Dell™ Latitude™ D630/D630c Gebruikshandleiding Model PP18L w w w. d e l l . c o m | s u p p o r t . d e l l .
Opmerkingen, kennisgevingen en waarschuwingen OPMERKING: Een OPMERKING duidt belangrijke informatie aan voor een beter gebruik van de computer. KENNISGEVING: Een KENNISGEVING duidt potentiële schade aan hardware of potentieel gegevensverlies aan en vertelt u hoe het probleem kan worden vermeden. WAARSCHUWING: Een WAARSCHUWING duidt het risico van schade aan eigendommen, lichamelijk letsel of overlijden aan.
Inhoud 1 Informatie zoeken . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 11 2 Over de computer . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 15 . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 15 Vooraanzicht Linkeraanzicht . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 21 Achteraanzicht . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 22 . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
De energiebeheerinstellingen configureren . . . . . . . . . . . . . . . . . . De batterij opladen . 35 . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 35 . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 36 . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 37 . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 37 De batterij vervangen Een batterij opslaan Batterijfouten. 5 Het toetsenbord gebruiken . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
7 Netwerken instellen en gebruiken . . . . . . . . . . . . . . . . . . Een netwerk- of breedbandmodemkabel aansluiten . . . . . . . . . . . . . . 49 Een netwerk instellen in het Microsoft® Windows® XP-besturingssysteem . . . . 50 Een netwerk instellen in het Microsoft Windows Vista®-besturingssysteem. . . . 50 . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 50 WLAN (Wireless Local Area Network) 50 51 Wat u nodig hebt voor een WLAN-verbinding . . . . . . . De draadloze netwerkkaart controleren . .
9 Kaarten gebruiken . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 65 Kaarttypen . . . . . . . . PC-kaarten . . . . . ExpressCards . . . . Smartcards . . . . . Blanco kaarten . . . Uitgebreide kaarten . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 65 65 65 65 65 66 . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
11 Problemen oplossen Controlelampjes . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 79 . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 79 Diagnosecodes tijdens POST . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 81 . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 81 Technische updateservice van Dell™ . Dell Diagnostics (Dell-diagnostiek) . Wanneer u Dell Diagnostics (Dell-diagnostiek) moet gebruiken .
Netwerkproblemen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 99 . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 99 Problemen met PC-kaarten Voedingsproblemen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 100 100 . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 101 Zorgen voor voldoende voeding naar uw computer Voeding in gekoppelde toestand . . . . .
14 Software opnieuw installeren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Stuurprogramma's . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Wat is een stuurprogramma? . . . . . . . . . . . Stuurprogramma's identificeren . . . . . . . . . Stuur- en hulpprogramma's opnieuw installeren De Probleemoplosser voor hardware gebruiken Microsoft Windows XP . . . . . . . . . . . Microsoft Windows Vista . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
17 Uw computer op reis meenemen. . . . . . . . . . . . . . . . . . 147 . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 147 . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 147 . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 148 Uw computer identificeren De computer inpakken . Reistips . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 148 . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 149 Met het vliegtuig reizen . 18 Specificaties . . . . .
Informatie zoeken OPMERKING: Sommige functies of media kunnen optioneel zijn en niet bij uw computer zijn geleverd. Sommige kenmerken of media zijn wellicht niet beschikbaar in bepaalde landen. OPMERKING: Mogelijk is er bij uw computer aanvullende informatie geleverd. Waarnaar zoekt u? Hier kunt u het vinden • • • • De Drivers and Utilities media OPMERKING: De Drivers and Utilities media zijn optioneel en mogelijk niet met uw computer meegeleverd.
Waarnaar zoekt u? Hier kunt u het vinden • • • • Snelle referentiegids OPMERKING: Dit document kan optioneel zijn en niet bij uw computer zijn geleverd. De computer instellen Basisinformatie probleemoplossing Dell Diagnostics (Dell-diagnostiek) uitvoeren De computer openen OPMERKING: Dit document is beschikbaar als PDF-bestand op support.dell.com.
Waarnaar zoekt u? Hier kunt u het vinden • Oplossingen — Hints en tips voor probleemoplossing, artikelen van technici, on line cursussen en veelgestelde vragen • Community — On line discussies met andere gebruikers van Dell-producten • Upgrades — Upgrade-informatie over onderdelen als het geheugen, de vaste schijf en het besturingssysteem • Klantenservice — Contactgegevens, de status van reparatieverzoeken en bestellingen, informatie over garantie en reparatie • Service en ondersteuning — De status van re
Waarnaar zoekt u? Hier kunt u het vinden • Met Windows XP werken • Aan het werk met programma's en bestanden • Hoe pas ik mijn bureaublad aan Help en ondersteuning van Windows 1 Klik op Start→ Help en ondersteuning. 2 Geef met een of meer woorden een beschrijving van het probleem en klik vervolgens op het pijltje. 3 Klik op het onderwerp dat uw probleem beschrijft. 4 Volg de instructies op het scherm.
Over de computer Vooraanzicht 1 2 3 13 12 4 11 10 5 9 8 7 6 Over de computer 15
1 schermvergrendeling beeldscherm 3 aan/uit-knop 4 statuslampjes apparaat 5 toetsenbord 6 touchpad 7 vingerafdruklezer (optioneel) 8 touchpadknoppen/trackstickknoppen 9 track stick 11 volumeknoppen 12 omgevingslichtsensor 10 statuslampjes toetsenbord 13 dempknop STATUSLAMPJES APPARAAT 16 2 Over de computer
Gaat branden wanneer u de computer inschakelt en knippert wanneer de computer zich in een energiebeheermodus bevindt. Gaat branden wanneer de computer gegevens leest of schrijft. KENNISGEVING: Schakel de computer nooit uit wanneer de het lampje knippert om gegevensverlies te voorkomen. Zal gaan branden of knipperen om de batterijstatus aan te geven. Gaat branden wanneer draadloze apparaten worden ingeschakeld. Gaat branden wanneer de draadloze Bluetooth®-technologie is ingeschakeld.
STATUSLAMPJES TOETSENBORD De groene lampjes boven het toetsenbord geven het volgende aan: 9 Gaat branden wanneer het numerieke toetsenblok wordt ingeschakeld. A Gaat branden wanneer de hoofdletterfunctie wordt ingeschakeld. Gaat branden wanneer de scroll lock-functie wordt ingeschakeld. — Druk op de aan/uit-knop om de computer in te schakelen of om naar een energiebeheermodus te gaan of deze te verlaten.
Linkeraanzicht 1 2 3 4 5 6 7 8 9 1 bevestigingspunt voor beveiligingskabel 2 ventilatieopeningen 3 audioconnectoren (2) 4 smartcardsleuf (met blanco kaart) 5 1394-connector 6 knop voor een draadloos netwerk 8 pc-kaartsleuf 9 vaste schijf 7 Wi-Fi Catcher™-lampje V E N T I L A T I E O P E N I N G E N — De computer gebruikt een interne ventilator om voldoende lucht door te openingen te laten, zodat de computer niet oververhit raakt.
Sluit koptelefoons of luidsprekers aan op de Sluit een microfoon aan op de -connector. -connector. ( M E T B L A N C O K A A R T ) — Ondersteunt één smartcard. Smartcards bieden een verscheidenheid aan functies aan, zoals beveiligingsfuncties en gegevensopslag. De blanco kaart voorkomt dat er vreemd materiaal in de computer terecht komt wanneer er geen smartcard in de smartcardsleuf zit. Zie "Smartcards" op pagina 65 voor meer informatie over de blanco kaart en instructies over het verwijderen ervan.
— Ondersteunt één pc-kaart, zoals een modem of netwerkadapter. Als de computer wordt geleverd, bevat de sleuf een blanco kaart om te voorkomen dat er vreemd materiaal in de computer terecht komt wanneer er geen kaart is geïnstalleerd (zie "Kaarttypen" op pagina 65). PC-KAARTSLEUF OPMERKING: De computer beschikt niet over een ExpressCard-sleuf. Wanneer u een ExpressCard wilt gebruiken, moet u een adapter voor de PC-kaartsleuf gebruiken. VASTE SCHIJF — Slaat software en gegevens op.
Achteraanzicht 1 2 3 4 5 6 7 1 netwerkconnector (RJ-45) 2 modemconnector (RJ-11) 3 USB-connectoren (2) 4 seriële connector 5 videoconnector 6 connector voor netadapter 7 ventilatieopeningen WAARSCHUWING: Blokkeer de luchtopeningen niet, duw er geen voorwerpen in en zorg dat er zich geen stof in ophoopt. Plaats de computer niet in een omgeving waar weinig lucht beschikbaar is, zoals een gesloten koffer, als de computer is ingeschakeld.
SERIËLE CONNECTOR Sluit seriële apparaten aan, zoals een muis, toetsenbord of printer. VIDEOCONNECTOR Sluit videoapparaten aan, zoals een monitor. CONNECTOR VOOR NETADAPTER Sluit een netadapter op de computer aan. 1 De netadapter zet netstroom om naar gelijkstroom die door de computer wordt vereist. U kunt de netadapter aansluiten met de computer in- of uitgeschakeld. WAARSCHUWING: De netadapter werkt op electriciteitsnetten wereldwijd.
V E N T I L A T I E O P E N I N G E N — De computer gebruikt een interne ventilator om voldoende lucht door te openingen te laten, zodat de computer niet oververhit raakt. WAARSCHUWING: Blokkeer de luchtopeningen niet, duw er geen voorwerpen in en zorg dat er zich geen stof in ophoopt. Plaats de computer niet in een omgeving waar weinig lucht beschikbaar is, zoals een gesloten koffer, als de computer is ingeschakeld. Als u dat toch doet, loopt u risico op brand of beschadiging van de computer.
BORGSCHROEF APPARAAT — Indien aanwezig houdt deze schroef apparaten, zoals een optische schijf, op hun plaats. — Hiermee bevestigt u de computer aan een koppelapparaat. Raadpleeg de documentatie bij het koppelapparaat voor meer informatie over het loskoppelen. CONNECTOR KOPPELAPPARAAT — Bedekt het deel met de tweede connector van de geheugenmodule (DIMM B) (zie "Het geheugen" op pagina 129).
Over de computer
Informatie naar een nieuwe computer overbrengen Met de wizards van het besturingssysteem kunt u bestanden en andere gegevens van de ene naar de andere computer overbrengen. Zie voor instructies de onderstaande sectie die overeenkomt met het besturingssysteem van uw computer. Microsoft® Windows® XP Het Microsoft Windows XP-besturingssysteem beschikt over de wizard Bestanden en instellingen overzetten waarmee u gegevens van een broncomputer naar een nieuwe computer kunt overbrengen.
De wizard Bestanden en instellingen overzetten met het medium Operating System uitvoeren OPMERKING: Voor deze procedure hebt u het medium Operating System nodig. Dit medium is optioneel en wordt niet bij alle computers geleverd. De nieuwe computer op de bestandsoverdracht voorbereiden: 1 Start de wizard Bestanden en instellingen overzetten. 2 Klik in het beginscherm van de wizard Bestanden en instellingen overzetten op Volgende.
De wizard Bestanden en instellingen overzetten zonder het medium Operating System uitvoeren Wanneer u de wizard Bestanden en instellingen overzetten zonder het medium Operating System wilt uitvoeren, moet u een wizardschijf maken waarmee u een back-upimagebestand kunt maken op een verwisselbare medium. U maakt een wizardschijf door op de nieuwe computer met Windows XP de volgende stappen uit te voeren: 1 Klik op Start→ Wizard Bestanden en instellingen overzetten.
OPMERKING: Zoek in support.dell.com voor document #PA1089586 (How Do I Transfer Files From My Old Computer to My New Dell Computer Using the Microsoft® Windows® XP Operating System? (Hoe breng ik bestanden van mijn oude computer over naar mijn nieuwe Dell-computer met het Microsoft® Windows® XPbesturingssysteem?) voor meer informatie over deze procedure. OPMERKING: Toegang tot het Dell™ Knowledge Base-document is in sommige landen niet mogelijk.
Batterijen gebruiken Batterijprestaties OPMERKING: Zie de Productinformatiegids of het afzonderlijke papieren garantiedocument dat met uw computer is meegeleverd voor informatie over de Dell-garantie op uw computer. Voor optimale prestaties van de computer en tevens om te helpen de instellingen van de BIOS te behouden, dient u de draagbare Dell™-computer te allen tijde te gebruiken terwijl de hoofdbatterij geïnstalleerd is.
WAARSCHUWING: Het gebruik van een incompatibele batterij kan de kans op brand of een explosie vergroten. Vervang de batterij uitsluitend met een compatibele batterij die u bij Dell hebt aangeschaft. De batterij is speciaal gemaakt voor een Dell-computer. Gebruik geen batterij van een andere computer voor uw computer. WAARSCHUWING: Gooi batterijen niet met het huisafval weg.
De batterijstatus controleren Wanneer u de batterijstatus wilt controleren, moet u de statusknop op de ladingsmeter indrukken en loslaten om de ladingsniveaulichtjes te laten branden. Elk lampje vertegenwoordigt ongeveer 20 procent van de totale batterijlading. Als bijvoorbeeld tachtig 80 procent van de lading resteert, zullen er vier lampjes branden. Als er geen lampjes branden, is de batterij leeg.
OPMERKING: Zie "De energiebeheerinstellingen configureren" op pagina 35 voor informatie over het besparen van batterijstroom. Energiebeheermodi Stand-bymodus en slaapstand De stand-bymodus (slaapstand in Microsoft Windows Vista®) bespaart energie door het beeldscherm en de vaste schijf na een vooraf vastgestelde periode van inactiviteit uit te schakelen (een time-out). Wanneer de computer de stand-bymodus of slaapstand verlaat, keert deze terug naar de toestand van voor de stand-bymodus.
Afhankelijk van de ingestelde energiebeheeropties in het venster Eigenschappen voor Energiebeheer of in de wizard QuickSet Energiebeheer, gebruikt u een van de onderstaande methoden om de slaapstand in te stellen: • Druk op de aan/uit-knop. • Klap het beeldscherm dicht. • Druk op . OPMERKING: Sommige pc-kaarten functioneren niet correct nadat de computer de slaapstand heeft verlaten.
De batterij is te warm om opgeladen te kunnen worden als het -lampje afwisselend groen en oranje knippert. Koppel de computer los van het stopcontact en laat de computer en batterij afkoelen tot kamertemperatuur. Sluit de computer vervolgens aan op een stopcontact om het opladen van de batterij voort te zetten. Zie "Voedingsproblemen" op pagina 99 voor informatie over het oplossen van problemen met batterijen.
Een batterij opslaan Verwijder de batterij als u de computer voor langere tijd opslaat. Een batterij verliest zijn lading als deze gedurende een lange periode wordt opgeslagen. Na een lange opslagperiode dient u de batterij volledig opnieuw te laden (zie "De batterij opladen" op pagina 35) voordat u deze gebruikt. Batterijfouten Zie "Foutberichten" op pagina 89 om foutcodes te verwerken die door de batterij zijn gegenereerd.
Batterijen gebruiken
Het toetsenbord gebruiken Numeriek toetsenblok numeriek toetsenblok Het numerieke toetsenblok werkt als het numerieke toetsenblok op het externe toetsenbord. Elke toets op het toetsenblok heeft meerdere functies. De cijfers op het toetsenblok en symbolen zijn blauw gemarkeerd rechts van de toetsenblok. Houd ingedrukt en druk op de gewenste toets om een cijfer of symbool in te voeren. • Druk op om het toetsenblok in te schakelen. Het lampje toetsenblok actief is.
Toetsencombinaties Systeemfuncties Opent het venster Taakbeheer. Batterij Geeft de Dell™ QuickSet-batterijmeter weer (zie "Dell™ QuickSet-batterijmeter" op pagina 32). Weergavefuncties Verplaatst het videobeeld volgens de volgende beeldschermoptie. Tot de opties behoren het ingebouwde beeldscherm, een externe monitor en beide schermen tegelijk. Schaalt tussen breedbeeld en standaard hoogtebreedteverhouding van video.
Microsoft® Windows®-toetsenfuncties Windows-toets en Minimaliseert alle geopende vensters. Windows-toets en Herstelt alle geminimaliseerde vensters. Deze toetsencombinatie functioneert als een wisselknop om alle geminimaliseerde vensters te herstellen met de combinatie van de Windows-toets en de -toets. Windows-toets en Hiermee wordt Windows Explorer uitgevoerd. Windows-toets en Opent het dialoogvenster Uitvoeren.
• U verplaatst de cursor door uw vinger lichtjes over de touchpad te bewegen. • U selecteert een object door eenmaal lichtjes op het oppervlak van de touchpad te tikken of uw duim te gebruiken om op de linker touchpadknop te drukken. • U selecteert en verplaatst (of sleept) een object door de cursor op het object te plaatsen en tweemaal op de touchpad te tikken. Laat uw vinger bij de tweede tik op de touchpad liggen en verplaats het geselecteerde object door uw vinger over het oppervlak te schuiven.
Het track-stickdopje vervangen U kunt het track-stickdopje vervangen als deze na langdurig gebruik is versleten of als u een andere kleur wilt. Extra dopjes kunt u kopen via de Dell-website op dell.com. 1 Verwijder het dopje van de track stick. 2 Plaats het nieuwe dopje op het rechthoekige track-stickstaafje en druk het er voorzichtig overheen. KENNISGEVING: De track stick kan het beeldscherm beschadigen als deze niet correct op het staafje is geplaatst.
Het toetsenbord gebruiken
Het beeldscherm gebruiken De helderheid aanpassen Wanneer een Dell™-computer op batterijen werkt, kunt u stroom besparen door de laagste helderheidsinstelling te gebruiken en op te drukken en op de pijl-omhoog of -omlaag op het toetsenbord te drukken. OPMERKING: De toetsencombinaties voor helderheid hebben alleen invloed op het beeldscherm van de draagbare computer, en niet op monitors of projectors die u op de draagbare computer of koppelapparaat aansluit.
1 1 omgevingslichtsensor De omgevingslichtsensor is uitgeschakeld wanneer de computer bij u wordt afgeleverd. Als u de sensor inschakelt en een van de toetsencombinaties voor de beeldschermhelderheid gebruikt, wordt de sensor uitgeschakeld en wordt de helderheid van het beeldscherm overeenkomstig verhoogd of verlaagd. OPMERKING: De omgevingslichtsensor wordt uitgeschakeld zodra de computer op een stopcontact wordt aangesloten. Met Dell™ QuickSet kunt u de omgevingslichtsensor in- of uitschakelen.
De beeldschermresolutie en de vernieuwingsfrequentie instellen Wanneer u een programma met een specifieke resolutie wilt weergeven, moeten zowel de grafische kaart als het beeldscherm het programma ondersteunen en moeten de vereiste videostuurprogramma's zijn geïnstalleerd. Zorg dat u voor toekomstig gebruik een notitie maakt van de standaard weergave-instellingen voordat u deze wijzigt.
OPMERKING: Als u een hogere resolutie of kleurenpalet kiest dan door het beeldscherm wordt ondersteund, worden automatisch die waarden gebruikt die het meest overeenkomen. Zie de documentatie die bij het besturingssysteem werd geleverd, voor meer informatie. 5 Klik op het pictogram van monitor 2, vervolgens op de optie Het Windows-bureaublad uitbreiden naar deze monitor en daarna op Toepassen. 6 Stel de gewenste instellingen voor Beeldschermresolutie voor beide beeldschermen in en klik op Toepassen.
Netwerken instellen en gebruiken Wanneer u een computernetwerk instelt, brengt u verbinding tot stand tussen uw computer en het internet, een andere computer of een netwerk. Met een netwerk dat thuis of op een klein kantoor is ingesteld, is het bijvoorbeeld mogelijk naar een gedeelde printer af te drukken, stations en bestanden op een andere computer te gebruiken, andere netwerken door te bladeren of verbinding te maken met het internet.
Een netwerk instellen in het Microsoft® Windows® XPbesturingssysteem 1 Klik op Start→ Alle programma's→ Bureau-accessoires→ Communicatie→ Wizard Netwerk instellen→ Volgende→ Controlelijst voor het instellen van een netwerk. OPMERKING: Wanneer u de verbindingsmethode Deze computer maakt rechtstreeks verbinding met het Internet selecteert, schakelt u de ingebouwde firewall in die bij Windows XP Service Pack 2 (SP2) wordt meegeleverd. 2 Voltooi de controlelijst.
De draadloze netwerkkaart controleren Afhankelijk van wat u hebt geselecteerd bij de aankoop van uw computer, heeft de computer een aantal verschillende configuraties.
5 Haal de stroomkabel van de breedbandmodem uit het stopcontact. 6 Koppel de netwerkkabel van de computer en de modem los. 7 Ontkoppel de netadapterkabel van de draadloze router om ervoor te zorgen dat de router geen stroom krijgt. OPMERKING: Wacht na het loskoppelen van de breedbandmodem minstens 5 minuten voordat u verdergaat met het instellen van het netwerk. 8 Steek een netwerkkabel in de netwerkconnector (RJ-45) op de breedbandmodem.
De draadloze netwerkkaart vereist specifieke software en stuurprogramma's voor de aansluiting op een netwerk. De software is al geïnstalleerd. OPMERKING: Als de software wordt verwijderd of beschadigd raakt, volgt u de instructies in de gebruikersdocumentatie voor uw draadloze netwerkkaart. Controleer het type draadloze netwerkkaart dat op de computer is geïnstalleerd en zoek de naam ervan op de Dell™ Support-website op support.dell.com.
Nadat u de computer hebt geconfigureerd voor het draadloze netwerk dat u hebt geselecteerd, verschijnt er een andere pop-up met het bericht dat de computer met dat netwerk is verbonden. Als u zich nu aanmeldt bij de computer binnen het bereik van het geselecteerde draadloze netwerk, ziet u dezelfde pop-up die u op de hoogte stelt van de verbinding met het draadloze netwerk. OPMERKING: Als u een veilig netwerk selecteert, moet u een WEP- of WPA-sleutel invoeren als hierom wordt gevraagd.
• De Dell Mobile Broadband Card Utility (Dell-hulpprogramma voor mobiele breedbandkaarten) (op de computer geïnstalleerd als u de kaart tegelijk met de computer kocht, of op het medium dat bij de kaart is meegeleverd als u deze los van de computer hebt gekocht) Zie de gebruikshandleiding van de Dell Mobile Broadband Card Utility (Dell-hulpprogramma voor mobiele breedbandkaarten) voor instructies, als het programma is beschadigd of van de computer is verwijderd.
3 Volg de instructies op het scherm om de netwerkverbinding met het hulpprogramma te beheren. Of 1 Klik op Start→ Alle programma's→ Dell draadloos. 2 Klik op Dell Wireless Broadband (Dell draadloos breedband) en volg de instructies op het scherm.
Dell Wi-Fi Catcher™-netwerkzoeker De draadloze schakelaar op uw Dell-computer gebruikt de Dell Wi-Fi Catcher-netwerkzoeker om naar WiFi-WLAN's in uw omgeving te zoeken. Zie "knop voor een draadloos netwerk" op pagina 20 voor meer informatie over de draadloze schakelaar. U zoekt naar WiFi-WLAN's door de schakelaar een aantal seconden in de stand "tijdelijk" te zetten.
Netwerken instellen en gebruiken
Multimedia gebruiken Media afspelen KENNISGEVING: Druk de medialade niet omlaag wanneer u deze opent of sluit. Houd de lade gesloten wanneer u het station niet gebruikt. KENNISGEVING: U moet de computer niet verplaatsen als u media afspeelt. 1 Druk op de uitwerpknop aan de voorkant van het station. 2 Haal de lade eruit. 3 Plaats de schijf met de labelkant omhoog in het midden van de lade en druk de schijf op de spindel.
OPMERKING: Als u een module gebruikt dat met een andere computer werd meegeleverd, moet u mogelijk de stuurprogramma's en software installeren om dvd's af te spelen of gegevens te schrijven. Zie de Drivers and Utilities media (de Drivers and Utilities media zijn optioneel en mogelijk niet beschikbaar voor uw computer of in bepaalde landen). 4 Duw de lade weer terug in het station.
Media kopiëren OPMERKING: Zorg dat u aan alle auteursrechten voldoet bij het maken van media. Dit gedeelte geldt alleen voor computers met een cd-rw-, dvd+/-rw- of cd-rw/dvd (combo)-station. OPMERKING: De typen mediastations die door Dell worden aangeboden, kunnen per land verschillen. De volgende instructies beschrijven hoe u een kopie maakt met Roxio Creator Plus - Dell Edition.
Lege dvd+/-r's kunnen worden gebruikt om permanent grote aantallen gegevens op te slaan. Na het maken van een dvd+/-r-schijf kunt u mogelijk niet nogmaals naar die schijf schrijven als de schijf tijdens de laatste fase van het maakproces is voltooid of gesloten. Gebruik lege dvd+/-rw's als u later informatie op de schijf wilt wissen, herschrijven of bijwerken.
• Gebruik een lege cd-rw om het opnemen op cd's te oefenen totdat u vertrouwd bent met cdopnametechnieken. Als u een fout maakt, kunt u de gegevens op de cd-rw wissen en het opnieuw proberen. U kunt ook lege cd-rw's gebruiken om projecten met muziekbestanden uit te proberen voordat u het project permanent op een lege cd-r opneemt. • Zie de Sonic-website op sonic.com voor extra informatie. Het volume aanpassen OPMERKING: Wanneer de luidsprekers zijn gedempt, hoort u het geluid van het medium niet.
De afbeelding aanpassen Als een foutbericht aangeeft dat de huidige resolutie en kleurdiepte teveel geheugen gebruiken en het afspelen van dvd's verhindert, moet u de weergave-eigenschappen aanpassen. Microsoft® Windows® XP-besturingssysteem 1 Klik op Start→ Configuratiescherm→ Vormgeving en thema's. 2 Klik onder Kies een taak... op De beeldschermresolutie wijzigen. 3 Klik onder Beeldschermresolutie op de balk en sleep deze om de resolutie-instelling te verlagen.
Kaarten gebruiken OPMERKING: Elektrische en elektronische apparaten zijn gevoelig voor elektrostatische ontlading (ESD). Als er een aanzienlijke ontlading optreedt, wordt het apparaat mogelijk opnieuw ingesteld en doet de apparaatsoftware opnieuw een poging verbinding te maken. Als de software na een elektrostatisch ontlading niet meer werkt, moet u de modemsoftware opnieuw starten. Kaarttypen PC-kaarten Zie "PC-kaart" op pagina 149 voor informatie over ondersteunde pc-kaarten.
Uitgebreide kaarten Een uitgebreide pc-kaart (bijvoorbeeld een draadloze netwerkadapter) is langer dan een standaard pc-kaart en steekt uit de computer. Houd u aan onderstaande voorzorgsmaatregelen bij het gebruik van uitgebreide pc-kaarten: • Bescherm het blootgestelde uiteinde van een geïnstalleerde kaart. Wanneer het uiteinde van de kaart wordt aangeraakt, kan de systeemkaart beschadigd raken. • Zorg altijd dat de uitgebreide pc-kaart verwijderd is, voordat u de computer in de draagkoffer plaatst.
De computer herkent de meeste pc-kaarten en laadt automatisch het juiste apparaatstuurprogramma. Als het configuratieprogramma u vraagt om de stuurprogramma's van de fabrikant te laden, gebruikt u de diskette of de cd die met de pc-kaart is meegeleverd. ExpressCards 1 Plaats de ExpressCard in de adapter (de adapter wordt bij de ExpressCard geleverd). 2 Installeer de ExpressCard met de adapter op dezelfde manier als een pc-kaart (zie "PC-kaarten" op pagina 65).
Kaarten gebruiken
De computer beveiligen Beveiligingskabelslot OPMERKING: De computer wordt niet met een beveiligingskabelslot geleverd. Een beveiligingskabelslot is een in de handel verkrijgbare antidiefstalvoorziening. Wanneer u het slot wilt gebruiken, moet u het op de beveiligingskabelsleuf op de Dell™-computer aansluiten. Zie de instructies die met het apparaat zijn meegeleverd voor meer informatie.
Smartcard OPMERKING: Zie "Uw computer op reis meenemen" op pagina 147 voor informatie over hoe u de computer beveiligt als u onderweg bent. OPMERKING: Deze smartcardfunctie is mogelijk niet beschikbaar op uw computer. Info over smartcards Smartcards zijn draagbare apparaten in de vorm van creditcards met intern ingebouwde circuits. De bovenkant van de smartcard bevat doorgaans een ingesloten processor onder het gouden contactvlak.
Wachtwoorden Wachtwoorden voorkomen onbevoegde toegang tot uw computer. Neem bij het gebruik van wachtwoorden de volgende richtlijnen in acht: • Kies een wachtwoord dat makkelijk te onthouden, maar niet makkelijk te raden is. Gebruik bijvoorbeeld geen namen van familieleden of huisdieren. • Bovendien is het raadzaam de wachtwoorden niet op te schrijven. Schrijft u ze wel op, bewaar ze dan op een veilige plaats. • Geef de wachtwoorden aan niemand door.
Een primair wachtwoord (of systeemwachtwoord), een beheerderswachtwoord en een vaste-schijfwachtwoord voorkomen op verschillende manieren onbevoegde toegang tot uw computer. In de volgende tabel staan de typen en functies van de wachtwoorden die op uw computer beschikbaar zijn.
KENNISGEVING: Als u het beheerderswachtwoord uitschakelt, wordt ook het primaire wachtwoord uitgeschakeld. Open Gebruikersaccounts in het Configuratiescherm om wachtwoorden toe te voegen of te wijzigen. Als u een beheerderswachtwoord hebt toegewezen, kunt u ook dit gebruiken in plaats van het primaire wachtwoord. De computer vraagt niet specifiek om het beheerderswachtwoord.
Als u na drie pogingen het juiste wachtwoord nog niet hebt ingevoerd, probeert de computer vanaf een ander opstartbaar apparaat op te starten mits de optie Boot First Device (eerste apparaat opstarten) is ingesteld in System Setup om op te kunnen starten vanaf een ander apparaat. Als de optie Boot First Device (Eerste apparaat opstarten) niet zo is ingesteld dat de computer wordt opgestart vanaf een ander apparaat, keert de computer terug naar de toestand waarin deze verkeerde voordat u deze inschakelde.
2 Het TPM-installatieprogramma activeren: a Start de computer opnieuw op en druk op tijdens de Power On Self Test (serie testen bij inschakelen computer) om System Setup te openen. b Selecteer Security (Beveiliging)→ TPM Activation (TPM-activering) en druk op . c Selecteer onder TPM Activation (TPM-activering) Activate (Activering) en druk op . OPMERKING: U hoeft het programma slechts één keer te activeren.
Computeropsporingssoftware Met computeropsporingssoftware kunt u de computer opsporen als deze kwijt of gestolen is. De software is optioneel en kan worden aangeschaft bij de aankoop van een Dell™-computer. U kunt ook contact opnemen met uw Dell-vertegenwoordiger voor informatie over deze beveiligingsfunctie. OPMERKING: Computeropsporingssoftware is mogelijk niet in alle landen verkrijgbaar.
De computer reinigen WAARSCHUWING: Raadpleeg de veiligheidsinstructies in de Productinformatiegids voordat u begint met de procedures in dit gedeelte. Computer, toetsenbord en beeldscherm WAARSCHUWING: Voordat u de computer gaat reinigen, moet u deze loskoppelen van het stopcontact en alle geïnstalleerde batterijen verwijderen. Maak de computer schoon met een zachte, vochtige doek. Gebruik geen vloeibare reinigingsmiddelen of reinigingsmiddelen uit een spuitbus die ontvlambare stoffen kunnen bevatten.
Een niet-optische muis reinigen 1 Reinig de buitenkant van de muis met een vochtige doek met een milde reinigingsoplossing. 2 Draai de zekeringring aan de onderkant van de muis tegen de klok in en verwijder het balletje. 3 Veeg het balletje af met een schone, stofvrije doek. 4 Blaas voorzichtig in het balhuis of gebruik een drukluchtspray om stof los te wrikken. 5 Als de wieltjes in het balhuis vies zijn, moet u deze reinigen met een wattenstokje licht bevochtigd met isopropanol.
Problemen oplossen Controlelampjes WAARSCHUWING: Voordat u aan een van de procedures in deze sectie begint, dient u de veiligheidsinstructies te volgen die met de computer is meegeleverd. De computer beschikt over drie toetsenbordstatuslampjes boven aan het toetsenbord. Tijdens de normale werking geven de toetsenbordstatuslampjes de huidige status weer (in of uit) van de functies Num Lock, Caps Lock en Scroll Lock. Als de computer probleemloos start, zullen de lampjes even kort knipperen.
Lichtpatroon Omschrijving probleem Mogelijke oplossing Er zijn geen geheugenmodules gevonden. • Als er twee of meer geheugenmodules zijn geïnstalleerd, verwijdert u deze, plaatst u een ervan weer terug en start u de computer opnieuw op. Als de computer normaal opstart, gaat u verder met de installatie van de andere geheugenmodules (één tegelijk), totdat u de defecte module hebt opgespoord of alle modules zonder problemen hebt geïnstalleerd (zie "Het geheugen" op pagina 129).
Lichtpatroon Omschrijving probleem Mogelijke oplossing Er is mogelijk een probleem met de grafische kaart/video. • Plaats alle geïnstalleerde grafische kaarten opnieuw. • Installeer een werkende grafische kaart in de computer, indien beschikbaar. • Als het probleem aanhoudt, moet u contact opnemen met Dell Support. Er is mogelijk een • Sluit de LCD-kabel weer aan (zie de Onderhoudshandleiding). storing opgetreden met het LCD-scherm. • Als het probleem aanhoudt, moet u contact opnemen met Dell Support.
Wanneer u Dell Diagnostics (Dell-diagnostiek) moet gebruiken Als er zich een probleem voordoet met uw computer, moet u eerst de controles beschreven in "Vastlopen en softwareproblemen" op pagina 95 doen en Dell Diagnostics (Dell-diagnostiek) uitvoeren voordat u contact opneemt met Dell voor technische ondersteuning. U wordt aangeraden om deze procedures af te drukken voordat u begint. KENNISGEVING: Dell Diagnostics (Dell-diagnostiek) werkt alleen op Dell™-computers.
De computer voert een systeemanalyse uit: een reeks begintests van het moederbord, het toetsenbord, het computerscherm, het geheugen, de vaste schijf, etc. • Beantwoord tijdens de analyse eventuele vragen die worden gesteld. • Als er een fout wordt gedetecteerd, stopt de computer en wordt er een geluidssignaal afgeven.
Hoofdmenu Dell Diagnostics (Dell-diagnostiek) 1 Nadat Dell Diagnostics (Dell-diagnostiek) is geladen en het scherm met het hoofdmenu wordt weergegeven, klikt u op de knop voor de gewenste optie. Optie Functie Express Test (Snelle test) Hiermee wordt een snelle test uitgevoerd van apparaten. Deze test neemt normaliter 10 tot 20 minuten in beslag en vereist geen interactie van uw kant. Als u de snelle test eerst uitvoert, vergroot u de kans om het probleem snel op te sporen.
Tabblad Functie (vervolg) Configuration (configuratie) Hier wordt de hardwareconfiguratie beschreven voor het geselecteerde apparaat. Dell Diagnostics (Dell-diagnostiek) haalt configuratiegegevens op voor alle apparaten uit System Setup, het geheugen, verschillende interne tests en geeft de informatie weer in de lijst met apparaten in het linkervenster van het scherm.
Op het pictogram Dell Support klikken Klik met de linker- of rechtermuisknop op het pictogram om de volgende taken uit te voeren: • Uw computeromgeving controleren • De instellingen van de Dell Support Utility (Dell-hulpprogramma) weergeven • Het Help-bestand voor de Dell Support Utility (Dell-hulpprogramma) openen • Veelgestelde vragen bekijken • Meer te weten komen over de Dell Support Utility (Dell-hulpprogramma) • De Dell Support Utility (Dell-hulpprogramma) uitschakelen Op het pictogram D
Problemen met het mediastation OPMERKING: Trillingen bij mediastations met hoge snelheden zijn normaal en kunnen geluid produceren, wat niet in hoeft te houden dat het station of het medium defect is. OPMERKING: Omdat er in verschillende regio's wereldwijd verschillende schijfindelingen worden gebruikt, werken niet alle dvd-titels in alle dvd-stations.
E-mail-, modem- en internetproblemen Vul de Diagnostics Checklist (zie "Diagnostische checklist" op pagina 161) in terwijl u deze controles uitvoert. WAARSCHUWING: Raadpleeg de veiligheidsinstructies in de Productinformatiegids voordat u begint met de procedures in dit gedeelte. OPMERKING: Sluit de modem alleen aan op een analoge telefoonaansluiting. De modem werkt niet als deze wordt aangesloten op een digitaal telefoonnet.
C O N T R O L E E R O F U V E R B I N D I N G H E B T M E T I N T E R N E T — Controleer of u een abonnement hebt genomen bij een internetaanbieder. Open het e-mailprogramma Outlook Express en klik op Bestand. Als u voor de optie Offline werken een vinkje ziet staan, klikt u op de optie om het vinkje te verwijderen en verbinding te maken met internet. Neem voor hulp contact op met uw internetserviceaanbieder.
E R R O R R E A D I N G P C M C I A C A R D ( F O U T B I J L E Z E N V A N P C M C I A - K A A R T ) — De computer herkent de pc-kaart niet. Steek de kaart opnieuw erin of probeer een andere kaart (zie "Een pc-kaart of ExpressCard installeren" op pagina 66).
I N S E R T B O O T A B L E M E D I A ( P L A A T S E E N O P S T A R T B A A R M E D I U M ) — Het besturingssysteem probeert op te starten vanaf een niet-opstartbaar medium. Insert bootable media (plaats een opstartbaar medium).
MEMORY WRITE/READ FAILURE AT ADDRESS, READ VALUE EXPECTING VALUE (LEES/SCHRIJFFOUT GEHEUGEN IN A D R E S , G E L E Z E N W A A R D E V E R W A C H T W A A R D E ) — Mogelijk is er een geheugenmodule die defect is of niet goed vastzit. Plaats de geheugenmodules opnieuw (zie "Problemen met geheugen" op pagina 97) en vervang ze indien nodig. N O B O O T D E V I C E A V A I L A B L E ( G E E N O P S T A R T A P P A R A A T B E S C H I K B A A R ) — De computer kan de vaste schijf niet vinden.
T I M E - O F - D A Y C L O C K L O S T P O W E R ( D A G T I J D K L O K H E E F T G E E N V O E D I N G M E E R ) — Er zijn systeemconfiguratie-instellingen beschadigd. Sluit de computer aan op een stopcontact om de batterij op te laden. Als het probleem aanhoudt, moet u proberen de gegevens de herstellen door het System Setup-programma te openen. Sluit het programma daarna direct af. Als het bericht opnieuw verschijnt, moet u contact opnemen met Dell (zie "Hulp krijgen" op pagina 157).
Toetsenbordproblemen Vul de Diagnostics Checklist (zie "Diagnostische checklist" op pagina 161) in terwijl u deze controles uitvoert. WAARSCHUWING: Raadpleeg de veiligheidsinstructies in de Productinformatiegids voordat u begint met de procedures in dit gedeelte. OPMERKING: Gebruik het geïntegreerde toetsenbord wanneer u Dell Diagnostics (Dell-diagnostiek) of het System Setup-programma uitvoert. Wanneer u een extern toetsenbord aansluit, blijft het geïntegreerde toetsenbord volledig werken.
V O E R D E D I A G N O S T I S C H E T E S T S V O O R H E T T O E T S E N B O R D U I T — Voer de PC-AT Compatible Keyboardstests in Dell Diagnostics (Dell-diagnostiek) uit (zie "Dell Diagnostics (Dell-diagnostiek)" op pagina 81). Als uit de tests blijkt dat het externe toetsenbord defect is, moet u contact opnemen met Dell (zie "Hulp krijgen" op pagina 157).
Er is een programma dat is ontwikkeld voor een eerdere versie van het Microsoft® Windows®besturingssysteem V O E R D E W I Z A R D P R O G R A M M A C O M P A T I B I L I T E I T U I T — De wizard Programmacompatibiliteit configureert een programma op zodanige wijze dat het in een omgeving wordt uitgevoerd die lijkt op andere dan Windows-besturingssysteemomgevingen. 1 Klik op Start→ Alle programma's→ Bureau-accessoires→ Wizard Programmacompatibiliteit→ Volgende. 2 Volg de instructies op het scherm.
Problemen met geheugen Vul de Diagnostics Checklist (zie "Diagnostische checklist" op pagina 161) in terwijl u deze controles uitvoert. WAARSCHUWING: Raadpleeg de veiligheidsinstructies in de Productinformatiegids voordat u begint met de procedures in dit gedeelte. ALS ER EEN BERICHT VERSCHIJNT DAT AANGEEFT DAT ER ONVOLDOENDE GEHEUGEN IS — • Bewaar en sluit alle geopende bestanden of programma's die u niet gebruikt om erachter te komen of daarmee het probleem is opgelost.
WLAN (Wireless Local Area Network) Zie voor informatie voor het oplossen van problemen met draadloze LAN-netwerken "WLAN (Wireless Local Area Network)" op pagina 50. Mobiel Breedband (Wireless Wide Area Network) OPMERKING: De gebruikshandleiding van de Dell Mobile Broadband Card Utility (Dell-hulpprogramma voor mobiele breedbandkaarten) vindt u via Help en ondersteuning. U opent Help en ondersteuning door te klikken op Start→ Help en ondersteuning.
• Check your Mobile Broadband Network Service (Controleer uw mobiele breedbandnetwerkservice) – Neem contact op met uw mobiele breedbandaanbieder om na te gaan wat het dekkingsschema is en welke services er worden ondersteund. A C T I V E E R U W M O B I E L E B R E E D B A N D K A A R T — Voordat u verbinding maakt met internet moet u de mobiele breedbandservice activeren via uw mobiele internetaanbieder.
OPMERKING: De werkingsduur van de batterij (de tijd gedurende welke de batterij stroom kan leveren) neemt met de tijd af. Afhankelijk van de frequentie waarmee de batterij wordt gebruikt en de gebruiksomstandigheden kan het zijn dat u tijdens de levensduur van de computer een nieuwe batterij moet aanschaffen. C O N T R O L E E R H E T B A T T E R I J S T A T U S L A M P J E — Als het batterijstatuslampje oranje knippert of continu oranje is, is de batterij bijna of helemaal leeg.
Verlies van netvoeding terwijl de computer gekoppeld is Als uw computer netvoeding verliest terwijl deze aan de Dell D/Dock of Dell D/Port is gekoppeld, schakelt deze direct over naar de lage-prestatiemodus. Printerproblemen Vul de Diagnostics Checklist (zie "Diagnostische checklist" op pagina 161) in terwijl u deze controles uitvoert. WAARSCHUWING: Raadpleeg de veiligheidsinstructies in de Productinformatiegids voordat u begint met de procedures in dit gedeelte.
O N T G R E N D E L D E S C A N N E R — Zorg ervoor dat uw scanner is ontgrendeld als deze voorzien is van een vergrendelingslipje of -knop. S T A R T D E C O M P U T E R O P N I E U W O P E N P R O B E E R O P N I E U W T E W E R K E N M E T D E S C A N N E R. CONTROLEER DE KABELAANSLUITINGEN — • Raadpleeg de documentatie bij de scanner voor informatie over kabelaansluitingen. • Controleer of de scannerkabels goed zijn aangesloten op de scanner en de computer.
M A A K D E H O O F D T E L E F O O N L O S V A N D E H O O F D T E L E F O O N C O N N E C T O R — Het geluid uit de luidsprekers wordt automatisch uitgeschakeld wanneer er een hoofdtelefoon wordt aangesloten op de hoofdtelefoonconnector in het frontpaneel van de computer. TE S T H E T S T O P C O N T A C T — Controleer of er stroom uit het stopcontact komt, door er een ander apparaat, zoals een lamp, op aan te sluiten.
C O N T R O L E E R D E I N S T E L L I N G E N V A N H E T S YS T E M S E T U P - P R O G R A M M A — Controleer of het System Setupprogramma het juiste apparaat voor de optie Aanwijsapparaat vermeldt (de computer herkent USB-muizen automatisch zonder instellingen te wijzigen).
H E F M O G E L I J K E I N T E R F E R E N T I E O P — Schakel ventilatoren, tl-lampen, halogeenlampen en andere apparaten in de buurt uit. D R A A I D E C O M P U T E R I N E E N A N D E R E R I C H T I N G — Haal de monitor uit direct zonlicht, omdat dat kan leiden tot een slechte beeldkwaliteit. PAS DE WINDOWS-BEELDSCHERMINSTELLINGEN AAN — 1 Klik op de knop Start en daarna op Configuratiescherm. 2 Klik op Vormgeving en thema's.
Problemen oplossen
Intel® Active Management Technology OPMERKING: iAMT is alleen beschikbaar voor Dell™ Latitude™ D630c computers die iAMT ondersteunen. Intel Active Management Technology (iAMT), onderdeel van Intel Centrino® Pro Technology, is ontworpen om veiligere systeembeheermogelijkheden te bieden die de IT-kosten verlagen en een betere ontdekking, herstel en beveiliging van IT-assets in een netwerk mogelijk te maken.
Uw computer helpt bij het oplossen van problemen met iAMT door de volgende foutberichten weer te geven die betrekking hebben op iAMT: Foutbericht Omschrijving De modus Alert Standard Format (ASF) is ingeschakeld AMT mode: Set manageability mode to AMT or none (AMT-modus: in plaats van iAMT. Stel de beheermodus in op AMT of stel de beheermodus in op AMT of geen) None (geen) in de MEBx-configuratie (Management Engine BIOS Extension). MFG_MODE jumper: The security Bezet de MFG_MODE jumper niet.
iAMT uitschakelen iAMT is standaard ingeschakeld in de ME-firmware. Indien gewenst, kunt de iAMT-functie als volgt uitschakelen: 1 Druk op om de MEBx-configuratie te openen en voer uw wachtwoord in. 2 Selecteer Intel® ME Configuration (Intel ME configuratie) → Intel ME Features Control (Intel ME functiebeheer) → Manageability (beheer) Feature Selection (functie selecteren). 3 Selecteer None (geen). 4 Selecteer tweemaal Return to Previous Menu (terug naar vorig menu).
Intel® Active Management Technology
System Setup-programma Overzicht OPMERKING: Het besturingssysteem configureert automatisch de meeste opties die in het System Setupprogramma beschikbaar zijn, zodat er opties worden overschreven die u met behulp van het System Setupprogramma hebt ingesteld. (de optie Externe sneltoets is hierop een uitzondering; u kunt deze alleen in- of uitschakelen met het System Setup-programma).
System Setup-schermen OPMERKING: Markeer het item en zie het gedeelte Help op het scherm voor informatie over dat item op een System Setup-scherm. De System Setup-opties staan links op elk scherm. Rechts van elke optie staat de instelling of waarde van die optie. Instellingen die wit op het scherm verschijnen, kunnen gewijzigd worden. Opties of waarden die u niet kunt wijzigen (deze worden bepaald door de computer), worden minder duidelijk weergegeven.
Eenmalig opstarten He is mogelijk een eenmalige opstartsequentie in te stellen zonder het System Setup-programma te openen (u kunt deze procedure ook gebruiken om Dell Diagnostics (Dell-diagnostiek) op de partitie met het diagnostische hulpprogramma op de vaste schijf op te starten). 1 Sluit de computer af via het menu Start. 2 Als de computer is aangesloten op een dockingstation, koppelt u het dockingstation los. Raadpleeg de documentatie bij het dockingstation voor instructies voor het loskoppelen.
System Setup-programma
Software opnieuw installeren Stuurprogramma's Wat is een stuurprogramma? Een stuurprogramma is een programma waarmee een apparaat, zoals een printer, muis of toetsenbord, wordt bestuurd. Voor alle apparaten is een stuurprogramma nodig. Een stuurprogramma fungeert als een vertaler tussen het apparaat en alle programma's die dat apparaat gebruiken. Elk apparaat beschikt over een eigen reeks speciale opdrachten die alleen door het bijbehorende stuurprogramma worden herkend.
Microsoft Windows Vista® 1 Klik op de knop Start van Windows Vista, , en klik daarna met de rechtermuisknop op Computer. 2 Klik op Eigenschappen→ Apparaatbeheer. OPMERKING: Het venster Gebruikersaccountbeheer kan verschijnen. Als u een beheerder op de computer bent, klikt u op Doorgaan; anders neemt u contact op met de beheerder om door te gaan. Schuif omlaag door de lijst om te zien of er apparaten zijn met een uitroepteken (een gele cirkel met een "!") op het apparaatpictogram.
Windows Vorig stuurprogramma gebruiken Als er een probleem optreedt op uw computer nadat u een stuurprogramma hebt geïnstalleerd of bijgewerkt, moet u Windows Vorig stuurprogramma gebruiken om het stuurprogramma te vervangen door de eerder geïnstalleerde versie. Microsoft Windows XP 1 Klik op Start→ Deze computer→ Eigenschappen→ Hardware→ Apparaatbeheer. 2 Klik met de rechtermuisknop op het apparaat waarvoor u een nieuw stuurprogramma hebt geïnstalleerd en klik op Eigenschappen.
5 Selecteer onder Search Criteria (Zoekcriteria) de van toepassing zijnde categorieën in de keuzelijsten System Model (Systeemmodel), Operating System, (Besturingssysteem) en Topic (Onderwerp) om andere stuur- en hulpprogramma's op te sporen. Er verschijnen een of meer koppelingen voor de specifieke stuur- en hulpprogramma's die uw computer gebruikt. 6 Klik op de koppeling voor een bepaald stuur- of hulpprogramma voor informatie over het stuur- of hulpprogramma dat u wilt installeren.
5 Klik op het tabblad Stuurprogramma→ Stuurprogramma bijwerken→ Browse my computer for driver software (De software automatisch installeren). 6 Klik op Bladeren en blader naar de locatie waarnaar u de stuurprogrammabestanden hebt gekopieerd. 7 Wanneer de naam van het juiste stuurprogramma verschijnt, klikt u hierop en vervolgens op→ OK→ Volgende. 8 Klik op Voltooien en start de computer opnieuw op.
Microsoft® Windows® Systeemherstel gebruiken De Windows-besturingssystemen bieden Systeemherstel, waarmee u de computer kunt terugzetten naar een oudere toestand (zonder dat er gegevensbestanden worden verwijderd) als wijzigingen van de hardware, software of andere systeeminstellingen de computer in een ongewenste toestand hebben gebracht. Alle wijzigingen die Systeemherstel op uw computer maakt, kunnen ongedaan worden gemaakt. KENNISGEVING: Maak regelmatig een reservekopie van uw gegevensbestanden.
Microsoft Windows Vista 1 Klik op de knop Start van Windows Vista, , en klik op Help en ondersteuning. 2 Typ in het zoekvak Systeemherstel en druk op . 3 Klik op Laatste herstelbewerking ongedaan maken en vervolgens op Volgende. Systeemherstel inschakelen OPMERKING: Windows Vista schakelt Systeemherstel niet uit, ongeacht de weinig beschikbare schijfruimte. Daarom zijn de onderstaande stappen alleen van toepassing op Windows XP.
Windows opnieuw installeren Het opnieuw installeren kan 1 tot 2 uur in beslag nemen. Nadat u het besturingssysteem opnieuw hebt geïnstalleerd, moet u ook de apparaatstuurprogramma's, het antivirusprogramma en de andere software opnieuw installeren. KENNISGEVING: Het medium Operating System biedt opties voor het opnieuw installeren van Windows XP. Met deze opties kunnen bestanden worden overschreven en programma's worden aangetast die op de vaste schijf staan.
Onderdelen toevoegen en vervangen Voordat u begint Dit hoofdstuk biedt procedures voor het verwijderen en installeren van de onderdelen in uw computer. Tenzij anders aangegeven wordt bij elke procedure van de onderstaande omstandigheden uitgegaan: • U hebt de stappen van "De computer uitschakelen" op pagina 123 en "Voordat u aan de onderdelen in de computer gaat werken" op pagina 124 uitgevoerd. • U hebt de veiligheidsinformatie in de Dell™ Productinformatiegids gelezen.
Voordat u aan de onderdelen in de computer gaat werken Gebruik de volgende veiligheidsrichtlijnen om de computer te beschermen tegen mogelijke schade en om uw persoonlijke veiligheid te garanderen. WAARSCHUWING: Raadpleeg de veiligheidsinstructies in de Productinformatiegids voordat u begint met de procedures in dit gedeelte. WAARSCHUWING: Hanteer alle onderdelen en kaarten met zorg. Raak de onderdelen of de contactpunten op een kaart niet aan.
Scharnierkapje WAARSCHUWING: Raadpleeg de veiligheidsinstructies in de Productinformatiegids voordat u begint met de procedures in dit gedeelte. KENNISGEVING: Voorkom elektrostatisch ontlading door uzelf te aarden met een aardingspolsbandje of door regelmatig een ongeverfd metalen oppervlak aan te raken (zoals een connector aan de achterkant van de computer). KENNISGEVING: Het scharnierkapje is kwetsbaar en kan kapot gaan als u er te grof mee omgaat. Wees dus voorzichtig als u het kapje verwijdert.
1 Volg de instructies in "Voordat u begint" op pagina 123. 2 Verwijder het scharnierkapje (zie "Scharnierkapje" op pagina 125). 1 2 3 4 5 6 1 schroeven (3) 2 toetsenbordlipjes (5) 4 treklipje 5 vergrendelingsarm toetsenbordkabel 6 3 polssteun connector toetsenbordkabel KENNISGEVING: De toetsen van het toetsenbord zijn kwetsbaar, zitten snel los en het duurt lang om ze terug te plaatsen. Wees voorzichtig met het verwijderen van het toetsenbord en met het toetsenbord zelf.
Interne kaart met de draadloze Bluetooth®-technologie WAARSCHUWING: Volg de veiligheidsinstructies in de Productinformatiegids voordat u de onderstaande procedures uitvoert. KENNISGEVING: Voorkom elektrostatische ontlading door uzelf te aarden met een aardingspolsbandje of door regelmatig een connector op de achterkant van de computer aan te raken. KENNISGEVING: U voorkomt schade aan de systeemkaart door de hoofdbatterij te verwijderen voordat u aan de onderdelen in de computer gaat werken.
6 Maak de kaart los van de kabel en haal hem uit de computer. Knoopbatterij WAARSCHUWING: Volg de veiligheidsinstructies in de Productinformatiegids voordat u de onderstaande procedures uitvoert. KENNISGEVING: Voorkom elektrostatische ontlading door uzelf te aarden met een aardingspolsbandje of door regelmatig een connector op de achterkant van de computer aan te raken.
1 2 3 1 batterijconnector 2 knoopbatterij 3 mylar 4 Haal de batterijconnector uit de connector op de systeemkaart. 5 Til de hoek van de mylar boven de batterij iets omhoog op waarbij u moet oppassen dat u het plastic niet breekt. 6 Pak vervolgens de batterij en haal het uit het compartiment. Het geheugen U kunt het computergeheugen vergroten door geheugenmodules op de systeemkaart te installeren.
U kunt als volgt een geheugenmodule in de DIMM A-connector vervangen of eraan toevoegen: 1 Volg de procedures in "Voordat u begint" op pagina 123. 2 Verwijder het scharnierkapje (zie "Scharnierkapje" op pagina 125). 3 Verwijder het toetsenbord (zie "Het toetsenbord" op pagina 125). 1 2 1 geheugenmodule (DIMM A) 2 borgklemmen (2) KENNISGEVING: Voorkom schade aan de connector van de geheugenmodule door geen gereedschap te gebruiken voor het spreiden van de borgklemmen van de geheugenmodule.
2 1 1 zekeringsbeugels (2 per connector) 2 geheugenmodule 5 Aard uzelf en installeer de nieuwe geheugenmodule. OPMERKING: Als de geheugenmodule niet correct is geïnstalleerd, wordt de computer mogelijk niet goed opgestart. Bij deze fout verschijnt er geen foutmelding. a Lijn de inkeping in de connector van de module uit met het lipje in de connectorsleuf. b Schuif de module stevig in de sleuf met een hoek van 45 graden en draai de module naar beneden totdat op zijn plaats klikt.
1 Volg de procedures in "Voordat u begint" op pagina 123. 2 Zet de computer op zijn kop, draai de kopschroef op het deksel van de geheugenmodule los en verwijder dit deksel. 1 2 1 kapje geheugenmodule 2 kopschroef KENNISGEVING: Voorkom schade aan de connector van de geheugenmodule door geen gereedschap te gebruiken voor het spreiden van de borgklemmen van de geheugenmodule.
2 1 1 zekeringsbeugels (2 per connector) 2 geheugenmodule KENNISGEVING: Plaats de geheugenmodules met een hoek van 45 graden om schade aan de connector te voorkomen. 4 Aard uzelf en installeer de nieuwe geheugenmodule. OPMERKING: Als de geheugenmodule niet correct is geïnstalleerd, wordt de computer mogelijk niet goed opgestart. Bij deze fout verschijnt er geen foutmelding. a Lijn de inkeping in de randconnector van de module uit met het lipje in de connectorsleuf.
6 Plaats de batterij in het batterijcompartiment of steek de netadapter in de computer en in een stopcontact. 7 Zet de computer aan. Bij het opstarten van de computer wordt het extra geheugen gedetecteerd en de systeemconfiguratiegegevens automatisch bijgewerkt. Klik op Start→ Help en ondersteuning en vervolgens op Computer Information (Computergegevens) om de hoeveelheid geheugen na te gaan die op de computer is geïnstalleerd. 8 Plaats het kapje van de geheugenmodule terug.
KENNISGEVING: Voorkom schade aan de connector door geen gereedschap te gebruiken voor het spreiden van de borgklemmen. 4 Ga naar stap 5 als er nog geen WLAN-kaart is geïnstalleerd. Als u een WLAN-kaart vervangt, moet u de bestaande kaart verwijderen: a Ontkoppel de WLAN-kaart van eventueel aangesloten kabels. b Haal de borgklemmen voorzichtig met uw vingers uit elkaar totdat de kaart eruit springt. c Verschuif de WLAN-kaart en haal deze uit de connector.
5 U installeert als volgt een WLAN-kaart: a Zorg dat de WLAN-kaart geen hinder heeft van antennekabels. b Lijn de WLAN-kaart uit met de connector met een hoek van 45 graden en druk de kaart in de connector totdat deze vastklikt. 1 2 1 WLAN-kaart 2 antennekabelconnectoren KENNISGEVING: Voorkom schade aan de WLAN-kaart door geen kabels op of onder de kaart te plaatsen. OPMERKING: De WLAN-kaart heeft twee of drie connectoren, afhankelijk van het kaarttype dat u hebt besteld.
Mobiele breedbandkaart OPMERKING: Mobiele breedbandkaarten zijn mogelijk niet in alle regio's beschikbaar. Als u tegelijk met de computer een mobiele breedbandkaart hebt besteld, is de kaart al geïnstalleerd. WAARSCHUWING: Raadpleeg de veiligheidsinstructies in de Productinformatiegids voordat u begint met de procedures in dit gedeelte. 1 Volg de procedures in "Voordat u begint" op pagina 123. 2 Verwijder het scharnierkapje (zie "Scharnierkapje" op pagina 125).
4 Als er nog geen mobiele breedbandkaart is geïnstalleerd, gaat u naar stap 5. Als u een mobiele breedbandkaart vervangt, moet u de bestaande kaart verwijderen: a Ontkoppel de mobiele breedbandkaart van eventueel aangesloten kabels. 1 2 1 Mobiele breedbandkaart 2 metalen borglipjes (2) b Haal de borgklemmen voorzichtig met uw vingers uit elkaar totdat de kaart eruit springt. c Verschuif de mobiele breedbandkaart en haal deze uit de connector.
5 Een mobiele breedbandkaart installeren: a Zorg dat de mobiele breedbandkaart geen hinder heeft van antennekabels. b Lijn de kaart uit met de connector met een hoek van 45 graden en druk de kaart in de connector totdat deze vastklikt. 1 1 Mobiele breedbandkaart 2 2 antennekabels (2) KENNISGEVING: Voorkom schade aan de mobiele breedbandkaart door geen kabels op of onder de kaart te plaatsen en te controleren of deze correct zijn geplaatst.
SIM-kaart (Subscriber Identity Module) WAARSCHUWING: Raadpleeg de veiligheidsinstructies in de Productinformatiegids voordat u begint met de procedures in dit gedeelte. OPMERKING: U hebt alleen voor Cingular en Vodafone een SIM-kaart nodig. Verizon, Sprint en Telus gebruiken deze niet. 1 Verwijder de batterij (zie "De batterij vervangen" op pagina 36).
KENNISGEVING: Vaste schijven zijn ontzettend kwetsbaar; zelfs een klein schokje kan de schijf beschadigen. OPMERKING: Dell garandeert geen compatibiliteit met of ondersteuning van vaste schijven van andere fabrikanten dan Dell. U vervangt als volgt de vaste schijf in het vaste-schijfcompartiment: 1 Volg de procedures in "Voordat u begint" op pagina 123. 1 2 1 schroeven (2) 2 vaste schijf OPMERKING: Het aantal schroeven per vaste schijf kan verschillen.
Mediacompartiment OPMERKING: Als het apparaat geen borgschroef heeft, kunt u apparaten verwijderen en installeren terwijl de computer is ingeschakeld en aangesloten op een koppelapparaat (gekoppeld). Apparaten uit het mediacompartiment verwijderen KENNISGEVING: U voorkomt schade aan apparaten door ze op een veilige, droge plaats te bewaren, wanneer ze niet op de computer zijn geïnstalleerd. Zorg dat u er niet hard op drukt en er geen zware voorwerpen op plaatst.
FCM (Flash Cache Module) De FCM, of Flash Cache Module, is een intern flashstation waarmee u de prestaties van de computer verbetert. OPMERKING: Deze kaart is alleen compatibel met het Microsoft Windows Vista®-besturingssysteem. OPMERKING: Als u tegelijk met de computer een FCM-kaart hebt besteld, is de kaart al geïnstalleerd. 1 Volg de procedures in "Voordat u begint" op pagina 123. 2 Verwijder het scharnierkapje (zie "Scharnierkapje" op pagina 125).
7 Haal de kaart uit de connector. 1 1 FCM-kaart KENNISGEVING: Zorg er bij de installatie van de kaart voor dat de twee antennekabels zich niet onder de kaart bevinden. De antennekabels moeten in het beschermhoesje boven op de FCM-kaart komen te liggen. Installeert u de kaart boven deze antennekabels, dan kan de computer beschadigd raken. De FCM-kaart mag ook niet in de WLAN-kaartconnector worden geïnstalleerd. De FCM-kaart is ontwikkeld om in de WWAN-kaartconnector te werken.
Dell™ QuickSet OPMERKING: Deze functie is mogelijk niet beschikbaar op uw computer. Dell™ QuickSet biedt u eenvoudig toegang om de volgende typen instellingen te configureren of weer te geven: • Netwerkconnectiviteit • Energiebeheer • Weergave • Systeeminformatie Afhankelijk van wat u wilt doen in Dell™-QuickSet, kunt u beginnen door te klikken, te dubbelklikken of te rechtsklikken op het QuickSet-pictogram op de Microsoft® Windows®-taakbalk.
Dell™ QuickSet
Uw computer op reis meenemen Uw computer identificeren • Bevestig een naamlabel of visitekaartje aan de computer. • Schrijf de gegevens op uw serviceplaatje op en bewaar deze uit de buurt van de computer of buiten de draagkoffer Gebruik het serviceplaatje als u verlies of diefstal moet melden aan de politie en Dell. • Maak een bestand op het Microsoft® Windows®-bureaublad met de naam indien_gevonden. Neem gegevens zoals uw naam, adres en telefoonnummer in dit bestand op.
• Bescherm de computer, de batterijen en de vaste schijf tegen gevaren zoals extreme temperaturen en overmatige blootstelling aan zonlicht, vuil, stof of vloeistoffen. • Pak de computer zodanig in dat hij niet kan gaan schuiven in de kofferbak van uw auto of in een opbergruimte boven uw hoofd. Reistips KENNISGEVING: Verplaats de computer niet terwijl het optische station in gebruik is om gegevensverlies te voorkomen. KENNISGEVING: Check bij een vliegreis de computer niet als bagage in.
Specificaties OPMERKING: Aanbiedingen verschillen per regio. Klik op Start→ Help en ondersteuning en selecteer de optie om meer informatie weer te geven over de configuratie van uw computer.
www.dell.com | support.euro.dell.
Poorten en connectoren (vervolg) Netwerkadapter RJ-45-poort USB vier 4-pins met USB 2.0-compatibele connectoren Video 15-gats connector IEEE 1394 4-pins miniconnector (zonder voeding) D-Dock standaard D/Dock-connector voor apparaten zoals geavanceerde poortreplicators en uitbreidingsstations van D/Dock D-poort standaard D-poortconnector Communicatie Modem: Type v.
www.dell.com | support.euro.dell.
Touchpad X/Y-positieresolutie (grafische tabel modus) 240 cpi Grootte: Breedte 73-mm sensoractief gebied Hoogte 42,9-mm rechthoek Track stick X/Y-positieresolutie (grafische tabel modus) 250 keer/sec @ 100 gf Grootte steekt 0,5 mm boven de omringende toetsen uit Batterij Type "slimme" 9-cels lithium-ionbatterij (85 Wattuur) "slimme" 6-cels lithium-ion (56 WHr) "slimme" 4-cels lithium-ion (35 WHr) Afmetingen 185,22 4-cels en 6-cels lithiumionbatterijen: Diepte 66,6 mm Hoogte 19,2 mm 9-cels
www.dell.com | support.euro.dell.com Batterij (vervolg) Oplaadtijd (ongeveer): Computer uit met standaard 6-cels batterij: ongeveer 1 uur bij 80 procent capaciteit ongeveer 2 uur bij 100 procent capaciteit Werkingsduur De werkingsduur van een batterij hangt af van de werkomstandigheden en kan aanzienlijk worden verkort onder bepaalde energie-intensieve omstandigheden Zie "Batterijen gebruiken" op pagina 31 voor meer informatie over de levensduur van batterijen.
Vingerafdruklezer (optioneel) Type UPEK TCS3 TouchStrip™ stripsensor met CMOS actieve capacitieve 'pixel-sensing' technologie Fysiek Hoogte 32,3 mm Breedte 337 mm Diepte 238 mm Gewicht (met 6-cels batterij en cd station) 2,27 kg Omgeving Temperatuurbereik: In bedrijf 0° t/m 35°C Tijdens opslag –40° t/m 65°C Relatieve vochtigheid (maximum): In bedrijf 10 procent t/m 90 procent (zonder condensatie) Tijdens opslag 5 procent t/m 95 procent (zonder condensatie) Maximale trilling (met een willek
Specificaties www.dell.com | support.euro.dell.
Help-informatie Hulp krijgen Als er zich een probleem voordoet met uw computer, kunt u de onderstaande stappen volgen om het probleem te achterhalen en op te lossen: 1 Zie "Problemen oplossen" op pagina 79 voor informatie en procedures voor het probleem dat uw computer ondervindt. 2 Zie "Dell Diagnostics (Dell-diagnostiek)" op pagina 81 voor procedures over hoe u Dell Diagnostics (Dell-diagnostiek) uitvoert. 3 Vul de "Diagnostische checklist" op pagina 161 in.
DellConnect DellConnect is een eenvoudig on line toegangsprogramma waarmee een medewerker van de Dell ondersteuningsdienst onder uw toezicht toegang kan krijgen tot uw computer via een breedbandverbinding, het probleem kan onderzoeken en op kan lossen. Ga voor meer informatie naar support.dell.com en klik op DellConnect. On line services Op de volgende websites vindt u meer informatie over de Dell-producten en diensten: www.dell.com www.dell.com/ap/ (alleen voor Azië en Pacific) www.dell.
AutoTech-service Dell's geautomatiseerde ondersteuningsdienst AutoTech biedt opgenomen antwoorden op de meest gestelde vragen van Dell-klanten over hun draagbare en desktopcomputers. Gebruik bij het bellen naar AutoTech uw touch-tone telefoon om de onderwerpen te selecteren die aansluiten op uw vragen. Zie "Contact opnemen met Dell" op pagina 162 voor het telefoonnummer dat u moet bellen in uw regio.
De verzendkosten komen voor uw rekening. U dient alle te retourneren producten voldoende te verzekeren en u aanvaardt het risico van verlies tijdens de verzending naar Dell. Rembourszendingen worden niet geaccepteerd. Geretourneerde pakketten die niet aan één of meer van de hierboven genoemde eisen voldoen, worden bij het laadperron geweigerd en naar u teruggezonden. Voordat u belt OPMERKING: Zorg dat u de code voor express-service bij de hand hebt wanneer u belt.
Diagnostische checklist Naam: Datum: Adres: Telefoonnummer: Serviceplaatje (streepjescode op de achter- of onderkant van de computer): Code voor express-service: Retourzendings-autorisatienummer (indien verstrekt door een Dell-technicus): Besturingssysteem en versie: Apparaten: Uitbreidingskaarten: Bent u met een netwerk verbonden? Ja Nee Netwerk, versie en netwerkadapter: Programma's en versies: Zie de documentatie van het besturingssysteem om achter de inhoud van de opstartbestanden van het systeem te kom
Contact opnemen met Dell Klanten in de Verenigde Staten kunnen 800-WWW-DELL (800-999-3355) bellen. OPMERKING: Als u geen actieve internetverbinding hebt, kunt u contactgegevens ook vinden op uw factuur, pakbon, rekening of productcatalogus van Dell. Dell biedt diverse on line telefonische ondersteunings- en servicemogelijkheden. De beschikbaarheid hiervan verschilt echter per land en product, en sommige zijn mogelijk niet in uw regio beschikbaar.
Bijlage FCC-kennisgevingen (alleen V.S.) FCC klasse B Deze apparatuur kan radiofrequentie-energie genereren, gebruiken en uitstralen en kan, indien niet geïnstalleerd en gebruikt in overeenstemming met de instructiehandleiding van de fabrikant, radio- en televisie-ontvangst verstoren. Deze apparatuur is getest en voldoet aan de beperkingen voor een digitaal apparaat uit klasse B conform Deel 15 van de FCC-regels. Dit apparaat voldoet aan Deel 15 van de FCC-regels.
• Bedrijfsnaam: Dell Inc. Worldwide Regulatory Compliance & Environmental Affairs One Dell Way Round Rock, TX 78682 USA 512-338-4400 OPMERKING: Zie de Productinformatiegids voor meer informatie over regelgeving. Productkennisgeving Macrovision Dit product bevat auteursrechtelijk beschermde technologie, die beschermd wordt door de methodeclaims van bepaalde Amerikaanse patenten en andere intellectueele eigendomsrechten van Macrovision Corporation en andere eigenaars van rechten.
Woordenlijst Begrippen in deze woordenlijst zijn alleen voor informatieve doeleinden. De beschreven begrippen hebben al dan niet betrekking op uw specifieke computer. A AC — wisselstroom — De elektriciteitsvorm die de computer voedt wanneer u de netadapterkabel in een stopcontact steekt. achtergrond — Het achtergrondpatroon of de achtergrondafbeelding op het Windows-bureaublad. Wijzig de achtergrond via het Configuratiescherm van Windows.
bit — De kleinste gegevenseenheid die door uw computer wordt gebruikt. Bluetooth® draadloze technologie — Een standaard voor draadloze technologie voor netwerkapparaten met een kort bereik (9 m) waarmee apparaten elkaar automatisch kunnen herkennen. bps — bits per seconde — De standaardeenheid voor het aangeven van de gegevensoverdrachtssnelheid. BTU — British thermal unit (Britse eenheid voor energie) — Een eenheid voor warmteafgifte. bus — Een communicatiepad tussen de onderdelen in de computer.
D DDR2 SDRAM — double-data-rate 2 SDRAM (SDRAM met dubbele gegevenssnelheid 2) — Een type DDR SDRAM dat gebruikt maakt van een 4-bits prefetch en andere architecturele wijzigingen om de geheugensnelheid tot meer dan 400 MHz te verhogen. DDR SDRAM — double-data-rate SDRAM (SDRAM met dubbele gegevenssnelheid) — Een SDRAM-type dat de gegevensburstcyclus verdubbelt en zo de systeemprestaties verbetert.
EIDE — enhanced integrated device electronics (verbeterde geïntegreerde apparaatelektronica) — Een verbeterde versie van de IDE-interface voor vaste schijven en cd-stations. formatteren — Het proces dat een station of schijf voor bestandsopslag voorbereidt. Wanneer een schijf of station wordt geformatteerd, wordt de daarop aanwezige informatie gewist. EMI — elektromagnetische storing — Elektrische storing veroorzaakt door elektromagnetische straling.
GHz — gigahertz — Een frequentie-eenheid die gelijk is aan duizend miljoen Hz of duizend MHz. De snelheid van computerprocessors, bussen en interfaces wordt vaak in GHz uitgedrukt. grafische modus — Een videomodus die gedefinieerd kan worden als x horizontale pixels bij y verticale pixels bij z kleuren. Grafische modi kunnen oneindig veel verschillende vormen en lettertypen weergeven.
kloksnelheid — De snelheid in MHz die aangeeft hoe snel computeronderdelen werken die zijn aangesloten op de systeembus. koelplaat — Een metalen plaat op sommige processors die warmte wegleidt. MB — megabyte — Een eenheid van gegevensopslag die gelijk is aan 1.048.576 bytes. 1 MB is gelijk aan 1024 KB. Wanneer het aantal GB verwijst naar de opslag op een vaste schijf, wordt dit vaak afgerond tot 1.000.000 bytes. koppelapparaat — Zie APR. Mbps — megabits per seconde — Een miljoen bits per seconde.
N netwerkadapter — Een chip die netwerkmogelijkheden biedt. Een computer kan een systeemkaart of een PCkaart hebben met een netwerkadapter. Een netwerkadapter wordt ook wel een NIC (network interface controller (netwerkinterfacecontroller)) genoemd. NIC — Zie netwerkadapter. ns — nanoseconde — Een eenheid van tijd die gelijk is aan een miljardste van een seconde.
POST — power-on self-test (serie testen bij inschakelen computer) — Diagnostische programma's die automatisch door de BIOS worden geladen en basistesten uitvoeren op de belangrijkste computeronderdelen, zoals het geheugen, vaste schijven en videospelers. Als er tijdens POST geen problemen worden opgespoord, gaat de computer verder met opstarten.
om apparaten op uw computer aan te sluiten, zoals een draagbaar digitaal apparaat of een digitale camera. Serviceplaatje — Een barcodelabel op uw computer die de computer identificeert wanneer u Dell Support bezoekt op support.dell.com of wanneer u Dell belt voor klantenservice of technische ondersteuning. SIM — Subscriber Identity Module (abonneeidentiteitsmodule) — Een SIM-kaart bevat een microchip die spraak- en gegevensoverdrachten codeert.
T uitgebreide pc-kaart — Een pc-kaart die bij de plaatsing uit de pc-kaartsleuf steekt. TAPI — telephony application programming interface (programmeerinterface voor telefoontoepassingen) — Hiermee kunnen Windows-programma's met veel verschillende telefoonapparaten werken, zoals voor spraak, gegevens, faxen en video. tegen schrijven beveiligd — Bestanden of media die niet kunnen worden gewijzigd. Gebruik schrijfbeveiliging wanneer u gegevens ervoor wilt beschermen dat ze worden gewijzigd of vernietigd.
V V — volt — De eenheid van elektrisch vermogen of elektromotieve kracht. Eén V verschijnt over een weerstand van 1 ohm wanneer een stroom van 1 ampère door die weerstand stroomt. vaste schijf — Een station dat gegevens op een harde schijf leest en ernaar schrijft. De termen vaste schijf en harde schijf worden allebei gebruikt. vernieuwingsfrequentie — De frequentie in Hz waarmee de horizontale lijnen op het beeldscherm opnieuw worden geladen (ook wel de verticale frequentie genoemd).
Z ZIF — zero insertion force — Een type socket of connector waarmee een computerchip kan worden geïnstalleerd of verwijderd zonder dat er druk wordt uitgeoefend op de chip of de socket. Zip — Een populaire indeling voor gegevenscompressie. Bestanden die zijn gecomprimeerd met de Zip-indeling worden Zip-bestanden genoemd en hebben gewoonlijk de bestandsnaamextensie .zip. Een speciaal type zipbestand is een zelfuitpakkend bestand, met de bestandsnaamextensie .exe.