Users Guide
Table Of Contents
- Gebruikshandleiding
- Inhoud
- Informatie zoeken
- Over de computer
- Informatie naar een nieuwe computer overbrengen
- Batterijen gebruiken
- Het toetsenbord gebruiken
- Het beeldscherm gebruiken
- Netwerken instellen en gebruiken
- Een netwerk- of breedbandmodemkabel aansluiten
- Een netwerk instellen in het Microsoft® Windows® XP- besturingssysteem
- Een netwerk instellen in het Microsoft Windows Vista®- besturingssysteem
- WLAN (Wireless Local Area Network)
- Mobiel breedbandnetwerk (of Wireless Wide Area Network)
- Dell Wi-Fi Catcher™-netwerkzoeker
- Microsoft® Windows® Firewall
- Multimedia gebruiken
- Kaarten gebruiken
- De computer beveiligen
- Problemen oplossen
- Controlelampjes
- Technische updateservice van Dell™
- Dell Diagnostics (Dell-diagnostiek)
- Dell Support Utility (Dell-hulpprogramma)
- Problemen met stations
- E-mail-, modem- en internetproblemen
- Foutberichten
- Problemen met IEEE 1394-apparaten
- Toetsenbordproblemen
- Vastlopen en softwareproblemen
- Problemen met geheugen
- Netwerkproblemen
- Problemen met PC-kaarten
- Voedingsproblemen
- Printerproblemen
- Scannerproblemen
- Problemen met geluid en luidsprekers
- Problemen met de touchpad of met de muis
- Video- en beeldschermproblemen
- Intel® Active Management Technology
- System Setup-programma
- Software opnieuw installeren
- Onderdelen toevoegen en vervangen
- Dell™ QuickSet
- Uw computer op reis meenemen
- Specificaties
- Help-informatie
- Bijlage
- Woordenlijst

124 Onderdelen toevoegen en vervangen
Voordat u aan de onderdelen in de computer gaat werken
Gebruik de volgende veiligheidsrichtlijnen om de computer te beschermen tegen mogelijke schade en
om uw persoonlijke veiligheid te garanderen.
WAARSCHUWING: Raadpleeg de veiligheidsinstructies in de
Productinformatiegids
voordat u begint met de
procedures in dit gedeelte.
WAARSCHUWING: Hanteer alle onderdelen en kaarten met zorg. Raak de onderdelen of de contactpunten op
een kaart niet aan. Houd de kaart bij de randen vast of aan de metalen montagebeugel. Houd een onderdeel, zoals
een processor, aan de randen vast en niet aan de pennen.
KENNISGEVING: Uw computer mag alleen door een erkende servicetechnicus worden gerepareerd. Schade
veroorzaakt door service die niet door Dell wordt geautoriseerd, valt niet onder de garantie.
KENNISGEVING: Verwijder kabels door aan de connector of aan het treklipje te trekken en niet aan de kabel zelf.
Sommige kabels hebben een connector met borglipjes; als u dit kabeltype wilt loskoppelen, moet u op de borglipjes
drukken voordat u de kabel verwijdert. Als u connectoren van elkaar haalt, moet u ervoor zorgen dat u ze recht uit
de aansluiting trekt om te voorkomen dat de connectorpinnen verbuigen. Zorg ervoor dat u beide connectoren
recht en op één lijn houdt wanneer u een kabel aansluit.
KENNISGEVING: Voorkom schade aan de computer door de volgende stappen uit te voeren voordat u aan de
onderdelen in de computer gaat werken.
1
Zorg ervoor dat het werkoppervlak vlak is en schoon om te voorkomen dat er krassen ontstaan op de
computerkap.
2
Schakel de computer uit (zie "De computer uitschakelen" op pagina 123).
3
Als de computer is aangesloten op een dockingstation, koppelt u het dockingstation los. Raadpleeg de
documentatie bij het dockingstation voor instructies voor het loskoppelen.
KENNISGEVING: Wanneer u een netwerkkabel wilt ontkoppelen, moet u deze eerst van de computer loskoppelen
en daarna pas uit de netwerkwandaansluiting.
4
Ontkoppel alle telefoon- of netwerkkabels van de computer.
5
Klap het beeldscherm dicht en draai de computer om op een vlak werkoppervlak.
KENNISGEVING: U voorkomt schade aan de systeemkaart door de hoofdbatterij te verwijderen voordat u met de
computer aan de slag gaat.
6
Verwijder alle geïnstalleerde modules, inclusief een eventuele tweede batterij (zie
"Mediacompartiment" op pagina 142).
7
Koppel de computer en alle aangesloten apparaten los van het elektriciteitsnetwerk.
8
Verwijder de batterij (zie "De batterij vervangen" op pagina 36).
9
Druk op de aan/uit-knop om de systeemkaart te aarden.
10
Verwijder alle geïnstalleerde pc-kaarten uit de pc-kaartsleuf (zie "Een kaart of blanco verwijderen" op
pagina 67).










