Dell Latitude E5550 / 5550 Gebruiksaanwijzing Regelgevingsmodel: P37F Regelgevingstype: P37F001
Opmerkingen, voorzorgsmaatregelen,en waarschuwingen OPMERKING: Een OPMERKING duidt belangrijke informatie aan voor een beter gebruik van de computer. WAARSCHUWING: EEN WAARSCHUWING duidt potentiële schade aan hardware of potentieel gegevensverlies aan en vertelt u hoe het probleem kan worden vermeden. GEVAAR: Een GEVAAR-KENNISGEVING duidt op een risico op schade aan eigendommen, lichamelijk letsel of overlijden. Copyright © 2015 Dell Inc. Alle rechten voorbehouden.
Aan de computer werken 1 Voordat u aan de computer gaat werken Volg de onderstaande veiligheidsrichtlijnen om uw eigen veiligheid te garanderen en de computer tegen mogelijke schade te beschermen. Tenzij anders aangegeven, wordt er bij elke procedure in dit document van de volgende veronderstellingen uitgegaan: • U hebt de veiligheidsinformatie geraadpleegd die bij uw computer is geleverd.
Om schade aan de computer te voorkomen, moet u de volgende instructies opvolgen voordat u in de computer gaat werken. 1. Zorg ervoor dat het werkoppervlak vlak en schoon is, om te voorkomen dat de computerkap bekrast raakt. 2. Schakel uw computer uit (zie Uw computer uitschakelen). 3. Als de computer is aangesloten op een dockingstation, koppelt u het dockingstation los.
– Het gebruik van een muis: a. Wijs naar de hoek rechtsboven in het scherm en klik op Settings.(Instellingen). b. Klik op het en selecteer Shut down (Afsluiten). Of * • Klik op het Startscherm op en selecteer vervolgens Shut down (Afsluiten). In Windows 7: 1. Klik op Start 2. Klik op Shutdown (Afsluiten). . of 2. 1. Klik op Start 2. Klik op de pijl in de rechteronderhoek van het menu Start, zoals hieronder wordt getoond, . en klik vervolgens op Shutdown (Afsluiten). .
Het verwijderen en installeren van onderdelen Deze paragraaf beschrijft gedetailleerd hoe de onderdelen moeten worden verwijderd uit, of worden geïnstalleerd in uw computer.
Voor- en achteraanzicht 1. netwerkconnector 2. VGA-connector 3. USB 3.0-connector 4. microfoons (optioneel) 5. camera 6. statuslampje voor camera 7. HDMI-connector 8. stroomconnector 9. microfoon 10. aan-uitknop 11. USB 3.0-connector met PowerShare 12. geheugenkaartlezer 13. contactloze smartcardlezer (optioneel) 14.
15. statuslampje draadloos netwerk 16. statuslampje batterij 17. activiteitenlampje van de harde schijf 18. statuslampje voeding 19. luidsprekers 20. touchpad 21. smartcardlezer (optioneel) 22. headsetconnector 23. sleuf voor beveiligingskabel 24. docking-connector (optioneel) 25. Service-tag label De onderplaat verwijderen 1. Volg de procedures in Voordat u in de computer gaat werken. 2. Voer de volgende stappen uit om de onderplaat uit de computer te verwijderen: a.
3. Koppel de batterijkabel los van de connector [1] los en verwijder de batterijkabel uit de routegeleiders [2]. 4. Voer de volgende stappen uit: a. Verwijder de schroef waarmee de batterij op de computer vastzit [1]. b. Til en duw om de batterij uit de computer te verwijderen [2] [3]. De batterij plaatsen 1. Plaats de batterij op zijn locatie in de computer. 2. Geleid de batterijkabel door de routegeleiders. 3. Draai de schroef aan waarmee de batterij in de computer vastzit. 4.
De vaste schijf verwijderen 1. Volg de procedure in Voordat u in de computer gaat werken. 2. Verwijder de volgende onderdelen: a. onderplaat b. batterij 3. Voer de volgende stappen uit: a. Koppel de kabel van de vaste schijf los van de bijbehorende connector op het moederbord [1]. b. Verwijder de schroeven waarmee de vaste schijf aan de computer vastzit [2]. 4. Verwijder de vaste schijf uit de computer. 5. Trek aan de kabel van de vaste schijf om deze van de connector los te koppelen.
6. Verwijder de schroeven waarmee de beugel van de vaste schijf aan de vaste schijf [1] vastzit en verwijder de vaste schijf van de beugel van de vaste schijf [2]. De vaste schijf plaatsen 1. Plaats de beugel van de vaste schijf op de vaste schijf zodat de schroeven kunnen worden aangedraaid en de beugel van de vaste schijf vastzit. 2. Sluit de kabel van de vaste schijf aan op de bijbehorende connector op de vaste schijf. 3. Plaats de vaste schijf in de betreffende sleuf in de computer. 4.
a. batterij b. onderplaat 7. Volg de procedures in nadat u werkzaamheden aan de binnenkant van uw computer heeft verricht. Het geheugen verwijderen 1. 2. Volg de procedures in Voordat u in de computer gaat werken. Verwijder de volgende onderdelen: a. onderplaat b. batterij 3. Wrik de klemmen los waarmee de geheugenmodule vastzit totdat het geheugen los schiet en verwijder het geheugen vervolgens van het moederbord. Het geheugen installeren 1.
OPMERKING: Het kan zijn dat u de rand met een scherp hulpmiddel rondom van het toetsenbord moet loswrikken. 3. Verwijder de toetsenbordrand van het toetsenbord. De toetsenbordrand plaatsen 1. Druk de toetsenbordrand op het toetsenbord totdat deze vastklikt. 2. Volg de procedures in nadat u werkzaamheden aan de binnenkant van uw computer heeft verricht. Het toetsenbord verwijderen 1. Volg de procedures in Voordat u in de computer gaat werken. 2. Verwijder de volgende onderdelen: a. onderplaat b.
4. Verwijder de schroeven waarmee het toetsenbord aan de computer vastzit. 5. Verwijder het toetsenbord van de computer. Het toetsenbord plaatsen 1. Plaats het toetsenbord precies op de schroefgaten op de computer. 2. Sluit de toetsenbordkabel en de touchpad-kabels aan op de aansluitingen op het moederbord. 3. Draai de schroeven vast om het toetsenbord te bevestigen aan de computer. 4. Plaats: a. rand van het toetsenbord b. batterij c. onderplaat 5.
De polssteun verwijderen 1. Volg de procedures in Voordat u in de computer gaat werken. 2. Verwijder de volgende onderdelen: a. b. c. d. onderplaat batterij rand van het toetsenbord toetsenbord 3. Verwijder de schroeven waarmee de polssteun aan de computer vastzit. 4. Draai de computer om en voer de volgende stappen uit: a. Koppel de volgende kabels los van de connectors op het moederbord [1] [2]. • voedingskaart • LED-kaart • USH-kaart • touchpad-kaart b.
5. Druk de polssteun om deze te ontgrendelen en verwijder de polssteun uit de computer [2]. De polssteun plaatsen 1. Plaats de polssteun op de computer. 2. Sluit de volgende kabels aan op de connectoren op het moederbord: a. b. c. d. voedingskaart LED-kaart USH-kaart touchpad-kaart 3. Draai de schroeven aan de voor- en achterkant van de computer vast om de polssteun te bevestigen. 4. Plaats: a. b. c. d.
5. Volg de procedures in Nadat u aan de computer hebt gewerkt. De kaart van de aan-uitknop verwijderen 1. Volg de procedures in Voordat u in de computer gaat werken. 2. Verwijder de volgende onderdelen: a. b. c. d. e. 3. onderplaat batterij rand van het toetsenbord toetsenbord polssteun Voer de volgende stappen uit om de kaart van de aan-uitknop uit de polssteun te verwijderen: a. Verwijder de schroeven waarmee de kaart van de aan-uitknop aan de polssteun [1] is bevestigd. b.
b. c. d. e. f. 3. batterij geheugen rand van het toetsenbord toetsenbord polssteun Voer de volgende stappen uit: a. Koppel de kabel van de kaart van de SmartCard-lezer los van de USH-kaart [1] [2]. b. Peuter de kabel los van het kleefmateriaal [3]. 4. Ontgrendel de kaart van de SmartCard-lezer. Doe het volgende om de kaart van de SmartCard-lezer te ontgrendelen: a. Verwijder de schroeven waarmee de kaart van de SmartCard-lezer aan de polssteun vastzit [1]. b.
De kaart voor de SmartCard-reader plaatsen 1. Plaats de kaart van de SmartCard-reader in de sleuf op de polssteun. 2. Draai de schroeven vast waarmee de kaart van de SmartCard-reader aan de polssteun vastzit. 3. Bevestig de kabel van de SmartCard-reader en sluit de kabel van de SmartCard-reader aan op de aansluiting van de USH-kaart. 4. Plaats: a. b. c. d. e. 5.
De USH-kaart installeren 1. Plaats de USH-kaart op de polssteun. 2. Draai de schroef vast om de USH-kaart op de polssteun te bevestigen. 3. Sluit alle kabels aan op de USH-kaart. 4. Plaats: a. b. c. d. e. f. 5. polssteun toetsenbord rand van het toetsenbord Steun voor vaste schijf batterij onderplaat Volg de procedures in nadat u werkzaamheden aan de binnenkant van uw computer heeft verricht. De kaart van de vingerafdruklezer verwijderen 1.
De kaart van de vingerafdruklezer plaatsen 1. Plaats de kaart van de vingerafdruklezer op zijn locatie in de polssteun. 2. Sluit de kabel van de vingerafdruklezer aan op de kaart van de vingerafdruklezer. 3. Plaats de metalen beugel op de kaart van de vingerafdruklezer en draai de schroef vast om de kaart van de vingerafdruklezer te bevestigen. 4. Plaats: a. b. c. d. e. 5.
De LED-kaart plaatsen 1. Plaats de LED-kaart in de sleuf op de polssteun. 2. Draai de schroef aan waarmee de LED-kaart aan de palmsteun vastzit. 3. Sluit de kabel van de LED-kaart aan op de bijbehorende connector op de LED-kaart. 4. Plaats: a. b. c. d. e. 5. polssteun toetsenbord rand van het toetsenbord batterij onderplaat Volg de procedures in nadat u werkzaamheden aan de binnenkant van uw computer heeft verricht. De voedingsconnectorpoort verwijderen 1.
4. Voer de volgende stappen uit: a. Verwijder de schroef om de metalen beugel op de voedingsconnectorpoort te verwijderen [1] [2]. b. Til de voedingsconnectorpoort omhoog en verwijder deze uit de computer [3]. De voedingsconnectorpoort installeren 1. Plaats de voedingsconnectorpoort op zijn locatie in de computer. 2. Plaats de metalen beugel op de voedingsconnectorpoort en draai de schroef aan waarmee de voedingsconnectorpoort aan de computer vastzit. 3.
De WLAN-/WiGig-kaart verwijderen OPMERKING: WiGig-kaart is optioneel. 1. Volg de procedures in Voordat u in de computer gaat werken. 2. Verwijder de onderplaat. 3. Voer de volgende stappen uit om de WLAN-kaart te verwijderen: a. Koppel de WLAN-kabels los van de connectors op de WLAN-kaart [1]. b. Verwijder de schroef waarmee de WLAN-kaart aan de computer [2] vastzit. 4. Verwijder de WLAN-kaart uit de computer. De WLAN-/WiGig-kaart installeren 1.
4. Plaats de onderplaat. 5. Volg de procedures in nadat u werkzaamheden aan de binnenkant van uw computer heeft verricht. De WWAN-kaart verwijderen 1. Volg de procedures in Voordat u in de computer gaat werken. 2. Verwijder de onderplaat. 3. Voer de volgende stappen uit om de WWAN-kaart te verwijderen: a. Koppel de WWAN-kabels los van de connectors op de WWAN-kaart [1]. b. Verwijder de schroef waarmee de WWAN-kaart aan de computer [2] vastzit. 4. Verwijder de WWAN-kaart uit de computer.
4. Plaats de onderplaat. 5. Volg de procedures in nadat u werkzaamheden aan de binnenkant van uw computer heeft verricht. De beugels van het beeldschermscharnier verwijderen 1. Volg de procedures in Voordat u in de computer gaat werken. 2. Verwijder de volgende onderdelen: a. b. c. d. e. f. g. onderplaat batterij geheugen Steun voor vaste schijf rand van het toetsenbord toetsenbord polssteun 3.
De beeldschermscharnierbeugels plaatsen 1. Plaats de beeldschermscharnierbeugels in de betreffende sleuven in de computer. 2. Draai de schroeven aan de voor- en achterkant van de computer vast om de beeldschermscharnierbeugels te bevestigen. 3. Plaats: a. b. c. d. e. f. g. 4. polssteun toetsenbord rand van het toetsenbord Steun voor vaste schijf geheugen batterij onderplaat Volg de procedures in nadat u werkzaamheden aan de binnenkant van uw computer heeft verricht. Het beeldscherm verwijderen 1.
4. Koppel de beeldschermkabel los van het moederbord. Doe het volgende om de beeldschermkabel los te koppelen: a. Verwijder de schroef waarmee de beeldschermkabelbeugel aan de computer vastzit [1]. b. Verwijder de beeldschermkabelbeugel om bij de beeldschermkabel te komen [2]. c. Koppel de beeldschermkabel los van het moederbord [3]. 5. 28 Trek de beeldschermkabel los uit de routegeleiders.
6. Verwijder de schroeven waarmee het beeldscherm [1] vastzit en til het beeldscherm uit de computer [2]. Het beeldscherm installeren 1. Plaats het beeldscherm precies op de schroefgaten op de computer. 2. Geleid de WWAN-, WLAN- en beeldschermkabels door de routegeleiders. 3. Draai de schroeven vast om het beeldscherm te bevestigen op de computer. 4. Sluit de WWAN- en WLAN-kabels aan op de bijbehorende connectoren. 5.
d. rand van het toetsenbord e. batterij f. onderplaat 7. Volg de procedures in nadat u werkzaamheden aan de binnenkant van uw computer heeft verricht. Het montagekader van het beeldscherm verwijderen 1. Volg de procedures in Voordat u in de computer gaat werken. 2. Wrik de randen los om het montagekader van het beeldscherm los te maken. 3. Verwijder het beeldschermpaneel van het beeldscherm. Het montagekader van het beeldscherm plaatsen 1.
Het beeldschermpaneel verwijderen 1. Volg de procedures in Voordat u in de computer gaat werken. 2. Verwijder de volgende onderdelen: a. onderplaat b. batterij c. montagekader van het beeldscherm 3. Verwijder de schroeven waarmee het beeldschermpaneel aan het beeldscherm vastzit [1] en til het beeldschermpaneel op om het te kantelen zodat u bij de eDP-kabel kunt [2]. 4. Trek het plakband [1] los om bij de eDP-kabel te komen [2]. 5.
Het beeldschermpaneel plaatsen 1. Sluit de eDP-kabel aan op de connector en bevestig het plakband. 2. Plaats het beeldschermpaneel precies op de schroefgaten van het beeldscherm. 3. Draai de schroeven vast waarmee het beeldschermpaneel op het beeldscherm vastzit. 4. Plaats: a. montagekader van het beeldscherm b. batterij c. onderplaat 5. Volg de procedures in nadat u werkzaamheden aan de binnenkant van uw computer heeft verricht. De beeldschermscharnieren verwijderen 1.
De beeldschermscharnieren plaatsen 1. Plaats de beeldschermscharnieren in de betreffende sleuven in het beeldscherm. 2. Draai de schroeven vast waarmee de beeldschermscharnieren aan beide kanten van het beeldscherm vastzitten. 3. Plaats: a. b. c. d. e. f. g. h. i. j. 4.
De camera plaatsen 1. Monteer de camera op zijn plaats op het beeldscherm. 2. Sluit de camerakabel aan op de connector. 3. Plaats: a. b. c. d. 4. beeldschermpaneel montagekader van het beeldscherm batterij onderplaat Volg de procedures in nadat u werkzaamheden aan de binnenkant van uw computer heeft verricht. De eDP-kabel verwijderen 1. 2. Volg de procedures in Voordat u in de computer gaat werken. Verwijder de volgende onderdelen: a. b. c. d. e. f. g. h. i. j. k. 3.
De eDP-kabel installeren 1. Bevestig de eDP-kabel op zijn plaats op het beeldscherm. 2. Sluit de eDP-kabel aan op de connector. 3. Plaats: a. b. c. d. e. f. g. h. i. j. k. 4. beeldschermpaneel montagekader van het beeldscherm beeldscherm beeldschermscharnierbeugels polssteun toetsenbord rand van het toetsenbord Steun voor vaste schijf geheugen batterij onderplaat Volg de procedures in nadat u werkzaamheden aan de binnenkant van uw computer heeft verricht. De systeemventilator verwijderen 1.
4. Verwijder de processorventilator uit de computer. De systeemventilator plaatsen 1. Plaats de systeemventilator in de betreffende sleuf in de computer. 2. Sluit de kabel van de systeemventilator aan op de bijbehorende connector op het moederbord. 3. Plaats: a. b. c. d. e. 4. polssteun toetsenbord rand van het toetsenbord batterij onderplaat Volg de procedures in nadat u werkzaamheden aan de binnenkant van uw computer heeft verricht. De audiokaart verwijderen 1.
a. b. c. d. e. 3. onderplaat batterij rand van het toetsenbord toetsenbord polssteun Voer de volgende stappen uit om de audiokaart uit de computer te verwijderen: a. b. c. d. Koppel de kabel van de audiokaart los van de connector op het moederbord [1] [2]. Trek de luidsprekerkabel los van het moederbord [3]. Verwijder de schroeven waarmee de audiokaart op de computer [4] is bevestigd. Til de audiokaart omhoog en verwijder deze uit de computer [5]. De audiokaart installeren 1.
d. e. f. g. h. i. j. Steun voor vaste schijf rand van het toetsenbord toetsenbord polssteun beeldschermscharnierbeugels beeldscherm systeemventilator 3. Koppel de kabel van de luidspreker [1] en de stroomaansluiting [2] los van het moederbord. 4. Koppel de kabel van de audiokaart [1] [2] los en verwijder de schroeven waarmee het moederbord aan de computer vastzit [3]. 5. Verwijder het moederbord uit de computer.
Het moederbord plaatsen 1. Plaats het moederbord op de schroefgaten in de computer. 2. Draai de schroeven vast om het moederbord te bevestigen aan de computer. 3. Sluit de volgende kabels aan op de connectoren op het moederbord: a. geluidskaart b. luidspreker c. stroomaansluiting 4. Plaats: a. b. c. d. e. f. g. h. i. j. 5.
e. f. g. h. i. j. k. 3. rand van het toetsenbord toetsenbord polssteun beeldschermscharnierbeugels beeldscherm systeemventilator moederbord Voer de volgende stappen uit om de knoopbatterij te verwijderen: a. Koppel de kabel van de knoopbatterij los van de bijbehorende connector op het moederbord [1]. b. Wrik de knoopbatterij los van het kleefmateriaal en verwijder de batterij uit het moederbord [2]. De knoopbatterij plaatsen 1. Plaats de knoopbatterij in de sleuf op het moederbord. 2.
a. b. c. d. e. f. g. h. i. j. 3. onderplaat batterij geheugen rand van het toetsenbord toetsenbord polssteun beeldschermscharnierbeugels beeldscherm systeemventilator moederbord Voer de volgende stappen uit om de warmteafleider van het moederbord te verwijderen: a. Verwijder de schroeven waarmee de warmteafleider aan het moederbord vastzit [1]. b. Verwijder de warmteafleider van het moederbord [2]. De warmteafleider plaatsen 1. Plaats de warmteafleider op de schroevenhouders op het moederbord. 2.
De luidsprekers verwijderen 1. Volg de procedures in Voordat u in de computer gaat werken. 2. Verwijder de volgende onderdelen: a. b. c. d. e. f. g. h. i. j. k. onderplaat batterij geheugen Steun voor vaste schijf rand van het toetsenbord toetsenbord polssteun beeldschermscharnierbeugels beeldscherm systeemventilator moederbord 3. Trek de luidsprekerkabels los uit de routegeleiders. 4. Voer de volgende stappen uit om de luidspreker uit de computer te verwijderen: a.
De luidsprekers plaatsen 1. Plaats de luidsprekers in de betreffende sleuven in de computer. 2. Draai de schroeven vast waarmee de luidsprekers in de computer worden bevestigd. 3. Geleid de luidsprekerkabels door de routegeleiders. 4. Plaats: a. b. c. d. e. f. g. h. i. j. k. 5.
Opties voor Systeeminstallatie 3 OPMERKING: Afhankelijk van uw computer en de geïnstalleerde apparaten kunnen de onderdelen die in dit gedeelte worden vermeld wel of niet worden weergegeven. Tabel 1. Algemeen Optie Beschrijving System Information Dit gedeelte bevat de belangrijkste hardwarefuncties van de computer.
Optie Beschrijving Alle opties zijn standaard aangevinkt. U kunt opties ook uitschakelen of de opstartvolgorde veranderen. Boot List Option Hiermee kunt u de optie voor de opstartlijst wijzigen. • • Legacy UEFI Advanced Boot Options Met deze optie kunt u de legacy-optie ROM's laden. De optie Enable Legacy Option ROMs (Legacy-optie ROM inschakelen) is uitgeschakeld. Date/Time Hiermee kunt u de datum en tijd wijzigen. Tabel 2.
Optie Beschrijving • • • SMART Reporting Dit veld bepaalt of vaste-schijffouten voor geïntegreerde stations tijdens het opstarten van het systeem worden gemeld. Deze technologie is deel van de SMART(Self Monitoring Analysis and Reporting Technology)specificatie. Deze optie is standaard uitgeschakeld. • USB Configuration SATA-1 SATA-2 SATA-3 Enable SMART Reporting (Smart-rapportage inschakelen) Met dit veld wordt de geïntegreerde USB-controller geconfigureerd.
Optie Beschrijving Unobtrusive Mode Wanneer deze opties is ingeschakeld, kunt u door op Fn+F7 te drukken alle lampjes en geluiden van het systeem uitschakelen. Druk nogmaals op Fn+F7 om normaal gebruik te hervatten. Deze opties is standaard uitgeschakeld.
Optie Beschrijving OPMERKING: Wijzigingen in wachtwoorden worden onmiddellijk effectief. Standaardinstelling: niet ingeschakeld Strong Password Hiermee kunt de optie forceren om altijd veilige wachtwoorden in te stellen. Standaardinstelling: Enable Strong Password (Sterk wachtwoord inschakelen) is niet geselecteerd.
Optie Beschrijving Deactivate (Uitschakelen) (standaard) CPU XD Support Hiermee kunt u de modus Execute Disable (Uitvoeren uitschakelen) van de processor inschakelen. Enable CPU XD Support (CPU XD-ondersteuning inschakelen) (standaard) OROM Keyboard Access Hiermee kunt u een optie instellen om de Option ROM configuratieschermen te openen tijdens het opstarten.
Optie Beschrijving • • • Delete (Verwijderen)- Verwijdert de geselecteerde sleutel. Reset All Keys (Alle sleutels resetten)- Reset naar de standaardinstelling. Delete All Keys (Alle sleutels verwijderen)- Verwijdert alle sleutels. OPMERKING: Als u de Aangepaste modus uitschakelt, worden alle wijzigingen gewist en de sleutels worden hersteld naar de standaardinstellingen. Tabel 6.
Optie Beschrijving Standaardinstelling: Wake on AC (Inschakelen bij netvoeding) is niet geselecteerd. Auto On Time Hiermee kunt u de tijd instellen waarop de computer automatisch moet worden ingeschakeld. De opties zijn: • • • • USB Wake Support Disabled (Uitgeschakeld) (standaard) Every Day (Elke dag) Weekdays (Op werkdagen) Select Days (Dagen selecteren) Hiermee kunt USB-apparaten inschakelen zodat het systeem in de stand-bymodus weer wordt ingeschakeld.
Optie Beschrijving standaardoplaadalgoritme en andere technieken, wanneer het systeem niet wordt gebruikt om de batterijstatus te verbeteren. Disabled (Uitgeschakeld) (standaard) Primary Battery Charge Configuration In dit veld kunt u de oplaadmodus voor de batterij selecteren. De opties zijn: • • • • • Adaptive Standaard: hiermee wordt uw batterij opgeladen op een standaardsnelheid ExpressCharge - De batterij wordt sneller opgeladen met behulp van de technologie van Dell voor snelladen.
Optie Beschrijving • • Numlock Enable PS2 Mouse (PS2-muis) Touchpad/PS-2 Mouse: Deze optie is standaard ingeschakeld. Hiermee kunt u de NumLock-optie inschakelen wanneer de computer wordt opgestart. Enable Network Deze optie is standaard ingeschakeld. Fn Key Emulation Hiermee kunt u de optie instellen waar de -toets wordt gebruikt om de functie van de -toets te simuleren.
Optie Beschrijving Enable VT for Direct I/O (VT voor directe I/O inschakelen): standaard ingeschakeld. Tabel 10. Wireless (Draadloos) Optie Beschrijving Wireless Switch Hiermee kunt u de draadloze apparaten instellen die kunnen worden beheerd door de schakelaar voor draadloos netwerkverkeer. De opties zijn: • • • • WWAN GPS (op WWAN-module) WLAN/WiGig Bluetooth Alle opties zijn standaard ingeschakeld.
4 Technische specificaties OPMERKING: Het aanbod kan per regio verschillen. Klik voor meer informatie over de configuratie van uw computer op Start. (Start-pictogram) → Help en Ondersteuning en selecteer vervolgens de optie om informatie over uw computer te bekijken. OPMERKING: In Windows 8.1 gaat u naar Help en Ondersteuning om informatie over uw computer te bekijken. Tabel 13.
Functie Specificatie Maximumgeheugen Intel 4e generatie processors 8 GB Intel 5e generatie processors 16 GB Tabel 16. Audio Functie Specificatie Type High-definition audio Controller Realtek ALC3235 Stereoconversie Digitale audio-uitgang via HDMI - max.
Tabel 18. Camera Kenmerken Specificatie Cameraresolutie 1280 x 720 pixels Videoresolutie (maximum) 1280 x 720 pixels Diagonale kijkhoek 74° Tabel 19. Communicatie Kenmerken Specificatie Netwerkadapter 10/100/1000 Mb/s Ethernet (RJ-45) Wireless (Draadloos) interne WLAN (wireless local area network) en WWAN (wireless wide area network) OPMERKING: WWAN is optioneel. Bluetooth 4.0 Tabel 20.
Functie Specificatie Hoogte 3,20 mm (0,13 inch) 3,20 mm (0,13 inch) 5,40 mm (0,21 inch) 5,00 mm (0,19 inch) Breedte 360 mm x 224,30 mm (14,17 inches x 8,83 inches) 359,50 mm x 223,80 mm (14,15 inches x 8,81 inches) 366,63 mm x 225,06 mm (14,43 inches x 10,04 inches) 360 mm x 224,30 mm (14,17 inches x 8,83 inches) Diagonaal 396,24 mm (15,6 inches) 396,24 mm (15,6 inches) 396,24 mm (15,6 inches) 396,24 mm (15,6 inches) 344,16 mm x 193,59 mm (13,54 inches x 7,62 inches) 344,16 mm x 193,59 mm (
Functie Hoogte 7,05 mm (0,27 inch) 7,05 mm (0,27 inch) Breedte 94,80 mm (3,73 inches) 94,80 mm (3,73 inches) Gewicht 265 g (0,58 lb) 340 g (0,75 lb) Spanning 11,1 VDC 7,4 V gelijkstroom Levensduur 300 laadcycli Temperatuurbereik: Operationeel • • • Niet in gebruik -40 °C tot 65 °C (-40 °F tot 149 °F) Knoopbatterij Opladen: 0 °C tot 50 °C Ontladen: 0 °C tot 70 °C Operationeel: 0° tot 35° C (32° tot 95° F) CR2032-lithiumknoopbatterij van 3 V Tabel 26.
Functie Met glasvezel versterkte polymeerbehuizing zonder touch Magbehuizing zonder touch Magbehuizing met touch Diepte 255,20 mm (8,87 inches) 255,20 mm (8,87 inches) 255,20 mm (8,87 inches) Gewicht 2,13 kg (4,71 lb) 2,13 kg (4,71 lb) 2,13 kg (4,71 lb) Tabel 28.
Diagnostiek 5 Start bij problemen met uw computer eerst de ePSA diagnosefuncties voordat u met Dell contact opneemt voor technische assistentie. Het doel van het starten van deze diagnostische functies is het testen van de hardware van uw computer zonder extra apparatuur nodig te hebben of de kans te lopen om gegevens te verliezen. Als u het probleem niet zelf kunt oplossen, kunnen de medewerkers u op basis van de diagnosefuncties verder helpen om het probleem op te lossen.
Noteer de foutcode(s) en neem contact op met Dell. OF 1. Sluit de computer af. 2. Houd de toets gelijktijdig ingedrukt met de aan-uitknop en laat beide daarna los. Het venster Enhanced Pre-boot System Assessment (ePSA) wordt geopend met alle apparaten die de computer heeft gedetecteerd. Het diagnoseprogramma start de tests voor al deze gedetecteerde apparaten. 3. Selecteer in het opstartmenu de optie Diagnostics (Diagnose).
LED voor opslag LED-lampje aan/uit LED voor draadloos Knipperend Knipperend Ononderbroke Er is mogelijk een fout opgetreden met een grafische n of videokaart. Knipperend Knipperend Uit Systeem werkt niet na initialisatie van vaste schijf OF Systeem werkt niet na Option ROM-initialisatie. Knipperend Uit Knipperend De USB-controller heeft een probleem ontdekt tijdens initialisatie. Knipperend Er zijn geen geheugenmodules geïnstalleerd/ gedetecteerd.
Contact opnemen met Dell 6 OPMERKING: Als u geen actieve internetverbinding hebt, kunt u de contactgegevens vinden op de factuur, de pakbon of in de productcatalogus van Dell. Dell biedt diverse online en telefonische ondersteunings- en servicemogelijkheden. De beschikbaarheid verschilt per land en product en sommige services zijn mogelijk niet beschikbaar in uw regio. Wanneer u met Dell contact wilt opnemen voor vragen over de verkoop, technische ondersteuning of de klantenservice: 1. Ga naar dell.