekking hebben op de installatie en configuratie van Intel® AMT: l l l l l l l Installatie en configuratie – Het proces dat de door Intel AMT beheerde computer vult met gebruikersnamen, wachtwoorden en netwerkparameters waarmee de computer op afstand kan worden beheerd.
Terug naar inhoudsopgave Provisionering: Het installatie- en configuratieproces voltooien Dell™ Systeembeheerhandleiding Een configuratieservice gebruiken om de provisionering te voltooien De MEBx-interface gebruiken om de provisionering te voltooien De computer moet worden geconfigureerd voordat de Intel® AMT-mogelijkheden gereed zijn voor interactie met de beheertoepassing.
Installeren en configureren met een USB-opslagapparaat 1. Formatteer een USB-apparaat met het FAT16-bestandssysteem en zonder volumenaam en leg het opzij. 2. Open de toepassing Altiris® Dell Client Manager door te dubbelklikken op het bureaubladpictogram of via het menu Start. 3. Selecteer AMT Quick Start (AMT snel starten) in het linkernavigatiemenu om de Altiris-console te openen. 4. Klik op het plusteken (+) om de sectie Intel AMT Getting Started (aan de slag met Intel AMT) uit te vouwen.
5. Klik op het plusteken (+) om de sectie Section 1. Provisioning (sectie 1: provisionering) uit te vouwen. 6. Klik op het plusteken (+) om de sectie Basic Provisioning (without TLS) (basisprovisionering (zonder TLS)) uit te vouwen.
7. Selecteer Step 1. Configure DNS (stap 1: DNS configureren). De meldingserver waarop een out-of-band beheeroplossing is geïnstalleerd, moet in DNS zijn geregistreerd als "ProvisionServer". 8. Klik op Test op het scherm DNS Configuration (DNS-configuratie) om te bevestigen dat in DNS de optie ProvisionServer is ingesteld en dat deze overschakelt naar de juiste Intel-installatie- en configuratieserver (SCS).
De IP-adressen voor de ProvisionServer en Intel SCS zijn nu zichtbaar. 9. Selecteer Step 2. Discovery Capabilities (stap 2: functies ontdekken).
10. Bevestig dat de instelling is Enabled (ingeschakeld). Is de instelling Disabled (uitgeschakeld), dan klikt u op het selectievakje naast Disabled (uitgeschakeld) en vervolgens op Apply (toepassen). 11. Selecteer Step 3. View Intel AMT Capable Computers (stap 3: de voor Intel AMT geschikte computer weergeven).
Alle computers op het netwerk die geschikt zijn voor Intel AMT, worden in de lijst weergegeven. 12. Selecteer Step 4. Create Profile (stap 4: profiel aanmaken).
13. Klik op het plusteken (+) om een nieuw profiel toe te voegen. 14. Op het tabblad General (algemeen) kan de beheerder de profielnaam, de beschrijving en het wachtwoord wijzigen. De beheerders stellen een standaard wachtwoord in voor eenvoudig gebruik in de toekomst. Selecteer het keuzerondje manual (handmatig) en voer een nieuw wachtwoord in.
15. Het tabblad Network (netwerk) biedt de mogelijkheid om pingreacties, VLAN, WebUI, Serial over LAN en IDE Redirection in te schakelen. Als u Intel AMT handmatig gaat configureren, zijn deze instellingen ook beschikbaar in de MEBx. 16. Het tabblad TLS (Transport Layer Security) biedt de mogelijkheid om TLS in te schakelen. Als TLS is ingeschakeld, worden andere gegevens vereist, zoals de servernaam, algemene naam en het type van de certificeringsinstantie en het certificaatsjabloon. 17.
18. Het tabblad Power Policy (energiebeleid) beschikt over configuratieopties om de slaapstanden van Intel AMT en een Idle Timeout-instelling (time-out bij inactiviteit) te selecteren. Het is raadzaam om de optie Idle timeout altijd op 1 in te stellen voor optimale prestaties. 19. Selecteer Step 5. Generate Security Keys (stap 5: beveiligingscodes genereren).
20. Selecteer het pictogram met de pijl wijzend naar Export Security Keys to USB Key (beveiligingscodes exporteren naar USB-sleutel). 21. Selecteer het keuzerondje Generate keys before export (codes genereren voor export).
22. Voer het aantal te genereren codes in (afhankelijk van het aantal te provisioneren computers). Het standaardaantal is 50. 23. Het standaard Intel ME-wachtwoord is admin. Configureer het nieuwe Intel ME-wachtwoord voor de omgeving.
24. Klik op Generate (genereren). Wanneer de codes zijn gemaakt, verschijnt er een koppeling links van de knop Generate (genereren). 25. 26. Plaats het eerder geformatteerde USB-apparaat in een USB-connector op de ProvisioningServer. Klik op de koppeling Download USB key file (USB-sleutelbestand downloaden) om het bestand setup.bin naar het USB-apparaat te downloaden. Het USB-apparaat wordt standaard herkend; sla het bestand op het USB-apparaat op.
c. Klik op Close (sluiten) in het dialoogvenster Download complete (downloaden voltooid). Het bestand setup.bin is nu zichtbaar in het Explorer-venster van het station. 27. 28. Sluit het venster Export Security Keys to USB Key (beveiligingscodes exporteren naar USB-sleutel) en de Explorer-vensters van het station om terug te keren naar de Altiris-console. Ga met het USB-apparaat naar de computer, sluit het apparaat aan en schakel de computer in.
30. Press any key to continue with system boot... (Druk op een willekeurige toets om door te gaan met het opstarten van het systeem...) 31. 32. Zodra dit is voltooid, schakelt u de computer uit en gaat u terug naar de beheerserver. Selecteer Step 6. Configure Automatic Profile Assignments (stap 6: automatische profieltoewijzingen configureren). 33. Controleer of de instelling is ingeschakeld. Selecteer in de vervolgkeuzelijst Intel AMT 2.0+ het eerder gemaakte profiel.
34. Selecteer Step 7. Monitor Provisioning Process (stap 7: provisioneringsproces beheren). De computers waarop de codes zijn toegepast, verschijnen in de systeemlijst. Aanvankelijk is de status Unprovisioned (gedeprovisioneerd). Vervolgens verandert de systeemstatus in In provisioning (in provisionering) en ten slotte wordt deze aan het einde van het proces gewijzigd in Provisioned (geprovisioneerd).
35. Selecteer Step 8. Monitor Profile Assignments (stap 8: profieltoewijzingen beheren). De computers waaraan profielen zijn toegewezen, verschijnen in de lijst. Elke computer wordt geïdentificeerd door de kolommen FQDN, UUID en Profile Name (profielnaam).
Wanneer de computers zijn geprovisioneerd, worden ze weergegeven in de map Collections (verzamelingen) in All configured Intel AMT computers (alle geconfigureerde Intel AMT-computers). De MEBx-interface gebruiken om de provisionering te voltooien Intel® AMT kan worden geïnstalleerd voor de operationele modus Enterprise (organisaties) of Small and Medium Business (kleine en middelgrote bedrijven) (ookwel provisioneringsmodellen genoemd).
Met de configuratie van Intel AMT worden alle Intel AMT-opties ingesteld die niet bij de installatie van Intel AMT worden meegenomen, zoals het inschakelen van de computer voor Serial-Over-LAN (SOL) of IDE-Redirect (IDE-R). U kunt de instellingen die in de configuratiefase zijn bepaald, heel vaak tijdens de levensduur van de computer wijzigen. De wijzigingen kunnen lokaal op de computer worden aangebracht of via een beheerconsole.
3. Selecteer Change Intel ME Password (Intel ME-wachtwoord wijzigen). Druk op . Typ het nieuw wachtwoord tweemaal in ter verificatie. Het nieuwe wachtwoord moet de volgende elementen bevatten: l l l l l Acht tekens Eén hoofdletter Eén kleine letter Een cijfer Een speciaal (niet alfanumeriek) teken, zoals !, $, of ; behalve de tekens :, " en ,. Het liggend streepje ( _ ) en de spatie zijn geldige wachtwoordtekens, maar voegen niets toe aan de complexiteit van het wachtwoord.
5. Het onderstaande bericht verschijnt: System resets after configuration change. Continue (Y/N) (Het systeem wordt opnieuw ingesteld na de configuratiewijziging. Doorgaan (ja/nee)). Druk op . 6. Intel ME State Control (regeling Intel ME-toestand) is de volgende optie. De standaardinstelling voor deze optie is Enabled (ingeschakeld). Wijzig deze instelling niet in Disabled (uitgeschakeld).
7. 8. Selecteer Intel ME Firmware Local Update (lokale update Intel ME-firmware). Druk op . Selecteer Always Open (altijd geopend). Druk op . De standaardinstelling voor deze optie is Disabled (uitgeschakeld). 9. Selecteer Intel ME Features Control (regeling Intel ME-functies). Druk op .
10. Manageability Feature Selection (beheerfunctie selecteren) is de volgende optie. Deze functie stelt de platformbeheermodus in. De standaardinstelling is Intel AMT. Wanneer u de optie None (geen) selecteert, worden alle functies voor extern beheer uitgeschakeld. 11. Selecteer Return to Previous Menu (terug naar vorig menu). Druk op .
12. Selecteer Intel ME Power Control (energiebeheer Intel ME). Druk op . 13. Intel ME ON in Host Sleep States (Intel ME ingeschakeld in hostslaaptoestanden) is de volgende optie. De standaardinstelling is Mobile (mobiel): ON in S0.
14. Selecteer Return to Previous Menu (terug naar vorig menu). Druk op . 15. Selecteer Return to Previous Menu (terug naar vorig menu). Druk op . 16. Sluit de installatie van MEBx af en sla de ME-configuratie op. De computer geeft het bericht Intel ME Configuration Complete (configuratie Intel ME voltooid) weer en wordt opnieuw opgestart. Wanneer de ME-configuratie voltooid is, kunt u de Intel AMT-instellingen configureren.
4. Selecteer Host Name (hostnaam). Druk op . Typ vervolgens een unieke naam in voor deze Intel AMT-computer. Druk op . Spaties worden niet geaccepteerd in de hostnaam. Controleer of de hostnaam niet al op het netwerk voorkomt. Hostnamen kunnen worden gebruikt in plaats van het IP-adres van de computer voor alle toepassingen die het IP-adres nodig hebben. 5. Selecteer TCP/IP. Druk op .
l [DHCP Enable] Disable DHCP (Y/N) ([DHCP inschakelen] DHCP uitschakelen: (ja/nee)) Druk op . l Domain Name (domeinnaam) Typ de domeinnaam in het veld.
6. Selecteer Provision Server (provisioneringsserver) in het menu. Druk op . 7. Typ de provisioneringsserver-IP in het adresveld voor de provisioneringsserver en druk op .
OPMERKING: De standaardinstelling is 0.0.0.0. Deze standaardinstelling werkt alleen als de DNS-server een ingang heeft zodat de techprovisioneringsserver naar de IP van de provisioneringsserver kan overschakelen. 8. Typ de poort in het veld Port number (poortnummer) en druk op . OPMERKING: De standaardinstelling is 0. Als u deze laat staan, probeert de AMT verbinding te maken met de provisioneringsserver op poort 9971.
10. Selecteer SOL/IDE-R. Druk op . 11. Het volgende bericht verschijnt en vereist de reactie die wordt aangegeven in de volgende lijst met opsommingstekens: l [Caution] System resets after configuration changes. Continue: (Y/N) ([Let op] Het systeem wordt opnieuw ingesteld na de configuratiewijziging. Doorgaan: (ja/nee)) Druk op .
l User name & Password (gebruikersnaam en -wachtwoord) ¡ Selecteer Enabled (ingeschakeld) en druk op . Met deze optie kunt u via de WebGUI gebruikers en wachtwoorden toevoegen. Als deze optie wordt uitgeschakeld, heeft alleen de beheerder externe toegang tot de MEBx. l Serial Over LAN (serieel via LAN) Selecteer Enabled (ingeschakeld) en druk op .
l IDE Redirection (IDE-omleiding) Selecteer Enabled (ingeschakeld) en druk op . 12. Secure Firmware Update (beveiligde firmware-update) is de volgende optie. De standaardinstelling is Enabled (ingeschakeld).
13. Sla Set PRTC (PRTC instellen) over. 14. Idle Timeout (time-out bij inactiviteit) is de volgende optie. De standaardinstelling is 1. Deze time-out is alleen van toepassing wanneer er een WoLoptie is geselecteerd in stap 13 van het proces voor het inschakelen van de ME voor de Enterprise-werkingsmodus. instelling moet worden gebruikt bij stap 13.
15. Selecteer Return to Previous Menu (terug naar vorig menu). Druk op . 16. Selecteer Exit (afsluiten). Druk op .
17. Het onderstaande bericht verschijnt: Are you sure you want to exit? (Y/N) (weet u zeker dat u wilt afsluiten? (ja/nee)): Druk op . 18. De computer start opnieuw op. Schakel de computer uit en koppel de voedingskabel los. De computer is nu in de installatietoestand en gereed voor toewijzing. SMB-modus De Intel® Management Engine BIOS Extension (MEBx) is een door Intel aan Dell geleverde optionele ROM-module om in de Dell™ BIOS op te nemen. De MEBx is aangepast aan Dell™-computers.
1. Schakel de computer in en druk tijdens het opstarten op wanneer het Dell-logoscherm verschijnt om de MEBx-toepassing te openen. 2. Typ admin in het veld Intel ME Password (Intel ME-wachtwoord). Druk op . Wachtwoorden zijn hoofdlettergevoelig. U moet het standaardwachtwoord wijzigen voordat u de MEBx-opties wijzigt. 3. Selecteer Change Intel ME Password (Intel ME-wachtwoord wijzigen). Druk op . Typ het nieuw wachtwoord tweemaal in ter verificatie.
5. Het onderstaande bericht verschijnt: System resets after configuration change. Continue (Y/N) (Het systeem wordt opnieuw ingesteld na de configuratiewijziging. Doorgaan (ja/nee)). Druk op . 6. Intel ME State Control (regeling Intel ME-toestand) is de volgende optie. De standaardinstelling voor deze optie is Enabled (ingeschakeld). Wijzig deze instelling niet in Disabled (uitgeschakeld).
7. 8. Selecteer Intel ME Firmware Local Update (lokale update Intel ME-firmware). Druk op . Selecteer Disabled (uitgeschakeld). Druk op . De standaardinstelling voor deze optie is Disabled (uitgeschakeld). 9. Selecteer Intel ME Features Control (regeling Intel ME-functies). Druk op .
10. Manageability Feature Selection (beheerfunctie selecteren) is de volgende optie. Deze functie stelt de platformbeheermodus in. De standaardinstelling is Intel AMT. Wanneer u de optie None (geen) selecteert, worden alle functies voor extern beheer uitgeschakeld. 11. Selecteer Return to Previous Menu (terug naar vorig menu). Druk op .
12. Selecteer Intel ME Power Control (energiebeheer Intel ME). Druk op . 13. Intel ME ON in Host Sleep States (Intel ME ingeschakeld in hostslaaptoestanden) is de volgende optie. De standaardinstelling is Mobile (mobiel): ON in S0.
14. Selecteer Return to Previous Menu (terug naar vorig menu). Druk op . 15. Selecteer Return to Previous Menu (terug naar vorig menu). Druk op . 16. Sluit de installatie van MEBx af en sla de ME-configuratie op. De computer geeft het bericht Intel ME Configuration Complete (configuratie Intel ME voltooid) weer en wordt opnieuw opgestart. Wanneer de ME-configuratie voltooid is, kunt u de Intel AMT-instellingen configureren.
4. 5. Selecteer Host Name (hostnaam). Druk op . Typ vervolgens een unieke naam in voor deze Intel AMT-computer. Druk op . Spaties worden niet geaccepteerd in de hostnaam. Controleer of de hostnaam niet al op het netwerk voorkomt. Hostnamen kunnen worden gebruikt in plaats van het IP-adres van de computer voor alle toepassingen die het IP-adres nodig hebben. 6. 7. l Selecteer TCP/IP. Druk op .
l [DHCP Enable] Disable DHCP (Y/N) ([DHCP inschakelen] DHCP uitschakelen (ja/nee)) Druk op . l Domain Name (domeinnaam) Typ de domeinnaam in het veld.
8. 9. Selecteer Provision Model (provisioneringsmodel) in het menu. Druk op . Het onderstaande bericht verschijnt: Het onderstaande bericht verschijnt: l Change to Intel AMT 1.0 Mode: (Y/N) (wijzigen in AMT 1.0-modus: (ja/nee)) Druk op .
10. Sla de optie Un-Provision (deprovisioneren) over. Met deze optie krijgt de computer weer de standaard fabrieksinstellingen. Zie Terugkeren naar standaard voor meer informatie over deprovisioneren. 11. Selecteer SOL/IDE-R. Druk op . 12.
l User name & Password (gebruikersnaam en -wachtwoord) Selecteer Enabled (ingeschakeld) en druk op . Met deze optie kunt u via de WebGUI gebruikers en wachtwoorden toevoegen. Als deze optie wordt uitgeschakeld, heeft alleen de beheerder externe toegang tot de MEBx. l Serial Over LAN (serieel via LAN) Selecteer Enabled (ingeschakeld) en druk op .
l IDE Redirection (IDE-omleiding) Selecteer Enabled (ingeschakeld) en druk op . 13. Secure Firmware Update (beveiligde firmware-update) is de volgende optie. De standaardinstelling is Enabled (ingeschakeld).
14. Sla Set PRTC (PRTC instellen) over. 15. Idle Timeout (time-out bij inactiviteit) is de volgende optie. De standaardinstelling is 1. Deze time-out is alleen van toepassing wanneer er een WoLoptie is geselecteerd in stap 13 van het proces voor het inschakelen van de ME voor de SMB-werkingsmodus.
16. Selecteer Return to Previous Menu (terug naar vorig menu). Druk op . 17. Selecteer Exit (afsluiten). Druk op .
18. Het onderstaande bericht verschijnt: Are you sure you want to exit? (Y/N) (weet u zeker dat u wilt afsluiten? (ja/nee)): Druk op . 19. De computer start opnieuw op. Schakel de computer uit en koppel de voedingskabel los. De computer is nu in de installatietoestand en gereed voor toewijzing.
Terug naar inhoudsopgave Problemen oplossen Dell™ Systeembeheerhandleiding Terugkeren naar standaard (deprovisioneren) Firmware flashen Serial-Over-LAN (SOL) en IDE Redirection (IDE-R) Foutberichten In deze sectie worden een paar basisstappen voor probleemoplossing beschreven om uit te voeren bij problemen met de configuratie van Intel® AMT. Terugkeren naar standaard (deprovisioneren) Terugkeren naar standaard wordt ook wel deprovisioneren genoemd.
Terug naar inhoudsopgave De Intel® AMT WebGUI gebruiken Dell™ Systeembeheerhandleiding De Intel® AMT WebGUI is een op een webbrowser gebaseerde interface voor beperkt extern computerbeheer. De WebGUI wordt vaak gebruikt om te testen of Intel AMT goed op een computer is geïnstalleerd en geconfigureerd. Een succesvolle externe verbinding tussen een externe computer en de hoofdcomputer waarop de WebGUI wordt uitgevoerd, geeft aan dat Intel AMT goed op de externe computer is geïnstalleerd en geconfigureerd.