Owners Manual
37
Systeeminstellingen
Overzicht
Met System Setup (Systeem-setup) kunt u:
• de systeemconfiguratie wijzigen nadat u hardware hebt toegevoegd, gewijzigd of verwijderd
• het instellen of wijzigen van een door de gebruiker te selecteren optie, zoals een wachtwoord
• de huidige hoeveelheid geheugen lezen of het geïnstalleerde type vaste schijf instellen.
WAARSCHUWING: U mag de instellingen voor dit programma alleen wijzigen als u een ervaren computergebruiker
bent. Uw computer kan incorrect werken als u bepaalde wijzigingen aanbrengt.
System Setup openen
1. Zet de computer aan of start deze opnieuw op.
2. Wacht tot de F2-prompt wordt weergegeven wanneer het blauwe DELL-logo wordt weergegeven.
3. Druk onmiddellijk op <F2> als de F2-prompt verschijnt.
OPMERKING: De F2-prompt duidt erop dat het toetsenbord is geïnitialiseerd. Deze prompt kan zeer snel
verschijnen. Wees dus op het verschijnen ervan beducht en druk op <F2>. Als u te vroeg op <F2> drukt, wordt
deze toetsaanslag niet geregistreerd.
4. Als u te lang wacht en het logo van het besturingssysteem wordt weergegeven, moet u blijven wachten tot het
bureaublad van Microsoft Windows wordt weergegeven. Daarna sluit u de computer af en probeert u het opnieuw.
Opties voor System Setup
OPMERKING: Afhankelijk van uw computer en de geïnstalleerde apparaten kunnen de onderdelen die in dit
gedeelte worden vermeld wel of niet worden weergegeven.
Algemeen
System Information
(Systeeminformatie)
Dit gedeelte bevat de belangrijkste hardwarefuncties van de computer.
• Systeeminformatie
• Memory Information (Geheugengegevens)
• Processor Information (Processorgegevens)
• Device Information (Apparaatgegevens)
Battery Information (Batterij-
informatie)
Geeft de status weer van de batterij en het type netadapter dat is aangesloten op
de computer.
Bootsequence (Opstartvolgorde) Hiermee kunt u de volgorde instellen waarin de computer een besturingssysteem
probeert te vinden.
101